Tones

Vietnamese uitspraak valt op vanwege zijn tonale aard, wat betekent dat de toonhoogte of toon die wordt gebruikt bij het uitspreken van een woord de betekenis ervan kan veranderen. Daarom is het beheersen van de zes verschillende tonen in het Vietnamees cruciaal voor communicatie. Het is essentieel om meteen de juiste tonen te leren. De beste manier om dit te doen is om veel te luisteren. Er zijn talloze YouTube-video's die ze duidelijk uitleggen. Je zou kanalen zoals Learn Vietnamese With Annie, Tieng Viet Oi of SVFF (Southern Vietnamese for Foreigners) kunnen bekijken. Bovendien helpt een goede leraar je om al vroeg in het proces uitspraakfouten te corrigeren, waardoor je ze zult opmerken terwijl je luistert.

Daarnaast is het belangrijk op te merken dat de noordelijke en zuidelijke uitspraak (inclusief tonen) behoorlijk verschillen. Als beginner kun je het beste een keuze maken die het meest logisch voor je is, en die ontwikkelen.

Vietnamees tonen

  1. Vlakke Toon (Ngang): Een stabiele, vlakke toonhoogte.
    • Voorbeeld: "ma" (geest) wordt gezegd met een vlakke toon.
  2. Scherpe Toon (Sắc): Een lichte stijging van de toonhoogte.
    • Voorbeeld: "má" (wang/moeder) stijgt lichtjes aan het einde.
  3. Hangende Toon (Huyền): Een zachte daling van de toonhoogte.
    • Voorbeeld: "mà" (maar) daalt zachtjes.
  4. Vragende Toon (Hỏi): Een daling gevolgd door een stijging.
    • Voorbeeld: "mả" (graf) daalt en stijgt dan.
  5. Gebroken Toon (Ngã): Een snelle stijging gevolgd door een lichte daling.
    • Voorbeeld: "mã" (paard) stijgt snel en daalt dan lichtjes.
  6. Zware Toon (Nặng): Een scherpe, snelle daling.
    • Voorbeeld: "mạ" (rijstzaailing) begint en valt dan scherp.

Het veranderen van de toon op een woord als "dưa" kan de betekenis veranderen van watermeloen naar kokosnoot of ananas, afhankelijk van de gebruikte toon.