×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.

image

Kruistocht in Spijkerbroek by Beckman Thea, 13-2 De tocht door de Alpen

13-2 De tocht door de Alpen

De tocht door de Alpen deel 2

De volgende avond bereikten ze de voet van het gebergte en konden hun kamp opslaan in het brede Inndal. De Karwendel, de eerste hoge drempel van de Alpen, lag achter hen.

Ze hadden vele kinderen verloren. Dolf schatte het aantal slachtoffers zeker op een honderdtal. Mariecke, die er goed doorgekomen was, ging in de ziekenboeg helpen. Voor het eerst sinds vele dagen kreeg Dolf de monnik Thaddeus weer in het oog. De bescheiden priester had zich in de bergpassen ongetwijfeld duchtig geweerd en op zijn eigen, stille manier zeker tientallen kinderen het leven gered, maar Dolf had er niets van gemerkt. Het kinderleger was zo groot dat het gemakkelijk kon gebeuren dat je je beste vrienden dagenlang uit het oog verloor. Nu pas vernam Dolf dat Willem, een van de jongens die hij uit de burcht van Scharnitz had gehaald, in de Karwendel was omgekomen. Willem was nietsvermoedend het hol van een beer ingelopen om een slaapplaats te zoeken voor een aantal verkleumde kinderen en... De ironie van dit noodlot trof hem diep.

‘Als ik hem niet was komen bevrijden uit de burcht, dan zou hij nog geleefd hebben,' mompelde hij verstikt. ‘Nu is hij dood en het was een zinloze, angstwekkende dood...' Dom Thaddeus legde troostend een hand op zijn schokkende schouders. En alsof hij kon raden wat er de laatste tijd in de jongen was omgegaan, zei hij zacht: ‘Huil niet, mijn zoon. Willem stierf in vrijheid. Hij is nu bij God.' De stemming in het kamp was opgewekt, ondanks de verliezen die ze hadden geleden. In één week waren twee grote heldendaden verricht die genoeg op de verbeelding van de kinderen werkten om tot legenden uit te groeien. Twee heldendaden: de expeditie naar de burcht van Scharnitz en Leonardo's gevecht met de bruine beer. De kinderen konden over bijna niets anders praten en vertelden elkaar de verhalen alsof ze die door minstrelen hadden horen voordragen.

Dolfs stunt in Scharnitz was een kolossale grap geweest, waarom je hartelijk kon lachen. Maar Leonardo's knots die neerkwam op de harde schedel van een verschrikte beer, zodat het beest er brommend en met grote snelheid vandoor was gegaan, werd in hun ogen het wapen van een reus. Het Inndal was breed, tamelijk vlak en zeer vruchtbaar. Vijftien mijl verderop lag de prachtige stad Innsbruck. En achter Innsbruck rees opnieuw een verschrikking op: torenhoge bergen die de toegang tot Lombardije afsloten. Een dag na de doortocht van de Karwendel bereikten de kinderen de oude stad. De burgers van Innsbruck ontvingen hen gastvrij en zelfs met eerbied. Levensmiddelen werden aangesleept en onder de kinderen verdeeld. Voor het eerst sinds vele dagen kregen ze weer groente en de kleintjes melk. De zon was eindelijk doorgebroken en het lange, brede dal baadde in een gouden gloed.

Ze droogden hun doorweekte kleren, beklopten het door vocht hardgeworden schoeisel. Gebroken ledematen werden - tamelijk ruw - door de stadschirurgijn behandeld en gespalkt. De bisschop verliet zijn paleis om het kinderleger te komen zegenen. De drie schapen die wonder boven wonder de tocht over de Karwendelpassen hadden overleefd, werden aan een slager verkocht en voor het geld werden gerookte hammen en worsten ingeslagen. Het kinderleger kwam weer op adem, het optimisme keerde terug. De Karwendel had hard toegeslagen, maar hun moed was niet gebroken. Vol vertrouwen zagen ze de tocht over de Brenner tegemoet.

Dolf, zwervend over het kamp, liep Carolus tegen het lijf.

‘Gaat het goed?' vroeg hij vrolijk.

De kleine koning lachte hem zonnig toe. Opeens schoot Dolf iets te binnen. ‘Carolus, dat heb ik je al een hele tijd willen vragen. Hoe komt het dat jij tot de toekomstige koning van Jeruzalem bent uitgeroepen? Hebben de kinderen dat zelf gedaan?' ‘De kinderen? Natuurlijk niet.' Carolus richtte zijn kleine, sierlijke gestalte hoog op. ‘Ik ben aangewezen door de Graaf van Marburg, wiens schildknaap ik was. Dat was een hele eer, hoor. Want hij had vier schildknapen en ik was de jongste. De drie anderen waren schreeuwend jaloers.' Dolf ging erbij zitten en trok de kleine koning naast zich neer. ‘Dus je bent niet van huis weggelopen, zoals Fredo?' ‘Dat kon toch niet, ik had mijn heer trouw gezworen. De Graaf van Marburg stuurde me met het kinderleger mee om te passen op zijn dochter Hilde, die koningin van Jeruzalem moest worden...' ‘Hé, wacht eens even,' riep Dolf, bij wie een oude herinnering opkwam, ‘je bent dus gestuurd. Door de Graaf van Marburg, die ook zijn dochter liet meegaan... met toestemming van de aartsbisschop, als ik het goed heb begrepen.' ‘Ja, de aartsbisschop heeft ons gezegend en in de bijzondere zorg van Nicolaas aanbevolen.' ‘Maar er is toch een koning van Jeruzalem? Ik bedoel niet bij de Saracenen, maar gewoon een christelijk edelman die zich zo noemt?' ‘Natuurlijk, maar zolang de stad nog in handen is van de Turken, is dat maar een formaliteit. Een geërfde titel, meer niet. Ik zal de echte, nieuwe koning worden.' Dat riekt naar hogere politiek, dacht Dolf. De Duitsers willen vaste voet en macht in Palestina krijgen. Ze hopen dat de kinderen er met Gods hulp in zullen slagen de Turken te verjagen, en dan kunnen de grote heren het overnemen. Carolus is niets dan een nietige pion in hun schaakspel. Ze proberen God, die aan Nicolaas wonderen heeft beloofd, voor hun karretje te spannen!

‘Wie is in naam koning van Jeruzalem?' vroeg hij.

‘Dat weet ik niet precies, er zijn er al zoveel geweest. Een Frankische edelman.' Juist, dacht Dolf, en hij moet vervangen worden door een Duitser. En dan niet formeel, als titel, maar in een bevrijde stad.

Wat de jongen het meest verbaasde, was toch dat volwassen machtige mannen als de Graaf van Marburg en de Aartsbisschop van Keulen en wie weet welke intriganten nog meer gelóófden in het succes van de Kinderkruistocht! Kennelijk had de aartsbisschop de zaak georganiseerd in samenwerking met Anselmus en Johannis. Hij had Nicolaas een huifkar, een span ossen en een legertent geschonken. De Heer van Marburg had niet geaarzeld zijn dochtertje en een van zijn schildknapen mee te sturen... Hadden ze dan geen verstand?

Maar wellicht hadden de beide heren zelf ook een hard hoofd in de onderneming en geloofden ze nauwelijks dat de kinderen het Heilige Land zouden bereiken. Maar je kon niet weten... Stel dát het lukte, stel dát de beloofde wonderen plaatsvonden, dan hadden die beide heersers een stevige vinger in de pap! Zo ongeveer moest hun gedachtegang zijn geweest. En dat de hele Kinderkruistocht kon uitlopen op de ondergang van achtduizend kinderen - ach, wie zou zich daarover druk maken? Misschien was hun bijgedachte wel geweest: onze streek raakt overbevolkt, er zijn te veel loslopende weeskinderen en zwervertjes, dit is een mooie manier om ze voorgoed kwijt te raken.

En ze hadden twee prachtexemplaren uitgezocht om hun politieke doeleinden te verwezenlijken, bedacht Dolf ook nog. Hilde van Marburg, de onvermoeibare hoofdzuster, fier en streng en allerliefst, een meisje uit duizenden. Hield haar vader niet van Hilde, dat hij haar blootstelde aan de verschrikkingen van zo'n tocht? Waarschijnlijk gaf de man weinig om het kind, zomaar een meisje in zijn ogen, goed genoeg om later uitgehuwelijkt te worden, een ding waarmee je macht en invloed kon kopen.

En Carolus! Hij mocht dan de jongste schildknaap zijn geweest, nauwelijks meer dan een bediende aan het hof van de Graaf, de man moest ongetwijfeld gezien hebben dat het kind dapper, trouw en eerlijk was. Dat kon hij gebruiken! Goeie genade, wat dáchten die middeleeuwers wonderlijk. Geen wonder dat het schaakspel in deze tijd zo populair was bij de hoge heren; in hun werkelijke leven gebruikten ze mensen, kinderen, hele legertrossen op dezelfde manier.

‘Het is niets leuk meer in de tent,' klaagde Carolus plotseling. ‘Anselmus en Johannis hebben voortdurend ruzie. Anselmus wil opschieten, hij heeft altijd haast. Johannis niet, die vindt dat de kinderen rust nodig hebben.' Daar keek Dolf toch van op. En Carolus vervolgde, met veel genoegen, want hij hield niet van Anselmus: ‘Nicolaas heeft hun gesmeekt de eenheid te bewaren. Het zou op de kinderen een slechte indruk maken als ze merkten dat die twee monniken ruzie hebben. Johannis is wel aardig, vind je niet? Ik geloof dat hij een goed mens is.' ‘Zo?' ‘Anselmus natuurlijk ook,' zei Carolus haastig, alsof hij het niet meende. ‘Hij is erg vroom en nogal streng. Dat moet hij wel zijn, omdat er zo veel lastige, ondeugende kinderen bij ons zijn die naar niemand willen luisteren. Maar ze luisteren wél naar Johannis en vooral naar Dom Thaddeus, en die zijn niet zo streng en hard. Gek hè?' ‘Waarover maken ze ruzie?' vroeg Dolf.

‘Dat heb ik niet goed begrepen. Over een zekere Boglio. Dom Johannis zegt steeds maar: Boglio wacht wel. Maar Anselmus is bang dat Boglio niet zal wachten, niet zo lang. Snap jij er iets van?' ‘Nee,' zei Dolf, ‘maar ik kom er nog wel achter.' Hij had de naam Boglio nooit eerder gehoord. Het klonk nogal Italiaans.

Ze trokken verder, opnieuw de bergen in. Moeizaam sjouwden ze over de zigzagweg omhoog. De weg was steil, slecht, zat vol met gaten, lag bezaaid met stenen, werd dicht omzoomd door bos. De zon scheen, de opgedroogde modder veranderde in stof, wervelde op onder de duizenden voeten, verstopte de neuzen, schuurde hun kelen, prikte in hun ogen. Nog hoger klommen ze, geplaagd door insecten, geplaagd door scherpe stenen onder hun voeten, door heet zonlicht en kille schaduwen. Ze stegen. Meter na meter. Elke voetstap bracht hen hoger, maar het waren korte, langzame voetstappen die veel kracht kostten.

Ze klommen: vierhonderd, vijfhonderd meter boven het dal. Soms, bij open plekken in de begroeiing, konden ze neerkijken op de lager gelegen wouden en heel diep zagen ze het gastvrije Innsbruck liggen, waar ze tientallen kinderen hadden moeten achterlaten in het klooster.

Ze klommen tot een wijde bocht in de weg de stad aan hun blikken onttrok. Nu waren ze weer omgeven door grimmig bergland, door torenhoge rotsen, door van wild wemelende wouden, door klaterend water, eeuwenoude dennenbomen, doornig struikgewas, zacht mos en bloemen, bloemen overal. Ze zagen adelaars en vossen, buizerds en gemzen, forellen in de rivieren en marmotjes tussen de rotsen. Prachtig en verschrikkelijk stonden de bergen om hen heen. Het landschap was overweldigend van schoonheid, gruwelijk van dreiging, groots en vreselijk. Ze passeerden donderende watervallen en doodstille meertjes. Ze ontmoetten een herder met zijn schaapskudde. Een dag later: zes struikrovers die verbaasd voor het immense kinderleger op de vlucht sloegen. Ze zagen bergbewoners die van de eindeloze stoet kinderen niets begrepen en uit angst met stenen begonnen te gooien. De jagers beantwoordden de vijandelijkheden met pijlen om hun te bewijzen dat de kinderen zich niet ongestraft lieten belagen. Daarna lieten de bergbewoners hen met rust.

Ze trokken langs kloven en ravijnen, langs loodrechte rotswanden en over glooiende bloemenweiden. Ze klauterden over versperringen en grondverschuivingen, struikelden over boomwortels, sneden slangenbeten uit. Ze scheurden hun kleren, verloren hun schoeisel. Ze aten beschimmelde koeken, stinkende vissen en vers vlees van gemzen en berggeiten. Ze dronken ijskoud water dat hun buikpijn bezorgde. Dolf dwong hen het voedsel dat door vocht bedorven was, weg te gooien en bracht daarmee opnieuw de honger in hun gelederen. Carolus en zijn jagers, Peter en zijn vissers deden wat zij konden. Maar in de wilde beken konden ze het zelden langer dan een half uur uithouden, het ijskoude water verstijfde hun benen. Vogels! Wat was deze wereld rijk aan vogels! In grote zwermen cirkelden ze boven de ravijnen, ze nestelden bij duizenden in de wouden, liepen met honderden zoekend over de bergweiden. De kinderen vingen, schoten en slachtten alle vogels die ze te pakken konden krijgen, met honderden tegelijk. Het deed Dolf pijn als Carolus grinnikend een wilde duif de nek omdraaide, maar het betekende dat die avond weer een kind iets te eten had. Ze klommen, kilometers achtereen, honderden meters hoog, en daalden dan weer af naar het volgende dal, naar de volgende schuimende rivier. Ze staken bulderende riviertjes over, wat dikwijls uren vergde, omdat ze een ketting van sterke kinderen moesten vormen waarlangs de kleintjes zich naar de overzijde konden werken. Bruggen die er ooit gelegen hadden, waren meestal weggeslagen door hoog water in het voorjaar. Soms brak zo'n ketting van kinderen en werden er vijf, zes door de stroom meegesleurd die met moeite gered konden worden. Het water was weliswaar nooit diep, maar het kwam met ongelooflijke kracht tegen hen aan en was bitter koud, terwijl hun voeten nauwelijks houvast vonden op de gladde steenbeddingen.

Ze spanden netten van de ene oever naar de andere, een levensgevaarlijk karwei dat echter binnen een uur honderden forellen opleverde. Ze joegen op gemzen, steenbokken, bergeenden. Ze leden soms honger, maar de goed getrainde jagers, de geharde visploegen weerden zich uit alle macht, en er kwamen ook avonden van overvloed voor. Niemand stierf aan een lege maag. Enkele kinderen stierven aan andere vormen van ellende: aan valpartijen, bloedvergiftiging, aan ziekten die geen naam hadden.

Dolf kon er niets aan doen: hij genoot. Zó woest, ongerept, puur en niet door mensen bedorven had hij de Alpen nooit gekend. Wat een wereld! Geen tankstations, geen industriesteden in de dalen. Geen torenflats of bungalowdorpen op de hoogvlakten. Slechts hier en daar een hoopje armelijke hutten van boeren of schaapherders, burchten boven de dalen, wat akkers op vruchtbare gedeelten en verder: een leeg land. Slechts beheerst door de dieren, door wilde plantengroei, door de overal aanwezige rotsen. Geen tunnels en asfaltwegen, maar slingerpaden die in het niets eindigden en hen soms noodzaakten een heel stuk terug te gaan. Woeste ravijnen zonder brug, die toch moesten worden overgestoken. Geen stuwdammen, geen elektriciteitscentrales. Niets dan het rauwe bergland, onverbiddelijk, steenhard: een uitdaging aan hun kracht en moed.

Zo trokken ze over de Brenner en ondanks het feit dat ze weer tientallen kinderen verloren, leek het leger nauwelijks geslonken. Geen kind of het had blauwe plekken, schrammen en builen. De mooie kleren van de baronskinderen verloren hun glans en pracht. Dom Johannis' pij hing in vellen om hem heen. Nicolaas' rechteroog zat dicht door een bijensteek (hij was verzot op honing). Mariecke veranderde van verwaarloosd stadskind in een bergnimf die gewichtloos over de rotsen sprong en wier lach boven het getinkel van een bergbeek uitsteeg. De Alpen slokten weerloze, zwakke kinderen op en gaven de anderen er vers vlees, huiden en kracht voor terug. De zon brandde of liet een dag lang verstek gaan - en werd in beide gevallen vervloekt. Ze kwamen aan een echte rivier, de Isarco, en volgden de loop daarvan. Ook de Isarco eiste slachtoffers en gaf er verse vis voor in de plaats. De bergen eisten hun tol aan kinderlevens en schonken aan de duizenden overlevenden gezondheid, gestaalde spieren, een hart vol vrijheid en geluk.

Het was vermoeiend, heerlijk, gruwelijk, opwekkend, vreselijk, verrukkelijk, alles tegelijk.

Wat ten slotte bij de poorten van de oude bergstad Bolzano aankwam, in stralend zonlicht, was een kinderleger van zevenduizend taaie, gebruinde, halfverwilderde wezens, gekleed in lompen waar hun bruine lichamen doorheen schemerden. Maar het waren zevenduizend schepseltjes die door de hel waren gegaan en die er vrolijk, zingend, barstend van levensvreugde en moed uit kwamen opduiken.

De inwoners van Bolzano wisten niet wat ze zagen!

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

13-2 De tocht door de Alpen The|journey||| 13-2 Die Reise durch die Alpen 13-2 Το ταξίδι μέσω των Άλπεων 13-2 The journey through the Alps 13-2 El viaje a través de los Alpes 13-2 Le voyage à travers les Alpes 13-2 アルプスの旅 13-2 Podróż przez Alpy 13-2 Путешествие через Альпы 13-2 Alpler boyunca yolculuk 13-2 穿越阿尔卑斯山的旅程

De tocht door de Alpen deel 2

De volgende avond bereikten ze de voet van het gebergte en konden hun kamp opslaan in het brede Inndal. ||||||||||||||||||Inndal The next evening they reached the foot of the mountain and were able to set up their camp in the wide Inndal. De Karwendel, de eerste hoge drempel van de Alpen, lag achter hen. |||||Schwelle|||||| |||||threshold|||||| The Karwendel, the first high threshold of the Alps, lay behind them.

Ze hadden vele kinderen verloren. They had lost many children. Dolf schatte het aantal slachtoffers zeker op een honderdtal. ||||||||hundertzahl |estimated|||victims||||hundred Dolf schätzte die Anzahl der Opfer auf mindestens einhundert. Dolf estimated the number of victims to be around a hundred. Mariecke, die er goed doorgekomen was, ging in de ziekenboeg helpen. ||||durchgekommen|||||Krankenstation| ||||got through|||||sick bay| Mariecke, die gut davongekommen war, ging in der Krankenstation helfen. Mariecke, who had come through well, went to help in the infirmary. Voor het eerst sinds vele dagen kreeg Dolf de monnik Thaddeus weer in het oog. Zum ersten Mal seit vielen Tagen bekam Dolf den Mönch Thaddeus wieder zu Gesicht. For the first time in many days, Dolf caught sight of the monk Thaddeus again. De bescheiden priester had zich in de bergpassen ongetwijfeld duchtig geweerd en op zijn eigen, stille manier zeker tientallen kinderen het leven gered, maar Dolf had er niets van gemerkt. |modest|priest|||||mountain passes|undoubtedly|fiercely|warded off|||||quiet|way||dozens||||||||||| Der bescheidene Priester hatte sich in den Bergpässen ohne Zweifel tapfer gewehrt und auf seine eigene, stille Art sicherlich dutzende Kinder das Leben gerettet, aber Dolf hatte nichts davon mitbekommen. The unassuming priest had undoubtedly fought vigorously in the mountain passes and, in his own quiet way, had certainly saved dozens of children's lives, but Dolf hadn't noticed. Het kinderleger was zo groot dat het gemakkelijk kon gebeuren dat je je beste vrienden dagenlang uit het oog verloor. |||||||||||||||for days|||| Das Kinderheer war so groß, dass es leicht passieren konnte, dass man seine besten Freunde tagelang aus den Augen verlor. The children's army was so large that it could easily happen that you lost sight of your best friends for days. Nu pas vernam Dolf dat Willem, een van de jongens die hij uit de burcht van Scharnitz had gehaald, in de Karwendel was omgekomen. |only just|learned|||||||||||||||||||||had died Jetzt erfuhr Dolf, dass Willem, einer der Jungs, die er aus der Burg von Scharnitz geholt hatte, im Karwendel umgekommen war. Only now did Dolf learn that Willem, one of the boys he had rescued from the castle of Scharnitz, had died in the Karwendel. Willem was nietsvermoedend het hol van een beer ingelopen om een slaapplaats te zoeken voor een aantal verkleumde kinderen en... De ironie van dit noodlot trof hem diep. ||nichtsahnend||Höhle|||||||||||||durchgefrorene|||||||Schicksalsschlag||| ||unsuspecting||den of a bear||||entered|||||||||chilled||||irony|||fate|struck|| Willem had unknowingly walked into a bear's den to look for a sleeping place for a number of freezing children and... The irony of this fate struck him deeply.

‘Als ik hem niet was komen bevrijden uit de burcht, dan zou hij nog geleefd hebben,' mompelde hij verstikt. ||||||||||||||||||erstickt |||||||||castle|||||||mumbled||choked 'If I had not come to rescue him from the fortress, he would still be alive,' he murmured, choked. ‘Nu is hij dood en het was een zinloze, angstwekkende dood...' |||||||||erschreckend| ||||||||meaningless|terrifying| 'Now he is dead and it was a pointless, terrifying death...' Dom Thaddeus legde troostend een hand op zijn schokkende schouders. ||laid|comforting|||||| Dom Thaddeus comfortingly placed a hand on his shaking shoulders. En alsof hij kon raden wat er de laatste tijd in de jongen was omgegaan, zei hij zacht: ‘Huil niet, mijn zoon. |as if|||could guess||||||||||was going on||||Cry||| And as if he could guess what had been going on in the boy lately, he said softly, "Don't cry, my son. Willem stierf in vrijheid. William died at liberty. Hij is nu bij God.' De stemming in het kamp was opgewekt, ondanks de verliezen die ze hadden geleden. |mood|||||cheerful|despite||losses||||had suffered The mood in the camp was upbeat, despite the losses they had suffered. In één week waren twee grote heldendaden verricht die genoeg op de verbeelding van de kinderen werkten om tot legenden uit te groeien. ||||||||||||Vorstellungskraft|||||||||| ||||||heroic deeds|performed|||||imagination|||||||legends|||grew into In one week, two great heroic deeds were performed that worked enough on the imagination of the children to grow into legends. Twee heldendaden: de expeditie naar de burcht van Scharnitz en Leonardo's gevecht met de bruine beer. |||expedition||||||||fight|||| Two heroic deeds: the expedition to the castle of Scharnitz and Leonardo's fight with the brown bear. De kinderen konden over bijna niets anders praten en vertelden elkaar de verhalen alsof ze die door minstrelen hadden horen voordragen. |||||||||||||||||Minnesänger||| |||||||||told|||stories|as if||||minstrels|||recite The children could hardly talk about anything else and told each other the stories as if they had heard them recited by minstrels.

Dolfs stunt in Scharnitz was een kolossale grap geweest, waarom je hartelijk kon lachen. |Streich|||||||||||| |stunt||||||||||heartily|| Dolf's stunt in Scharnitz had been a colossal joke, for which one could laugh heartily. Maar Leonardo's knots die neerkwam op de harde schedel van een verschrikte beer, zodat het beest er brommend en met grote snelheid vandoor was gegaan, werd in hun ogen het wapen van een reus. ||||||||||||||||||||||||||||||Waffe|||Riese ||||came down|||||||||||||rumbling|||||away|||||||||||giant But Leonardo's knot that landed on the hard skull of a frightened bear, causing the creature to take off buzzing and at great speed, became in their eyes the weapon of a giant. Het Inndal was breed, tamelijk vlak en zeer vruchtbaar. ||||ziemlich|||| ||||fairly||||fertile The Inndal was broad, fairly flat, and very fertile. Vijftien mijl verderop lag de prachtige stad Innsbruck. |mile|fifteen miles ahead||||| Fifteen miles further lay the beautiful city of Innsbruck. En achter Innsbruck rees opnieuw een verschrikking op: torenhoge bergen die de toegang tot Lombardije afsloten. ||Innsbruck||||||||||||| |||rose|||horror||towering||||access|||blocked off And behind Innsbruck rose another horror: towering mountains that closed off access to Lombardy. Een dag na de doortocht van de Karwendel bereikten de kinderen de oude stad. ||||passage||||reached||||| A day after crossing the Karwendel, the children reached the old town. De burgers van Innsbruck ontvingen hen gastvrij en zelfs met eerbied. ||||empfingen||gastfreundlich|||| ||||received||hospitable||||reverence The citizens of Innsbruck received them hospitably and even with reverence. Levensmiddelen werden aangesleept en onder de kinderen verdeeld. food||dragged in|||||distributed Food was brought in and distributed among the children. Voor het eerst sinds vele dagen kregen ze weer groente en de kleintjes melk. ||||||received||||||| For the first time in many days they received vegetables again, and the little ones got milk. De zon was eindelijk doorgebroken en het lange, brede dal baadde in een gouden gloed. ||||||||||badete||||Glanz ||||broken through||||||bathed||||glow The sun had finally broken through, and the long, wide valley bathed in a golden glow.

Ze droogden hun doorweekte kleren, beklopten het door vocht hardgeworden schoeisel. ||||Kleidung|abklopften||||härter geworden|Schuhwerk |dried||soaked||pounded||||hardened|footwear They dried their soaked clothes, beating the footwear that had become hard from the moisture. Gebroken ledematen werden - tamelijk ruw - door de stadschirurgijn behandeld en gespalkt. |Gliedmaßen|||grob|||Stadtschirurg|||geschient und geschient |limbs||rather|rough|||city surgeon|treated||splinted Broken limbs were treated and splinted - rather roughly - by the city surgeon. De bisschop verliet zijn paleis om het kinderleger te komen zegenen. ||||||||||segnen ||left||||||||to bless The bishop left his palace to come bless the children's army. De drie schapen die wonder boven wonder de tocht over de Karwendelpassen hadden overleefd, werden aan een slager verkocht en voor het geld werden gerookte hammen en worsten ingeslagen. |||||||||||||||||Schlachter||||||||geräucherte Schinken||Wurst| ||||wonder||miracle||journey|||Karwendel passes||||||butcher||||||||hams||sausages|stocked up The three sheep that miraculously survived the trip over the Karwendel Passes were sold to a butcher and smoked hams and sausages were stocked for the money. Het kinderleger kwam weer op adem, het optimisme keerde terug. |||||||optimism|returned| De Karwendel had hard toegeslagen, maar hun moed was niet gebroken. ||||zugeschlagen|||||| |||hard hit|hit hard||||||broken Vol vertrouwen zagen ze de tocht over de Brenner tegemoet. |confidence||||||||ahead

Dolf, zwervend over het kamp, liep Carolus tegen het lijf. |umherwandernd||||||tegen|| |wandering||||||||into contact Dolf, der durch das Lager streifte, traf auf Carolus. Dolf, wandering about the camp, ran into Carolus.

‘Gaat het goed?' „Geht es dir gut?" vroeg hij vrolijk. fragte er fröhlich.

De kleine koning lachte hem zonnig toe. |||||freundlich| |||||sunny| The little king smiled at him brightly. Opeens schoot Dolf iets te binnen. |came to mind|||| Suddenly, Dolf remembered something. ‘Carolus, dat heb ik je al een hele tijd willen vragen. ‘Carolus, I have been wanting to ask you that for a long time. Hoe komt het dat jij tot de toekomstige koning van Jeruzalem bent uitgeroepen? |||||||future|||||proclaimed How is it that you have been proclaimed the future king of Jerusalem? Hebben de kinderen dat zelf gedaan?' Did the children do that themselves? ‘De kinderen? 'The children? Natuurlijk niet.' Carolus richtte zijn kleine, sierlijke gestalte hoog op. |raised|||graceful|figure|| Carolus raised his small, graceful figure high. ‘Ik ben aangewezen door de Graaf van Marburg, wiens schildknaap ik was. ||designated|||||||squire|| 'I have been appointed by the Count of Marburg, of whom I was a squire. Dat was een hele eer, hoor. |||||oder ||||honor| Das war eine große Ehre, hör mal. That was quite an honor, you know. Want hij had vier schildknapen en ik was de jongste. ||||Ritterknechte||||| ||||squires||||| Denn er hatte vier Page und ich war der Jüngste. For he had four squires and I was the youngest. De drie anderen waren schreeuwend jaloers.' ||||schreiend|eifersüchtig |||||jealous Die anderen drei waren schreiend eifersüchtig. The other three were screamingly jealous. Dolf ging erbij zitten en trok de kleine koning naast zich neer. ||sat down|||||||||down Dolf sat down and pulled the little king next to him. ‘Dus je bent niet van huis weggelopen, zoals Fredo?' ‘So you didn't run away from home, like Fredo?' ‘Dat kon toch niet, ik had mijn heer trouw gezworen. ||||||||loyalty|sworn loyalty ‘That wasn't possible, I had sworn loyalty to my lord. De Graaf van Marburg stuurde me met het kinderleger mee om te passen op zijn dochter Hilde, die koningin van Jeruzalem moest worden...' ‘Hé, wacht eens even,' riep Dolf, bij wie een oude herinnering opkwam, ‘je bent dus gestuurd. |||||||||||||||Tochter||||||||||mal|Moment|||||||Erinnerung|aufkam||||geschickt ||||sent|||||||||||daughter||||||||||once|just|||||||memory|came up||||sent Der Graf von Marburg schickte mich mit dem Kinderheer, um auf seine Tochter Hilde aufzupassen, die Königin von Jerusalem werden sollte...' 'Hey, warte mal,' rief Dolf, bei dem eine alte Erinnerung aufkam, 'du bist also geschickt worden. The Count of Marburg sent me with the child army to keep an eye on his daughter Hilde, who was to become queen of Jerusalem...' ‘Hey, wait a minute,' shouted Dolf, as an old memory surfaced, ‘so you were sent. Door de Graaf van Marburg, die ook zijn dochter liet meegaan... met toestemming van de aartsbisschop, als ik het goed heb begrepen.' ||||||||||||Zustimmung||||||||| |||||||||let|||permission||||||||| Durch den Grafen von Marburg, der auch seine Tochter mitgehen ließ... mit Erlaubnis des Erzbischofs, wenn ich es richtig verstanden habe.' By the Count of Marburg, who also let his daughter accompany... with the permission of the archbishop, if I understood it correctly. ‘Ja, de aartsbisschop heeft ons gezegend en in de bijzondere zorg van Nicolaas aanbevolen.' |||||||||||||empfohlen |||||||||special care||||recommended 'Ja, der Erzbischof hat uns gesegnet und Nicolaus in besondere Obhut empfohlen.' ‘Yes, the archbishop has blessed us and recommended us to the special care of Nicholas.’ ‘Maar er is toch een koning van Jeruzalem? ‘But there is still a king of Jerusalem?' Ik bedoel niet bij de Saracenen, maar gewoon een christelijk edelman die zich zo noemt?' ||||||||||||||nennt ||||||||||||||calls I don't mean among the Saracens, but just a Christian nobleman who calls himself that? ‘Natuurlijk, maar zolang de stad nog in handen is van de Turken, is dat maar een formaliteit. ||||||||||||||||Formalität ||||||||||||||||formality Of course, but as long as the city is still in the hands of the Turks, that's just a formality. Een geërfde titel, meer niet. |erblicher|Titel|| |inherited|title|| An inherited title, nothing more. Ik zal de echte, nieuwe koning worden.' Dat riekt naar hogere politiek, dacht Dolf. |riecht||||| |smells like|||politics|| De Duitsers willen vaste voet en macht in Palestina krijgen. |die Deutschen|||||||Palästina| |Germans|||||||Palestine| Ze hopen dat de kinderen er met Gods hulp in zullen slagen de Turken te verjagen, en dan kunnen de grote heren het overnemen. |||||||||||succeed|||||and||||||| They hope that the children, with God's help, will succeed in driving out the Turks, and then the great lords can take over. Carolus is niets dan een nietige pion in hun schaakspel. |||||unbedeutende|Bauer|||Schachspiel |||||negligible|pawn|||chess game Carolus is nothing but a petty pawn in their chess game. Ze proberen God, die aan Nicolaas wonderen heeft beloofd, voor hun karretje te spannen! |||||||||||||spannen ||||||miracles|||||cart||to harness They are trying to harness God, who has promised miracles to Nicholas, for their own purposes!

‘Wie is in naam koning van Jeruzalem?' ‘Wer ist namens König von Jerusalem?' vroeg hij. fragte er.

‘Dat weet ik niet precies, er zijn er al zoveel geweest. ‘Das weiß ich nicht genau, es waren schon so viele. I don't know exactly, there have already been so many. Een Frankische edelman.' ||nobleman A Frankish nobleman. Juist, dacht Dolf, en hij moet vervangen worden door een Duitser. ||||||ersetzt||||Deutscher ||||||replace||||German person Exactly, thought Dolf, and he must be replaced by a German. En dan niet formeel, als titel, maar in een bevrijde stad. |||formell||||||| |||formal|||||||

Wat de jongen het meest verbaasde, was toch dat volwassen machtige mannen als de Graaf van Marburg en de Aartsbisschop van Keulen en wie weet welke intriganten nog meer gelóófden in het succes van de Kinderkruistocht! ||||||||||||||||||||||||weiß||Intriganten|||glaubten|||Erfolg||| |||||was surprised||||adult|powerful||||||||||||||||intriguers|||believed|||success of the children's crusade||| What surprised the boy the most was that powerful adult men like the Count of Marburg and the Archbishop of Cologne, and who knows which other intrigants, believed in the success of the Children's Crusade! Kennelijk had de aartsbisschop de zaak georganiseerd in samenwerking met Anselmus en Johannis. ||||||||Zusammenarbeit|||| Apparently|||archbishop||||||||| Apparently, the archbishop had organized the affair in collaboration with Anselmus and Johannis. Hij had Nicolaas een huifkar, een span ossen en een legertent geschonken. ||||||Gespann||||| ||||||a team||||military tent|gifted He had given Nicholas a covered wagon, a team of oxen, and a military tent. De Heer van Marburg had niet geaarzeld zijn dochtertje en een van zijn schildknapen mee te sturen... Hadden ze dan geen verstand? |the Lord|||||hesitated|||||||squires|||send|||||common sense The Lord of Marburg had not hesitated to send his little daughter and one of his squires along... Did they not have any sense?

Maar wellicht hadden de beide heren zelf ook een hard hoofd in de onderneming en geloofden ze nauwelijks dat de kinderen het Heilige Land zouden bereiken. |||||||||||||||||kaum|||||||| |perhaps||||||||hard head||||enterprise||||||||||||reach But perhaps the two gentlemen themselves also had doubts about the venture and hardly believed that the children would reach the Holy Land. Maar je kon niet weten... Stel dát het lukte, stel dát de beloofde wonderen plaatsvonden, dan hadden die beide heersers een stevige vinger in de pap! ||||||||||||||stattfanden|||||||feste|Finger|in||Brei |||||suppose|||succeeded|suppose|||promised|miracles|occurred|||||||solid||||sauce Aber du konntest es nicht wissen... Angenommen, es gelang, angenommen, die versprochenen Wunder geschahen, dann hätten diese beiden Herrscher eine kräftige Hand im Spiel! But you could not know... Suppose it succeeded, suppose the promised miracles occurred, then those two rulers would have a strong say in the matter! Zo ongeveer moest hun gedachtegang zijn geweest. ||||gedankengang|| ||||thought process|| So ungefähr muss ihr Gedankengang gewesen sein. This must have been their line of thought. En dat de hele Kinderkruistocht kon uitlopen op de ondergang van achtduizend kinderen - ach, wie zou zich daarover druk maken? ||||||lead to|||downfall||||||||about that|| Und dass die ganze Kinderkreuzzug in den Untergang von achttausend Kindern münden könnte - ach, wer würde sich darüber aufregen? And that the entire Children's Crusade could end in the downfall of eight thousand children - oh, who would worry about that? Misschien was hun bijgedachte wel geweest: onze streek raakt overbevolkt, er zijn te veel loslopende weeskinderen en zwervertjes, dit is een mooie manier om ze voorgoed kwijt te raken. |||Absicht|||||||||||herumstreunende|Waiskinder||Obdachlose||||||||für immer|loswerden||loswerden |||afterthought||||region|gets|overcrowded|||||stray|orphaned children||little wanderers||||||||forever|||get rid Vielleicht war ihr Gedanke gewesen: Unsere Region wird überbevölkert, es gibt zu viele streunende Waisenkinder und Obdachlose, das ist eine schöne Möglichkeit, sie für immer loszuwerden. Perhaps their additional thought was: our region is becoming overcrowded, there are too many stray orphans and beggars, this is a nice way to get rid of them for good.

En ze hadden twee prachtexemplaren uitgezocht om hun politieke doeleinden te verwezenlijken, bedacht Dolf ook nog. |||||||||||verwirklichen|||| ||||beautiful specimens|selected||||purposes||to realize|||| Und sie hatten zwei prächtige Exemplare ausgesucht, um ihre politischen Ziele zu verwirklichen, dachte Dolf auch noch. And they had chosen two beautiful specimens to achieve their political goals, Dolf thought. Hilde van Marburg, de onvermoeibare hoofdzuster, fier en streng en allerliefst, een meisje uit duizenden. ||||unermüdliche||||||allerliebste|||| ||||tireless|head nurse|||||most beloved|||| Hilde von Marburg, die unermüdliche Ober Schwester, stolz und streng und allerliebst, ein Mädchen unter Tausenden. Hilde van Marburg, the tireless head nurse, proud and strict and very dear, a girl among thousands. Hield haar vader niet van Hilde, dat hij haar blootstelde aan de verschrikkingen van zo'n tocht? ||Vater|||||||bloßstellen|||Schrecken||| Held|||||||||exposed|||horrors||| Hielt ihr Vater nicht von Hilde, dass er sie den Schrecken einer solchen Reise aussetzte? Did her father not love Hilde, exposing her to the horrors of such a journey? Waarschijnlijk gaf de man weinig om het kind, zomaar een meisje in zijn ogen, goed genoeg om later uitgehuwelijkt te worden, een ding waarmee je macht en invloed kon kopen. ||||||||einfach nur|||||||||||||||||||Einfluss|| ||||||||just||||||||||married off||||||||||| Wahrscheinlich kümmerte sich der Mann wenig um das Kind, nur ein Mädchen in seinen Augen, gut genug, um später verheiratet zu werden, ein Ding, mit dem man Macht und Einfluss kaufen konnte. The man probably cared little for the child, just a girl in his eyes, good enough to be married off later, a thing with which you could buy power and influence.

En Carolus! Und Carolus! And Carolus! Hij mocht dan de jongste schildknaap zijn geweest, nauwelijks meer dan een bediende aan het hof van de Graaf, de man moest ongetwijfeld gezien hebben dat het kind dapper, trouw en eerlijk was. ||||||||||||Bediensteter||||||||||zweifellos||||||tapfer|treu||ehrlich| ||||||||||||servant||||||||||undoubtedly||||||brave|loyal||honest| He may have been the youngest squire, hardly more than a servant at the Count's court, but the man must have undoubtedly seen that the child was brave, loyal, and honest. Dat kon hij gebruiken! Goeie genade, wat dáchten die middeleeuwers wonderlijk. |||dachten|||wunderbar Good|||thought|||wonderful Gute Güte, was dachten die Mittelalterlichen wunderlich. Good gracious, how wonderful those medieval people thought. Geen wonder dat het schaakspel in deze tijd zo populair was bij de hoge heren; in hun werkelijke leven gebruikten ze mensen, kinderen, hele legertrossen op dezelfde manier. |||||||||beliebt|||||||||||||||Heereszüge||| |||||||||||||||||actual|||||||military troops||the same| Kein Wunder, dass das Schachspiel zu dieser Zeit so beliebt bei den hohen Herren war; in ihrem wirklichen Leben benutzten sie Menschen, Kinder, ganze Heereszüge auf die gleiche Weise. No wonder the game of chess was so popular among the nobles at this time; in their real lives they used people, children, whole armies in the same way.

‘Het is niets leuk meer in de tent,' klaagde Carolus plotseling. ‚Es macht nichts mehr Spaß im Zelt,' klagte Carolus plötzlich. 'There is nothing fun left in the tent,' suddenly complained Carolus. ‘Anselmus en Johannis hebben voortdurend ruzie. |||||argument/fight ‘Anselmus and Johannis are constantly arguing. Anselmus wil opschieten, hij heeft altijd haast. ||hurry|||| Anselmus wants to hurry, he is always in a rush. Johannis niet, die vindt dat de kinderen rust nodig hebben.' Johannis does not, he thinks the children need rest.' Daar keek Dolf toch van op. |||doch|| Dar war Dolf doch überrascht. Surely Dolf looked up at that. En Carolus vervolgde, met veel genoegen, want hij hield niet van Anselmus: ‘Nicolaas heeft hun gesmeekt de eenheid te bewaren. |||||||||||||||gebeten||Einheit||bewahren ||continued|||pleasure||||||||||begged||unity||preserve Und Carolus fuhr mit viel Freude fort, denn er mochte Anselmus nicht: 'Nicolaas hat sie gebeten, die Einheit zu wahren. And Carolus continued, with much pleasure, for he did not like Anselmus: 'Nicholas has urged them to maintain unity. Het zou op de kinderen een slechte indruk maken als ze merkten dat die twee monniken ruzie hebben. ||||||||||||||||argument| Es würde einen schlechten Eindruck auf die Kinder machen, wenn sie merken, dass diese beiden Mönche streiten. It would leave a bad impression on the children if they noticed that those two monks are arguing. Johannis is wel aardig, vind je niet? |||nice||| Johannis ist ganz nett, oder nicht? Johannis is quite nice, don't you think? Ik geloof dat hij een goed mens is.' Ich glaube, dass er ein guter Mensch ist. ‘Zo?' „So?“ ‘Anselmus natuurlijk ook,' zei Carolus haastig, alsof hij het niet meende. ‘Of course Anselmus too,' said Carolus hastily, as if he didn't mean it. ‘Hij is erg vroom en nogal streng. |||pious||quite| ‘He is very pious and quite strict. Dat moet hij wel zijn, omdat er zo veel lastige, ondeugende kinderen bij ons zijn die naar niemand willen luisteren. ||||||||||freche||||||zu|||lauschen |||||||||difficult|naughty||||||||| He must be, because there are so many troublesome, naughty children with us who don't want to listen to anyone. Maar ze luisteren wél naar Johannis en vooral naar Dom Thaddeus, en die zijn niet zo streng en hard. ||||||and|||||||||||| But they do listen to Johannis and especially to Dom Thaddeus, and they are not so strict and harsh. Gek hè?' Weird, right? ‘Waarover maken ze ruzie?' ‘What are they fighting about?' vroeg Dolf.

‘Dat heb ik niet goed begrepen. Over een zekere Boglio. |||Über einen gewissen Boglio. ||certain|Boglio Dom Johannis zegt steeds maar: Boglio wacht wel. Dom Johannis keeps saying: Boglio will wait. Maar Anselmus is bang dat Boglio niet zal wachten, niet zo lang. But Anselmus is afraid that Boglio will not wait, not for long. Snap jij er iets van?' Understand|||| Do you understand any of it? ‘Nee,' zei Dolf, ‘maar ik kom er nog wel achter.' 'No,' said Dolf, 'but I'll find out soon enough.' Hij had de naam Boglio nooit eerder gehoord. ||||||earlier| He had never heard the name Boglio before. Het klonk nogal Italiaans. It sounded quite Italian.

Ze trokken verder, opnieuw de bergen in. They continued further into the mountains. Moeizaam sjouwden ze over de zigzagweg omhoog. |schleppten||||Zigzagweg| |struggled upward||||zigzag path| They climbed laboriously up the zigzag path. De weg was steil, slecht, zat vol met gaten, lag bezaaid met stenen, werd dicht omzoomd door bos. ||||||||||übersät mit|||||umsäumt|| ||||||||holes||scattered with||stones|||surrounded|| The road was steep, poor, full of holes, strewn with stones, and densely bordered by forest. De zon scheen, de opgedroogde modder veranderde in stof, wervelde op onder de duizenden voeten, verstopte de neuzen, schuurde hun kelen, prikte in hun ogen. |||||||||wirbelte||||||||Nasen|schürte|||stach||| |||||||||swirled||||||||noses|scratched|||||| Die Sonne schien, der getrocknete Schlamm verwandelte sich in Staub, wirbelte unter den Tausenden von Füßen, versteckte die Nasen, rieb ihre Kehlen, stach in ihre Augen. The sun was shining, the dried mud turned to dust, swirling up under the thousands of feet, clogging their noses, scraping their throats, and pricking their eyes. Nog hoger klommen ze, geplaagd door insecten, geplaagd door scherpe stenen onder hun voeten, door heet zonlicht en kille schaduwen. ||||geplagt|||geplagt|||||||||||| ||climbed higher||plagued||insects|plagued|||||||||||cold|shadows Noch höher stiegen sie, gequält von Insekten, gequält von scharfen Steinen unter ihren Füßen, von heißem Sonnenlicht und kühlen Schatten. They climbed even higher, plagued by insects, tormented by sharp stones beneath their feet, by hot sunlight and chilly shadows. Ze stegen. |rose Sie stiegen auf. They rose. Meter na meter. Elke voetstap bracht hen hoger, maar het waren korte, langzame voetstappen die veel kracht kostten. ||||||||||Schritte||||kosteten |footstep|brought them|||||||slow|footsteps||||cost

Ze klommen: vierhonderd, vijfhonderd meter boven het dal. |||fünfhundert|||| ||four hundred|five hundred|||| They climbed: four hundred, five hundred meters above the valley. Soms, bij open plekken in de begroeiing, konden ze neerkijken op de lager gelegen wouden en heel diep zagen ze het gastvrije Innsbruck liggen, waar ze tientallen kinderen hadden moeten achterlaten in het klooster. |||stellen|||Bewuchs|||||||||||||||gastfreundliche|||||||||||| |||places|||vegetation|||look down|||lower|lower||||very deep||||welcoming|||||dozens of||||leave behind|||monastery Sometimes, at clearings in the vegetation, they could look down on the lower-lying forests and far down they saw the welcoming Innsbruck, where they had to leave dozens of children behind in the monastery.

Ze klommen tot een wijde bocht in de weg de stad aan hun blikken onttrok. ||||||||||||||entzog sich ihren Blicken |climbed|||wide|bend||||||||glances|withdrew from They climbed to a wide bend in the road that hid the city from their view. Nu waren ze weer omgeven door grimmig bergland, door torenhoge rotsen, door van wild wemelende wouden, door klaterend water, eeuwenoude dennenbomen, doornig struikgewas, zacht mos en bloemen, bloemen overal. ||||||grimmig||||||||wimmelnden|||plätschernd||jahrhundertealte|Jahrhundertealte Kiefern|||weiches|Moos|||| ||||surrounded||grim|||towering|||||teeming|||gurgling||ancient|pine trees|thorny bushes|thorny bushes|||||| Jetzt waren sie wieder von düsterem Bergland umgeben, von hoch aufragenden Felsen, von wild wimmelnden Wäldern, von plätscherndem Wasser, jahrhundertealten Kiefern, dornenreichen Sträuchern, weichem Moos und Blumen, überall Blumen. Now they were surrounded again by grim mountains, by towering rocks, by forests teeming with wildness, by gurgling water, ancient pine trees, thorny bushes, soft moss, and flowers, flowers everywhere. Ze zagen adelaars en vossen, buizerds en gemzen, forellen in de rivieren en marmotjes tussen de rotsen. ||Adler||Füchse|Bussarde||||||||Murmeltiere||| ||eagles||foxes|buzzards||chamois|trout|||rivers||little marmots|||rocks Sie sahen Adler und Füchse, Bussarde und Gemsen, Forellen in den Flüssen und Murmeltiere zwischen den Felsen. They saw eagles and foxes, buzzards and chamois, trout in the rivers and marmots between the rocks. Prachtig en verschrikkelijk stonden de bergen om hen heen. ||terrible|||||| Wunderschön und erschreckend standen die Berge um sie herum. Beautiful and terrible the mountains stood around them. Het landschap was overweldigend van schoonheid, gruwelijk van dreiging, groots en vreselijk. |||überwältigend|||schrecklich|||großartig|| |landscape||overwhelming|||horrific||threat|grand||terrifying The landscape was overwhelming in beauty, terrible in threat, grand and dreadful. Ze passeerden donderende watervallen en doodstille meertjes. |||||totale Stille|Seen ||thundering|||dead silent|lakes They passed thundering waterfalls and eerily quiet lakes. Ze ontmoetten een herder met zijn schaapskudde. ||||||Schafherde |met a shepherd||shepherd|||flock of sheep They met a shepherd with his flock of sheep. Een dag later: zes struikrovers die verbaasd voor het immense kinderleger op de vlucht sloegen. ||||bandits||astonished|||immense||||| A day later: six highwaymen who fled in amazement from the immense army of children. Ze zagen bergbewoners die van de eindeloze stoet kinderen niets begrepen en uit angst met stenen begonnen te gooien. ||Bergbewohner|||||||||||||||| ||mountain dwellers|||||stream|||||||||||throwing stones De jagers beantwoordden de vijandelijkheden met pijlen om hun te bewijzen dat de kinderen zich niet ongestraft lieten belagen. ||beantworteten||||||||||||||||belagern ||responded||hostilities||||||||||||without consequences|let themselves|attack The hunters answered the hostilities with arrows to prove to them that the children did not allow themselves to be attacked with impunity. Daarna lieten de bergbewoners hen met rust. |left||mountain dwellers||| After that, the mountain dwellers left them alone.

Ze trokken langs kloven en ravijnen, langs loodrechte rotswanden en over glooiende bloemenweiden. |||Schluchten||Schluchten|||Felswänden||||Blumenwiesen |||gorges||ravines||vertical|rock walls|||rolling|flower meadows They walked along gorges and ravines, past sheer rock faces and over rolling flower meadows. Ze klauterden over versperringen en grondverschuivingen, struikelden over boomwortels, sneden slangenbeten uit. |kletterten||||Erdrutsche|||Baumwurzeln|schnitten heraus|Schlangenbisse heraus.| |climbed over||obstacles||landslides|stumbled over||tree roots|cut out|snake bites| They climbed over barriers and landslides, stumbled over tree roots, and bandaged snake bites. Ze scheurden hun kleren, verloren hun schoeisel. |rissen|||||Schuhe |tore||||| They tore their clothes, lost their footwear. Ze aten beschimmelde koeken, stinkende vissen en vers vlees van gemzen en berggeiten. |aßen|verschimmelte|||||||||| ||moldy||stinking|||fresh|meat||chamois||mountain goats They ate moldy cookies, stinking fish, and fresh meat from chamois and mountain goats. Ze dronken ijskoud water dat hun buikpijn bezorgde. |||||||bereitete ||ice-cold|||||caused They drank icy cold water that gave them stomach pain. Dolf dwong hen het voedsel dat door vocht bedorven was, weg te gooien en bracht daarmee opnieuw de honger in hun gelederen. |zwang||||||||||||||||||||Reihen |forced||||||||||||||thereby||||||ranks Dolf forced them to throw away the food that had spoiled due to moisture, thereby once again bringing hunger to their ranks. Carolus en zijn jagers, Peter en zijn vissers deden wat zij konden. ||||||||did||| Carolus and his hunters, Peter and his fishermen did what they could. Maar in de wilde beken konden ze het zelden langer dan een half uur uithouden, het ijskoude water verstijfde hun benen. ||||Bäche|||||||||||||||| ||||streams||||||||||endure||||stiffened|| But in the wild streams they could rarely last longer than half an hour, the ice-cold water stiffened their legs. Vogels! Wat was deze wereld rijk aan vogels! How rich this world was in birds! In grote zwermen cirkelden ze boven de ravijnen, ze nestelden bij duizenden in de wouden, liepen met honderden zoekend over de bergweiden. ||Schwärmen|||||||nisteten|||||||||suchend||| ||swarms|||||ravines||nested|||||||||searching|||mountain meadows They circled in large flocks above the ravines, nesting by the thousands in the forests, walking in the hundreds searching over the mountain meadows. De kinderen vingen, schoten en slachtten alle vogels die ze te pakken konden krijgen, met honderden tegelijk. ||fingen|||||||||||||| ||caught|shot||slaughtered|||||||||||at once Die Kinder fingen, schossen und schlachteten alle Vögel, die sie kriegen konnten, mit Hunderten gleichzeitig. The children caught, shot, and slaughtered all the birds they could get their hands on, in the hundreds at a time. Het deed Dolf pijn als Carolus grinnikend een wilde duif de nek omdraaide, maar het betekende dat die avond weer een kind iets te eten had. ||||||grinsend|||Taube|||||||||||||||| |hurt|||||grinning|||dove|||twisted||||||||||||| Es tat Dolf weh, als Carolus grinsend einer wilden Taube den Hals umdrehte, aber es bedeutete, dass an diesem Abend wieder ein Kind etwas zu essen hatte. Ze klommen, kilometers achtereen, honderden meters hoog, en daalden dan weer af naar het volgende dal, naar de volgende schuimende rivier. |climbed||for kilometers|||||descended|||down||||||||foaming| Sie kletterten, Kilometer um Kilometer, Hunderte von Metern hoch und stiegen dann wieder ins nächste Tal hinunter, zum nächsten schäumenden Fluss. They climbed for kilometers on end, hundreds of meters high, and then descended again into the next valley, to the next foaming river. Ze staken bulderende riviertjes over, wat dikwijls uren vergde, omdat ze een ketting van sterke kinderen moesten vormen waarlangs de kleintjes zich naar de overzijde konden werken. |||Bäche|||häufig||erforderte||||Kette||||||woran entlang|||sich|||Überseite|| |cross|thundering|little rivers|||often||took hours|||||||||||||||||| They crossed thundering streams, which often took hours, because they had to form a chain of strong children along which the little ones could make their way to the other side. Bruggen die er ooit gelegen hadden, waren meestal weggeslagen door hoog water in het voorjaar. Brücken||sie||gelegen||||||||||Frühjahr Bridges|||ever|been located||||washed away||||||spring Brücken, die dort einmal lagen, wurden meist durch Hochwasser im Frühjahr weggeschwemmt. Bridges that had once stood there were usually washed away by high water in the spring. Soms brak zo'n ketting van kinderen en werden er vijf, zes door de stroom meegesleurd die met moeite gered konden worden. |||chain||||were||||||||||effort|saved|| Manchmal brach so eine Kette von Kindern und fünf, sechs wurden von der Strömung mitgerissen, die nur mit Mühe gerettet werden konnten. Sometimes a chain of children broke and five or six were swept away by the current, which could only be saved with great difficulty. Het water was weliswaar nooit diep, maar het kwam met ongelooflijke kracht tegen hen aan en was bitter koud, terwijl hun voeten nauwelijks houvast vonden op de gladde steenbeddingen. ||||||||||||||||||||||||||||Steinbetten |||indeed|||||||incredible|||||||||||||grip|found||||stone beds Das Wasser war zwar nie tief, kam aber mit unglaublicher Kraft gegen sie und war bitter kalt, während ihre Füße kaum Halt auf den glatten Steinbetten fanden. The water was never deep, but it hit them with incredible force and was bitterly cold, while their feet barely found any grip on the slippery stone beds.

Ze spanden netten van de ene oever naar de andere, een levensgevaarlijk karwei dat echter binnen een uur honderden forellen opleverde. |spannten|||||||||||gefährliche Aufgabe||jedoch||||||lieferte |spanned|nets||||bank||||||task||however|||||trout|yielded They stretched nets from one bank to the other, a life-threatening task that, however, yielded hundreds of trout within an hour. Ze joegen op gemzen, steenbokken, bergeenden. ||jagten||Steinböcke|Bergenten |hunted|||chamois|mountain ducks Sie jagten nach Gemsen, Steinböcken, Bergenten. They hunted chamois, ibex, and mountain ducks. Ze leden soms honger, maar de goed getrainde jagers, de geharde visploegen weerden zich uit alle macht, en er kwamen ook avonden van overvloed voor. |litten|manchmal|||||trainierten||||Fischtrupps||||||||||Abende||| |suffer||||||well-trained|||||defended|||||||||evenings||abundance| Manchmal litten sie Hunger, aber die gut ausgebildeten Jäger, die harten Fischtruppen wehrten sich mit aller Kraft, und es gab auch Abende des Überflusses. They sometimes suffered from hunger, but the well-trained hunters, the hardened fishing teams resisted with all their might, and there were also evenings of abundance. Niemand stierf aan een lege maag. |died|||| Niemand starb an leerem Magen. No one died of an empty stomach. Enkele kinderen stierven aan andere vormen van ellende: aan valpartijen, bloedvergiftiging, aan ziekten die geen naam hadden. |||||||||Stürze||||||| |||||||misery||falls|||diseases|||| Some children died from other forms of misery: from falls, blood poisoning, from diseases that had no name.

Dolf kon er niets aan doen: hij genoot. |||||||enjoyed it Dolf could do nothing about it: he enjoyed it. Zó woest, ongerept, puur en niet door mensen bedorven had hij de Alpen nooit gekend. |So wild||rein|||||||||||gekannt |wild|untouched|pure|||||spoiled by humans||||||known He had never known the Alps to be so wild, untouched, pure, and not spoiled by humans. Wat een wereld! Geen tankstations, geen industriesteden in de dalen. |Tankstellen||Industrie-städte||| |gas stations||industrial cities|||valleys No gas stations, no industrial cities in the valleys. Geen torenflats of bungalowdorpen op de hoogvlakten. |Hochhäuser||Bungalowdörfer|||Hochflächen |tower blocks||bungalow villages|||high plateaus No tower blocks or bungalow villages on the plateaus. Slechts hier en daar een hoopje armelijke hutten van boeren of schaapherders, burchten boven de dalen, wat akkers op vruchtbare gedeelten en verder: een leeg land. |||||||||||Schäfer|||||||||fruchtbare Teile||weiter||leeres| Only|||||a cluster|poor|||||shepherds|fortresses|||||fields||fertile|land||||| Only here and there a pile of poor huts from farmers or shepherds, castles above the valleys, some fields in fertile areas, and further: an empty land. Slechts beheerst door de dieren, door wilde plantengroei, door de overal aanwezige rotsen. |||||||Pflanzenwachstum||||anwesenden| |controlled||||||plant growth|||ubiquitous|present everywhere| Only mastered by the animals, by wild plant growth, by the rocks that were present everywhere. Geen tunnels en asfaltwegen, maar slingerpaden die in het niets eindigden en hen soms noodzaakten een heel stuk terug te gaan. |Tunnel||asphaltstraßen|||||||||||zwangen zu|||||| |tunnels||asphalt roads||winding paths|||||ended||||forced them|||||| No tunnels and paved roads, but winding paths that ended in nothing and sometimes forced them to go back a long way. Woeste ravijnen zonder brug, die toch moesten worden overgestoken. ||||||||überquert Wild|ravines|||||||crossed Rugged ravines without bridges that still had to be crossed. Geen stuwdammen, geen elektriciteitscentrales. |Staudämme||Kraftwerke |dams||power plants Niets dan het rauwe bergland, onverbiddelijk, steenhard: een uitdaging aan hun kracht en moed. |||||unbarmherzig|||Herausforderung||||| |||raw||unforgiving|||challenge||||| Nichts als das rohe Bergland, unerbittlich, steinhart: eine Herausforderung für ihre Kraft und ihren Mut. Nothing but the raw mountain land, relentless, stone hard: a challenge to their strength and courage.

Zo trokken ze over de Brenner en ondanks het feit dat ze weer tientallen kinderen verloren, leek het leger nauwelijks geslonken. ||||||||||||||||||||geschrumpft |||||||despite||fact||||dozens|||seemed||||shrunk So zogen sie über den Brenner und trotz der Tatsache, dass sie wieder Dutzende von Kindern verloren, schien die Armee kaum geschrumpft zu sein. Thus they crossed over the Brenner and despite the fact that they lost dozens of children again, the army hardly seemed diminished. Geen kind of het had blauwe plekken, schrammen en builen. |||||||Schrammen||Beulen |||||||scrapes||bumps Kein Kind, ohne dass es blaue Flecken, Schürfwunden und Beulen hatte. No child was without bruises, scratches, and bumps. De mooie kleren van de baronskinderen verloren hun glans en pracht. ||||||||Glanz||Pracht |||||baron’s children|||shine||splendor Dom Johannis' pij hing in vellen om hem heen. ||Kuttenrock|||Falten||| |||||sheets||| Nicolaas' rechteroog zat dicht door een bijensteek (hij was verzot op honing). |Rechterauge|||||Bienenstich|||vernarrt in|| |right eye|||||bee sting|||crazy about|| Mariecke veranderde van verwaarloosd stadskind in een bergnimf die gewichtloos over de rotsen sprong en wier lach boven het getinkel van een bergbeek uitsteeg. |||||||Bergnymphe|||||||||Lachen|||Geklingel|||| |||neglected||||mountain nymph||weightless||||||whose||||tinkling|||mountain stream|rose above De Alpen slokten weerloze, zwakke kinderen op en gaven de anderen er vers vlees, huiden en kracht voor terug. ||verschlangen||schwache|||||||||||||| ||devoured|helpless|weak||||gave|||it|fresh|||||| The Alps devoured helpless, weak children and returned others as fresh meat, skins, and strength. De zon brandde of liet een dag lang verstek gaan - en werd in beide gevallen vervloekt. ||||||||im Stich lassen|||||||verflucht ||burned||||||stay away||||||cases|cursed Die Sonne brannte oder ließ einen Tag lang aus - und wurde in beiden Fällen verflucht. The sun burned or neglected to show for a day - and in both cases was cursed. Ze kwamen aan een echte rivier, de Isarco, en volgden de loop daarvan. |||||||Isarco||||| ||to|||||Isarco River||||| Sie kamen zu einem echten Fluss, dem Isarco, und folgten seinem Verlauf. They arrived at a real river, the Isarco, and followed its course. Ook de Isarco eiste slachtoffers en gaf er verse vis voor in de plaats. ||Eisack|forderte|||||||||| |||claimed|victims||gave||||||| Auch der Isarco forderte Opfer und gab dafür frischen Fisch zurück. De bergen eisten hun tol aan kinderlevens en schonken aan de duizenden overlevenden gezondheid, gestaalde spieren, een hart vol vrijheid en geluk. ||||||||||||Überlebenden||gestählte||||||| ||claimed||toll||||bestowed upon||||survivors||steeled|muscles||||||happiness The mountains claimed their toll on children's lives and granted the thousands of survivors health, steeled muscles, a heart full of freedom and happiness.

Het was vermoeiend, heerlijk, gruwelijk, opwekkend, vreselijk, verrukkelijk, alles tegelijk. ||ermüdend|||erfrischend||köstlich|| ||exhausting|delightful|horrible|uplifting|terrible|delightful||all at once It was exhausting, wonderful, gruesome, uplifting, terrible, delightful, all at once.

Wat ten slotte bij de poorten van de oude bergstad Bolzano aankwam, in stralend zonlicht, was een kinderleger van zevenduizend taaie, gebruinde, halfverwilderde wezens, gekleed in lompen waar hun bruine lichamen doorheen schemerden. |||||||||Bergstadt|||||||||||||halbverwilderte||gekleidet|||waar||||durch|schemerden |at|finally|||||||mountain city|||||||||||tough|tanned|semi-wild|creatures|||rags||||bodies||shone through What finally arrived at the gates of the old mountain town of Bolzano, in radiant sunlight, was an army of seven thousand tough, tanned, half-wild beings, dressed in rags through which their brown bodies shimmered. Maar het waren zevenduizend schepseltjes die door de hel waren gegaan en die er vrolijk, zingend, barstend van levensvreugde en moed uit kwamen opduiken. ||||Geschöpfe||||||||||||platzend|||||heraus||auftauchen ||||little creatures||||hell||||||cheerfully|singing|bursting||joy of life|||||emerging Aber es waren siebentausend Geschöpfe, die durch die Hölle gegangen waren und die fröhlich, singend und voller Lebensfreude und Mut auftauchten. But they were seven thousand little creatures who had gone through hell and who emerged cheerfully, singing, bursting with joy and courage.

De inwoners van Bolzano wisten niet wat ze zagen! ||||||was|| Die Einwohner von Bozen wussten nicht, was sie sahen! The inhabitants of Bolzano did not know what they were seeing!