Short Stories In Dutch For Beginners, Een heel bijzondere excursie - Hoofdstuk 1 – Het wezen

Een heel bijzondere excursie - Hoofdstuk 1 – Het wezen

Een heel bijzondere excursie

Hoofdstuk 1 – Het wezen

Rivier de Geul ligt in het zuiden van Nederland. Hij ligt in een bekende streek die het Geuldal wordt genoemd. Het is een ideale streek voor gezinnen met kinderen. Mensen gaan er vaak naartoe om foto's te maken. Ze gaan er ook in het zomerseizoen naartoe om van de natuur te genieten.

Het Geuldal is een streek met zeer zacht weer. Het is er vaak bewolkt en de zomers zijn er niet heet. Daarom houden wandelaars van de Geul. Sylvia is één van die wandelaars. Ze woont vlakbij de Geul. Ze houdt van de natuur en ze houdt van wandelen. Ze gaat in juni en juli vaak wandelen. Het weer is dan warm, maar niet te heet. Elk weekend pakt ze haar rugzak in en gaat ze wandelen in de bossen langs de Geul.

Sylvia's goede vriend Joris houdt ook van wandelen. Hij gaat vaak met Sylvia mee. Afgelopen weekend besloten ze om in de buurt van de Geul te gaan wandelen. Uiteindelijk werd het een heel bijzondere excursie!

Sylvia en Joris ontmoetten elkaar aan het begin van de wandeling.

‘Hoi Sylvia!' schreeuwde Joris van ver.

‘Hallo Joris!' antwoordde Sylvia.

‘Ik kom zo!' riep Joris. Hij rende naar Sylvia toe.

‘Joris, rustig aan. Je maakt je moe.'

‘Maak je geen zorgen, ik heb energiedrankjes bij me voor de wandeling,' zei Joris. Hij wees naar zijn grote rugzak en lachte.

De twee waren erg blij elkaar te zien. Ze praatten een beetje. Toen begonnen ze aan hun wandeltocht.

Na een paar kilometer veranderde het pad. Het splitste zich in twee paden.

‘Welke kant zullen we opgaan?' vroeg Sylvia. ‘Naar links of naar rechts?'

‘Laten we naar links gaan,' antwoordde Joris.

‘Nou, ik … ik denk dat ik liever naar rechts ga.'

‘Waarom?'

Sylvia keek naar het bos bij het linkerpad. Toen antwoordde ze: ‘Er bestaan verhalen over dat pad. Er zijn mensen die daar een groot harig wezen hebben gezien …'

‘Echt waar? Geloof jij die verhalen?'

‘Nou, eh … ik weet het eigenlijk niet. Ik denk dat we links zouden kunnen gaan …' zei Sylvia. Ze keek bezorgd.

‘Kom op, Sylvia. Laten we het proberen!' Joris moedigde haar aan. Sylvia keek hem bezorgd aan. Toen namen ze het linkerpad.

Een uur later volgden Joris en Sylvia het pad nog steeds. Er waren overal bomen rond hen. Het was laat in de middag. Sylvia vroeg Joris: ‘Denk je dat er vreemde wezens in deze bossen zitten?'

‘Ik denk het niet.'

‘Waarom niet?'

‘Nou, ik heb nog nooit een vreemd wezen gezien. Jij wel?'

‘Niet in deze bossen.'

“Oké. Dus dat betekent dat we veilig zijn!'

Sylvia lachte. ‘Ik denk het wel!'

Ze wandelden verder.

Na veel kilometers wandelden de twee nog steeds. De zon stond laag aan de hemel. Plotseling waren ze het bos uit. Voor hen lag de rivier.

Joris en Sylvia keken om zich heen. Er stond een huis dichtbij de rivier. Het huis was van hout en het zag er erg oud uit. ‘Kijk eens, Joris,' riep Sylvia. ‘Kijk, daar!'

‘Waar?'

‘Daar! Daar staat een huis! Het is van hout.'

‘Oh. Ja, dat zie ik. Laten we eens gaan kijken!'

‘Wat zeg je? Maar wat als het bewoond is?'

‘Wees niet bang, Sylvia. Ik weet zeker dat er niemand woont.'

De twee liepen naar het huis. Voordat ze naar binnen gingen, keken ze om zich heen.

‘Het huis ziet eruit alsof het lang geleden is gebouwd,' zei Sylvia. ‘Kijk eens hoe de ramen eruit zien! Het glas is erg oud. En het hout is ook echt oud!'

‘Ja,' antwoordde Joris. ‘Ik denk dat het minstens 50 jaar oud is. Maar ik vind het niet echt lelijk. Ik vind het best wel mooi.'

Joris keek om zich heen. Plotseling riep hij: ‘Hé Sylvia! Kom even hierheen!' Vlakbij de rivier lag een bootje. Het was oud en van hout. Het lag in het water aan de oever. Joris keek Sylvia aan. ‘Laten we instappen!'

‘Ben je gek?' antwoordde Sylvia. ‘Waarom?'

‘We kunnen een eindje gaan roeien!'

‘Ik weet het niet …'

‘Kom op! Laten we gaan! Het wordt echt leuk!'

‘Oké …' zei Sylvia. Ze klonk niet echt blij.

Sylvia en Joris stapten met hun rugzak in de boot. Ze roeiden langzaam een stukje de rivier af. Sylvia keek om zich heen. ‘Wat is het hier mooi!' zei ze.

‘Ja, hè! Er staan veel bomen. En we kunnen de zon nog steeds goed zien.'

‘Ik ben zo blij dat we hier naartoe zijn gegaan. Laten we iets eten. Wil jij iets eten?'

‘Natuurlijk! Wat heb je bij je?'

Sylvia haalde een paar koekjes en boterhammen uit haar rugzak. Joris haalde de energiedrankjes tevoorschijn.

‘Wat wil jij?'

‘De boterhammen zien er lekker uit …'

‘Hier! Neem maar.'

‘Dank je wel, Sylvia!'

De twee aten hun boterhammen in het bootje op de rivier. Plotseling hoorden ze een geluid.

‘Hoorde je dat?' zei Joris.

‘Ja,' antwoordde Sylvia. Ze klonk bang.

‘Ik denk dat het uit het huis komt.'

‘Dat denk ik ook!'

‘Laten we gaan kijken!'

Sylvia keek Joris verbaasd aan. ‘Meen je dat?' zei ze.

‘Ja! Kom op!'

Joris en Sylvia roeiden terug naar de oever. Ze deden hun rugzak op hun rug. Daarna liepen ze langzaam naar het oude houten huis.

‘Sylvia, ik wil het huis in gaan.'

‘Waarom? Ik dacht dat we gingen wandelen? Buiten in de frisse lucht? Niet in huizen?'

‘Ja, dat is waar. Maar in het bos staan veel interessante dingen. Ik hou ervan om interessante dingen te ontdekken.'

‘Ik weet het niet zeker …'

‘Kom op! Laten we het huis in gaan,' zei Joris nog een keer. Uiteindelijk ging Sylvia akkoord.

Sylvia en Joris liepen voetje voor voetje naar het huis. Ze deden de deur open en gingen naar binnen. Alles in het huis was erg oud. Het was al een lange tijd onbewoond. Overal lag stof.

‘Sylvia, kijk hier eens naar,' riep Joris. Zijn stem klonk vreemd.

‘Wat zeg je?'

‘Hier, naast het raam.'

Sylvia keek. Op de vloer, in het stof, lagen een paar zeer grote

voetafdrukken.

‘Wat zouden deze voetafdrukken kunnen betekenen?' vroeg Joris.

‘Ik denk dat het berenvoetafdrukken zijn!' antwoordde Sylvia.

‘Een beer, Sylvia?! Hier zijn geen beren! De dichtstbijzijnde beren zijn honderden kilometers hier vandaan!'

‘Dan heb ik geen idee. Maar laten we hier in ieder geval weggaan!'

Plotseling hoorden de twee een geluid in de keuken. Sylvia en Joris renden ernaartoe. Ze konden hun ogen niet geloven. Er stond een groot harig wezen in de keuken! Het draaide zich snel om, ging door de achterdeur en rende weg. Het wezen maakte veel lawaai. Het wezen brak zelfs de deur toen het vertrok!

Sylvia en Joris stonden stil. Het wezen verdween in het bos. Sylvia kon niet praten. ‘Wat was dat?' vroeg Joris. Ze wisten het niet.

Hoofdstuk 1 Overzicht

Samenvatting

Sylvia en Joris gaan wandelen in het Geuldal. Ze komen bij de rivier

de Geul. Er staat een oud huis bij de rivier en er ligt een boot. Ze

gaan met de boot de rivier op. Dan horen ze een geluid. Ze gaan

terug en ze lopen het huis binnen. In de keuken zien ze een vreemd

wezen. Het wezen rent het huis uit. Het gaat het bos in. Sylvia en

Joris weten niet wat het wezen is.

To hear audio for this text, and to learn the vocabulary sign up for a free LingQ account.

LingQでこのレッスンを開く

Een heel bijzondere excursie - Hoofdstuk 1 – Het wezen ||مميزة|رحلة مميزة||| |очень|особенная|экскурсия|||существо Ein|||Exkursion||| "A" or "An"|very|very special|Excursion|Chapter|the|The being Один|дуже|особлива|екскурсія|Розділ|Сутність|істота Ein ganz besonderer Ausflug - Kapitel 1 - Die Kreatur A very special excursion - Chapter 1 - The Being Una excursión muy especial - Capítulo 1 - La criatura Une excursion très spéciale - Chapitre 1 - La créature Un'escursione molto speciale - Capitolo 1 - La creatura Ypatinga ekskursija - 1 skyrius - Būtybė Wyjątkowa wycieczka - Rozdział 1 - Stworzenie Uma excursão muito especial - Capítulo 1 - A criatura Очень необычная экскурсия - Глава 1 - Существо En mycket speciell utflykt - Kapitel 1 - Varelsen Çok özel bir gezi - Bölüm 1 - Yaratık Особлива екскурсія - Розділ 1 - Істота 一次非常特别的旅行 - 第一章 - 生物一次非常特别的旅行 - 第一章 - 生物

**Een heel bijzondere excursie** |very||excursion Одна|дуже|дуже особлива|Дуже особлива екскурсія A very special excursion Очень необычная экскурсия Дуже особлива екскурсія

**Hoofdstuk 1 – Het wezen** ||Das Wesen |The|Being Розділ 1 – Істота||істота Chapter 1 - The Being Глава 1 - Существо Розділ 1 – Суть 第一章——生物

Rivier de Geul ligt in het zuiden van Nederland. река||река Геул||||юге||Нидерланды ||Geul|||||| River||Geul River|"is located"|||south|| ||Geul|||||| Річка Геул||Геул|розташована|в|на|півдні|з України| River Geul is located in the south of the Netherlands. Rzeka Geul znajduje się na południu Holandii. Река Геул находится на юге Нидерландов. Geul Nehri, Hollanda'nın güneyinde yer alır. Річка Геул знаходиться на півдні Нідерландів. Rivier de Geul位于荷兰南部。 Hij ligt in een bekende streek die het Geuldal wordt genoemd. он||||известной|район|||долина Гейл||называется |||||région|||vallée de la Ge|| He|lies||a|well-known|region|that||Geul Valley|"is called"|called |||||Region|||Geuldal|| |يعيش|||معروفة||||وادي غول|تسمى|المسمى Він|він розташований|у|в одній|відомий|відомий район|яка|це|Долина Гёль|називається|називається It is located in a well-known area called the Geuldal. Jis yra gerai žinomame Geulo slėniu vadinamame regione. Он расположен в известном регионе под названием Долина Геул. Ünlü bir bölge olan Geul Vadisi'nde bulunmaktadır. Він знаходиться в відомій місцевості, яку називають Гейлдалем. 它位于一个名为 Geuldal 的著名地区。 Het is een ideale streek voor gezinnen met kinderen. |||идеальное|район|||| |||ideal|area||families||children ||||regio|||| |||ideale|||Familien|| |||مثالية|منطقة||العائلات|| |||ідеальний|регіон||сім'ї|| It is an ideal area for families with children. این منطقه ایده آل برای خانواده های دارای کودکان است. Tai idealus regionas šeimoms su vaikais. Это идеальный регион для семей с детьми. Bu, çocuklu aileler için ideal bir bölgedir. Це ідеальна місцевість для сімей з дітьми. 这是有孩子的家庭的理想地区。 Mensen gaan er vaak naartoe om foto's te maken. ||||туда||фотографии|| people|go|there|often|to there||photos|| ||||oraya|||| |йдуть||часто|до нього|щоб|фотографії робити||робити People often go there to take photos. افراد اغلب به آنجا میروند تا عکس بگیرند. Žmonės ten dažnai eina fotografuotis. Люди часто приходят туда, чтобы сфотографироваться. Люди часто їдуть туди, щоб зробити фотографії. 人们经常去那里拍照。 Ze gaan er ook in het zomerseizoen naartoe om van de natuur te genieten. ||||||летний сезон|||||||наслаждаться природой ||||||saison estivale||||||| They||||||summer season|to there||||nature||enjoy Вони|їдуть|туди|також|влітку|це|літній сезон|до нього|щоб|від||природа|до|насолоджуватися They also go there during the summer season to enjoy nature. آنها همچنین در فصل تابستان به آنجا میروند تا از طبیعت لذت ببرند. Они также приезжают туда в летний сезон, чтобы насладиться природой. Вони також їдуть туди в літній сезон, щоб насолоджуватися природою. 他们也会在夏季去那里享受大自然。

Het Geuldal is een streek met zeer zacht weer. ||||регион||очень|мягкий|погода |Geuldal|||region||very|mild|weather ||є|один|регіон|з|дуже|м'який|погода The Geul Valley is a region of very mild weather. Geuldal منطقه ای با آب و هوای بسیار معتدل است. Geulo slėnyje vyrauja labai švelnūs orai. Dolina Geul to region o bardzo łagodnej pogodzie. Долина Геул - регион с очень мягкой погодой. Geuldal, çok yumuşak bir hava olan bir bölgedir. Долина Геул є регіоном з дуже м'яким кліматом. Geuldal 是一个气候非常温和的地区。 Het is er vaak bewolkt en de zomers zijn er niet heet. ||||облачно|||летние||||жарко ||||nuageux|||les étés|||| it|is|there|often|cloudy|||summers||there||hot |||||||Sommer|||| Це|є|там|часто|хмарно|там||літа|є|там|не|спекотні It is often cloudy and summers are not hot. Dažnai būna debesuota, o vasaros nėra karštos. Здесь часто бывает облачно, а лето нежаркое. Orada sık sık bulutludur ve yazlar sıcak değildir. Тут часто хмарно, а літа не спекотні. 经常多云，夏季并不炎热。 Daarom houden wandelaars van de Geul. поэтому||пешеходы||| |lieben|Wanderer||| therefore|love|hikers|||Geul river ||les randonneurs||| Тому|люблять|пішоходи|тому що люблять|в тому числі|Геул річка That's why hikers love the Geul. به همین دلیل است که واکرها عاشق Geul هستند. Štai kodėl keliautojai mėgsta Geulą. Поэтому пешеходы любят Гейл. Bu yüzden yürüyüşçüler Geul'u sever. Тому пішоходи люблять Гейл. 这就是步行者喜爱 Geul 的原因。 Sylvia is één van die wandelaars. Сильвия||||| Sylvia ist eine||||| Sylvia is one||one||those|hikers Сільвія|є|одна з|одна з|тих|Сільвія є однією з тих пішоходів. Sylvia is one of those hikers. Sylvia yra viena iš tų keliautojų. Сильвия - одна из этих пешеходов. Sylvia da o yürüyüşçülerden biri. Сільвія є одною з тих пішохідників. 西尔维娅就是那些步行者之一。 Ze woont vlakbij de Geul. ||недалеко от|| |lives|near|| Вона|живе|поблизу||Вона живе біля Гьоля. She lives near the Geul. Она живет недалеко от Гейл. Geul'un yakınında yaşıyor. Вона живе неподалік від Гейл. Ze houdt van de natuur en ze houdt van wandelen. |любит||||||||прогулки на свежем воздухе |"loves"||||||||walking Вона|любить||||||любить||гуляти She loves nature and she loves hiking. Ji mėgsta gamtą ir žygius pėsčiomis. Она обожает природу и любит пешие прогулки. Doğayı ve yürüyüş yapmayı çok seviyor. Ze gaat in juni en juli vaak wandelen. |||||||прогулки she|||June||July|often|go for walks |||||||гуляти пішки She goes hiking often in June and July. او اغلب در ژوئن و جولای به پیاده روی می رود. Ji dažnai keliauja į žygius birželio ir liepos mėnesiais. В июне и июле она часто ходит в походы. Вона часто гуляє в червні та липні. Het weer is dan warm, maar niet te heet. |weather|||warm|||| Погода||||тепло|||| The weather will be warm, but not too hot. هوا گرم است، اما نه خیلی گرم. Oras bus šiltas, bet ne per karštas. Погода будет теплой, но не слишком жаркой. Погода тоді тепла, але не занадто спекотна. Elk weekend pakt ze haar rugzak in en gaat ze wandelen in de bossen langs de Geul. Каждые выходные|||||||||||||лесах||| |||||Rucksack||||||||||| Every|every weekend|packs|||backpack|||"goes"|||||forests|along the||Geul river |||||||||||||les forêts||| Every weekend she packs her backpack and goes hiking in the woods along the Geul River. هر آخر هفته او کوله پشتی خود را می بندد و برای قدم زدن در جنگل در امتداد Geul می رود. Kiekvieną savaitgalį ji susikrauna kuprinę ir keliauja į žygius po miškus palei Geulo upę. Каждые выходные она собирает рюкзак и отправляется в поход по лесам вдоль реки Геул. Щовихідних вона пакує свій рюкзак і йде гуляти лісами вздовж Геул.

Sylvia's goede vriend Joris houdt ook van wandelen. Сильвии|||||тоже|| Sylvias|||Joris|||| Sylvia's|||Joris|||likes|going for walks Sylvia's good friend Joris also enjoys hiking. جوریس دوست خوب سیلویا هم دوست دارد پیاده روی کند. Geras Silvijos draugas Joris taip pat mėgsta žygius. Хороший друг Сильвии Йорис тоже любит ходить в походы. Гарний друг Сільвії Йоріс також любить прогулюватись. Hij gaat vaak met Sylvia mee. He||||Sylvia|along |||||вона також He often goes with Sylvia. او اغلب سیلویا را همراهی می کند. Jis dažnai eina su Silvija. Он часто ходит с Сильвией. Він часто гуляє разом зі Сільвією. 他经常陪伴西尔维娅。 Afgelopen weekend besloten ze om in de buurt van de Geul te gaan wandelen. ||решили|||||окрестности|||||| Last|weekend|decided|they||||vicinity of|||Geul|||walk Last weekend they decided to hike near the Geul. آخر هفته گذشته آنها تصمیم گرفتند برای قدم زدن در نزدیکی Geul بروند. Praėjusį savaitgalį jie nusprendė pasivaikščioti netoli Geulo. В прошлые выходные они решили прогуляться недалеко от Геула. Минулого вихідного вони вирішили прогулятись поблизу Гейл. Uiteindelijk werd het een heel bijzondere excursie! в конце концов|стала||||особенная| In the end|became||||special|excursion في النهاية|||||| Зрештою||||дуже|особлива| It ended up being a very special excursion! Tai buvo ypatinga ekskursija! Это была очень необычная экскурсия! Врешті-решт це була дуже особлива екскурсія! 最后证明这是一次非常特别的旅行！

Sylvia en Joris ontmoetten elkaar aan het begin van de wandeling. |||встретились|друг друга||||||прогулке |||se rencontrèrent||||||| |||met|each other|at||beginning|||walk |||trafen sich||||||| |||зустрілися|один одного|||на початку||| Sylvia and Joris met at the beginning of the walk. Sylvia ir Joris susitiko pasivaikščiojimo pradžioje. Сильвия и Йорис встретились в начале прогулки. Сільвія та Йоріс зустрілися на початку прогулянки. 西尔维娅和乔里斯在步行的起点相遇。

‘Hoi Sylvia!' schreeuwde Joris van ver. ||закричал|||издалека ||cria||| "Hi"||"shouted"|||from afar ||rief||| ||صرخ||| Привіт||кричав||| "Hi Sylvia!" shouted Joris from afar. "سلام سیلویا!" جوریس از دور فریاد زد. Привет, Сильвия!" - крикнул Йорис издалека. ‘Привіт, Сільвія!' крикнув Йоріс здалека. “嗨西尔维娅！”乔里斯从远处喊道。

‘Hallo Joris!' antwoordde Sylvia. ||ответила| ||répondit| ||answered| Привіт|Йорис|відповіла| "Hello Joris!" replied Sylvia. Привет, Йорис!" - ответила Сильвия.

‘Ik kom zo!' riep Joris. я|прихожу||воскликнул| Ich|komme||| أنا||قريباً|صرخ| Я|йду|зараз же|| |come|"in a bit"|called out| "I'll be right there!" cried Joris. "من آنجا خواهم بود!" جورج فریاد زد. "Aš tuoj būsiu!" - sušuko Joris. Я сейчас приду!" - крикнул Йорис. ‘Я зараз прийду!' закричав Йоріс. Hij rende naar Sylvia toe. |бежал||| |courut||| |ran|||toward |rannte||| |ركض|||نحو |він побіг|||до He ran toward Sylvia. به سمت سیلویا دوید. Jis pribėgo prie Silvijos. Он подбежал к Сильвии. Він побіг до Сільвії.

‘Joris, rustig aan. ||осторожно |"take it easy"|take it easy Йоріс|Йорис, спокійно.|спокійніше 'Joris, calm down. جوریس، آرام باش. "Joris, nusiramink. Joris, uspokój się. Йорис, успокойся. ‘Йоріс, ти ж спокійно. “乔里斯，冷静点。 Je maakt je moe.' du|||müde |makes|you|tired ти|робиш|ти|втомлений You're making yourself tired. Tu pats save nuvargini. Sprawiasz, że jesteś zmęczony". Вы сами себя утомляете". Kendini yoruyorsun.' Ти стомлюєшся. 这让你很累。

‘Maak je geen zorgen, ik heb energiedrankjes bij me voor de wandeling,' zei Joris. |||не переживай|||энергетики||||||| ||||||des boissons énergétiques||||||| "Don't worry"|||worry|||energy drinks|||||walk|said| ||||||Energydrinks||||||| ||||||مشروبات الطاقة||||||| Не хвилюйся||не|не хвилюйся|||енергетичні напої|зі собою|зі собою|для||прогулянка|| 'Don't worry, I have energy drinks with me for the walk,' Joris said. Не волнуйся, у меня с собой энергетические напитки для прогулки, - сказал Йорис. ‘Не хвилюйся, у мене є енергетики для прогулянки,' сказав Йоріс. Hij wees naar zijn grote rugzak en lachte. |указал||||||посмеялся |||||||rit |pointed||||backpack||laughed |||||mochila||riu |أشار||||||ضحك |вказав на||||||сміявся He pointed to his large backpack and laughed. Jis parodė į savo didelę kuprinę ir nusijuokė. Он указал на свой большой рюкзак и рассмеялся. Büyük sırt çantasını işaret etti ve güldü. Він вказав на свій великий рюкзак і усміхнувся. 他指着自己的大背包笑道。

De twee waren erg blij elkaar te zien. ||были|очень|рады|друг друга||видеть ||were|very||each other|| The two were very happy to see each other. آن دو از دیدن یکدیگر بسیار خوشحال شدند. Abu labai džiaugėsi matydami vienas kitą. Они были очень рады видеть друг друга. İkili birbirlerini gördükleri için çok mutluydu. Двоє були дуже раді бачити одне одного. 两人见面都很高兴。 Ze praatten een beetje. |were talking||a little bit They talked a little. Jie šiek tiek kalbėjosi. Они немного поговорили. Вони трохи говорили. 他们聊了一会儿。 Toen begonnen ze aan hun wandeltocht. Когда|начали||в свою||пешеходная прогулка |||||randonnée then|began|||their|hike |começaram|||| |||||Wanderung |||||похід пішки Then they began their hike. سپس تور پیاده روی خود را آغاز کردند. Tada jie pradėjo žygį. Затем они начали свой поход. Потім вони розпочали свою піші прогулянку. 然后他们开始了徒步旅行。

Na een paar kilometer veranderde het pad. ||||изменилось||дорога ||||changé|| After|||a few kilometers|changed|the|path ||||||pad After a few kilometers, the path changed. بعد از چند کیلومتر مسیر عوض شد. Po kelių kilometrų kelias pasikeitė. Через несколько километров путь изменился. Через кілька кілометрів шлях змінився. 几公里后，路径发生了变化。 Het splitste zich in twee paden. |разделилось|она|||путях |se divisa|||| |Es teilte sich||||Wege |split into||||paths It split into two paths. به دو مسیر تقسیم شد. Jis pasidalijo į du kelius. Она разделилась на два пути. Він розділився на два шляхи. 它分成了两条路。

‘Welke kant zullen we opgaan?' vroeg Sylvia. какую||будем||идти|| |direction|||"shall we go"|asked| qual|||||| ||||hingehen|| ||سن|||| ||||йти|| "Which way shall we go?" asked Sylvia. "به کدام سمت برویم؟" سیلویا پرسید. Kuriuo keliu eisime? - paklausė Silvija. В какую сторону нам идти?" - спросила Сильвия. ‘В яку сторону нам іти?' запитала Сильвія. “我们该走哪条路呢？”西尔维娅问道。 ‘Naar links of naar rechts?' to|left|or||right "To the left or to the right? به سمت چپ یا راست؟ "Į kairę ar į dešinę?

‘Laten we naar links gaan,' antwoordde Joris. |||влево||| "Let's"|||left|go|| 'Let's go to the left,' Joris replied. Eikime į kairę, - atsakė Joris. Пойдем налево, - ответил Йорис.

‘Nou, ik … ik denk dat ik liever naar rechts ga.' Well||||||'rather'||to the right|go ||||||краще||| Bem||||||prefiro||| 'Well, I ... I think I'd rather go to the right.' "Na, aš... manau, kad verčiau eisiu į dešinę. Ну, я... я думаю, мне лучше пойти направо". ‘Ну, я… я вважаю, що мені краще піти вправо.'

‘Waarom?' why "Why? "Kodėl? ‘Чому?'

Sylvia keek naar het bos bij het linkerpad. Сильвия|смотрит|на||||| |||||||sentier de gauche |looked|at||forest|||left path |olhou||||||caminho da esquerda ||||Wald|||linken Pfad |||||||المسار الأيسر |поглянула|до|ліс|ліс|біля|ліс|лівий шлях Sylvia betrachtete den Wald am linken Weg. Sylvia looked at the forest by the left path. سیلویا به جنگل نزدیک مسیر چپ نگاه کرد. Silvija pažvelgė į mišką prie kairiojo kelio. Сильвия посмотрела на лес у левой тропинки. Сильвія подивилася на ліс поруч з лівою стежкою. 西尔维娅看着左边小路附近的森林。 Toen antwoordde ze: ‘Er bestaan verhalen over dat pad. Когда||||существуют|истории||| ||||existieren|||| "Then"|answered||There|There are stories|stories|||that path então|||existem|existem|histórias|||o caminho Тоді|відповіла|вона|там|існують|історії|про|тому|шлях Then she replied, "There are stories about that path. سپس او پاسخ داد: «در مورد آن مسیر داستان هایی وجود دارد. Tada ji atsakė: "Apie tą kelią yra pasakojimų. Тогда она ответила: "Есть истории об этом пути. Тоді вона відповіла: 'Існують історії про цю стежку. 然后她回答说：“那条路有很多故事。 Er zijn mensen die daar een groot harig wezen hebben gezien …' там|||которые|там|||волосатое|||видели |||||||poilu||| ||people|||||hairy|hairy creature||have seen |||||||harig|wezen|| ||||lá|||peludo||| |||||||haariges|||gesehen haben ||люди||||великий|волохате|істота|| There are those who have seen a large hairy creature there ...' افرادی هستند که یک موجود مودار بزرگ را در آنجا دیده اند… Yra žmonių, kurie ten matė didelę plaukuotą būtybę... Есть люди, которые видели там большое волосатое существо... Є люди, які бачили там велику волохату істоту ...' 有人在那里看到了巨大的毛茸茸的生物……”

‘Echt waar? Really|"Really?" sério|verdade Справді?| 'Really? واقعاً و واقعاً؟ "Tikrai? Правда? 'Правда?' '真的吗？ Geloof jij die verhalen?' ||эти| Glauben||| "Believe"|||stories acredita||| Віриш|ти||вірите тим історіям Do you believe those stories? آیا آن داستان ها را باور می کنید؟ Ar tikite šiomis istorijomis? Вы верите в эти истории? 你相信这些故事吗？

‘Nou, eh … ik weet het eigenlijk niet. ну|||знаю||на самом деле| Well|"um"||||"actually"| |||sei|a|na verdade| 'Well, um ... I don't really know. "Na, aš tikrai nežinau. Ну... я не знаю. ‘Ну, е-е … я насправді не знаю. “嗯，嗯……我真的不知道。 Ik denk dat we links zouden kunnen gaan …' zei Sylvia. |||||бы могли|||| ||||||||sagte| I|||||"could"|can||said| |||||могли б|можемо|йти|сказала| ||||à esquerda|poderíamos|||| Ich glaube, wir könnten nach links gehen ...", sagte Sylvia. I think we could go left ..." said Sylvia. Manau, kad galėtume eiti į kairę... - pasakė Silvija. Думаю, мы могли бы пойти налево... - сказала Сильвия. Я думаю, що ми могли б піти ліворуч …' сказала Сільвія. 我想我们可以向左走……”西尔维娅说道。 Ze keek bezorgd. |она смотрела|с беспокойством |looked|She looked worried. ||preocupada Вона|дивилася|тривожний She looked concerned. او نگران به نظر می رسید. Ji atrodė susirūpinusi. Она выглядела обеспокоенной. Вона виглядала стурбованою. 她看起来很担心。

‘Kom op, Sylvia. |давай| Прийди|на| 'Come on, Sylvia. بیا سیلویا. "Nagi, Silvija. Пойдем, Сильвия. ‘Давай, Сільвія. Laten we het proberen!' Joris moedigde haar aan. |||||поддержал|| |||||encourage|| |||try it||encouraged|| |||tentar||encorajou|| |||||ermutigte|| Давайте|Ми|це|спробуємо|Юрій|заохотив|її|до Let's give it a try!' Joris encouraged her. Pabandykime!" - padrąsino ją Joris. Давай попробуем!" - подбадривал ее Йорис. Спробуймо!' Йоріс підбадьорив її. 咱们试试吧！'乔里斯鼓励她。 Sylvia keek hem bezorgd aan. |looked|him|worriedly| Сільвія|подивилася|його|стурбовано|до Sylvia looked at him worriedly. سیلویا با نگرانی به او نگاه کرد. Silvija susirūpinusi pažvelgė į jį. Сильвия посмотрела на него с беспокойством. Сільвія стурбовано подивилася на нього. 西尔维娅担忧地看着他。 Toen namen ze het linkerpad. ||||левый путь Then|names|||left path então|tomaram||| коли|взяли|вони|це|ліворуч стежка Dann nahmen sie den linken Weg. Then they took the left path. سپس راه چپ را در پیش گرفتند. Tada jie pasuko kairiuoju keliu. Затем они пошли по левому пути. Тоді вони пішли лівою стежкою. 然后他们走上了左边的路。

Een uur later volgden Joris en Sylvia het pad nog steeds. |||следовали|||||||по-прежнему |||suivaient||||||| |||were following|||||||still |||seguiram|||||||ainda |||folgten||||||| Одна|година|пізніше|слідували за||||||ще|досі An hour later, Joris and Sylvia were still following the path. یک ساعت بعد، جوریس و سیلویا همچنان مسیر را دنبال می کردند. Po valandos Joris ir Silvija vis dar ėjo keliu. Час спустя Йорис и Сильвия все еще шли по тропинке. Через годину Йоріс і Сільвія все ще слідували стежкою. 一个小时后，乔里斯和西尔维娅仍然沿着那条路走。 Er waren overal bomen rond hen. ||||вокруг| ||||um ... herum|um sie herum there|were|everywhere|trees|around|them ||em toda parte||| |були|всюди|||їх There were trees all around them. Aplink juos augo medžiai. Вокруг них росли деревья. Навколо них росли дерева. 他们周围都是树木。 Het was laat in de middag. это||||| ||late|||afternoon It was late in the afternoon. اواخر بعد از ظهر بود. Buvo vėlyva popietė. Был поздний вечер. Було пізно ввечері. Sylvia vroeg Joris: ‘Denk je dat er vreemde wezens in deze bossen zitten?' |спросила||||||странные|существа|||| ||||||||créatures étranges|||| |asked||||||strange|creatures||these||are in ||||||||wezens|||| |||||||estranhas|||||habitam ||||||||Wesen|||Wäldern| |||||даті||дивні|істоти|в|цієї|ліси|перебувають Sylvia asked Joris, "Do you think there are strange creatures in these woods? Silvija paklausė Jorio: - Ar manai, kad šiuose miškuose yra keistų būtybių? Сильвия спросила Йориса: "Как ты думаешь, есть ли в этом лесу странные существа? Сільвія спитала Йоріса: 'Ти думаєш, що в цих лісах є дивні істоти?'

‘Ik denk het niet.' |think|| "I don't think so. 'من اینطور فکر نمی کنم.' "Nemanau, kad taip. "Я так не думаю". 'Не думаю.'

‘Waarom niet?' "Why not? Почему бы и нет?

‘Nou, ik heb nog nooit een vreemd wezen gezien. ну|||еще|никогда|||| Well|||ever|never||strange|strange being| ||||nunca||estranho|| ||||ніколи||незвичайне|істота| 'Well, I've never seen a strange creature. "Na, niekada anksčiau nemačiau keisto padaro. Я никогда раньше не видел странных существ. Jij wel?' |да |ти так Und Sie? You do? شما انجام می دهید؟ Ar tikrai? Правда? А ти?

‘Niet in deze bossen.' ||эти| 'Not in these woods.' "نه در این جنگل." "Ne šiuose miškuose. Не в этом лесу. ‘Не в цих лісах.' “不在这些树林里。”

“Oké. Добре "Okay. "Хорошо. “Гаразд. Dus dat betekent dat we veilig zijn!' Итак||значит|||в безопасности| ||bedeutet|||sicher| So||means|||safe| ||significa|||seguros| ||означає|||| Das heißt also, wir sind sicher! So that means we're safe! پس این بدان معناست که ما در امان هستیم! Tai reiškia, kad esame saugūs! Значит, мы в безопасности! Отже, це означає, що ми в безпеці! 所以这意味着我们安全了！

Sylvia lachte. |Sylvia laughed. Sylvia laughed. Silvija nusijuokė. Сильвия рассмеялась. Сільвія сміялася. ‘Ik denk het wel!' I|||I think so! |||sim "I think so! "Manau, kad taip! "Думаю, да! «Я думаю, що так!»

Na veel kilometers wandelden de twee nog steeds. на||километрах|шли||||по-прежнему ||many miles|hiked||||still |||caminhavam||||ainda ||кілометрів||||ще завжди|все ще After many miles, the two were still walking. Po daugelio kilometrų jiedu vis dar ėjo pėsčiomis. Пройдя много километров, они все еще шли. Після багатьох кілометрів двоє все ще йшли. 走了好几里路，两人还在前行。 De zon stond laag aan de hemel. |солнце|была|низко|||небе |||niedrig||| |The sun|stood|low|||sky ||estava|||| ||стояло|низько|||небі The sun was low in the sky. خورشید در آسمان پایین بود. Saulė buvo žemai danguje. Солнце стояло низко в небе. Сонце було низько на небі. 太阳低垂在天空中。 Plotseling waren ze het bos uit. вдруг|вдруг были|||лес| Suddenly|were|||forest|out Suddenly they were out of the forest. ناگهان آنها از جنگل خارج شدند. Staiga jie išėjo iš miško. Внезапно они оказались за пределами леса. Раптово вони вийшли з лісу. 突然，他们就出了森林。 Voor hen lag de rivier. |them|лежала|| Before|For them|lay before|the|river In front of them was the river. در مقابل آنها رودخانه قرار داشت. Priešais juos tekėjo upė. Перед ними была река. Для них річка була попереду. 他们面前就是河流。

Joris en Sylvia keken om zich heen. |||looked|вокруг||вокруг |||regardaient||| |||looked around||themselves|around them |||olharam||si mesmos|ao redor Joris and Sylvia looked around. جوریس و سیلویا به اطراف نگاه کردند. Joris ir Silvija apsižvalgė. Йорис и Сильвия переглянулись. Йоріс та Сільвія оглянулися навколо. Er stond een huis dichtbij de rivier. ||||рядом с|| ||||||Fluss |stood|||near|| ||||поряд з|| lá|havia|||perto de||rio There was a house near the river. Netoli upės stovėjo namas. Недалеко от реки стоял дом. Поряд з річкою стояв будинок. Het huis was van hout en het zag er erg oud uit. ||было||дерево|||выглядело|||| ||||wood|||looked||very|old|looked |||||||||muito|| ||||дерева||||||| The house was made of wood and it looked very old. Namas buvo medinis ir atrodė labai senas. Дом был деревянным и выглядел очень старым. Будинок був дерев'яний, і виглядав дуже старим. ‘Kijk eens, Joris,' riep Sylvia. |какой-то||воскликнула| |||"called out"| |olha||gritou| 'Look, Joris,' shouted Sylvia. سیلویا فریاد زد: "ببین، جوریس." Žiūrėk, Joris, - sušuko Silvija. Смотри, Йорис, - позвала Сильвия. ‘Подивися, Йоріс,' закричала Сільвія. ‘Kijk, daar!' |там Olha|ali 'Look, there!' "Žiūrėk, ten! Смотрите! ‘Дивись, там!'

‘Waar?' где onde 'Where?' "Kur? "Где?

‘Daar! 'There! Daar staat een huis! lá|está|| There's a house right there! Ten yra namas! Там есть дом! Het is van hout.' |||Es ist aus Holz. |||wood |||Це з дерева. ||de|madeira It's made of wood. Он сделан из дерева. 它是木头做的。

‘Oh. 'Oh. О. Ja, dat zie ik. ||вижу| Yes, I see that. Да, я вижу. Laten we eens gaan kijken!' ||||посмотрим let's||let's||look vamos||um pouco|vamos| Давай|||| Let's go see! بیا برویم و نگاهی بیندازیم! Pažvelkime! Давайте посмотрим! Давайте подивимось!

‘Wat zeg je? o que|diz|você Що|| 'What are you saying? "Ką jūs sakote? Что вы говорите? Що ти кажеш? Maar wat als het bewoond is?' ||если||обитаемо| ||||habité| but||||inhabited| ||||bevolkt| |o que|se||habitado| ||||заселене| But what if it's inhabited? اما اگر مسکونی باشد چه؟ O kas, jei jis yra apgyvendintas? Но что, если он обитаем? Але що якщо там живуть люди? 但如果有人居住怎么办？

‘Wees niet bang, Sylvia. будь||боясь| Do not be|not|afraid| 'Don't be afraid, Sylvia. نترس، سیلویا. "Nebijok, Silvija. Не бойся, Сильвия. ‘Не бійтеся, Сільвія. “别害怕，西尔维娅。 Ik weet zeker dat er niemand woont.' ||уверен|||| |"am sure"||||nobody lives| |||||Я впевнений, що там ніхто не живе.|живе |sei|certamente||||mora I'm sure no one lives there. من مطمئن هستم که هیچ کس در آنجا زندگی نمی کند. Esu tikras, kad ten niekas negyvena. Уверен, там никто не живет. Я впевнений, що ніхто не живе.'

De twee liepen naar het huis. ||шли||| ||walked||| ||дві йшли||| ||caminharam||| The two walked toward the house. Abu ėjo link namo. Вдвоем они направились к дому. Двоє йшли до будинку. 两人向屋内走去。 Voordat ze naar binnen gingen, keken ze om zich heen. |||внутрь|вошли|||||вокруг before|they||inside|went|looked|they||themselves|around them antes de|||dentro|entraram|||para|si mesmas|ao redor Перш ніж||||пішли||||| Before going inside, they looked around. Prieš įeidami į vidų jie apsižvalgė. Прежде чем войти внутрь, они осмотрелись. Перед тим як увійти, вони озирнулися навколо. 进去之前，他们环顾四周。

‘Het huis ziet eruit alsof het lang geleden is gebouwd,' zei Sylvia. |||выглядит|как будто||долго|назад||построено|| ||||||lange||||| ||looks|"looks like"|"as if"|||ago||built|| |||||||давно||побудовано|| |||parece|como se||longo|há muito||construído|disse| 'The house looks like it was built a long time ago,' said Sylvia. سیلویا گفت: «به نظر می رسد این خانه مدت ها پیش ساخته شده است. "Namas atrodo taip, tarsi būtų pastatytas labai seniai, - pasakė Silvija. Дом выглядит так, будто его построили очень давно, - сказала Сильвия. ‘Будинок виглядає так, ніби його побудували дуже давно,' сказала Сільвія. ‘Kijk eens hoe de ramen eruit zien! |посмотри-ка|как|||выглядят|выглядят ||||Fenster|| |look|how||windows|look like|look like ||||вікна|виглядають| Olha|olha|como||janelas|parecem|parecem 'Look at how the windows look! "نگاه کن پنجره ها چه شکلی هستند! "Pažiūrėkite, kaip atrodo langai! Посмотрите, как выглядят окна! ‘Подивіться, як виглядають вікна!' “看看窗户是什么样子的！ Het glas is erg oud. |The glass||very|The glass is very old. |скло||| The glass is very old. Stiklas yra labai senas. Стекло очень старое. Скло дуже старе. 玻璃很旧了。 En het hout is ook echt oud!' ||das Holz|||| ||wood||also|really| ||a madeira||também|realmente| And the wood is really old too! Ir mediena tikrai sena! И дерево тоже очень старое! А дерево також справді старе!

‘Ja,' antwoordde Joris. 'Yes,' Joris replied. ‘Так,’ відповів Йоріс. ‘Ik denk dat het minstens 50 jaar oud is. ||||по крайней мере||| ||||at least||| ||||pelo menos||| ||||принаймні||| 'I think it's at least 50 years old. "Manau, kad jam mažiausiai 50 metų. Думаю, ему не менее 50 лет. Maar ik vind het niet echt lelijk. ||find||||уродливым ||||||laid ||||not||ugly ||||||Aber ich finde es nicht wirklich hässlich. ||acho||||feio But I don't think it's really ugly. اما به نظر من واقعاً زشت نیست. Tačiau nemanau, kad jis tikrai negražus. Но я не думаю, что это действительно уродливо. Але мені це не здається справді потворним. 但我真的不认为它丑陋。 Ik vind het best wel mooi.' |find|the|pretty|quite|pretty nice |||||Я вважаю це досить гарним. |||acho bem|bem|bonito I rather like it. Man tai visai patinka. Całkiem mi się podoba". Мне очень нравится". Мені це досить таки подобається. 我觉得它非常漂亮。

Joris keek om zich heen. |looked||| |looked|||around him |olhou|||ao redor Joris looked around. Joris apsidairė aplinkui. Джорис огляделся. Йоріс озирнувся навколо. 乔里斯环顾四周。 Plotseling riep hij: ‘Hé Sylvia! Plötzlich|||| "Suddenly"|"called out"||"Hey"| |||ей| de repente|||| Suddenly he called out, "Hey Sylvia! Staiga jis sušuko: "Ei, Silvija! Вдруг он позвал: "Эй, Сильвия! Kom even hierheen!' Vlakbij de rivier lag een bootje. ||сюда||||||лодочка ||||||||petit bateau |just|over here|"Near"||river|lay||small boat |venha aqui|aqui|perto de|||estava||barquinho ||hierher|||||| ||сюди||||лежало||човен Come over here for a minute! Near the river was a boat. Ateik čia akimirką!" Prie upės stovėjo valtis. Подойди сюда на минутку!" У реки стояла лодка. 过来这里！河边停泊着一艘船。 Het was oud en van hout. |||||Holz |||||wood |||||дерево ||||de|madeira It was old and made of wood. Jis buvo senas ir medinis. Она была старой и сделана из дерева. Воно було старим і дерев'яним. Het lag in het water aan de oever. |лежал||||||берегу |||||||rive |lay||||at the bank||the riverbank |||||||oever |estava||||||margem |||||||Am Ufer |||||||берегу річки It was in the water on the shore. Jis buvo vandenyje ant kranto. Он лежал в воде на берегу. Воно лежало у воді на березі. 原来是在岸边的水里。 Joris keek Sylvia aan. |schaute an|| |looked|| |olhou|| Joris looked at Sylvia. جوریس به سیلویا نگاه کرد. Joris pažvelgė į Silviją. Джорис посмотрел на Сильвию. Йоріс подивився на Сільвію. ‘Laten we instappen!' давайте||садиться в машину ||monter dans la voiture let's||Let's get in! ||entrar no carro ||Сідаймо! "Let's get in! "بیا وارد شویم!" "Įlipkime! Залезаем! “我们进去吧！”

‘Ben je gek?' antwoordde Sylvia. ||crazy||Sylvia ||louca|| Ти||"дурний"|| "Are you crazy?" replied Sylvia. "Ar tu išprotėjai?" - atsakė Silvija. Ты с ума сошла?" - ответила Сильвия. '你疯了？'西尔维娅回答道。 ‘Waarom?' Por quê "Why?

‘We kunnen een eindje gaan roeien!' |можем||немного||поплавать на лодке |||||naviguer en bateau ||a|a little|to go|go rowing |||stukje||roeien |||um pedaço||remar ||||gehen|rudern gehen |||||гребти 'We can go rowing for a while!' "می توانیم کمی پارو بزنیم!" "Galime šiek tiek irkluoti! "Мы можем немного покататься на лодке! «Ми можемо трохи покататися на човні!» “我们可以去划一会儿船！”

‘Ik weet het niet …' |know|| |sei|| 'I don't know ...' "Я не знаю... «Я не знаю …» “不知道……”

‘Kom op! Come on| 'Come on! 'بیا دیگه! Давай! «Давай!» Laten we gaan! Давайте|| deixe|nós|ir Let's go! Поехали! Het wordt echt leuk!' |будет|| it|is|| |vai||divertido It will be really fun! این واقعا سرگرم کننده خواهد بود! Это будет очень весело! 这将会非常有趣！

‘Oké …' zei Sylvia. |сказала| |said| 'Okay ...' Sylvia said. Хорошо... - сказала Сильвия. Ze klonk niet echt blij. |казалась|||счастливой |semble||| |sounded|||happy |soava|||feliz |klang||| |вона звучала||| She didn't sound very happy. او خیلی خوشحال به نظر نمی رسید. В ее голосе не было радости. 她听起来不太高兴。

Sylvia en Joris stapten met hun rugzak in de boot. |||вошли||их|||| |||montèrent|||||| |||got into|||backpack|||boat |||entraram|||||| |||stiegen ein|||||| |||сідали|||||| Sylvia and Joris got into the boat with their backpacks. Сильвия и Йорис поднялись на борт лодки с рюкзаками. 西尔维娅和乔里斯背着背包上了船。 Ze roeiden langzaam een stukje de rivier af. |гребли|||немного|||вниз по |naviguaient|||||| |rowed|slowly||a bit|||down |remaram|devagar||um trecho||| |ruderten|||||| |веслували вниз річкою|||трохи||| They rowed slowly down the river for a bit. Они медленно гребли вниз по реке. Вони повільно веслували вниз по річці. 他们沿着河慢慢地划船。 Sylvia keek om zich heen. ||||вокруг ||||around her ||||ao redor Sylvia looked around. Сильвия огляделась по сторонам. Сильвія озиралася довкола. ‘Wat is het hier mooi!' zei ze. |||||сказала| how||||beautiful|| que||||lindo||ela "How beautiful it is here!" she said. Как здесь красиво!" - сказала она. ‘Як тут гарно!' – сказала вона.

‘Ja, hè! |não é Так, правда!|ж так 'Yeah, right! Да, конечно! Er staan veel bomen. |стоят|| |are standing|many|trees |há|| There are many trees. Здесь много деревьев. 有很多树。 En we kunnen de zon nog steeds goed zien.' and||||||still|| ||||||ainda|bem|ver ver And we can still see the sun very well.' و ما هنوز هم می توانیم خورشید را به وضوح ببینیم.' И мы по-прежнему хорошо видим солнце". 我们仍然可以清楚地看到太阳。”

‘Ik ben zo blij dat we hier naartoe zijn gegaan. ||так|||||||поехали |||||||to here||have gone to |||feliz||nós||aqui||fomos I'm so glad we came here. "خیلی خوشحالم که اینجا رفتیم. Я так рада, что мы поехали сюда. Я такий щасливий, що ми сюди прийшли. “我很高兴我们来到这里。 Laten we iets eten. ||что-нибудь| let's||| ||algo| Let's get something to eat. Давайте что-нибудь съедим. Давайте щось поїмо. Wil jij iets eten?' будешь||| ||algo|comer algo Do you want to eat something? Хотите что-нибудь поесть? Ти хочеш щось поїсти?

‘Natuurlijk! Of course 'Of course! Конечно! Wat heb je bij je?' what|||with|with you |||com você| What do you have on you? Что у вас с собой? Що у тебе з собою? 你带着什么？

Sylvia haalde een paar koekjes en boterhammen uit haar rugzak. |sortit|||biscuits||sandwiches||| |holte heraus|||||||| |took out|||cookies||sandwiches|||backpack |pegou|||||||| |дістала|||печиво||||| Sylvia holte ein paar Kekse und Sandwiches aus ihrem Rucksack. Sylvia took a few cookies and sandwiches out of her backpack. سیلویا از کوله پشتی خود مقداری کلوچه و ساندویچ درآورد. Сильвия достала из рюкзака несколько печений и сэндвичей. Сільвія витягнула кілька печив і бутербродів зі свого рюкзака. Joris haalde de energiedrankjes tevoorschijn. ||||достал ||||dehors |"pulled out"||energy drinks|"brought out" ||||tevoorschijn |tirou|||à tona |holte hervor|||hervor |вийняв|||дістав назовні Joris holte die Energydrinks heraus. Joris pulled out the energy drinks. جوریس نوشابه های انرژی زا را بیرون آورد. Джорис достал энергетические напитки. Йоріс витягнув енергетичні напої. 乔里斯拿出能量饮料。

‘Wat wil jij?' Що|| "What do you want? Что вам нужно? '你想要什么？'

‘De boterhammen zien er lekker uit …' ||выглядят|они|вкусно выглядят| |sandwiches|||tasty|look |бутерброди|||| 'The sandwiches look delicious ...' ساندویچ ها خوشمزه به نظر می رسند… "Сэндвичи выглядят очень аппетитно...

‘Hier! 'Here! 'اینجا! Вот! Neem maar.' |только "Go ahead."|Just Take it. بگیر. Возьми его".

‘Dank je wel, Sylvia!' |ты|| ||thank you| "Thank you, Sylvia! Спасибо, Сильвия!

De twee aten hun boterhammen in het bootje op de rivier. ||ели|свои||||лодке|на||реке ||mangeaient|||||||| ||aßen|||||||| ||ate||sandwiches|||||| ||їли|||||||| The two ate their sandwiches in the boat on the river. آن دو ساندویچ خود را در قایق روی رودخانه خوردند. Они ели свои сэндвичи в лодке на реке. Plotseling hoorden ze een geluid. вдруг|услышали|||звук |hörten|||Geräusch "Suddenly"|heard|||sound Раптом|почули|||звук Suddenly, they heard a sound. Вдруг они услышали шум.

‘Hoorde je dat?' zei Joris. слышал|ты|это|сказал| "Did you hear"|||| "Чув"|||| "Did you hear that?" said Joris. Вы слышали это?" - сказал Йорис.

‘Ik denk dat het uit het huis komt.' ||что|||||выходит 'I think it's coming from the house.' Думаю, это происходит из дома. “我认为是从房子里传出来的。”

‘Dat denk ik ook!' |||too "I think so, too! "Я тоже так думаю!

‘Laten we gaan kijken!' давайте||| "Let's go see! Пойдемте посмотрим!

Sylvia keek Joris verbaasd aan. |посмотрела||с удивлением| |||überrascht| |looked||Sylvia looked at Joris in surprise.|at |||здивовано| Sylvia looked at Joris in surprise. Сильвия удивленно посмотрела на Йориса. 西薇雅惊讶地看着乔里斯。 ‘Meen je dat?' zei ze. ты|ты||сказала| "Are you"||that|| "Are you serious?" she said. "جدی می گویی؟" او گفت. Вы серьезно?" - сказала она. '你是认真的？'她说。

‘Ja! Kom op!' |давай come| Давай!| Come on! Давай!

Joris en Sylvia roeiden terug naar de oever. |||грести|обратно|||берег |||paddelten||||Ufer |||rowed back|back|||shore |||||||oever |||веслували|назад||| Joris and Sylvia rowed back to the shore. Жорис и Сильвия гребли к берегу. 乔里斯和西尔维娅划回岸边。 Ze deden hun rugzak op hun rug. |они||||свою|спину ||||||Rücken |put on||||their|back They put their backpacks on their backs. کوله پشتی هایشان را می گذارند. Они повесили рюкзаки на спину. 他们把背包背在背上。 Daarna liepen ze langzaam naar het oude houten huis. потом|шли||медленно|||старый|деревянный| |||||||en bois| |walked||slowly||||wooden| Після цього|||||||дерев'яний| Then they walked slowly to the old wooden house. Затем они медленно пошли к старому деревянному дому. 然后他们慢慢地向那座古老的木屋走去。

‘Sylvia, ik wil het huis in gaan.' ||||||войти в 'Sylvia, I want to go into the house.' Сильвия, я хочу пойти в дом. “西尔维娅，我想进屋去。”

‘Waarom? Why 'Why? Ik dacht dat we gingen wandelen? |думал|||шли|гулять |thought||||go for a walk I thought we were going for a walk? Я думала, мы собираемся прогуляться? 我以为我们是去散步？ Buiten in de frisse lucht? на улице|||свежем|воздух Outside|||Fresh|fresh air |||свіже| Outside in the fresh air? بیرون در هوای تازه؟ На свежем воздухе? 到外面呼吸新鲜空气吗？ Niet in huizen?' ||дома ||houses Not in houses? Не в домах? 不在房子里吗？

‘Ja, dat is waar. |||true 'Yes, that's true. Да, это правда. Maar in het bos staan veel interessante dingen. |||||||вещи |||Wald|||| |||forest|are|many|interesting|things ||||стоїть||| But there are many interesting things in the forest. Но в лесу есть много интересного. 但森林里有很多有趣的东西。 Ik hou ervan om interessante dingen te ontdekken.' |люблю|||||| |love|"of it"||interesting|||discover |Я люблю|мені це|||||відкривати I like to discover interesting things. Я люблю открывать для себя интересные вещи".

‘Ik weet het niet zeker …' ||||точно ||it||sure ||||не впевнений 'I'm not sure ...' "Я не уверен... '我不知道 …'

‘Kom op! |Давай! 'Come on! Давай! Laten we het huis in gaan,' zei Joris nog een keer. |||||go|said|Joris said|||one more time Let's go into the house," Joris said again. Пойдемте в дом, - повторил Йорис. Uiteindelijk ging Sylvia akkoord. |согласилась||согласилась |||einverstanden Ultimately|"went"||agreed |||akkoord |||згодна Letztendlich stimmte Sylvia zu. In the end, Sylvia agreed. В конце концов Сильвия согласилась. 最终西尔维娅同意了。

Sylvia en Joris liepen voetje voor voetje naar het huis. ||||pied||||| |||walked|step by step||foot||| ||||Schritt für Schritt||||| |||йшли|нога за ногою||||| Sylvia and Joris walked foot by foot to the house. Сильвия и Йорис шли к дому нога за ногу. 西尔维娅和乔里斯一步步朝房子走去。 Ze deden de deur open en gingen naar binnen. |did||door|open||||inside |відчинили||двері||||| They opened the door and went inside. Они открыли дверь и вошли внутрь. Alles in het huis was erg oud. всё|||||| Everything|||||| Everything in the house was very old. Все в доме было очень старым. Het was al een lange tijd onbewoond. ||уже||долгое|время| ||||||inhabitée ||already||||uninhabited ||||||unbewohnt ||||||безлюдний It had been uninhabited for a long time. Долгое время он был необитаем. 这里已经很长时间无人居住了。 Overal lag stof. ||Überall lag Staub. Everywhere|was lying|dust Скрізь||Пил There was dust everywhere. Повсюду была пыль. 到处都是灰尘。

‘Sylvia, kijk hier eens naar,' riep Joris. |look|||at|| 'Sylvia, look at this,' Joris called out. Сильвия, посмотри на это, - позвал Йорис. “西尔维娅，看看这个，”乔里斯喊道。 Zijn stem klonk vreemd. |его голос|| |voice|sounded|strange |голос|Його голос звучав дивно.|Його голос звучав дивно. His voice sounded strange. صدایش عجیب به نظر می رسید. Его голос звучал странно. 他的声音听起来很奇怪。

‘Wat zeg je?' Що|кажеш| "What are you saying? "Что ты говоришь?

‘Hier, naast het raam.' |рядом с||окно |next to||window |Поруч із||Вікно 'Here, next to the window.' "Здесь, рядом с окном". “这里，窗户旁边。”

Sylvia keek. |looked Sylvia looked. Сильвия посмотрела. Op de vloer, in het stof, lagen een paar zeer grote ||полу|||||||| ||Boden|||||||| ||floor|||dust|were lying|||very| ||підлозі||||лежали||||великі On the floor, in the dust, were some very large روی زمین، در میان گرد و غبار، چند عدد بسیار بزرگ بود На полу, в пыли, лежали несколько очень больших 在地板上的灰尘里，有一些非常大的东西

voetafdrukken. следы ног empreintes de pas Fußabdrücke. Footprints. відбитки ніг footprints. следы. 脚印。

‘Wat zouden deze voetafdrukken kunnen betekenen?' vroeg Joris. |могли бы|||||| |||||bedeuten|| what|would||footprints||mean|| |могли б||||означати|| "What could these footprints mean?" asked Joris. Что могут означать эти следы?" - спросил Йорис. “这些脚印意味着什么？”乔治问道。

‘Ik denk dat het berenvoetafdrukken zijn!' antwoordde Sylvia. ||||traces de pas d||| ||||Bärenfußabdrücke||| ||||berenvoetafdrukken||| ||||ведмежі сліди||| ||||bear tracks||answered| "I think they are bear footprints!" replied Sylvia. "Я думаю, это следы медведя!" - ответила Сильвия.

‘Een beer, Sylvia?! |un ours| |Ein Bär| |A bear| 'A bear, Sylvia! Медведь, Сильвия?! Hier zijn geen beren! |||медведей |||ours |||Bären |||bears |||Ведмеді There are no bears here! Здесь нет медведей! 这里没有熊！ De dichtstbijzijnde beren zijn honderden kilometers hier vandaan!' |ближайшие|медведи|||||отсюда |la plus proche|||des centaines||| |The nearest|bears||hundreds of|||from here |dichtstbijzijnde|||||| |nächsten|Bären||||| |найближчі|||сотні|кілометрів||звідси The nearest bears are hundreds of miles from here! Ближайшие медведи находятся в сотнях километров отсюда! 最近的熊也在数百英里之外！”

‘Dan heb ik geen idee. Дан|||| 'Then I have no idea. Тогда я понятия не имею. '那我就不知道了。 Maar laten we hier in ieder geval weggaan!' |let's||||любом случае|в любом случае|уйдём отсюда |||||jedem|| but|||here|in|at least|in any case|leave here ||||||в будь-якому разі|піти звідси But at least let's get out of here! اما بیایید حداقل از اینجا برویم! Но давайте хотя бы выберемся отсюда!

Plotseling hoorden de twee een geluid in de keuken. вдруг|||||звук|||кухне suddenly|heard||||sound|||kitchen Suddenly, the two heard a noise in the kitchen. Вдруг они услышали шум на кухне. Sylvia en Joris renden ernaartoe. |||поедут|туда |||vont| ||Joris|ran|towards it |||ran|dorthin |||бігли|до нього Sylvia and Joris ran after it. Сильвия и Йорис побежали за ним. 西尔维娅和乔里斯跑向它。 Ze konden hun ogen niet geloven. |||глазам|| |couldn't|their|eyes|not|believe |могли||очам||повірити They couldn't believe their eyes. چشمانشان را باور نمی کردند. Они не могли поверить своим глазам. 他们简直不敢相信自己的眼睛。 Er stond een groot harig wezen in de keuken! ||||hairy|hairy creature|||kitchen There was a big furry creature in the kitchen! На кухне было большое пушистое существо! Het draaide zich snel om, ging door de achterdeur en rende weg. |повернулось||быстро||ушёл|через||задняя дверь|||прочь |se tourna|||||||||| |turned around quickly|itself|quickly||"went"||the|back door||ran away| |повернулося|||||через||задні двері||| It quickly turned around, went through the back door and ran away. سریع چرخید و از در پشتی گذشت و فرار کرد. Он быстро развернулся, прошел через заднюю дверь и скрылся. 它迅速转身，从后门跑了。 Het wezen maakte veel lawaai. ||делало|| Das|||| |The creature|"was making"||noise ||створювало||шум The creature was making a lot of noise. این موجود سر و صدای زیادی به پا کرد. Существо издавало много шума. 这个生物发出了很大的噪音。 Het wezen brak zelfs de deur toen het vertrok! ||||||когда||уходило ||||||||partit ||broke|even|||when||left ||brak|||||| Das||brach|||||| ||зламало|навіть||||| Die Kreatur zerbrach sogar die Tür, als sie ging! The creature even broke down the door as it left! این موجود حتی در هنگام خروج را شکست! Stwór nawet wyłamał drzwi, gdy wychodził! Уходя, существо даже сломало дверь! 这个生物在离开时甚至打破了门！

Sylvia en Joris stonden stil. |||стояли|стояли |||sont restés| ||Joris|were standing| |||стояли на місці|зупинилися Sylvia and Joris stood still. سیلویا و جوریس ایستادند. Сильвия и Йорис стояли неподвижно. 西尔维娅和乔里斯站着不动。 Het wezen verdween in het bos. ||исчезло||| ||disparut||| ||verschwand||| ||disappeared||| ||зникло||| The creature disappeared into the forest. Существо исчезло в лесу. Sylvia kon niet praten. |не могла||Сильвія не могла говорити. Sylvia could not speak. Сильвия не могла говорить. 西尔维娅说不出话来。 ‘Wat was dat?' vroeg Joris. "What was that?" asked Joris. Что это было?" - спросил Йорис. Ze wisten het niet. |знали|| |savaient|| |did know|| They didn't know. Они не знали. 他们不知道。

**Hoofdstuk 1 Overzicht** Kapitel 1 Übersicht| Chapter|Chapter 1 Overview |Огляд розділу 1 Глава 1 Обзор

**Samenvatting** Summary Samenvatting Резюме Summary Резюме

Sylvia en Joris gaan wandelen in het Geuldal. |||||||Geuldal Sylvia and Joris go for a walk in the Geuldal. Сильвия и Йорис отправляются на прогулку в долину Геул. Ze komen bij de rivier |приходять до||| They arrive at the river. Они прибывают к реке

de Geul. the| the Geul. Er staat een oud huis bij de rivier en er ligt een boot. There is an old house by the river and a boat. На берегу реки стоит старый дом и лодка. Ze She

gaan met de boot de rivier op. |||човен||| go by boat up the river. подниматься по реке на лодке. Dan horen ze een geluid. они||||звук |hear|||sound Then they hear a sound. Затем они слышат звук. Ze gaan They go

terug en ze lopen het huis binnen. back|||||| назад|||заходять у||| back and they walk into the house. Они возвращаются и входят в дом. In de keuken zien ze een vreemd |||видят|||странный объект ||||||a stranger ||На кухні|||| In the kitchen, they see a strange На кухне они видят странный

wezen. сущность beings. being. быть. Het wezen rent het huis uit. ||бежит||| ||court||| ||runs||| ||біжить||| The creature runs out of the house. Существо выбегает из дома. Het gaat het bos in. |||the forest| It goes into the forest. Он уходит в лес. Sylvia en

Joris weten niet wat het wezen is. |we weten||||| |knows||||being| Joris do not know what the creature is. Джорис не знает, что это за существо.