Noun Genders
Geslacht van zelfstandige naamwoorden
Een bepaald zelfstandig naamwoord (een persoon, plaats of ding) krijgt in het Spaans een geslacht. Het Spaans heeft er twee, de mannelijke vorm en de vrouwelijke vorm.
De "La"-woorden (Vrouwelijk)
Alle Spaanse vrouwelijke woorden worden geassocieerd met het vrouwelijke lidwoord (onze "the" in de Engelse taal): "La".
Hier zijn enkele voorbeelden van bepaalde uitgangsvormen van zelfstandige naamwoorden die een zelfstandig naamwoord vrouwelijk maken:
Woorden die eindigen op "a", "d", "z", "ión" en "umbre":
Woorden die eindigen op "a" | La letra | De letter |
---|---|---|
a cama | Het bed | |
La chica | Het meisje | |
Woorden die eindigen op "d" (inclusief de "-dad," "-tad," "-tud" families) | La felicidad | Geluk |
La virtud | Deugd | |
La mitad | Midden | |
Words ending in “z” ( including the “-iz”, “-uz”, “-trizAdmirável” and “ez” families) | La nariz | De neus |
La luz | Het licht | |
La actriz | De actrice | |
La calidez | De warmte | |
Woorden die eindigen op "ión" (de "-cion," "-sión," "-gión" families) | La canción | Het lied |
La mansión | Het herenhuis | |
La religión | De godsdienst | |
Woorden die eindigen op "umbre" | La costumbre | De gewoonte |
La cumbre | De top | |
La legumbre | De peulvrucht (groente) |
De "El"-woorden (Mannelijk)
Alle Spaanse mannelijke woorden volgen het mannelijke lidwoord (onze "the" in de Engelse taal): "El".
In bepaalde zelfstandige naamwoorden eindigen sommige woorden niet op een -a of een -o, maar geven ze u toch een aanwijzing in welke richting u moet gaan.
Hier zijn een paar mannelijke uitgangen:
Woorden die eindigen op "o", "e", klinkers met accenten (á, é, í, ó, ú) en medeklinkers (behalve "d", "z" en de "ión"-familie) zijn mannelijk:
Woorden die eindigen op "o" | El teatro | Het theater |
---|---|---|
El dormitorio | De slaapkamer | |
El chico | De jongen | |
Woorden die eindigen op "e" (behalve "-umbre," sommige "-ie" en "-ente") | El maquillaje | De make-up |
El perfume | Het parfum | |
El estudiante | De student | |
Woorden die eindigen op klinkers met accenten (á, é, í, ó, ú) | El sofá | De sofa |
El café | De koffie | |
El ají | De knoflook | |
El tabú | Het taboe | |
Woorden die eindigen op medeklinkers (behalve "d", "z" en de "ión"-familie) | el árbol | De boom |
el rumor | Het gerucht | |
el cojín | Het kussen |