×

Mes naudojame slapukus, kad padėtume pagerinti LingQ. Apsilankę avetainėje Jūs sutinkate su mūsų slapukų politika.

image

Short Stories In Dutch For Beginners, De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

De Gekke Loempia

Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

‘Daniel, kom hier!', roept Julia. Ze staat bij de voordeur van het huis.

‘Wat is er, Julia?', antwoord ik.

‘We gaan vandaag naar Nederland! Je bent het toch niet vergeten?'

‘Natuurlijk niet. Ik ben aan het inpakken', roep ik.

Mijn naam is Daniel. Ik ben 24 jaar oud. Julia is mijn zus. Ze is 23. We studeren allebei aan de universiteit. We delen een huis in Londen. Onze ouders heten Arthur en Sara.

Julia en ik maken ons klaar om op reis te gaan. We gaan naar Amsterdam, Nederland. We volgen allebei een studie Nederlands. We kennen de taal al best goed, maar we willen meer leren. Dit komende trimester zijn we uitwisselingsstudent.

Ik ben lang, ongeveer 1,90 m. Ik heb best lang bruin haar. Mijn ogen zijn groen en ik heb een brede mond. Ik ben stevig gebouwd. Mijn benen zijn sterk dankzij veel uren op de tennisbaan. Ik ben ook een zeer goede basketbalspeler. Mijn zus Julia heeft ook bruin haar. Haar haar is langer dan dat van mij. Haar ogen zijn niet groen. Zij heeft bruine ogen zoals mijn vader. Ik heb dezelfde kleur ogen als mijn moeder.

Mijn ouders werken allebei. Mijn vader is elektricien. Hij werkt bij een groot elektrotechnisch bedrijf. Mijn moeder is schrijfster. Ze heeft ook haar eigen bedrijf. Het verkoopt sciencefictionboeken. Mijn ouders zijn echt geweldig. Ze helpen ons altijd om ons doel te bereiken. Ze spreken beiden goed Nederlands. Ze spreken vaak Nederlands tegen ons. Zo kunnen Julia en ik meer oefenen. Ze hebben ons echt aangemoedigd om uitwisselingsstudent te worden. We vertrekken vandaag naar Nederland.

Mijn vader komt mijn kamer binnen. Hij kijkt me verbaasd aan. Waarom? Omdat ik nog niet ben aangekleed. ‘Daniel! Waarom ben je niet aangekleed?', vraagt pa.

‘Aangekleed? Ik ben pas net opgestaan. Ik heb vijf minuten geleden gedoucht. Ik ben nog niet eens droog!'

‘Kom! We hebben niet veel tijd. Ik wil je naar de luchthaven brengen. Maar ik moet ook naar mijn werk.'

‘Maak je geen zorgen, pa. Ik kleed me nu aan.'

‘Waar is je zus?'

‘Ze is in haar kamer.'

Mijn vader gaat de kamer van mijn zus binnen. Hij wil met haar praten. Hij komt binnen en Julia kijkt hem aan. ‘Oh, hallo pa. Is er iets?', vraagt Julia.

‘Ja. Je broer kleedt zich nu aan. Dus geef ik dit aan jou. Alsjeblieft.' Mijn vader geeft Julia een stapeltje bankbiljetten. ‘Dit is voor jullie beiden.'

Julia is verbaasd. ‘Pa!' Dit is veel geld!, zegt ze.

‘Je moeder en ik hebben dit geld gespaard. We willen een deel van jullie reis naar Nederland betalen.'

‘Bedankt pa!', zegt mijn zus. ‘Het zal ons goed helpen. Ik ga het Daniel vertellen!'

Julia wil naar mij toe gaan. Ze loopt bijna tegen me op. Zij en pa hebben niet gemerkt dat ik binnenkwam. Mijn vader ziet mij. ‘Oh Daniel, je bent er!', zegt hij. ‘En je bent aangekleed! Fantastisch!' Mijn vader wijst naar het geld. ‘Dat geld is voor jullie tweeën. Het is voor de reis.'

‘Bedankt pa. Het zal echt helpen', antwoord ik. Julia glimlacht.

‘Nu moeten we ons snel klaarmaken', zegt pa. ‘We moeten naar de luchthaven! Kom!'

Nadat we hebben gegeten, vertrekken we. We gaan met de auto van mam op weg naar de luchthaven. Julia is erg nerveus. ‘Julia', zegt mam. ‘Is alles in orde?'

‘Ik ben erg nerveus', antwoordt Julia.

‘Waarom?'

‘Ik ken niemand in Nederland. Ik ken dan alleen Daniel.'

‘Maak je geen zorgen', antwoordt mam. ‘Er zijn veel aardige mensen in Amsterdam. Vooral Arnoud de vriend van Daniel.'

‘Ja, mam. Ik weet zeker dat je gelijk hebt. Maar ik voel me toch nerveus … wat als er iets gebeurt?'

‘Het komt wel goed', zegt vader.

Op de luchthaven zijn veel mensen aan het inchecken. Veel van hen reizen voor hun werk. Sommigen reizen voor hun plezier. Ik loop naar Julia. Dan vraag ik: ‘Ben je nu wat meer ontspannen?'

‘Ja, Daniel. In de auto was ik erg nerveus.'

‘Ja, dat weet ik. Alles komt in orde. Mijn vriend Arnoud is erg aardig. Hij helpt vaak uitwisselingsstudenten zoals wij.'

Onze ouders geven ons een warme knuffel. Als Julia en ik vertrekken, zwaaien we elkaar gedag. ‘We houden van jullie allebei!' roepen ze. Dat is het laatste wat we horen. Een uur later stijgt ons vliegtuig op. We zijn op weg naar Amsterdam!

Hoofdstuk 1 Overzicht

Samenvatting

Daniel en Julia zijn student. Ze wonen in Londen. Ze studeren Nederlands aan de universiteit. Ze gaan vandaag naar Nederland. Zij gaan als uitwisselingsstudent naar Amsterdam. Hun ouders brengen ze naar de luchthaven. Julia is in de auto erg nerveus. Op de luchthaven wordt ze weer rustig. Zij en Daniel vertrekken naar Nederland.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen (артикль)|Сумасшедшая|Ломпия|Глава|Подготовка Le|Fou|Printemps|Chapitre|Préparations The|Crazy|Spring roll|Chapter|Preparations de||||Voorbereidingen O|Louco|Primavera|Capítulo|Preparações |Ludi|Lumpija|Poglavlje|Pripreme Der|Verrückte|Frühlingsrolle|Kapitel|Vorbereitungen The|Crazy|Spring Roll|Chapter|Preparations الـ|المجنونة|الربيان|الفصل| |loco|Loempia|Capítulo|Preparativos |Gekke|Loempia|Rozdział(1)| The crazy spring roll - Chapter 1 - Preparations El rollito de primavera loco - Capítulo 1 - Preparativos L'involtino primavera pazzo - Capitolo 1 - Preparazione 狂気の春巻き-第1章-準備編 Beprotiškas pavasario ritinys - 1 skyrius - Pasiruošimas De Szalona sajgonka - Rozdział 1 - Przygotowania Den galna vårrullen - Kapitel 1 - Förberedelser Божевільний спрінг-рол - Розділ 1 - Підготовка 疯狂的春卷 - 第 1 章 - 准备工作 疯狂的春卷 - 第 1 章 - 准备 - PtoDjaraz 瘋狂的春捲 - 第 1 章 - 準備工作 A Rolinho Louco - Capítulo 1 – Preparativos Le Gâteau Loumpia - Chapitre 1 – Préparations Çılgın Dürüm - Bölüm 1 – Hazırlıklar Сумасшедшая Люмпия - Глава 1 – Подготовка Die Verrückte Frühlingsrolle - Kapitel 1 – Vorbereitungen

**De Gekke Loempia** (артикль)|Сумасшедшая|Лумпия Le|Fou|Rouleau de printemps The|Crazy|Spring Roll |Gekke| O|Louco|Rolinho primavera Der|Verrückte|Frühlingsrolle The|Crazy|Spring Roll ال|المجنونة|السمبوسة |божевільний| The crazy spring roll El rollito de primavera loco Божевільний весняний рол 疯狂的春卷 A Rolinho Louco Le Gâteau Loumpia Çılgın Dürüm Сумасшедшая Люмпия Die Verrückte Frühlingsrolle

**Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen** Глава|Подготовка Chapitre|Préparations Chapter|Preparations Capítulo|Preparações Kapitel|Vorbereitungen Bölüm|Hazırlıklar الفصل(1)|التحضيرات |Preparativos Chapter 1 - Preparations Capítulo 1 - Preparativos Розділ 1 - Підготовка Capítulo 1 – Preparativos Chapitre 1 – Préparations Bölüm 1 – Hazırlıklar Глава 1 – Подготовка Kapitel 1 – Vorbereitungen

‘Daniel, kom hier!', roept Julia. Даниэль|приходи|сюда|зовет|Юлия Daniel|viens|ici|crie|Julia "Daniel, come here!"|"come"|"here"|"calls"|"Julia" Daniel|venha|aqui|grita|Julia ||ovde||Julija Daniel|komm|hier|ruft|Julia Daniel|gel|buraya|çağırıyor|Julia دانيال|||| ||||Юлія Daniel|||dice| "دانيال، تعال إلى هنا!" تصرخ جوليا. 'Daniel, come here!' Julia calls out. "¡Daniel, ven aquí!", grita Julia. جولیا فریاد می زند: "دانیل، بیا اینجا!" Daniel, vieni qui!", grida Julia. "Даніелю, йди сюди!", - кричить Юлія. ‘Daniel, venha aqui!', grita Julia. ‘Daniel, viens ici !', crie Julia. ‘Daniel, buraya gel!', diye bağırıyor Julia. ‘Даниэль, иди сюда!', кричит Юлия. ‘Daniel, komm her!', ruft Julia. Ze staat bij de voordeur van het huis. Она|стоит|у|артикль|входной двери|от|артикль|дом Elle|est|près de|de|porte d'entrée|de|le|maison She|is standing|at|the|front door|of the|the|house Ela|está|na|da|porta da frente|de|o|casa ||||ulazna vrata|||kuća Sie|steht|an|die|Haustür|von|das|Haus O|duruyor|yanında|belirli artikel|ön kapı|-nın|belirli artikel|ev هي||||الباب الأمامي||| |||||||dom ||||двері (вхідні)||| ella|está|bij||puerta de entrada||la| وهي تقف عند الباب الأمامي للمنزل. She is standing at the front door of the house. Se para en la puerta principal de la casa. جلوی در خانه ایستاده است. Si trova davanti alla porta d'ingresso della casa. Вона стоїть біля вхідних дверей будинку. Ela está na porta da frente da casa. Elle se tient devant la porte d'entrée de la maison. Evimin kapısında duruyor. Она стоит у входной двери дома. Sie steht an der Haustür.

‘Wat is er, Julia?', antwoord ik. Что|есть|там|Юлия|отвечаю|я Qu'est-ce que|est|il y|Julia|réponds|je "What"|"is"|it|Julia|I answer|I O que|é|há|Julia|respondo|eu ||||odgovaram| Was|ist|los|Julia|antworte|ich Ne|var|orada|Julia|cevap|ben ¿Qué||||respondo| "ما الأمر يا جوليا؟" أجيب. 'What's wrong, Julia?' I answer. ¿Qué pasa, Julia?", le respondo. "چی شده، جولیا؟" من پاسخ می دهم. Cosa c'è, Julia?", rispondo. Kas yra, Julija, - atsakau. Що таке, Юліє, - відповідаю я. ‘O que há, Julia?', respondo. ‘Qu'est-ce qu'il y a, Julia?', réponds-je. ‘Ne var, Julia?', diye cevap veriyorum. ‘Что случилось, Джулия?', отвечаю я. ‘Was ist los, Julia?', antworte ich.

‘We gaan vandaag naar Nederland! Мы|идем|сегодня|в|Нидерланды Nous|allons|aujourd'hui|vers|Pays-Bas we|are going|today|to|the Netherlands Nós|vamos|hoje|para|Países Baixos ||||Holandija Wir|gehen|heute|nach|Niederlande Biz|gideceğiz|bugün|e|Hollanda nosotros|||| 'We are going to Holland today! Hoy nos vamos a Holanda. ما امروز به هلند می رویم! Oggi andiamo in Olanda! "Сьогодні ми їдемо до Голландії! ‘Nós vamos para a Holanda hoje! ‘Nous allons aujourd'hui aux Pays-Bas! ‘Bugün Hollanda'ya gidiyoruz! ‘Сегодня мы едем в Нидерланды! ‘Wir fahren heute nach Nederland! Je bent het toch niet vergeten?' Ты|есть|это|все же|не|забыл Tu|es|cela|quand même|pas|oublié you|are|it|still|not|forgotten Você|é|isso|afinal|não|esqueceu |||verzwegen||zaboravio Du|bist|es|doch|nicht|vergessen Sen|-sin|onu|yine de|değil|unuttun |||إذن|| |||ж все ж|| tú|||todavía||olvidado أنت لم تنسى، أليس كذلك؟ You haven't forgotten, have you? No lo has olvidado, ¿verdad? تو فراموش نکردی، نه؟ Non l'hai dimenticato, vero? Jūs nepamiršote, ar ne? Ти ж не забув, правда? Você não esqueceu, né?' Tu ne l'as pas oublié, n'est-ce pas?' Bunu unuttun mu?' Ты ведь не забыл?' Du hast es doch nicht vergessen?'

‘Natuurlijk niet. Конечно|нет Bien sûr|non Of course|not Claro|não Natürlich|nicht Elbette|hayır بالطبع| Of course not. Por supuesto que no. 'البته که نه. "Žinoma, ne. ‘Claro que não. ‘Bien sûr que non. ‘Tabii ki hayır. ‘Конечно, нет. „Natürlich nicht. Ik ben aan het inpakken', roep ik. Я|есть|в|процессе|упаковки|кричу|я je|suis|en|en|emballer|crie|je ||on|the|packing up|shout| ||||inpakken|| Eu|estou|a|o|empacotar|grito|eu |||||viku| Ich|bin|am|das|einpacken|rufe|ich Ben|ben|aan|het|inpakken|çağırıyorum|ben ||||تغليف|| ||||упаковувати|| ||en||empacar|| أنا أحزم أمتعتي،" أنا أصرخ. I'm packing, I shout. Estoy haciendo las maletas", grito. دارم بسته بندی می کنم، فریاد می زنم. Faccio i bagagli", grido. Pakuojuosi, - šūkteliu. Я пакуюся, - кричу я. 我在打包,"我喊道。 Estou arrumando as malas', grito. Je suis en train de faire mes valises', crie-je. Paket yapıyorum', diye bağırıyorum. Я собираюсь,' кричу я. „Ich packe gerade“, rufe ich.

Mijn naam is Daniel. Мое|имя|есть|Даниэль Mon|nom|est|Daniel My|name|is|Daniel Meu|nome|é|Daniel Mein|Name|ist|Daniel Benim|ad|dir|Daniel My name is Daniel. Me llamo Daniel. نام من دانیال است. Meu nome é Daniel. Mon nom est Daniel. Benim adım Daniel. Меня зовут Даниил. „Mein Name ist Daniel. Ik ben 24 jaar oud. Я|есть|лет|стар Je|ai|ans|vieux |am|year|old Eu|sou|anos|velho Ich|bin|Jahre|alt Ben|24|yıl|yaş |||старий I am 24 years old. Tengo 24 años. من 24 سال سن دارم. Eu tenho 24 anos. J'ai 24 ans. 24 yaşındayım. Мне 24 года. „Ich bin 24 Jahre alt. Julia is mijn zus. Юлия|есть|моя|сестра Julia|est|ma|sœur Julia|||Julia is my sister. Julia|é|minha|irmã Julia|ist|meine|Schwester Julia|dir|benim|kız kardeşim Julia||| |||сестра Julia is my sister. Julia es mi hermana. جولیا خواهر من است. Julija yra mano sesuo. Julia é minha irmã. Julia est ma sœur. Julia benim kız kardeşim. Юлия - моя сестра. Julia ist meine Schwester. Ze is 23. Она|есть Elle|a She is| Ela|tem Sie|ist O|dir She is 23. Tiene 23 años. اون 23 سالشه Їй 23. Ela tem 23. Elle a 23 ans. O 23 yaşında. Ей 23 года. Sie ist 23. We studeren allebei aan de universiteit. Мы|учимся|оба|в|университете|университет Nous|étudions|tous les deux|à|l'|université we|study|both|at||university Nós|estudamos|ambos|na|a|universidade Wir|studieren|beide|an|die|Universität Biz|çalışıyoruz|ikimiz de|de|üniversite|üniversite ||كلاهما||| ||oboje||| |||||університеті ||ambos||| كلانا يدرس في الجامعة. We are both studying at university. Los dos estudiamos en la universidad. ما هر دو در دانشگاه درس می خوانیم. Entrambi studiamo all'università. 我们都在大学学习。 Nós dois estudamos na universidade. Nous étudions tous les deux à l'université. İkimiz de üniversitede okuyuyoruz. Мы обе учимся в университете. Wir studieren beide an der Universität. We delen een huis in Londen. Мы|делим|один|дом|в|Лондоне Nous|partageons|une|maison|à|Londres |share||house|in|London Nós|compartilhamos|uma|casa|em|Londres Wir|teilen|ein|Haus|in|London Biz|paylaşıyoruz|bir|ev|de|Londra |dzielimy|||| |ділимо|||| nosotros|compartimos|||| We share a house in London. Compartimos casa en Londres. ما یک خانه مشترک در لندن داریم. Condividiamo una casa a Londra. Ми живемо в одному будинку в Лондоні. 我们在伦敦合租一所房子。 Nós compartilhamos uma casa em Londres. Nous partageons une maison à Londres. Londra'da bir ev paylaşıyoruz. Мы делим дом в Лондоне. Wir teilen ein Haus in London. Onze ouders heten Arthur en Sara. Наши|родители|зовут|Артур|и|Сара Nos|parents|s'appellent|Arthur|et|Sara Our|Our parents|are called|Arthur|and|Sara Nossos|pais|se chamam|Arthur|e|Sara Unsere|Eltern|heißen|Arthur|und|Sara Bizim|ebeveynler|adları|Arthur|ve|Sara |||||Сара ||名前は||| nuestros||se llaman||| Our parents' names are Arthur and Sara. Nuestros padres se llaman Arthur y Sara. پدر و مادر ما آرتور و سارا نام دارند. I nostri genitori si chiamano Arthur e Sara. Nossos pais se chamam Arthur e Sara. Nos parents s'appellent Arthur et Sara. Ebeveynlerimizin adı Arthur ve Sara. Наши родители зовут Артур и Сара. Unsere Eltern heißen Arthur und Sara.

Julia en ik maken ons klaar om op reis te gaan. Юлия|и|я|готовим|себя|готовыми|чтобы|в|путешествие|инфинитивная частица|пойти Julia|et|je|préparons|nous|prêts|pour|en|voyage|à|partir Julia|and I||prepare ourselves|ourselves|getting ready|to|on|trip|to go|to go Julia|e|eu|fazemos|nos|prontos|para|em|viagem|a|ir Julia|und|ich|machen|uns|bereit|um|auf|Reise|zu|gehen Julia|ve|ben|hazırlıyoruz|kendimizi|hazır|için|yola|seyahat|ı|gitmek Julia|||||||||| |||نستعد||مستعدون|||رحلة||الذهاب ||||||||подорож|| Julia||||nos|preparar||||te| أنا وجوليا نستعد للذهاب في رحلة. Julia and I are getting ready to go on a trip. Julia y yo nos estamos preparando para irnos de viaje. من و جولیا در حال آماده شدن برای رفتن به سفر هستیم. Io e Julia ci stiamo preparando a partire per un viaggio. Mes su Julija ruošiamės į kelionę. Ми з Юлею готуємося до подорожі. 茱莉亚和我正准备去旅行。 Julia e eu estamos nos preparando para viajar. Julia et moi nous préparons à partir en voyage. Julia ve ben seyahate çıkmak için hazırlanıyoruz. Юлия и я готовимся к поездке. Julia und ich machen uns bereit, um zu reisen. We gaan naar Amsterdam, Nederland. Мы|едем|в|Амстердам|Нидерланды Nous|allons|à|Amsterdam|Pays-Bas we|go||Amsterdam|the Netherlands Nós|vamos|para|Amsterdã|Países Baixos Wir|gehen|nach|Amsterdam|Niederlande Biz|gidiyoruz|e|Amsterdam|Hollanda ||||هولندا |||Амстердам| We're going to Amsterdam, the Netherlands. Vamos a Ámsterdam, Países Bajos. به آمستردام هلند می رویم. Nós vamos para Amsterdã, Países Baixos. Nous allons à Amsterdam, aux Pays-Bas. Hollanda'nın Amsterdam kentine gidiyoruz. Мы едем в Амстердам, Нидерланды. Wir fahren nach Amsterdam, Niederlande. We volgen allebei een studie Nederlands. Мы|изучаем|оба|одно|изучение|нидерландского языка Nous|suivons|tous les deux|une|étude|néerlandais we|are taking|both|a|study program|Dutch language |||||Nederlands Nós|seguimos|ambos|um|curso|de holandês Wir|folgen|beide|ein|Studium|Niederländisch Biz|takip ediyoruz|ikimiz de|bir|çalışma|Hollandaca |نتبع|كلاهما|||الهولندية ||||курс| nosotros||ambos||estudio| كلانا يدرس اللغة الهولندية. Wir studieren beide Niederländisch. We are both studying Dutch. Los dos estudiamos neerlandés. ما هر دو هلندی می خوانیم. Nous suivons tous les deux des études de néerlandais. Kami berdua belajar bahasa Belanda. Entrambi stiamo studiando l'olandese. Abu mokomės olandų kalbos. Nós dois estamos fazendo um curso de holandês. Мы оба изучаем нидерландский язык. İkimiz de Hollandaca öğreniyoruz. Ми обоє вивчаємо голландську мову. 我们都在学习荷兰语。 We kennen de taal al best goed, maar we willen meer leren. Мы|знаем|этот|язык|уже|довольно|хорошо|но|мы|хотим|больше|учиться Nous|connaissons|la|langue|déjà|assez|bien|mais|nous|voulons|plus|apprendre |know||language|already|quite|well|but|we|want to|more|to learn Nós|conhecemos|a|língua|já|bastante|bem|mas|nós|queremos|mais|aprender Wir|kennen|die|Sprache|schon|ziemlich|gut|aber|wir|wollen|mehr|lernen Biz|biliyoruz|dili|dil|zaten|oldukça|iyi|ama|biz|istiyoruz|daha fazla|öğrenmek |знаємо|||||||||| nosotros|conocemos|||ya|bien||pero|||| نحن نعرف اللغة جيدًا بالفعل، ولكننا نريد معرفة المزيد. Wir kennen die Sprache schon ganz gut, aber wir wollen mehr lernen. We already know the language quite well, but we want to learn more. Ya conocemos bastante bien el idioma, pero queremos aprender más. ما قبلاً زبان را به خوبی می‌دانیم، اما می‌خواهیم بیشتر بیاموزیم. Nous connaissons déjà assez bien la langue, mais nous voulons en apprendre davantage. Kami sudah mengetahui bahasanya dengan cukup baik, tetapi kami ingin belajar lebih banyak lagi. Conosciamo già abbastanza bene la lingua, ma vogliamo imparare di più. Jau neblogai mokame kalbą, bet norime išmokti daugiau. Nós já conhecemos bem a língua, mas queremos aprender mais. Мы уже довольно хорошо знаем язык, но хотим учиться больше. Dili zaten oldukça iyi biliyoruz, ama daha fazla öğrenmek istiyoruz. Ми вже досить добре знаємо мову, але хочемо вивчити більше. Dit komende trimester zijn we uitwisselingsstudent. Это|предстоящее|триместр|будем|мы|студентом по обмену Ce|prochain|trimestre|sommes|nous|étudiant d'échange This|upcoming|This term|are|we|exchange student |||||uitwisselingsstudent Este|próximo|trimestre|somos|nós|estudante de intercâmbio Dieses|kommende|Trimester|sind|wir|Austauschstudent Bu|gelecek|dönem|olacağız|biz|değişim öğrencisi |||||دانشجوی تبادل |القادم||||طالب تبادل |||||wymiana studencka |||||обмінним студентом |次の|学期||| |próximo||somos||estudiantes de intercambio في الأشهر الثلاثة القادمة سنكون طلاب تبادل. Im kommenden Trimester sind wir Austauschstudenten. This coming trimester we are exchange students. Este próximo trimestre somos estudiantes de intercambio. این سه ماهه آینده ما دانشجوی تبادل خواهیم بود. Ce trimestre à venir, nous sommes des étudiants d'échange. Pada semester mendatang, kami akan melakukan pertukaran pelajar. Il prossimo trimestre saremo studenti di scambio. Ateinantį semestrą esame mainų studentai. Neste próximo trimestre, somos estudantes de intercâmbio. В этом предстоящем триместре мы студенты по обмену. Bu gelecek dönem değişim öğrencisiyiz. Цього семестру ми будемо студентами за обміном. 下学期,我们是交换生。

Ik ben lang, ongeveer 1,90 m. Ik heb best lang bruin haar. Я|есть|высокий|примерно|м|Я|имею|довольно|длинные|коричневые|волосы Je|suis|grand|environ|mètre|Je|ai|assez|long|brun|cheveux I|am|tall|about|meters|I||quite|tall|brown|hair Eu|sou|alto|cerca de|m|Eu|tenho|bastante|longo|castanho|cabelo Ich|bin|groß|ungefähr|m|Ich|habe|ziemlich|lang|braun|Haar Ben|uzun|yaklaşık||m|Ben|var|oldukça|uzun|kahverengi|saç ||طويل|حوالي|||||طويل|بني| |||||||||коричневе| ||背が高い|||||||| yo||alto|aproximadamente|||tengo|bastante||marrón| أنا طويل، حوالي 1.90 متر، ولدي شعر بني طويل جدًا. I am tall, about 1.90 m. I have pretty long brown hair. Mido 1,90 m. Tengo el cabello marrón bastante largo. من قد بلندی دارم حدود 1.90 متر موهای قهوه ای کاملا بلند دارم. Sono alta circa 1,90 m. Ho i capelli castani abbastanza lunghi. Esu aukštas, apie 1,90 m. Turiu gana ilgus rudus plaukus. Я високий, близько 1,90 м. Маю досить довге каштанове волосся. 我个子很高,大约 1.90 m。我有一头很长的棕色头发。 Eu sou alto, cerca de 1,90 m. Eu tenho cabelo castanho bem comprido. Je suis grand, environ 1,90 m. J'ai des cheveux bruns assez longs. Ben uzun, yaklaşık 1,90 m. Uzun kahverengi saçlarım var. Я высокий, примерно 1,90 м. У меня довольно длинные каштановые волосы. Ich bin groß, etwa 1,90 m. Ich habe ziemlich lange braune Haare. Mijn ogen zijn groen en ik heb een brede mond. Мои|глаза|есть|зелёные|и|я|имею|широкий|широкий|рот Mes|yeux|sont|verts|et|je|ai|une|large|bouche my|eyes|are|green|and||have|a|wide|mouth Meus|olhos|são|verdes|e|eu|tenho|uma|larga|boca Meine|Augen|sind|grün|und|ich|habe|einen|breiten|Mund Benim|gözler|dir|yeşil|ve|ben|var|bir|geniş|ağız |occhi||verdi|||||| ||||||||عريض|فم |очі||||||один|широкий|рот ||||||||ancha|boca My eyes are green and I have a wide mouth. Mis ojos son verdes y tengo una boca ancha. چشمانم سبز است و دهانم گشاد است. Ho gli occhi verdi e la bocca larga. Mano akys žalios, o burna plati. У мене зелені очі і широкий рот. 我的眼睛是绿色的,我的嘴巴是宽的。 Meus olhos são verdes e eu tenho uma boca larga. Mes yeux sont verts et j'ai une large bouche. Gözlerim yeşil ve geniş bir ağzım var. У меня зеленые глаза и широкие губы. Meine Augen sind grün und ich habe einen breiten Mund. Ik ben stevig gebouwd. Я|есть|крепко|построен Je|suis|solidement|construit I||solidly built|built ||stevig| Eu|sou|forte|construído Ich|bin|kräftig|gebaut Ben|benim|sağlam|inşa edilmiş ||محکم| ||مبني|مبني ||mocno| ||міцно|сконструйований ||頑丈な|体格が良い yo||fuerte|construido أنا بنيت بقوة. I am solidly built. Tengo una constitución robusta. من محکم ساخته شده ام. Saya memiliki tubuh yang kokoh. Ho una struttura solida. Esu tvirtai sudėtas. Я міцно збудований. 我身体结实。 Eu sou de constituição robusta. Je suis bien bâti. Ben sağlam yapılıyım. Я крепко сложен. Ich bin kräftig gebaut. Mijn benen zijn sterk dankzij veel uren op de tennisbaan. Мои|ноги|сильны|сильны|благодаря|многим|часам|на|теннисном|корте Mes|jambes|sont|fortes|grâce à|beaucoup|heures|sur|le|court de tennis my|legs||strong|thanks to|many|hours|on|the|tennis court Meus|pernas|são|fortes|graças a|muitas|horas|na|a|quadra de tênis Meine|Beine|sind|stark|dank|viele|Stunden|auf|dem|Tennisplatz Benim|bacaklar|dır|güçlü|sayesinde|çok|saat|de||tenis kort ||||بفضل|||||ملعب التنس |||||||||тенісному корті mis|piernas|||gracias a|muchos|horas|||pista de tenis أصبحت ساقاي قويتين بفضل قضاء ساعات طويلة في ملعب التنس. My legs are strong thanks to many hours on the tennis court. Mis piernas están fuertes gracias a muchas horas en la pista de tenis. پاهای من به لطف ساعات زیادی در زمین تنیس قوی هستند. Kaki saya kuat berkat berjam-jam di lapangan tenis. Le mie gambe sono forti grazie alle molte ore passate sul campo da tennis. Mano kojos stiprios dėl daugybės valandų teniso korte. Мої ноги сильні завдяки багатьом годинам, проведеним на тенісному корті. 由于在网球场上打了很多个小时,我的腿很结实。 Minhas pernas são fortes graças a muitas horas na quadra de tênis. Mes jambes sont fortes grâce à de nombreuses heures sur le court de tennis. Bacaklarım tenis kortunda geçirdiğim birçok saat sayesinde güçlü. Мои ноги сильные благодаря многим часам на теннисном корте. Meine Beine sind stark dank vieler Stunden auf dem Tennisplatz. Ik ben ook een zeer goede basketbalspeler. Я|есть|тоже|один|очень|хороший|баскетболист Je|suis|aussi|un|très|bon|joueur de basket ||also|a|very|good|basketball player Eu|sou|também|um|muito|bom|jogador de basquete Ich|bin|auch|ein|sehr|guter|Basketballspieler Ben|de|de|bir|çok|iyi|basketbolcu ||||||giocatore di basket ||||дуже||баскетболіст yo|soy|||muy||jugador de baloncesto I am also a very good basketball player. También soy muy buen jugador de baloncesto. من هم بسکتبالیست بسیار خوبی هستم. Taip pat labai gerai žaidžiu krepšinį. Я також дуже добре граю в баскетбол. 我也是一个很好的篮球运动员。 Eu também sou um jogador de basquete muito bom. Je suis aussi un très bon joueur de basket-ball. Ayrıca çok iyi bir basketbol oyuncusuyum. Я также очень хороший баскетболист. Ich bin auch ein sehr guter Basketballspieler. Mijn zus Julia heeft ook bruin haar. Моя|сестра|Юлия|имеет|тоже|коричневые|волосы Ma|sœur|Julia|a|aussi|brun|cheveux My|My sister||has|also|brown|hair Minha|irmã|Julia|tem|também|castanho|cabelo Meine|Schwester|Julia|hat|auch|braunes|Haar Benim|kız kardeş|Julia|var|de aynı zamanda|kahverengi|saç ||||||cabello My sister Julia also has brown hair. Mi hermana Julia también tiene el pelo castaño. خواهر من جولیا نیز موهای قهوه ای دارد. Minha irmã Julia também tem cabelo castanho. Ma sœur Julia a aussi les cheveux bruns. Kız kardeşim Julia'nın da kahverengi saçları var. Моя сестра Юлия тоже имеет каштановые волосы. Meine Schwester Julia hat auch braunes Haar. Haar haar is langer dan dat van mij. Ее|волосы|есть|длиннее|чем|это|от|меня Son|cheveux|est|plus long|que|cela|de|moi her|her||longer|than|that|of|mine O cabelo|dela|é|mais longo|do que|aquele|de|mim Haar|haar|ist|länger|als|das|von|mir Onun|saçı|dir|daha uzun|-den|o|-ın|benim |||довше|||| su|su|||que|el de|de| Her hair is longer than mine. Su pelo es más largo que el mío. موهاش از من بلندتره I suoi capelli sono più lunghi dei miei. Її волосся довше за моє. 她的头发比我的长。 O cabelo dela é mais longo que o meu. Ses cheveux sont plus longs que les miens. Saçları benimkinden daha uzun. Её волосы длиннее, чем у меня. Ihr Haar ist länger als meins. Haar ogen zijn niet groen. Ее|глаза|не|не|зеленые Ses|yeux|sont|pas|verts Her|eyes||not|green Os|olhos|são|não|verdes Ihre|Augen|sind|nicht|grün Onun|gözleri|dir|değil|yeşil Her eyes are not green. Sus ojos no son verdes. چشماش سبز نیست Jos akys nėra žalios. 她的眼睛不是绿色的。 Os olhos dela não são verdes. Ses yeux ne sont pas verts. Gözleri yeşil değil. Её глаза не зелёные. Ihre Augen sind nicht grün. Zij heeft bruine ogen zoals mijn vader. Она|имеет|карие|глаза|как|мой|отец Elle|a|marron|yeux|comme|mon|père she|has|brown|eyes|like|my|father Ela|tem|marrons|olhos|como|meu|pai Sie|hat|braune|Augen|wie|mein|Vater O|var|kahverengi|gözler|gibi|benim|babam ||коричневі|||| ella||||como|| She has brown eyes like my father. Tiene los ojos marrones como mi padre. او مثل پدر من چشمان قهوه ای دارد. Ha gli occhi marroni come mio padre. Jos rudos akys kaip mano tėvo. Ela tem olhos castanhos como meu pai. Elle a les yeux bruns comme mon père. Onun kahverengi gözleri var, tıpkı babam gibi. У неё карие глаза, как у моего отца. Sie hat braune Augen wie mein Vater. Ik heb dezelfde kleur ogen als mijn moeder. Я|имею|такой же|цвет|глаза|как|моя|мама Je|ai|même|couleur|yeux|que|ma|mère ||the same|color|eyes|as or like||mother Eu|tenho|mesma|cor|olhos|como|minha|mãe Ich|habe|die gleiche|Farbe|Augen|wie|meine|Mutter Ben|var|aynı|renk|gözler|gibi|benim|anne |||||||мати yo|tengo||||como|| I have the same color eyes as my mother. Tengo el mismo color de ojos que mi madre. منم همرنگ مادرم چشمام Ho gli occhi dello stesso colore di mia madre. 我有和我妈妈一样颜色的眼睛。 Eu tenho a mesma cor de olhos que minha mãe. J'ai la même couleur d'yeux que ma mère. Benim annemle aynı renk gözlerim var. У меня такой же цвет глаз, как у моей матери. Ich habe die gleiche Augenfarbe wie meine Mutter.

Mijn ouders werken allebei. Мои|родители|работают|оба Mes|parents|travaillent|tous les deux my|parents|work|both Meus|pais|trabalham|ambos Meine|Eltern|arbeiten|beide Benim|ebeveynler|çalışıyorlar|ikisi de mis|padres||ambos My parents both work. Mis padres trabajan. پدر و مادرم هر دو کار می کنند. I miei genitori lavorano entrambi. Meus pais trabalham ambos. Mes parents travaillent tous les deux. Anne ve babam ikisi de çalışıyor. Мои родители оба работают. Meine Eltern arbeiten beide. Mijn vader is elektricien. Мой|отец|есть|электрик Mon|père|est|électricien |My father||electrician Meu|pai|é|eletricista Mein|Vater|ist|Elektriker Benim|babam|dir|elektrikçi |||electricista My father is an electrician. Mi padre es electricista. پدرم برق است. Mio padre è un elettricista. Meu pai é eletricista. Mon père est électricien. Babam elektrikçi. Мой отец электрик. Mein Vater ist Elektriker. Hij werkt bij een groot elektrotechnisch bedrijf. Он|работает|в|одно|большое|электротехническое|предприятие Il|travaille|dans|une|grande|électrotechnique|entreprise he|works|at|a|large|electrical engineering|company Ele|trabalha|em|uma|grande|eletrotécnico|empresa Er|arbeitet|bei|ein|großes|elektrotechnisches|Unternehmen O|çalışıyor|de|bir|büyük|elektrik mühendisliği|şirket |||||electrotécnico|empresa He works at a large electrical engineering company. Él trabaja en una gran empresa de electrotecnia. او در یک شرکت بزرگ برق کار می کند. 他在一家大型电气工程公司工作。 Ele trabalha em uma grande empresa de eletroeletrônica. Il travaille dans une grande entreprise d'électrotechnique. Büyük bir elektrik mühendisliği şirketinde çalışıyor. Он работает в крупной электромеханической компании. Er arbeitet bei einem großen elektrotechnischen Unternehmen. Mijn moeder is schrijfster. Моя|мама|есть|писательница Ma|mère|est|écrivaine |mother||writer Minha|mãe|é|escritora Meine|Mutter|ist|Schriftstellerin Benim|annem|dir|yazar |||pisarką My mother is a writer. Mi madre es escritora. مادرم نویسنده است. Ibu saya adalah seorang penulis. Mia madre è una scrittrice. Minha mãe é escritora. Ma mère est écrivaine. Anneme yazar. Моя мама писательница. Meine Mutter ist Schriftstellerin. Ze heeft ook haar eigen bedrijf. Она|имеет|тоже|её|собственный|бизнес Elle|a|aussi|son|propre|entreprise She|has|also||own|business Ela|tem|também|seu|próprio|negócio Sie|hat|auch|ihr|eigenes|Unternehmen O|sahip|de|onun|kendi|şirket ||||proprio| ella||||propio|empresa She also runs her own business. Ella también tiene su propia empresa. او همچنین شرکت خود را دارد. Gestisce anche un'attività in proprio. Ji taip pat turi savo verslą. Вона також керує власним бізнесом. 她也有自己的事业。 Ela também tem seu próprio negócio. Elle a aussi sa propre entreprise. Kendi işini de kurdu. У нее также есть собственный бизнес. Sie hat auch ihr eigenes Unternehmen. Het verkoopt sciencefictionboeken. Это|продает|научно-фантастические книги Il|vend|livres de science-fiction it|sells|science fiction books Ele|vende|livros de ficção científica Es|verkauft|Science-Fiction-Bücher O|satar|bilim kurgu kitapları |vende| ||کتاب‌های علمی تخیلی |vende|libros de ciencia ficción It sells science fiction books. Vende libros de ciencia ficción. کتاب های علمی تخیلی می فروشد. Vende libri di fantascienza. Він продає науково-фантастичні книги. 它卖的是科幻小说。 Ele vende livros de ficção científica. Elle vend des livres de science-fiction. Bilim kurgu kitapları satıyor. Он продает научно-фантастические книги. Es verkauft Science-Fiction-Bücher. Mijn ouders zijn echt geweldig. Мои|родители|есть|действительно|замечательные Mes|parents|sont|vraiment|géniaux my|parents|are|really|amazing Meus|pais|são|realmente|incríveis Meine|Eltern|sind|wirklich|großartig Benim|ebeveynler|dir|gerçekten|harika |genitori||veramente|fantastici ||||wspaniali ||||чудові mis|||| My parents are really great. Mis padres son geniales. پدر و مادر من واقعا عالی هستند. I miei genitori sono davvero fantastici. У мене чудові батьки. 我的父母真的很棒。 Meus pais são realmente incríveis. Mes parents sont vraiment formidables. Ebeveynlerim gerçekten harika. Мои родители действительно замечательные. Meine Eltern sind wirklich großartig. Ze helpen ons altijd om ons doel te bereiken. Они|помогают|нам|всегда|чтобы|нам|цель|инфинитивная частица|достичь Ils|aident|nous|toujours|à|notre|objectif|à|atteindre They|help||always|to||goal||achieve Eles|ajudam|nós|sempre|a|nosso|objetivo|a|alcançar Sie|helfen|uns|immer|um|unser|Ziel|zu|erreichen Onlar|yardım ederler|bize|her zaman|için|bizi|hedef|-e|ulaşmak ||||||obiettivo|| ||||||||رسیدن ||||||||osiągnąć ||||||мета||досягти ||||||||達成する Ellos|ayudan|nos||||objetivo|a|alcanzar They always help us achieve our goal. Siempre nos ayudan a conseguir nuestro objetivo. آنها همیشه به ما کمک می کنند تا به هدفمان برسیم. Ci aiutano sempre a raggiungere il nostro obiettivo. Вони завжди допомагають нам досягти поставленої мети. 他们总是帮助我们实现目标。 Eles sempre nos ajudam a alcançar nossos objetivos. Ils nous aident toujours à atteindre nos objectifs. Her zaman hedefimize ulaşmamıza yardımcı olurlar. Они всегда помогают нам достичь нашей цели. Sie helfen uns immer, unser Ziel zu erreichen. Ze spreken beiden goed Nederlands. Они|говорят|оба|хорошо|нидерландский Ils|parlent|tous les deux|bien|néerlandais |speak|both|| Eles|falam|ambos|bem|holandês Sie|sprechen|beide|gut|Niederländisch Onlar|konuşuyorlar|ikisi de|iyi|Hollandaca Ellos||ambos|| They both speak good Dutch. Ambos hablan bien neerlandés. هر دو به خوبی هلندی صحبت می کنند. Entrambi parlano bene l'olandese. Jie abu gerai kalba olandiškai. Вони обоє добре розмовляють голландською. 他们的荷兰语都很好。 Eles falam bem o holandês. Ils parlent tous les deux bien néerlandais. İkisi de iyi Hollandaca konuşuyor. Они оба хорошо говорят по-нидерландски. Sie sprechen beide gut Niederländisch. Ze spreken vaak Nederlands tegen ons. Они|говорят|часто|Нидерландский|против|нас Ils|parlent|souvent|néerlandais|contre|nous they|speak|often|Dutch|to|us Eles|falam|frequentemente|holandês|contra|nós Sie|sprechen|oft|Niederländisch|gegen|uns Onlar|konuşurlar|sık sık|Hollandaca|karşı|bize ||||a|noi Ellos||a menudo||a| They often speak Dutch to us. A menudo nos hablan en neerlandés. آنها اغلب با ما هلندی صحبت می کنند. Spesso ci parlano in olandese. Вони часто розмовляють з нами голландською. Eles falam frequentemente holandês conosco. Ils parlent souvent néerlandais avec nous. Bize sık sık Hollandaca konuşuyorlar. Они часто говорят с нами на нидерландском. Sie sprechen oft Niederländisch mit uns. Zo kunnen Julia en ik meer oefenen. Так|можем|Юлия|и|я|больше|практиковаться Ainsi|pouvons|Julia|et|je|plus|pratiquer this way|can||and|I|more|practice more Assim|podemos|Julia|e|eu|mais|praticar So|können|Julia|und|ich|mehr|üben Böylece|yapabiliriz|Julia|ve|ben|daha fazla|pratik yapabiliriz ||Julia|||| así|||||| That way Julia and I can practice more. Así, Julia y yo podemos practicar más. به این ترتیب من و جولیا می توانیم بیشتر تمرین کنیم. In questo modo, Julia e io possiamo esercitarci di più. Таким чином, ми з Юлією можемо більше практикувати. Assim, Julia e eu podemos praticar mais. Ainsi, Julia et moi pouvons pratiquer davantage. Böylece Julia ve ben daha fazla pratik yapabiliriz. Так Юлия и я можем больше практиковаться. So können Julia und ich mehr üben. Ze hebben ons echt aangemoedigd om uitwisselingsstudent te worden. Они|(глагол-связка)|нам|действительно|поощрили|стать|студентом по обмену|(частица инфинитива)|стать Ils|ont|nous|vraiment|encouragés|à|étudiant d'échange|de|devenir They||us|truly|encouraged||exchange student||become ||||aangemoedigd|||| Eles|têm|nos|realmente|encorajado|a|estudante de intercâmbio|a|se tornar Sie|haben|uns|wirklich|ermutigt|um|Austauschstudent|zu|werden Onlar|sahip|bize|gerçekten|teşvik etti|-mek için|değişim öğrencisi|-yı|olmak |||veramente|incoraggiato|||| ||||تشویق کرده|||| ||||підтримали|||| ||||励ました||交換留学生|| ||||animado||||ser They really encouraged us to become exchange students. Nos animaron mucho a convertirnos en estudiantes de intercambio. آنها واقعا ما را تشویق کردند که دانشجوی تبادلی شویم. Mereka benar-benar mendorong kami untuk menjadi mahasiswa pertukaran pelajar. Ci hanno davvero incoraggiato a diventare studenti di scambio. Jie tikrai skatino mus tapti mainų studentais. Вони дуже заохочували нас стати студентами за обміном. 他们非常鼓励我们成为交换生。 Eles realmente nos incentivaram a nos tornarmos estudantes de intercâmbio. Ils nous ont vraiment encouragés à devenir des étudiants d'échange. Bizi gerçekten değişim öğrencisi olmaya teşvik ettiler. Они действительно поддержали нас в том, чтобы стать студентами по обмену. Sie haben uns wirklich ermutigt, Austauschstudent zu werden. We vertrekken vandaag naar Nederland. Мы|уезжаем|сегодня|в|Нидерланды Nous|partons|aujourd'hui|vers|les Pays-Bas |leave|today|to| Nós|partimos|hoje|para|Países Baixos Wir|fahren|heute|nach|Niederlande Biz|ayrılıyoruz|bugün|-e|Hollanda |salimos|||Países Bajos We leave for the Netherlands today. Hoy nos vamos a Holanda. امروز راهی هلند می شویم. Oggi partiamo per i Paesi Bassi. Šiandien išvykstame į Nyderlandus. Сьогодні ми вирушаємо до Нідерландів. 我们今天启程前往荷兰。 Estamos partindo hoje para a Holanda. Nous partons aujourd'hui pour les Pays-Bas. Bugün Hollanda'ya gidiyoruz. Мы сегодня уезжаем в Нидерланды. Wir fahren heute nach Nederland.

Mijn vader komt mijn kamer binnen. Мой|отец|входит|мой|комната|внутрь Mon|père|entre|ma|chambre|à l'intérieur ||enters||room|inside Meu|pai|entra|meu|quarto|dentro Mein|Vater|kommt|mein|Zimmer|hinein Benim|babam|gelir|benim|oda|içine ||||stanza| mi||viene||habitación| My father enters my room. Mi padre entra en mi habitación. پدرم وارد اتاقم می شود. Mio padre entra nella mia stanza. Tėvas įeina į mano kambarį. Батько заходить до моєї кімнати. Meu pai entra no meu quarto. Mon père entre dans ma chambre. Babam odamdan içeri giriyor. Мой отец заходит в мою комнату. Mein Vater kommt in mein Zimmer. Hij kijkt me verbaasd aan. Он|смотрит|мне|удивленно|в лицо Il|regarde|me|avec étonnement| He|looks|me|He looks at me surprised.|at Ele|olha|para mim|surpreso|com Er|schaut|mich|überrascht|an O|bakıyor|bana|şaşkın|olarak |||متعجب| |||zdziwiony| |||здивовано| |||sorprendido|a He looks at me in surprise. Me mira sorprendido. با تعجب به من نگاه می کند. Mi guarda sorpreso. Jis nustebęs pažvelgia į mane. Він здивовано дивиться на мене. Ele me olha surpreso. Il me regarde avec étonnement. Bana şaşkın bir şekilde bakıyor. Он смотрит на меня с удивлением. Er schaut mich überrascht an. Waarom? Почему Pourquoi why Por que Warum Neden ¿Por qué? Why? ¿Por qué? Kodėl? Чому? Por quê? Pourquoi ? Neden? Почему? Warum? Omdat ik nog niet ben aangekleed. Потому что|я|еще|не|(глагол-связка)|одет Parce que|je|encore|pas|suis|habillé because||still|||dressed |||||aangekleed Porque|eu|ainda|não|estou|vestido Weil|ich|noch|nicht|bin|angekleidet Çünkü|ben|henüz|değil|ben|giyinmiş perché|||||vestito |||||着替えて |||||vestido Because I'm not dressed yet. Porque aún no estoy vestida. چون هنوز لباس نپوشیده ام. Perché non sono ancora vestita. Nes dar nesu apsirengęs. Тому що я ще не одягнена. 因为我还没穿衣服 Porque eu ainda não estou vestido. Parce que je ne suis pas encore habillé. Çünkü henüz giyinmedim. Потому что я еще не оделся. Weil ich mich noch nicht angezogen habe. ‘Daniel! Даниэль Daniel Daniel Daniel Daniel Daniel Daniel 'Daniel! ¡Daniel! 丹尼尔 ‘Daniel! ‘Daniel ! ‘Daniel! ‘Даниэль! ‘Daniel! Waarom ben je niet aangekleed?', vraagt pa. Почему|ты|ты|не|одет||папа Pourquoi|es|je|pas|habillé|demande|papa Why||you||dressed|asks|"Dad" Por que|está|você|não|vestido|pergunta|papai Warum|bist|du|nicht|angezogen|fragt|Papa Neden|(sen)|sen|değil|giyinmiş|soruyor|baba ||||vestito||papà |||||pregunta| Why aren't you dressed?" asks Dad. ¿Por qué no estás vestida?", pregunta papá. بابا می پرسد چرا لباس نمی پوشی؟ Perché non sei vestito?", chiede papà. 你怎么还没穿衣服?"爸爸问。 Por que você não está vestido?', pergunta o pai. Pourquoi n'es-tu pas habillé ? demande papa. Neden giyinmedin?' diye soruyor baba. Почему ты не одет?', спрашивает папа. Warum bist du nicht angezogen?', fragt Papa.

‘Aangekleed? Одет Habillé Dressed Vestido Angekleidet Giyinmiş vestito 'Dressed up? ¿Vestido? 'لباس پوشیده؟ ‘Vestido? ‘Habillé ? ‘Giyinmek mi? ‘Одет? ‘Angezogen? Ik ben pas net opgestaan. Я|есть|только|только что|встал Je|suis|à peine|juste|levé I|am|just|just|just got up Eu|estou|apenas|recentemente|levantado Ich|bin|gerade|erst|aufgestanden Ben|'değil'|yeni|tam olarak|kalktım ||appena|appena|alzato |||dopiero|wstałem ||||вставати yo||recién|recién|levantado I only just got up. Acabo de levantarme. همین الان بلند شدم Mi sono appena alzato. Tik ką atsikėliau. Я щойно прокинулася. 我才刚起床。 Eu acabei de me levantar. Je viens à peine de me lever. Ben daha yeni kalktım. Я только что встал. Ich bin gerade erst aufgestanden. Ik heb vijf minuten geleden gedoucht. Я|имею|пять|минут|назад|принял душ Je|ai|cinq|minutes|il y a|pris une douche |have|five|minutes ago|ago|showered Eu|tenho|cinco|minutos|há|tomei banho Ich|habe|fünf|Minuten|vor|geduscht Ben|aldım|beş|dakika|önce|duş aldım ||||temu| |||||прийняв душ yo||||hace|duchado I took a shower five minutes ago. Me duché hace cinco minutos. پنج دقیقه پیش دوش گرفتم. Ho fatto la doccia cinque minuti fa. Prieš penkias minutes nusiprausiau po dušu. Я приймала душ п'ять хвилин тому. 我五分钟前刚洗过澡 Eu tomei banho há cinco minutos. Je viens de prendre une douche il y a cinq minutes. Beş dakika önce duş aldım. Я принял душ пять минут назад. Ich habe vor fünf Minuten geduscht. Ik ben nog niet eens droog!' Я|есть|еще|не|даже|сухой Je|es|encore|pas|même|sec I||"still"|not yet|even|dry Eu|sou|ainda|não|sequer|seco Ich|bin|noch|nicht|einmal|trocken Ben|ben|henüz|değil|bile|kuru |||||suchy yo|estoy|||ni siquiera|seco I'm not even dry yet! ¡Aún no estoy ni seco! من هنوز خشک نشده ام! Non sono ancora asciutto! Aš dar net nesu išdžiūvęs! Я ще навіть не висохла! 我还没干呢! Eu ainda nem estou seco!' Je ne suis même pas encore sec ! Hala kurulanmadım bile!' Я даже еще не высох! Ich bin noch nicht einmal trocken!

‘Kom! Иди Viens come Venha Komm Gel 'Come! ¡Ven! 'بیا! "Ateikite! "Ходімо! ‘Vem! ‘Viens! ‘Gel! «Давай!» „Komm! We hebben niet veel tijd. Мы|имеем|не|много|времени Nous|avons|pas|beaucoup|temps |have||much|time Nós|temos|não|muito|tempo Wir|haben|nicht|viel|Zeit Biz|var|değil|çok|zaman nosotros|||| We don't have much time. No tenemos mucho tiempo. وقت زیادی نداریم Non abbiamo molto tempo. Neturime daug laiko. У нас мало часу. Não temos muito tempo. Nous n'avons pas beaucoup de temps. Çok vaktimiz yok. У нас не так много времени. Wir haben nicht viel Zeit. Ik wil je naar de luchthaven brengen. Я|хочу|тебя|в|аэропорт|аэропорт|отвезти Je|veux|te|à|l'|aéroport|conduire |want to|you|||airport|bring Eu|quero|te|para|o|aeroporto|levar Ich|will|dich|zur|der|Flughafen|bringen Ben|istiyorum|seni|e||havaalanı|götürmek |||||aeropuerto|llevar I want to take you to the airport. Quiero llevarte al aeropuerto. میخوام ببرمت فرودگاه Voglio portarti all'aeroporto. Noriu nuvežti tave į oro uostą. 我想送你去机场 Eu quero te levar ao aeroporto. Je veux te conduire à l'aéroport. Seni havaalanına götürmek istiyorum. Я хочу отвезти тебя в аэропорт. Ich möchte dich zum Flughafen bringen. Maar ik moet ook naar mijn werk.' Но|я|должен|тоже|в|мой|работа Mais|je|dois|aussi|à|mon|travail but||have to|also|to|my|work Mas|eu|devo|também|para|meu|trabalho Aber|ich|muss|auch|zur|mein|Arbeit Ama|ben|zorundayım|de|gitmek|benim|iş pero|||||| But I also have to go to work. Pero también tengo que ir a mi trabajo. اما من هم باید سر کار بروم.' Ma devo anche andare a lavorare". Bet aš taip pat turiu eiti į darbą. 但我也得去工作。 Mas eu também preciso ir para o meu trabalho.' Mais je dois aussi aller au travail.' Ama ben de işe gitmem gerekiyor.' Но мне тоже нужно на работу. Aber ich muss auch zur Arbeit.

‘Maak je geen zorgen, pa. Делай|ты|не|переживания|папа fais|tu|pas|soucis|papa Make||no|worry|dad Não faça|você|nenhuma|preocupações|pai Mach|du|keine|Sorgen|Papa Yap|sen|hiç|endişe|baba |||турбуватися| haz|||| 'Don't worry, Dad. No te preocupes, papá. "نگران نباش بابا. Non preoccuparti, papà. "Nesijaudink, tėti. "Не хвилюйся, тату. ‘Não se preocupe, pai. ‘Ne t'inquiète pas, papa. ‘Endişelenme, baba. Не переживай, папа. Mach dir keine Sorgen, Papa. Ik kleed me nu aan.' Я|одеваю|себя|сейчас|одет Je|habille|me|maintenant|en I|get dressed|myself|now|get dressed Eu|visto|me|agora|vestido Ich|ziehe|mich|jetzt|an Ben|giyiniyorum|kendimi|şimdi|giyinmeye yo|visto|me|ahora|vestir I'm getting dressed now. Ahora me estoy vistiendo. الان دارم لباس میپوشم. Mi sto vestendo ora. Dabar apsirengiu. 我正在穿衣服 Estou me vestindo agora. Je m'habille maintenant. Şimdi giyiniyorum. Я сейчас одеваюсь. Ich ziehe mich jetzt an.

‘Waar is je zus?' Где|есть|твоя|сестра Où|est|ta|sœur where||| Onde|está|sua|irmã Wo|ist|deine|Schwester Nerede|var|senin|kız kardeş "Where is your sister? ¿Dónde está tu hermana? خواهرت کجاست؟ Onde está sua irmã? Où est ta sœur ? Kız kardeşin nerede? Где твоя сестра? Wo ist deine Schwester?

‘Ze is in haar kamer.' Она|есть|в|её|комнате Elle|est|dans|sa|chambre ||in||room Ela|está|em|seu|quarto Sie|ist|in|ihr|Zimmer O|dir|içinde|onun|odası ella|||| 'She's in her room.' Está en su habitación. "او در اتاقش است." Ela está no quarto dela. Elle est dans sa chambre. Odasında. Она в своей комнате. Sie ist in ihrem Zimmer.

Mijn vader gaat de kamer van mijn zus binnen. Мой|отец|идет|(определенный артикль)|комната|(предлог)|моя|сестра|внутрь Mon|père|va|la|chambre|de|ma|sœur|à l'intérieur |father|enters||||my|sister|in Meu|pai|vai|da|quarto|de|minha|irmã|dentro Mein|Vater|geht|die|Zimmer|von|meine|Schwester|hinein Benim|babam|gider|-nın|oda|-ın|benim|kız kardeşim|içine My father enters my sister's room. Mi padre entra en la habitación de mi hermana. پدرم وارد اتاق خواهرم می شود. Mio padre entra nella stanza di mia sorella. Tėvas įeina į sesers kambarį. Meu pai entra no quarto da minha irmã. Mon père entre dans la chambre de ma sœur. Babam kız kardeşimin odasına giriyor. Мой отец заходит в комнату моей сестры. Mein Vater geht in das Zimmer meiner Schwester. Hij wil met haar praten. Он|хочет|с|ней|говорить Il|veut|avec|elle|parler |||her|talk Ele|quer|com|ela|falar Er|will|mit|ihr|sprechen O|istiyor|ile|ona|konuşmak He wants to talk to her. Él quiere hablar con ella. او می خواهد با او صحبت کند. Jis nori su ja pasikalbėti. Ele quer falar com ela. Il veut lui parler. Onunla konuşmak istiyor. Он хочет с ней поговорить. Er will mit ihr sprechen. Hij komt binnen en Julia kijkt hem aan. Он|входит|внутрь|и|Юлия|смотрит|на него|в лицо Il|entre|à l'intérieur|et|Julia|regarde|lui|fixement he|comes|in||Julia|looks at|him|at him Ele|entra|dentro|e|Julia|olha|para ele|de novo Er|kommt|hinein|und|Julia|schaut|ihn|an O|gelir|içeri|ve|Julia|bakar|ona|dikkatlice ||dentro||||| He enters and Julia looks at him. Él entra y Julia lo mira. او وارد می شود و جولیا به او نگاه می کند. Entra e Julia lo guarda. Jis įeina, o Julija žiūri į jį. Він входить, і Джулія дивиться на нього. 他走进来,朱莉娅看着他。 Ele entra e Julia olha para ele. Il entre et Julia le regarde. İçeri giriyor ve Julia ona bakıyor. Он заходит, и Джулия смотрит на него. Er kommt herein und Julia sieht ihn an. ‘Oh, hallo pa. О|привет|папа Oh|bonjour|papa Oh|hello| Oh|olá|pai Oh|hallo|Papa Oh|merhaba|baba 'Oh, hello dad. ‘Oh, hola papá. "اوه، سلام بابا. ‘Oh, olá pai. ‘Oh, bonjour papa. ‘Oh, merhaba baba. ‘О, привет, папа. ‘Oh, hallo Papa. Is er iets?', vraagt Julia. Есть|что-то|что-то|спрашивает|Юлия Est|il y a|quelque chose|demande|Julia |there|something|asks| há|algo|algo|pergunta|Julia Ist|er|etwas|fragt|Julia Var|orada|bir şey|sorar|Julia hay|hay|algo|| Is something wrong?" asks Julia. ¿Hay algo?', pregunta Julia. جولیا می پرسد چیزی اشتباه است؟ C'è qualcosa?", chiede Julia. Ar yra kas nors?" - klausia Julija. Є щось?" - запитує Юлія. Há algo?', pergunta Julia. Y a-t-il quelque chose ?', demande Julia. Bir şey mi var?', diye soruyor Julia. Есть что-то?', спрашивает Джулия. Ist etwas?', fragt Julia.

‘Ja. Да Oui yes Sim Ja Evet ‘Yes. ‘Sí. ‘Sim. ‘Oui. ‘Evet. ‘Да. ‘Ja. Je broer kleedt zich nu aan. Ты|брат|одевает|себя|сейчас|в одежду Tu|frère|s'habille|lui-même|maintenant|habillé you|brother|is getting dressed|himself|| Seu|irmão|veste|se|agora|vestido Dein|Bruder|zieht|sich|jetzt|an Sen|erkek kardeş|giydirir|kendini|şimdi|giyinmeye ||si veste|||vestire |||خودش|| |||se|| Your brother is getting dressed now. Tu hermano se está vistiendo ahora. برادرت الان داره لباس میپوشه Tuo fratello si sta vestendo ora. Твій брат зараз одягається. 你哥哥正在穿衣服 Seu irmão está se vestindo agora. Ton frère s'habille maintenant. Kardeşin şimdi giyiniyor. Твой брат сейчас одевается. Dein Bruder zieht sich jetzt an. Dus geef ik dit aan jou. Так|даю|я|это|тебе| Alors|je donne|je|ceci|à|toi So|give||this|to|you Então|dou|eu|isso|a| Also|gebe|ich|dies|an|dich Yani|veriyorum|ben|bunu|sana| entonces||||| So I'll give this to you. Así que te doy esto. بنابراین من این را به شما می دهم. Quindi vi do questo. Taigi, aš jums tai duodu. Тому я даю це тобі. 所以,我把这个送给你。 Então eu dou isso a você. Alors je te donne ça. Yani bunu sana veriyorum. Так что я даю это тебе. Also gebe ich dir das. Alsjeblieft.' Mijn vader geeft Julia een stapeltje bankbiljetten. Пожалуйста|Мой|отец|дает|Юлия|один|стопка|банкнот S'il te plaît|Mon|père|donne|Julia|un|petit tas|billets de banque Please|||gives|||stack of bills|banknotes ||||||stapeltje| Por favor|Meu|pai|dá|Julia|um|monte|notas Bitte|Mein|Vater|gibt|Julia|ein|Stapel|Geldscheine Lütfen|Benim|baba|verir|Julia|bir|deste|banknotlar ||||Julia||mazzetto|banconote ||||||تکه‌پولی|پول‌های نقدی ||||||staple| |||||||банкноти ||||||束|お札 ||||||montón|billetes Please. My father hands Julia a stack of banknotes. Por favor.' Mi padre le da a Julia un montón de billetes. لطفا.' پدرم یک دسته اسکناس به جولیا می دهد. Tolong," ayah saya memberikan setumpuk uang kertas kepada Julia. Per favore", mio padre porge a Julia una pila di banconote. Prašome. Tėvas paduoda Julijai banknotų krūvelę. Будь ласка, - батько простягає Юлії пачку банкнот. 请。父亲递给茱莉亚一叠钞票 Por favor.' Meu pai dá a Julia um monte de notas. S'il te plaît.' Mon père donne à Julia une pile de billets. Lütfen.' Babam Julia'ya bir yığın banknot veriyor. Пожалуйста.' Мой отец дает Юлии стопку банкнот. Bitte.' Mein Vater gibt Julia einen Stapel Geldscheine. ‘Dit is voor jullie beiden.' Это|есть|для|вы|оба Cela|est|pour|vous|deux This|is||you both|both of you Isto|é|para|vocês|ambos Das|ist|für|euch|beide Bu|dir|için|siz|ikisi ||||ambos 'This is for both of you.' ‘Esto es para los dos.' "این برای هر دوی شماست." 这是给你们俩的 ‘Isso é para vocês dois.' ‘C'est pour vous deux.' ‘Bu ikiniz için.' ‘Это для вас обоих.' ‘Das ist für euch beide.'

Julia is verbaasd. Юлия|есть|удивлена Julia|est|surprise ||Julia is surprised. Julia|está|surpresa Julia|ist|überrascht Julia|-dır|şaşırmış Julia|| ||sorprendida ||zdziwiona Julia is puzzled. Julia se queda perpleja. جولیا تعجب می کند. Julia è sorpresa. Юля дивується. 朱莉娅百思不得其解。 Julia está surpresa. Julia est surprise. Julia şaşırmış. Юлия удивлена. Julia ist überrascht. ‘Pa!' Dit is veel geld!, zegt ze. Папа|Это|есть|много|денег|говорит|она Papa|ceci|est|beaucoup|argent|dit|elle ||||money|says| Pai|Isto|é|muito|dinheiro|diz|ela Papa|Das|ist|viel|Geld|sagt|sie Baba|Bu|dir|çok|para|diyor|o papá|esto||||| "Dad! This is a lot of money!" she says. ¡Papá! Esto es mucho dinero!", dice. "بابا!" او می گوید: این پول زیادی است! ‘Pai!' Isso é muito dinheiro!, diz ela. ‘Papa!' C'est beaucoup d'argent!, dit-elle. ‘Baba!' Bu çok para!, diyor. ‘Папа! Это много денег!', говорит она. ‘Papa!' Das ist viel Geld!, sagt sie.

‘Je moeder en ik hebben dit geld gespaard. Ты|мама|и|я|мы имеем|эти|деньги|сэкономили Tu|mère|et|je|avons|cet|argent|économisé |mother|||||money|saved up Sua|mãe|e|eu|temos|este|dinheiro|economizado Deine|Mutter|und|ich|haben|dieses|Geld|gespart Sen|anne|ve|ben|sahipiz|bu|para|biriktirdik |||||||risparmiato |||||||зекономили |||||||ahorrado 'Your mother and I saved this money. 'Tu madre y yo ahorramos este dinero. من و مادرت این پول را پس انداز کردیم. Tua madre e io abbiamo risparmiato questi soldi. "Mes su tavo mama sutaupėme šiuos pinigus. "Ми з твоєю мамою відкладали ці гроші. “我和你妈妈存了这些钱。 ‘Sua mãe e eu economizamos este dinheiro. ‘Ta mère et moi avons économisé cet argent. ‘Annen ve ben bu parayı biriktirdik. ‘Мы с твоей мамой сэкономили эти деньги. ‘Deine Mutter und ich haben dieses Geld gespart. We willen een deel van jullie reis naar Nederland betalen.' Мы|хотим|один|часть|от|ваш|поездка|в|Нидерланды|оплатить Nous|voulons|un|partie|de|votre|voyage|vers|Pays-Bas|payer we|want|a|part|of|your|trip|||to pay Nós|queremos|um|parte|de|vocês|viagem|para|Holanda|pagar Wir|wollen|ein|Teil|von|eure|Reise|nach|Niederlande|bezahlen Biz|istiyoruz|bir|kısım|ın|sizin|seyahat|a|Hollanda|ödemek noi|||parte||||||pagare |||частину|||||| We want to pay part of your trip to Holland. "Queremos pagar una parte de vuestro viaje a los Países Bajos." ما می خواهیم هزینه بخشی از سفر شما به هلند را بپردازیم.' Vogliamo pagare parte del vostro viaggio in Olanda". Norime apmokėti dalį jūsų kelionės į Nyderlandus išlaidų. Ми хочемо оплатити частину вашої подорожі до Нідерландів. 我们想支付您前往荷兰的部分旅费。 我们想给你们的荷兰之行支付一部分费用。” Queremos pagar uma parte da sua viagem para a Holanda.' Nous voulons payer une partie de votre voyage aux Pays-Bas.' Sizlerin Hollanda'ya olan seyahatinizin bir kısmını ödemek istiyoruz.' Мы хотим оплатить часть вашего путешествия в Нидерланды. Wir möchten einen Teil eurer Reise nach Nederland bezahlen.

‘Bedankt pa!', zegt mijn zus. Спасибо|папа|говорит|моя|сестра Merci|papa|dit|ma|sœur Thanks dad||says|| Obrigado|pai|diz|minha|irmã Danke|Papa|sagt|meine|Schwester Teşekkürler|baba|diyor|benim|kız kardeş grazie|papà||| "Thanks Dad!" my sister says. '¡Gracias papá!', dice mi hermana. خواهرم می گوید: «ممنون بابا! “谢谢爸爸!”,我姐姐说道。 ‘Obrigado, pai!', diz minha irmã. ‘Merci papa!', dit ma sœur. ‘Teşekkürler baba!', diyor kız kardeşim. ‘Спасибо, папа!', говорит моя сестра. „Danke, Papa!“, sagt meine Schwester. ‘Het zal ons goed helpen. Это|будет|нам|хорошо|помочь Cela|va|nous|bien|aider it|will|us|well|help Isso|vai|nós|bem|ajudar Es|wird|uns|gut|helfen Bu|-acak|bize|iyi|yardım edecek |ciò||| 'It will serve us well. Nos vendrá bien. این به ما کمک زیادی خواهد کرد. "Jis mums puikiai pasitarnaus. "Це нам добре послужить. ‘Isso vai nos ajudar muito. ‘Cela va beaucoup nous aider. ‘Bu bize çok yardımcı olacak. ‘Это нам очень поможет. „Es wird uns gut helfen. Ik ga het Daniel vertellen!' Я|буду|это|Даниэлю|расскажу Je|vais|le|Daniel|dire |am going||Daniel|tell Daniel Eu|vou|isso|Daniel|contar Ich|gehe|es|Daniel|erzählen Ben|gideğim|ona|Daniel|söylemek ||||powiedzieć I'm going to tell Daniel! ¡Voy a decírselo a Daniel! من به دانیل می گویم! Pasakysiu Danieliui! Я розповім Деніелу! Vou contar ao Daniel!' Je vais le dire à Daniel!' Daniel'e bunu söyleyeceğim!' Я расскажу Даниэлю! Ich werde es Daniel erzählen!

Julia wil naar mij toe gaan. Юлия|хочет|ко|мне|домой|идти Julia|veut|vers|moi|venir|aller Julia|wants|||"to me"|come ||||komen| Julia|quer|para|mim|aqui|ir Julia|will|zu|mir|hin|gehen Julia|istiyor|-e|bana|yaklaşmak|gitmek Giulia||||venire| Julia||||aquí|venir Julia wants to go to me. Julia quiere ir conmigo. جولیا می خواهد پیش من برود. Julia vuole andare da me. Julija nori eiti pas mane. Юля хоче піти до мене. 茱莉亚想去找我 Julia quer vir até mim. Julia veut venir chez moi. Julia bana gelmek istiyor. Юлия хочет прийти ко мне. Julia will zu mir kommen. Ze loopt bijna tegen me op. Она|идет|почти|в|меня|в столкновение Elle|marche|presque|contre|moi|en avant she|is walking|almost|into|me|against Ela|anda|quase|contra|mim|em Sie|läuft|fast|gegen|mich|an O|yürüyor|neredeyse|karşı|bana|çarparak lei|viene|quasi|contro|| ella||||| She almost runs into me. Ella casi choca conmigo. او تقریباً با من برخورد می کند. Mi viene quasi addosso. Ji beveik atsitrenkia į mane. Вона майже наштовхується на мене. 她差点撞到我。 Ela quase esbarra em mim. Elle est presque en train de me heurter. Neredeyse bana çarpacak. Она почти врезалась в меня. Sie läuft fast gegen mich. Zij en pa hebben niet gemerkt dat ik binnenkwam. Она|и|папа|не|не|заметили|что|я| Elle|et|papa|ont|pas|remarqué|que|je|suis entrée they|and|dad|||noticed|||came in Ela|e|pai|têm|não|notado|que|eu|entrei Sie|und|Papa|haben|nicht|bemerkt|dass|ich|hereinkam O|ve|baba|sahip|değil|fark etti|ki|ben|içeri girdi ||papà|||notato|||sono entrato |||||متوجه شده‌اند||| ella|||han|no|notado|||entré Neither she nor Dad noticed that I came in. Ella y papá no se dieron cuenta de que entré. او و بابا متوجه ورود من نشدند. Ji ir tėtis nepastebėjo, kad įėjau. Вони з татом не помітили, що я увійшла. Ela e papai não perceberam que eu entrei. Elle et papa n'ont pas remarqué que je suis entré. O ve babam içeri girdiğimi fark etmediler. Она и папа не заметили, что я вошел. Sie und Papa haben nicht bemerkt, dass ich hereingekommen bin. Mijn vader ziet mij. Мой|отец|видит|меня Mon|père|voit|moi my||sees| Meu|pai|vê|me Mein|Vater|sieht|mich Benim|babam|görür|beni My father sees me. Mi padre me ve. پدرم مرا می بیند. Tėvas mane mato. Мій батько бачить мене. 我父亲看到我了 Meu pai me vê. Mon père me voit. Babam beni görüyor. Мой отец видит меня. Mein Vater sieht mich. ‘Oh Daniel, je bent er!', zegt hij. О|Даниэль|ты|есть|здесь|говорит|он Oh|Daniel|tu|es|là|dit|il ||||there|| Oh|Daniel|você|está|aqui|diz|ele Oh|Daniel|du|bist|da|sagt|er Oh|Daniel|sen|varsın|burada|diyor|o ||tú|||| "Oh Daniel, you're here!" he says. '¡Oh Daniel, estás aquí!' dice. او می گوید: "اوه دنیل، تو اینجایی!" "Danieliau, tu čia!" - sako jis. "О, Даніелю, ти тут!" - каже він. ‘Oh Daniel, você está aqui!', diz ele. ‘Oh Daniel, tu es là !', dit-il. ‘Oh Daniel, geldin!', diyor. ‘О, Даниэль, ты здесь!', говорит он. ‘Oh Daniel, du bist da!', sagt er. ‘En je bent aangekleed! И|ты|есть|одет Et|tu|es|habillé ||are|dressed E|você|está|vestido Und|du|bist|angekleidet Ve|sen|oldun|giyinmiş |||vestito 'And you're dressed! '¡Y estás vestida! و تو لباس پوشیده ای! "Ir tu apsirengęs! "І ти одягнена! 你穿好衣服了 ‘E você está vestido! ‘Et tu es habillé ! ‘Ve giyinmişsin! ‘И ты одет! ‘Und du bist angezogen! Fantastisch!' Mijn vader wijst naar het geld. Фантастично|Мой|отец|указывает|на|это|деньги Fantastique|Mon|père|pointe|vers|le|argent Fantastic|||points|at|| Fantástico|Meu|pai|aponta|para|o|dinheiro Fantastisch|Mein|Vater|zeigt|auf|das|Geld Harika|Benim|babam|işaret ediyor|-e|o|para fantastico|||indica||| |||wskazuje||| |||señala||| Fantastic! My father points to the money. ¡Fantástico! Mi padre señala el dinero. خارق العاده!' پدرم به پول اشاره می کند. Fantastiška! Tėvas rodo į pinigus. Фантастика!" - батько показує на гроші. 太棒了!我父亲指着钱。 Fantástico!' Meu pai aponta para o dinheiro. Fantastique !' Mon père montre l'argent. Harika!' Babam parayı işaret ediyor. Фантастика!' Мой отец указывает на деньги. Fantastisch!' Mein Vater zeigt auf das Geld. ‘Dat geld is voor jullie tweeën. Это|деньги|есть|для|вы|вдвоем Ce|argent|est|pour|vous|deux |money|||you|you two |||||twee Esse|dinheiro|é|para|vocês|dois Das|Geld|ist|für|euch|zwei O|para|dır|için|siz|iki kişi |||||due |||||dos |||||dwoje 'That money is for the two of you. 'Ese dinero es para vosotros dos. «آن پول برای شما دو نفر است. "Tie pinigai skirti jums abiem. ‘Esse dinheiro é para vocês dois. ‘Cet argent est pour vous deux. ‘O para ikiniz için. ‘Эти деньги для вас двоих. ‘Dieses Geld ist für euch beide. Het is voor de reis.' Это|есть|для|поездки|путешествия Il|est|avant|du|voyage ||||trip Isso|é|para|da|viagem Es|ist|für|die|Reise O|dır|için|bu|seyahat It's for the trip. Es para el viaje. این برای سفر است. Tai skirta kelionei. É para a viagem.' C'est pour le voyage.' Seyahat için.' Это для поездки. Es ist für die Reise.

‘Bedankt pa. Спасибо|папа Merci|papa thanks|dad Obrigado|pai Danke|Papa Teşekkürler|baba grazie|papà 'Thanks Dad. Gracias, papá. ‘Obrigado, pai. ‘Merci papa. ‘Teşekkürler baba. Спасибо, папа. Danke, Papa. Het zal echt helpen', antwoord ik. Это|будет|действительно|помочь|отвечаю|я Cela|va|vraiment|aider|répond|je |will|really|help|said| Isso|vai|realmente|ajudar|respondo|eu Es|wird|wirklich|helfen|antworte|ich Bu|-acak|gerçekten|yardımcı olacak|cevap|ben |verrà|||rispondo| It will really help," I reply. ‘Realmente ayudará', respondo. این واقعا کمک خواهد کرد، "من پاسخ می دهم. Tai tikrai padės, - atsakau. Це дійсно допоможе, - відповідаю я. Isso realmente vai ajudar', respondo. Cela va vraiment aider', réponds-je. Bu gerçekten yardımcı olacak,' diye cevap veriyorum. Это действительно поможет, отвечаю я. Es wird wirklich helfen, antworte ich. Julia glimlacht. Юлия|улыбается Julia|sourit Julia|Julia smiles. Julia|sorri Julia|lächelt Julia|gülümser Julia|sorride |sonríe |się uśmiecha Julia smiles. Julia sonríe. جولیا لبخند می زند. Julija šypsosi. Юлія посміхається. 朱莉娅微笑着说。 Julia sorri. Julia sourit. Julia gülümsüyor. Юлия улыбается. Julia lächelt.

‘Nu moeten we ons snel klaarmaken', zegt pa. Теперь|должны|мы|себя|быстро|подготовиться|говорит|папа Maintenant|devons|nous|nous|vite|préparer|dit|papa |have to|we|us|quickly|get ready|| Agora|devemos|nós|nos|rapidamente|preparar|diz|pai Jetzt|müssen|wir|uns|schnell|fertig machen|sagt|Papa Şimdi|zorundayız|biz|kendimizi|hızlıca|hazırlamak|diyor|baba |||||preparare||papà ahora|deben||nos||preparar|| 'Now we have to get ready quickly,' Dad said. ‘Ahora tenemos que prepararnos rápido', dice papá. بابا می گوید: حالا باید سریع آماده شویم. Dabar turime greitai ruoštis, - sako tėtis. "Тепер нам треба швидко збиратися", - каже тато. 爸爸说:'现在我们得快点准备好。 ‘Agora precisamos nos preparar rápido', diz papai. ‘Nous devons nous préparer rapidement', dit papa. ‘Şimdi hızlıca hazırlanmalıyız,' diyor baba. ‘Теперь нам нужно быстро собраться', говорит папа. ‘Jetzt müssen wir uns schnell fertig machen', sagt Papa. ‘We moeten naar de luchthaven! Мы|должны|в|аэропорт|аэропорт Nous|devons|à|l'|aéroport |must|||airport Nós|devemos|para|o|aeroporto Wir|müssen|zum|der|Flughafen Biz|zorundayız|-e|(belirleyici artikel)|havaalanı ||||aeroporto 'We have to get to the airport! ¡Tenemos que ir al aeropuerto! ما باید به فرودگاه برویم! "Mums reikia vykti į oro uostą! ‘Precisamos ir para o aeroporto! ‘Nous devons aller à l'aéroport! ‘Havaalanına gitmemiz gerekiyor! ‘Нам нужно на аэропорт! ‘Wir müssen zum Flughafen! Kom!' Иди Viens come Venha Komm Gel Come! ¡Vamos! بیا!' Ateikite! Vamos!' Viens!' Hadi gel!' Давай!' Komm!'

Nadat we hebben gegeten, vertrekken we. После того как|мы|(вспомогательный глагол)|поели|уходим|мы Après que|nous|avons|mangé|partons|nous After|||eaten|leave| Após|nós|temos|comido|partimos|nós Nachdem|wir|haben|gegessen|fahren|wir -den sonra|biz|(sahip)|yedik|ayrılacağız|biz dopo che|||mangiato|partiamo| After we eat, we leave. Después de que hayamos comido, nos vamos. بعد از خوردن غذا می رویم. Pavalgę išeiname. Після того, як ми поїли, ми йдемо. Depois que comemos, partimos. Après avoir mangé, nous partons. Yemek yedikten sonra yola çıkıyoruz. После того как мы поели, мы уходим. Nachdem wir gegessen haben, fahren wir los. We gaan met de auto van mam op weg naar de luchthaven. Мы|едем|на|(определенный артикль)|машине|от|мамы|в|путь|к|(определенный артикль)|аэропорту Nous|allons|avec|de|voiture|de|maman|en|route|vers|l'|aéroport ||||car|from|mom's||way|||airport Nós|vamos|com|do|carro|de|mamãe|em|caminho|para|do|aeroporto Wir|fahren|mit|die|Auto|von|Mama|auf|dem Weg|zur||Flughafen Biz|gidiyoruz|ile|(belirli artikel)|araba|(sahiplik)|anne|yola|çıkıyoruz|(yönelme zarfı)|(belirli artikel)|havaalanı ||||||mamma|||||aeroporto We take Mom's car to the airport. Nos dirigimos al aeropuerto en el coche de mamá. با ماشین مامان میریم فرودگاه. Į oro uostą vykome mamos automobiliu. Ми поїхали в аеропорт на маминій машині. 我们坐妈妈的车前往机场。 Vamos de carro da mamãe em direção ao aeroporto. Nous prenons la voiture de maman en route vers l'aéroport. Anne'nin arabasıyla havaalanına gidiyoruz. Мы едем на машине мамы в аэропорт. Wir fahren mit Mamas Auto zum Flughafen. Julia is erg nerveus. Юлия|есть|очень|нервничает Julia|est|très|nerveuse ||very|Julia is very nervous. Julia|está|muito|nervosa Julia|ist|sehr|nervös Julia|-dir|çok|gergin Julia|||nervosa Julia is very nervous. جولیا خیلی عصبی است. Юля дуже хвилюється. 朱莉娅非常紧张。 Julia está muito nervosa. Julia est très nerveuse. Julia çok gergin. Юлия очень нервничает. Julia ist sehr nervös. ‘Julia', zegt mam. Юлия|говорит|мама Julia|dit|maman Julia||mom Julia|diz|mamãe Julia|sagt|Mama Julia|diyor|anne Giulia||mamma 'Julia,' says Mom. "Julia", dice mamá. Юліє, - каже мама. ‘Julia', diz mamãe. ‘Julia', dit maman. ‘Julia', diyor anne. ‘Юлия', говорит мама. ‘Julia', sagt Mama. ‘Is alles in orde?' Это|всё|в|порядке Est|tout|en|ordre is|everything||order Está|tudo|em|ordem Ist|alles|in|Ordnung mı|her şey|içinde|düzen "Is everything okay? ¿Está todo bien? 'همه چیز روبه راه است؟' "Ar viskas gerai? "Усе гаразд? 一切都还好吗? ‘Está tudo bem?' ‘Tout va bien ?' ‘Her şey yolunda mı?' ‘Все в порядке?' ‘Ist alles in Ordnung?'

‘Ik ben erg nerveus', antwoordt Julia. Я|есть|очень|нервничаю|отвечает|Юлия Je|suis|très|nerveuse|répond|Julia ||very|nervous|replies| Eu|sou|muito|nervoso|responde|Julia Ich|bin|sehr|nervös|antwortet|Julia Ben|ben|çok|gergin|yanıtlıyor|Julia ||||risponde|Julia 'I'm very nervous,' Julia replied. جولیا پاسخ می دهد: "من خیلی عصبی هستم." Labai jaudinuosi, - atsakė Julija. ‘Estou muito nervosa', responde Julia. ‘Je suis très nerveuse', répond Julia. ‘Çok gerginim', diye yanıtlıyor Julia. ‘Я очень нервничаю', отвечает Юлия. ‘Ich bin sehr nervös', antwortet Julia.

‘Waarom?' Почему Pourquoi why Por que Warum Neden "Why? ¿Por qué? ‘Por quê?' ‘Pourquoi ?' ‘Neden?' ‘Почему?' ‘Warum?'

‘Ik ken niemand in Nederland. Я|знаю|никто|в|Нидерланде Je|connais|personne|en|Pays-Bas |know|nobody|| Eu|conheço|ninguém|em|Países Baixos Ich|kenne|niemand|in|den Niederlanden Ben|tanıyorum|kimse|de|Hollanda ||nessuno|| 'I don't know anyone in Holland. No conozco a nadie en los Países Bajos. من کسی را در هلند نمی شناسم. "Nyderlanduose nieko nepažįstu. ‘Eu não conheço ninguém na Holanda. ‘Je ne connais personne aux Pays-Bas. ‘Hollanda'da kimseyi tanımıyorum. ‘Я никого не знаю в Нидерландах. ‘Ich kenne niemanden in den Niederlanden. Ik ken dan alleen Daniel.' Я|знаю|тогда|только|Даниэль Je|connais|alors|seulement|Daniel I|know|then|only| Eu|conheço|então|apenas|Daniel Ich|kenne|dann|nur|Daniel Ben|tanıyorum|o zaman|sadece|Daniel I only know Daniel then. Solo conozco a Daniel. من فقط دانیل را می شناسم. Aš pažįstu tik Danielių. Тоді я знаю тільки Деніела". 我只认识丹尼尔 Só conheço o Daniel.' Je ne connais que Daniel.' Sadece Daniel'i tanıyorum.' Я знаю только Даниэля.' Ich kenne nur Daniel.'

‘Maak je geen zorgen', antwoordt mam. Делай|ты|не|переживания|отвечает|мама fais|tu|pas|soucis|répond|maman Don't|you|no|worries|answers|mom Faça|você|nenhuma|preocupações|responde|mamãe Mach|du|keine|Sorgen|antwortet|Mama Yap|sen|hiç|endişe|cevaplıyor|anne |||preocupaciones|| 'Don't worry,' Mom replied. No te preocupes, responde mamá. مامان پاسخ می دهد: "نگران نباش." Nesijaudink, - atsakė mama. Не хвилюйся, - відповіла мама. ‘Não se preocupe', responde mam. ‘Ne t'inquiète pas', répond maman. ‘Endişelenme', diye yanıtlıyor anne. ‘Не переживай', отвечает мама. ‘Mach dir keine Sorgen', antwortet Mama. ‘Er zijn veel aardige mensen in Amsterdam. Есть|много|много|приятные|люди|в|Амстердам Il|y a|beaucoup|gentils|gens|à|Amsterdam ||many|nice|people|| (verbo auxiliar)|há|muitos|simpáticos|pessoas|em|Amsterdã Es|sind|viele|nette|Menschen|in|Amsterdam Orada|var|çok|nazik|insanlar|de|Amsterdam 'There are a lot of nice people in Amsterdam. Hay mucha gente agradable en Ámsterdam. در آمستردام افراد خوب زیادی وجود دارد. ‘Il y a beaucoup de gens sympathiques à Amsterdam. Ad Amsterdam ci sono molte persone gentili. "Amsterdame yra daug malonių žmonių. ‘Há muitas pessoas legais em Amsterdã. ‘Amsterdam'da çok nazik insanlar var. ‘В Амстердаме много хороших людей. ‘Es gibt viele nette Menschen in Amsterdam. Vooral Arnoud de vriend van Daniel.' Особенно|Арнуд|(определенный артикль)|друг|(предлог)|Даниэль Surtout|Arnoud|le|ami|de|Daniel Especially|Arnoud, Daniel's friend||friend|| Principalmente|Arnoud|o|amigo|de|Daniel Vor allem|Arnoud|der|Freund|von|Daniel Özellikle|Arnoud|-in|arkadaş|-ın|Daniel |||amigo|| Especially Arnoud the friend of Daniel. Especialmente Arnoud, el amigo de Daniel. به خصوص آرنود، دوست دانیل. Surtout Arnoud, le copain de Daniel.' Soprattutto Arnoud, l'amico di Daniel". Ypač Danieliaus draugas Arnoudas. Principalmente Arnoud, o amigo do Daniel.' Özellikle Daniel'in arkadaşı Arnoud.' Особливо Арнуд, друг Даніеля". 尤其是丹尼尔的朋友阿诺德。 Особенно Арнуд, друг Даниэля.' Vor allem Arnoud, der Freund von Daniel.'

‘Ja, mam. Да|мама Oui|maman Ja|Mama Evet|anne Sim|mamãe Sí, mamá. ‘Sim, mãe. ‘Oui, maman. ‘Evet, anne. ‘Да, мама. ‘Ja, Mama. Ik weet zeker dat je gelijk hebt. Я|знаю|точно|что|ты|прав|имеешь Je|sais|sûrement|que|tu|droit|as I|know|sure||you|right|are Eu|sei|com certeza|que|você|certo|tem Ich|weiß|sicher|dass|du|recht|hast Ben|biliyorum|kesinlikle|ki|sen|haklı|var |||||правий| |||||razón| I am sure you are right. Seguro que tienes razón. مطمئنم حق با شماست. Je suis sûr que tu as raison. Saya yakin Anda benar. Sono sicuro che hai ragione. Esu įsitikinęs, kad esate teisus. Tenho certeza de que você está certa. Kesinlikle haklısın. Я впевнений, що ти маєш рацію. 我相信你是对的。 Я уверен, что ты прав. Ich bin mir sicher, dass du recht hast. Maar ik voel me toch nerveus … wat als er iets gebeurt?' Но|я|чувствую|себя|все равно|нервничаю|что|если|там|что-то|произойдет Mais|je|sens|me|quand même|nerveux|que|si|il|quelque chose|arrive |I|feel|me|still|nervous|what|what if|there|something|happens Mas|eu|sinto|me|ainda assim|nervoso|o que|se|houver|algo|acontecer Aber|ich|fühle|mich|trotzdem|nervös|was|wenn|er|etwas|passiert Ama|ben|hissediyorum|kendimi|yine de|gergin|ne|eğer|orada|bir şey|olursa ||||||||||станеться ||||||||||sucede But I still feel nervous ... what if something happens? Pero sigo nerviosa... ¿y si pasa algo? اما من همچنان عصبی هستم... اگر اتفاقی بیفتد چه؟ Mais je me sens quand même nerveux… que se passe-t-il s'il arrive quelque chose ?' Ma mi sento ancora nervoso... e se succede qualcosa? Tačiau vis tiek nerimauju... kas bus, jei kas nors nutiks? Mas eu ainda me sinto nervoso... e se algo acontecer?' Ama yine de gergin hissediyorum… ya bir şey olursa?' Але я все одно нервую... а раптом щось трапиться? 但我还是感到紧张......万一出了什么事怎么办? Но я все равно чувствую себя нервно... что если что-то произойдет? Aber ich fühle mich trotzdem nervös … was, wenn etwas passiert?'

‘Het komt wel goed', zegt vader. Это|придет|хорошо|хорошо|говорит|отец Cela|viendra|bien|bien|dit|père It|will be fine|will be|fine|| het||||| O|vai|bem|certo|diz|pai Es|wird|schon|gut|sagt|Vater O|gelecek|iyi|iyi|diyor|baba 'It will be okay,' father says. 'Todo irá bien', dice papá. پدر می گوید: "خوب خواهد شد." « Ça ira », dit le père. Andrà bene", dice il padre. "Viskas bus gerai", - sako tėvas. ‘Vai dar tudo certo', diz o pai. ‘Her şey yoluna girecek', diyor baba. Все буде добре, - каже батько. 父亲说:'不会有事的。 «Все будет хорошо», говорит отец. „Es wird alles gut“, sagt der Vater.

Op de luchthaven zijn veel mensen aan het inchecken. В|аэропорту|аэропорт|есть|много|людей|в|процессе|регистрации À|l'|aéroport|sont|beaucoup|gens|en|le|enregistrement at||airport||many|||the|checking in No|a|aeroporto|há|muitas|pessoas|a|o|fazer check-in Am|dem|Flughafen|sind|viele|Menschen|beim|dem|Einchecken Havaalanında|belirli artikel|havaalanı|var|çok|insan|üzerinde|belirli artikel|check-in yapıyor At the airport, many people are checking in. En el aeropuerto, muchas personas están facturando. افراد زیادی در فرودگاه چک این هستند. À l'aéroport, beaucoup de gens sont en train d'enregistrer. All'aeroporto, molte persone stanno facendo il check-in. Oro uoste registruojasi daugybė žmonių. No aeroporto, muitas pessoas estão fazendo check-in. Havalimanında birçok insan check-in yapıyor. В аеропорту багато людей реєструються на рейс. 在机场,许多人正在办理登机手续。 В аэропорту много людей проходят регистрацию. Am Flughafen checken viele Menschen ein. Veel van hen reizen voor hun werk. Много|из|них|путешествуют|для|их|работы Beaucoup|de|eux|voyagent|pour|leur|travail Many||them|travel||their|work Muitos|de|eles|viajam|por|seu|trabalho Viele|von|ihnen|reisen|für|ihr|Arbeit Çok|-den|onlara|seyahat ederler|için|onların|iş Many of them travel for work. Muchos de ellos viajan por su trabajo. بسیاری از آنها برای کار به سفر می روند. Beaucoup d'entre eux voyagent pour le travail. Banyak di antara mereka yang melakukan perjalanan untuk bekerja. Molti di loro viaggiano per lavoro. Daugelis jų keliauja darbo reikalais. Muitos deles viajam a trabalho. Onların çoğu iş için seyahat ediyor. Багато з них подорожують по роботі. 他们中的许多人都因工作而出差。 Многие из них путешествуют по работе. Viele von ihnen reisen für ihre Arbeit. Sommigen reizen voor hun plezier. Некоторые|путешествуют|для|их|удовольствия Certains|voyagent|pour|leur|plaisir Some|travel|||pleasure |reizen||| Alguns|viajam|por|seu|prazer Einige|reisen|für|ihr|Vergnügen Bazıları|seyahat eder|için|onların|eğlence Some travel for pleasure. Algunos viajan por placer. برخی برای تفریح سفر می کنند. Certains voyagent pour le plaisir. Alcuni viaggiano per piacere. Kai kurie keliauja savo malonumui. Alguns viajam por prazer. Bazıları eğlence için seyahat ediyor. Дехто подорожує заради задоволення. 有些人旅行是为了消遣。 Некоторые путешествуют для удовольствия. Einige reisen zu ihrem Vergnügen. Ik loop naar Julia. Я|иду|к|Юлия Je|marche|vers|Julia |I walk|| Eu|caminho|para|Julia Ich|gehe|zu|Julia Ben|yürüyorum|-e|Julia I walk over to Julia. Voy a pie hacia Julia. به سمت جولیا می روم. Prieinu prie Julijos. Eu vou até Julia. Je marche vers Julia. Julia'ya doğru yürüyorum. Я иду к Юлии. Ich gehe zu Julia. Dan vraag ik: ‘Ben je nu wat meer ontspannen?' Тогда|спрашиваю|я|Ты|ты|сейчас|немного|более|расслаблен Alors|demande|je|es|tu|maintenant|un peu|plus|détendu then|ask||are|||a bit|more|more relaxed Então|pergunto|eu|está|você|agora|um pouco|mais|relaxado Dann|frage|ich|Bist|du|jetzt|etwas|mehr|entspannt O zaman|sorarım|ben|sen|sen|şimdi|biraz|daha fazla|rahat ||||||||relajado Then I ask, "Are you more relaxed now? Entonces pregunto: "¿Estás más relajado ahora?". سپس می پرسم: "الان آرام تر هستی؟" Alors je demande : 'Es-tu un peu plus détendu maintenant ?' Poi chiedo: "Sei più rilassato ora?". Tada klausiu: "Ar dabar esate labiau atsipalaidavęs? Então eu pergunto: 'Você está um pouco mais relaxado agora?' O zaman soruyorum: 'Şimdi biraz daha rahat mısın?' Тоді я запитую: "Тепер ти більш розслаблений?". 然后我问:'你现在更放松了吗? Тогда я спрашиваю: 'Ты сейчас немного более расслаблена?' Dann frage ich: ‚Bist du jetzt etwas entspannter?‘

‘Ja, Daniel. Да|Даниэль Oui|Daniel Ja|Daniel Evet|Daniel Sim|Daniel "بله، دنیل. ‘Sim, Daniel. ‘Oui, Daniel. ‘Evet, Daniel. ‘Да, Даниэль. ‘Ja, Daniel. In de auto was ik erg nerveus.' В|машине|автомобиле|был|я|очень|нервничал Dans|la|voiture|étais|je|très|nerveux |||was|||nervous No|do|carro|estava|eu|muito|nervoso Im|dem|Auto|war|ich|sehr|nervös İçinde|araba|araba|vardı|ben|çok|gergin ||||||nervioso In the car, I was very nervous.' En el coche, estaba muy nerviosa". توی ماشین خیلی عصبی بودم. У машині я дуже нервувала". No carro eu estava muito nervoso.' Dans la voiture, j'étais très nerveux.' Arabada çok gergindim.' В машине я был очень нервным.' Im Auto war ich sehr nervös.'

‘Ja, dat weet ik. Да|это|знаю|я Oui|cela|sais|je yes||know| Sim|isso|sei|eu Ja|das|weiß|ich Evet|o|biliyorum|ben 'Yes, I know. ‘Sí, lo sé. 'بله میدانم. "Taip, aš žinau. ‘Sim, eu sei. ‘Oui, je le sais. ‘Evet, biliyorum. ‘Да, я знаю. ‘Ja, das weiß ich. Alles komt in orde. Всё|придёт|в|порядок Tout|vient|en|ordre everything|will be||order Tudo|vir|em|ordem Alles|kommt|in|Ordnung Her şey|gelecek|içinde|düzen Everything will be fine. Todo estará bien. همه چیز خوب خواهد شد. Viskas bus gerai. Все буде добре. 一切都会好起来的。 Tudo vai ficar bem. Tout ira bien. Her şey yoluna girecek. Все будет в порядке. Alles wird gut. Mijn vriend Arnoud is erg aardig. Мой|друг|Арноуд|есть|очень|хороший Mon|ami|Arnoud|est|très|gentil ||||very|very kind Meu|amigo|Arnoud|é|muito|gentil Mein|Freund|Arnoud|ist|sehr|nett Benim|arkadaş|Arnoud|dir|çok|nazik My friend Arnoud is very nice. Mi amigo Arnoud es muy amable. دوست من آرنود خیلی خوبه. Mano draugas Arnoudas yra labai malonus. 我的朋友阿诺德人很好。 Meu amigo Arnoud é muito gentil. Mon ami Arnoud est très gentil. Arkadaşım Arnoud çok nazik. Мой друг Арнуд очень добрый. Mein Freund Arnoud ist sehr nett. Hij helpt vaak uitwisselingsstudenten zoals wij.' Он|помогает|часто|студенты по обмену|как|мы Il|aide|souvent|étudiants d'échange|comme|nous he|helps|often|exchange students|such as|we Ele|ajuda|frequentemente|estudantes de intercâmbio|como|nós Er|hilft|oft|Austauschstudenten|wie|wir O|yardım eder|sık sık|değişim öğrencilerine|gibi|biz |||دانشجویان تبادلی|| He often helps exchange students like us.' A menudo ayuda a estudiantes de intercambio como nosotros". او اغلب به تبادل دانشجویان مانند ما کمک می کند. Jis dažnai padeda tokiems mainų studentams kaip mes. Він часто допомагає студентам за обміном, таким як ми". 他经常帮助像我们这样的交换生。 Ele frequentemente ajuda estudantes de intercâmbio como nós. Il aide souvent des étudiants d'échange comme nous. Bize benzer değişim öğrencilerine sık sık yardım ediyor. Он часто помогает обменным студентам, таким как мы. Er hilft oft Austauschstudenten wie uns.

Onze ouders geven ons een warme knuffel. Наши|родители|дают|нам|один|теплый|объятие Nos|parents|donnent|nous|une|chaude|étreinte ||give|us|a|warm|warm hug Nossos|pais|dão|a nós|uma|quente|abraço Unsere|Eltern|geben|uns|eine|warme|Umarmung Bizim|ebeveynler|verirler|bize|bir|sıcak|sarılma ||||||przytulenie Our parents give us a warm hug. Nuestros padres nos dan un fuerte abrazo. پدر و مادرمان ما را به گرمی در آغوش می گیرند. Tėvai mus šiltai apkabina. Батьки тепло обіймають нас. 父母给我们一个温暖的拥抱 Nossos pais nos dão um abraço caloroso. Nos parents nous font un câlin chaleureux. Ailelerimiz bize sıcak bir sarılma veriyor. Наши родители обнимают нас тепло. Unsere Eltern geben uns eine warme Umarmung. Als Julia en ik vertrekken, zwaaien we elkaar gedag. Когда|Юлия|и|я|уходим|машем|мы|друг другу|на прощание Quand|Julia|et|je|partent|font signe de la main|nous|l'un l'autre|au revoir If|Julia|and|I|leave|wave goodbye to|we|each other|goodbye |||||zwaaien|||gedag Quando|Julia|e|eu|partimos|acenamos|nós|um ao outro|adeus Wenn|Julia|und|ich|abreisen|winken|wir|einander|zum Abschied Eğer|Julia|ve|ben|ayrılırsa|el sallarız|biz|birbirimize|veda |||||mówimy||| |||||помахати||| |||||nos decimos|||hola When Julia and I leave, we wave goodbye to each other. Cuando Julia y yo nos vamos, nos despedimos con la mano. وقتی من و جولیا می‌رویم، برای خداحافظی دست تکان می‌دهیم. Quand Julia et moi partons, nous nous faisons signe. Quando Julia e io ce ne andiamo, ci salutiamo con la mano. Išeidami su Julija pamojuojame vienas kitam atsisveikindami. Quando Julia e eu partimos, acenamos um para o outro. Julia ve ben ayrılırken, birbirimize el sallıyoruz. Коли ми з Юлією від'їжджаємо, ми махаємо один одному на прощання. 朱莉娅和我离开时,互相挥手告别。 Когда Юлия и я уходим, мы машем друг другу на прощание. Wenn Julia und ich gehen, winken wir uns zu. ‘We houden van jullie allebei!' roepen ze. Мы|любим|вас|вы|оба|кричат|они Nous|aimons|de|vous|deux|crient|ils we|love|of|you|both|shout|they Nós|amamos|de|vocês|dois|gritam|eles Wir|lieben|von|euch|beide|rufen|sie Biz|severiz|den|siz|ikiniz|çağırır|onlar "We love you both!" they shout. Os queremos a los dos", gritan. "ما هر دو شما را دوست داریم!" فریاد می زنند « Nous vous aimons tous les deux ! » crient-ils. Vi amiamo entrambi!", gridano. "Mes jus abu mylime!" - šaukia jie. ‘Nós amamos vocês dois!' gritam eles. ‘Sizi ikinizi de seviyoruz!' diye bağırıyorlar. "Ми любимо вас обох!" - кричать вони. 我们爱你们俩!"他们喊道。 «Мы любим вас обоих!» — кричат они. „Wir lieben euch beide!“ rufen sie. Dat is het laatste wat we horen. Это|есть|последнее|последнее|что|мы|услышим Cela|est|le|dernier|ce que|nous|entendons |||last|that|we|hear Isso|é|o|último|que|nós|ouvimos Das|ist|das|letzte|was|wir|hören O|dır|en|son|ne|biz|duyarız That's the last we hear. Es lo último que oímos. این آخرین چیزی است که می شنویم. Tai paskutinė žinia, kurią išgirdome. Це останнє, що ми чуємо. 这是我们最后听到的消息。 Essa é a última coisa que ouvimos. C'est la dernière chose que nous entendons. Bu duyduğumuz son şey. Это последнее, что мы слышим. Das ist das Letzte, was wir hören. Een uur later stijgt ons vliegtuig op. Один|час|позже|взлетает|наш|самолет|вверх Un|heure|plus tard|décolle|notre|avion|en l'air in|hour|later|takes off||airplane|up Um|hora|depois|decola|nosso|avião|para cima Ein|Stunde|später|hebt|unser|Flugzeug|ab Bir|saat|sonra|kalkar|bizim|uçak|havalanır |||sube||avión| An hour later, our plane takes off. Una hora más tarde, despega nuestro avión. یک ساعت بعد هواپیمای ما بلند می شود. Une heure plus tard, notre avion décolle. Satu jam kemudian, pesawat kami lepas landas. Un'ora dopo, il nostro aereo decolla. Po valandos pakyla mūsų lėktuvas. Uma hora depois, nosso avião decola. Bir saat sonra uçağımız havalanıyor. Через годину наш літак злітає. 一小时后,我们的飞机起飞了。 Через час наш самолет взлетает. Eine Stunde später hebt unser Flugzeug ab. We zijn op weg naar Amsterdam! Мы|находимся|в|пути|в|Амстердам Nous|sommes|en|route|vers|Amsterdam ||on our|way|to| Nós|estamos|em|caminho|para|Amsterdã Wir|sind|auf|dem Weg|nach|Amsterdam Biz|var|yolda|yol|'e|Amsterdam We are on our way to Amsterdam! Estamos de camino a Ámsterdam. ما در راه آمستردام هستیم! Esame pakeliui į Amsterdamą! Ми на шляху до Амстердаму! 我们正在前往阿姆斯特丹的路上! Estamos a caminho de Amsterdã! Nous sommes en route pour Amsterdam ! Amsterdam'a doğru yola çıkıyoruz! Мы направляемся в Амстердам! Wir sind auf dem Weg nach Amsterdam!

**Hoofdstuk 1 Overzicht** Глава|Обзор Chapitre|Aperçu Chapter|Chapter 1 Overview Capítulo|Visão geral Kapitel|Übersicht Bölüm|Genel Bakış |przegląd Розділ| |Resumen Chapter 1 Overview Capítulo 1 Panorama general فصل 1 بررسی اجمالی Chapitre 1 Aperçu Capitolo 1 Panoramica Capítulo 1 Visão Geral Bölüm 1 Genel Bakış Розділ 1 Огляд Глава 1 Обзор Kapitel 1 Übersicht

**Samenvatting** Резюме Résumé Summary Resumo Zusammenfassung Özet خلاصه Podsumowanie Resumen Summary Resumen از سرگیری Résumé Sintesi Resumo Özet Підсумок 摘要 Резюме Zusammenfassung

Daniel en Julia zijn student. Даниэль|и|Юлия|являются|студент Daniel|et|Julia|sont|étudiants ||||students Daniel|e|Julia|são|estudantes Daniel|und|Julia|sind|Studenten Daniel|ve|Julia|dır|öğrenci Daniel and Julia are students. Daniel y Julia son estudiantes. دانیل و جولیا دانشجو هستند. Daniel e Julia são estudantes. Daniel et Julia sont étudiants. Daniel ve Julia öğrencidir. Даниэль и Юлия студенты. Daniel und Julia sind Studenten. Ze wonen in Londen. Они|живут|в|Лондоне Ils|habitent|à|Londres |live|| Eles|moram|em|Londres Sie|wohnen|in|London Onlar|yaşıyorlar|de|Londra They live in London. Viven en Londres. آن ها در لندن زندگی می کنند. Eles moram em Londres. Ils vivent à Londres. Londra'da yaşıyorlar. Они живут в Лондоне. Sie wohnen in London. Ze studeren Nederlands aan de universiteit. Они|учат|Нидерландский|в|университете|университете Ils|étudient|néerlandais|à|l'|université |study|Dutch||| Eles|estudam|Holandês|na|a|universidade Sie|studieren|Niederländisch|an|der|Universität Onlar|çalışıyorlar|Hollandaca|de|üniversite|üniversite They study Dutch at the university. Estudian neerlandés en la universidad. آنها در دانشگاه هلندی می خوانند. Eles estudam holandês na universidade. Ils étudient le néerlandais à l'université. Üniversitede Hollandaca okuyorlar. Они изучают нидерландский язык в университете. Sie studieren Niederländisch an der Universität. Ze gaan vandaag naar Nederland. Они|идут|сегодня|в|Нидерланды Ils|vont|aujourd'hui|vers|les Pays-Bas ||today|| Eles|vão|hoje|para|Países Baixos Sie|gehen|heute|nach|Niederlande Onlar|gidiyorlar|bugün|e|Hollanda They are going to the Netherlands today. Hoy van a Holanda. آنها امروز به هلند می روند. Сьогодні вони їдуть до Нідерландів. Eles vão hoje para a Holanda. Ils vont aujourd'hui aux Pays-Bas. Bugün Hollanda'ya gidiyorlar. Сегодня они едут в Нидерланды. Sie fahren heute nach Holland. Zij gaan als uitwisselingsstudent naar Amsterdam. Они|идут|как|студент по обмену|в|Амстердам Ils|vont|en tant que|étudiant d'échange|à|Amsterdam ||as|exchange student|| Eles|vão|como|estudante de intercâmbio|para|Amsterdã Sie|gehen|als|Austauschstudent|nach|Amsterdam Onlar|giderler|olarak|değişim öğrencisi|e|Amsterdam |||студент обміну|| They are going to Amsterdam as exchange students. Van a Amsterdam como estudiantes de intercambio. آنها به عنوان دانشجوی تبادلی به آمستردام می روند. Ils partent en tant qu'étudiants d'échange à Amsterdam. Andranno ad Amsterdam come studenti di scambio. Eles vão como estudantes de intercâmbio para Amsterdã. Değişim öğrencisi olarak Amsterdam'a gidiyorlar. Они едут в Амстердам как студенты по обмену. Sie gehen als Austauschstudent nach Amsterdam. Hun ouders brengen ze naar de luchthaven. Их|родители|отвозят|их|в|аэропорт|аэропорт Leurs|parents|emmènent|ils|à|l'|aéroport their||bring them||||airport Seus|pais|levam|ela|para|o|aeroporto Ihre|Eltern|bringen|sie|zur|die|Flughafen Onlar|ebeveynler|götürüyorlar|onları|e|belirli artikel|havaalanı Their parents take them to the airport. Sus padres les llevan al aeropuerto. والدینشان آنها را به فرودگاه می برند. Leurs parents les emmènent à l'aéroport. I genitori li accompagnano all'aeroporto. Seus pais os levam para o aeroporto. Ebeveynleri onları havaalanına götürüyor. Их родители отвозят их в аэропорт. Ihre Eltern bringen sie zum Flughafen. Julia is in de auto erg nerveus. Юлия|есть|в|машине|автомобиль|очень|нервничает Julia|est|dans|la|voiture|très|nerveuse ||in||||nervous Julia|está|no|do|carro|muito|nervosa Julia|ist|im|dem|Auto|sehr|nervös Julia|-dır|içinde|-de|araba|çok|gergin Julia is very nervous in the car. Julia está muy nerviosa en el coche. جولیا در ماشین بسیار عصبی است. Julia está muito nervosa no carro. Julia est très nerveuse dans la voiture. Julia arabada çok gergin. Юлия очень нервничает в машине. Julia ist im Auto sehr nervös. Op de luchthaven wordt ze weer rustig. В|аэропорту|аэропорт|становится|она|снова|спокойной À|l'|aéroport|devient|elle|à nouveau|calme at|the|airport|is|she|again|calm No|da|aeroporto|fica|ela|novamente|calma An|der|Flughafen|wird|sie|wieder|ruhig Havaalanında|de|havaalanı|olur|o|tekrar|sakin At the airport, she becomes calm again. En el aeropuerto, recupera la compostura. در فرودگاه دوباره آرام می شود. À l'aéroport, elle redevient calme. All'aeroporto, ritrova la calma. Oro uoste ji atgauna nuovoką. No aeroporto, ela fica calma novamente. Havaalanında tekrar sakinleşiyor. В аеропорту вона повертає собі самовладання. В аэропорту она снова успокаивается. Am Flughafen wird sie wieder ruhig. Zij en Daniel vertrekken naar Nederland. Она|и|Даниэль|уезжают|в|Нидерланды Elle|et|Daniel|partent|vers|Pays-Bas She|||leave for|| Ela|e|Daniel|partem|para|Países Baixos Sie|und|Daniel|fahren|nach|Niederlande O|ve|Daniel|ayrılıyorlar|e|Hollanda She and Daniel are leaving for the Netherlands. Ella y Daniel se van a Holanda. او و دانیل راهی هلند می شوند. Ela e Daniel partem para a Holanda. Elle et Daniel partent pour les Pays-Bas. O ve Daniel Hollanda'ya gidiyor. Она и Даниэль отправляются в Нидерланды. Sie und Daniel fahren nach Nederland.

SENT_CWT:AFkKFwvL=4.0 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=4.38 SENT_CWT:AFkKFwvL=4.52 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.39 SENT_CWT:AFkKFwvL=2.89 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.38 SENT_CWT:AFkKFwvL=4.66 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.84 SENT_CWT:AFkKFwvL=3.47 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.27 pt:AFkKFwvL fr:AFkKFwvL tr:AFkKFwvL ru:AFkKFwvL de:AFkKFwvL openai.2025-02-07 ai_request(all=174 err=0.00%) translation(all=139 err=0.00%) cwt(all=785 err=0.13%)