×

Ми використовуємо файли cookie, щоб зробити LingQ кращим. Відвідавши сайт, Ви погоджуєтесь з нашими правилами обробки файлів «cookie».

image

HET LATE LEVEN [part 1], Hoofdstuk 15

Hoofdstuk 15

- Komt ze niet? vroeg Adolfine, met een schuinen blik naar de deur.

Het was Zondag-avond, bij mama Van Lowe, en het was al half tien. - Sedert Constance uit Nice terug was, was het zoo al iederen Zondag-avond geweest; de schuine, bijna angstige blik naar de deur: de bijna angstige vraag:

- Komt ze?

- Misschien, dat ze van avond wel komen zal, zei Floortje. Dan komt ze laat, om niet lang te blijven.

Moeder en dochter zaten aan de whisttafel met oom Ruyvenaer en Jaap, en de kaarten vielen slapjes op elkaâr neêr, zonder interest, met een matten neêrslag, en een machinalen, stil gretigen opstrijk der zetten van Floortje.

- Wat ziet Cateau er van avond burgerlijk uit, zei Adolfine en keek schuin naar de tweede speeltafel.

- Net een baker in het satijn, zei Floortje.

- Zeg, zei oom Ruyvenaer, in een dringende behoefte om nijdig te zijn: hij verloor, hij kreeg maar geen kaarten, hij smeet met een breede woede al zijn kleine kleurtjes, de een na den ander, neêr op Floortjes dikke troeven. Zeg... Bertha moest daar nu toch eens een stokje voor steken.

- Wat weet u dan? ? - Wat ik weet? Wat de heele wereld weet. Dat Marianne Van der Welcke naloopt, zoodat het geen naam heeft. - Met zoo een gemeen sujet als oom Van der Welcke moest tante Bertha maar heel voorzichtig zijn, meende Floortje.

- Ik ben ze verleden tegengekomen, 's avonds, op de Koninginnegracht, zei Jaap.

- En wat deden ze? ? - Hoe liepen ze? ? - Ze hadden elkander vast. - Hoe? ? - Wel, hij had zijn arm om haar heen. - Heb jij dat gezien?

- Nou, of ik dat heb gezien. En hij likte haar, den heelen tijd.

- En Bertha, zei Adolfine; die maar doet of ze er niets van ziet. Groote goedheid, wat ziet Cateau er van avond burgerlijk uit...! Ze schijnt niet te komen, hè?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen.

- Hoe neemt mama het op, dat ze niet meer komt?

- Mama schijnt zich er in te schikken.

- Mama kan toch ook eigenlijk niet van haar houden.

- Anders zoû oma haar wel engageeren weêr te komen.

- Het is veel rustiger, nu ze maar niet meer komt. - Nou, ik hoû wel eens van herrie, zei Jaap.

- Heb jij den Dwarskijker van middag gelezen, Jaap.

- Ja... maar er staat al lang niet meer van in.

- Het is toch eigenlijk impertinent van haar, om niet meer 's Zondags te komen.

- En er van door te gaan naar Nice.

- En zelfs met Oude Jaar niet te maken, dat ze terug was.

- Ja, dan heet het: verlangen naar de familie...

- En zelfs met Oude Jaar...

- Maakt ze, dat ze er niet is.

- Ja! zei Adolfine, gevoelig. Met Oude Jaar moeten we er allemaal zijn.

- Nu juist, zei oom Ruyvenaer. Dat vind ik ook...

- Heb je dan ook eens gekibbeld...

- Dan leg je het dàn met elkaâr bij.

- En met eén Januari kibbel je weêr met vernieuwden moed, grinnikte Jaap.

- Maar hàrt... dat heb ik altijd gezegd... dat heeft Constance niet, ging Adolfine week voort.

- Weet u, wat ik geloof, zei Floortje zacht.

- Wat? - Dat ze Marianne aanhaalt... bij zich aan huis...

- Waarom?

- Wel expres.

- Maar waarom?

- Nu... om heelemaal van haar man af te zijn.

- Van Van der Welcke...

- Natuurlijk.

- Af... te zijn?

- Natuurlijk... Hij is jong... en zij is een oude vrouw, zei Floortje, onbarmhartig voor haar moeder, vier jaren dan Constance jonger.

- Maar geloof je dan...? knikte oom.

- O neen, dat zeg ik niet.

- Maar tòch...

- Zoo alleen maar... likken, als Jaap zegt...

- Demi-vierge! grinnikte Jaap.

- Jaap! zei Adolfine, boos, omdat Floortje gesproken had van ‘oude vrouw". Wat hoef jij daar van te weten!

- Ach wat! zei Jaap ruw, trok de schouders op, als was mama idioot. Mijn kop af, als het alleen likken is.

Zij zagen elkander aan, oom, Adolfine en Floortje. - Jaap, bestrafte Adolfine; je moet zulke dingen niet zeggen, als je niet weet...

- En wat weet Floortje en wat weet u? En u kletst even hard als ik... Met sous-entendus... Alleen, ik zeg... wat u en Floortje denken...

Hij smeet de kaarten neêr, stond op, omdat hij niet uit kon staan, behandeld te worden als een kleine jongen, die niet zoû weten.

Met hun drieën spraken zij door over Marianne en Van der Welcke... omdat zij zagen... Maar van Brauws en Constance zagen zij niets... en zij spraken niet over hen...

- Ach! kreunde Cateau. Wat ziet tante Adòlfine er VAN AVOND ... bùrgerlijk... UIT ! ! Zij zat aan de speeltafel met tante Ruyvenaer, Toetie en Eduard Van Raven, en langs haar gladden boezem bekeek zij iedere kaart, voor zij ze uitspeelde, heel voorzichtig, en legde ze dan met hare korte, dikke vingers, vol omzichtige zalving, neêr. - Van avond? vroeg Eduard.

- Ja... wèl DIKWIJLS : bùrgerlijk! verklaarde Cateau met nadruk.

- Toch de zuster van jou man, zei tante laconisch.

- Ja tante... dat WEET ik wèl... Maar Karel is ALTIJD ... een heer! - En tante Adolfine nooit, antwoordde Van Raven, tergend.

Uitstaan konden tante en neef elkaâr niet, en Cateau, zachtmoedig, zei:

- Nu... ik zeg het niet... om iets KWAADS ... van Adòlfine te zeggen... Maar Emilietje, Van Raven... wat ziet DIE er slecht uit en MOÊ . Gáát het wel HEEL GOED ... met jullie? ? - Hàlf nog wel, zei Van Raven, antwoordende op haar nadruk. Toetie proeste achter haar kaarten, en tante zei:

- Ajo, Eduaàrd, jij... let op... speel!

Cateau, in laconieke hatelijkheid, kon niet tegen Van Raven op, en daarom sprak ze maar liever door over Constance en zei:

- Komt ZE nooit meer... op DÈN Zondag... van moèder? Ja... ze is zeker AFGESCHRIKT .

- Door u? vroeg Eduard en pakte met genot een hooge troef weg van Cateau.

- Neen, maar door de oùde... TANTES . Het was dan ook wel heel... tàcteloos: van de beide... oùde... TANTES ... Vindt u het niet VREESLIJK ... van MARIANNE ... en Van der Wèlcke?? ? Aan de derde tafel speelden Karel, Van Saetzema en Dijkerhof met ‘den blinde'. Zij hadden eerst zwijgend ernstig gespeeld, ieder tuk om met ‘den blinde' te spelen en inwendig vond Karel zijne zuster Adolfine burgerlijk, Van Saetzema zijne schoonzuster Cateau burgerlijk, terwijl Dijkerhof zijn beide tantes heel burgerlijk vond: bijna niet om meê voor den dag te komen. Alle drie behielden zij echter die gedachte besloten in het diepst van hunne zielen, zoodat zij uiterlijk speelden met groote ernst, hunne oogen vol gretigen aandacht gevestigd op de open liggende kaarten van ‘den blinde'. Plotseling echter zei Karel:

- Zeg...

- Nu? vroeg Van Saetzema.

- Is dat nu niet een gemeene streek van Van der Welcke...

- Wat? Marianne te comprometteeren?

- De meisjes van tante Bertha... grinnikte Dijkerhof.

- Wat meen je? vroeg zijn schoonvader.

- Nu... Louise is verliefd op haar broêr, Otto. Emilie op haar broêr, Henri. En Marianne, voor de variatie, wordt verliefd op haar oom.

- Ze zijn detraqué, die heele troep van Van Naghel, meende Karel, die zich vooral dien avond heel normaal gezond voelde, aan- genaam puffende na een copieus diner. Zeg... Constance... komt die niet meer...?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen.

- Komt tante Constance niet meer?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen.

- Vader, nu wil ik met ‘den blinde' spelen.

- Ja... Saetzema... het is Dijkerhofs beurt.

Schoonvader en schoonzoon verwisselden van stoelen.

In een hoek bij de deur van de serre zaten de oude tantes.

- Rien...

- Ja, Tien...

- Ze schijnt niet meer... 's Zondags te komen.

- Neen, Tien, ze komt 's Zondags niet meer.

- Gelukkig maar! schreeuwde Tien, hard aan de ooren van Rien.

Mama Van Lowe, glimlachend, weemoedig, liep van tafel naar tafel, en vroeg, samen met Dorine, of de kinderen niet wat wilden drinken.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

Hoofdstuk 15 Capítulo Chapter 15 Capítulo 15

- Komt ze niet? Vem|ela|não - Is she not coming? - Ela não vem? vroeg Adolfine, met een schuinen blik naar de deur. ||||schrägen|||| perguntou|Adolfine|com|um|de lado|olhar|para|a|porta Adolfine asked, with an oblique glance toward the door. pergunt Adolfine, com um olhar de lado para a porta.

Het was Zondag-avond, bij mama Van Lowe, en het was al half tien. O|era|||na casa de|mamãe|do|Lowe|e|estava|era|já|meia|dez It was Sunday evening, at Mama Van Lowe's, and it was already 9:30. Era domingo à noite, na casa da mamãe Van Lowe, e já era quase dez horas. - Sedert Constance       uit Nice terug was, was het zoo al iederen Zondag-avond geweest; de schuine, bijna angstige blik naar de deur: de bijna angstige vraag: Desde|Constance|de|Nice|de volta|estava||isso|assim|já|cada|||sido|o|inclinado|quase|ansioso|olhar|para|a|porta|a|quase|ansiosa|pergunta - Since Constance had returned from Nice, it had been like this every Sunday evening; the slanting, almost anxious look toward the door: the almost anxious question: - Desde que Constance voltou de Nice, tem sido assim toda domingo à noite; o olhar de lado, quase ansioso, para a porta: a pergunta quase ansiosa:

- Komt ze? Vem|ela - Is she coming? - Ela vem?

- Misschien, dat ze van avond wel komen zal, zei Floortje. Talvez|que|ela|de|noite|realmente|vir|irá|disse|Floortje - Perhaps, she will come this evening, said Floortje. - Talvez, ela venha esta noite, disse Floortje. Dan komt ze laat, om niet lang te blijven. Então|chega|ela|tarde|para|não|muito tempo|a|ficar Then she comes late, not to stay long. Então ela chegará tarde, para não ficar muito tempo.

Moeder en dochter zaten aan de whisttafel met oom Ruyvenaer en Jaap, en de kaarten vielen slapjes op elkaâr neêr, zonder interest, met een matten neêrslag, en een machinalen, stil gretigen opstrijk der zetten van Floortje. ||||||||||||||||schlaff|||||Interesse|||matten||||mechanischen||gierigen|Aufstrich|||| Mãe|e|filha|estavam|à|a|mesa de whist|com|tio|Ruyvenaer|e|Jaap|e|||||||||||um|||||mecânico|silencioso|ansioso|levantamento|das|jogadas|de|Floortje Mother and daughter sat at the whistling table with Uncle Ruyvenaer and Jaap, and the cards fell limply on top of each other, without interest, with a matted downstroke, and a machine-like, quietly eager stroke of Floortje's moves. Mãe e filha estavam na mesa de whist com tio Ruyvenaer e Jaap, e as cartas caíam lentamente uma sobre a outra, sem interesse, com uma queda suave, e um movimento mecânico, silencioso e ávido das jogadas de Floortje.

- Wat ziet Cateau er van avond burgerlijk uit, zei Adolfine en keek schuin naar de tweede speeltafel. ||Cateau||||||||||schräg|||| O que|parece|Cateau|dela|de|noite|burguesa|de|disse|Adolfine|e|olhou|de lado|para|a|segunda|mesa de jogo - How civil Cateau looks this evening, Adolfine said and looked obliquely at the second console. - Como Cateau está com uma aparência tão burguesa esta noite, disse Adolfine, olhando de lado para a segunda mesa de jogo.

- Net een baker in het satijn, zei Floortje. ||Bäcker|||Satin|| Apenas|um|padeiro|em|o|cetim|disse|Floortje - Like a baker in satin, Floortje said. - Acabei de ver uma panqueca de cetim, disse Floortje.

- Zeg, zei oom Ruyvenaer, in een dringende behoefte om nijdig te zijn: hij verloor, hij kreeg maar geen kaarten, hij smeet met een breede woede al zijn kleine kleurtjes, de een na den ander, neêr op Floortjes dikke troeven. ||||||||||||||||||||||||||||Farben||||||||Floortjes'|| Diga|disse|tio|Ruyvenaer|em|uma|urgente|necessidade|de|irritado|a|ser|ele|perdeu|ele|recebeu|mas|nenhuma|cartas|ele||com|uma|ampla|raiva|todos|seus|pequenos|coloridos|os|um|após|os|outros|para baixo|sobre|Floortje|grossas|cartas de trunfo - Say, said Uncle Ruyvenaer, in an urgent need to be spiteful: he lost, he didn't get any cards, he flung with a broad rage all his little colors, one after another, down on Floortjes fat trumps. - Diga, disse o tio Ruyvenaer, com uma necessidade urgente de estar irritado: ele perdeu, não recebeu cartas, atirou com uma ampla raiva todas as suas pequenas cores, uma após a outra, sobre as grossas cartas de Floortje. Zeg... Bertha moest daar nu toch eens een stokje voor steken. Diga|Bertha|deveria|lá|agora|de qualquer forma|uma vez|um|bastão|para|enfiar Say ... Bertha had to put a stop to that right now. Diga... Bertha realmente deveria colocar um fim nisso.

- Wat weet u dan? O que|sabe|você|então - So what do you know? - O que você sabe então? ? - Wat ik weet? O que|eu|sei ? - What I know? ? - O que eu sei? Wat de heele wereld weet. O que|da|inteira|mundo|sabe What the whole world knows. O que o mundo inteiro sabe. Dat Marianne Van der Welcke naloopt, zoodat het geen naam heeft. |||||nachläuft||||| Que|Marianne|de|der|Welcke|persegue|de modo que|isso|nenhum|nome|tem That Marianne Van der Welcke imitates, so it has no name. Que Marianne Van der Welcke está seguindo, de modo que não tem nome. - Met zoo een gemeen sujet als oom Van der Welcke moest tante Bertha maar heel voorzichtig zijn, meende Floortje. ||||Subjekt|||||||||||||| Com|tal|um|malvado|sujeito|como|tio|Van|de|Welcke|deveria|tia|Bertha|mas|muito|cautelosa|ser|pensou|Floortje - With such a mean person as Uncle Van der Welcke, Aunt Bertha had to be very careful, Floortje thought. - Com um sujeito tão comum como tio Van der Welcke, a tia Bertha deveria ser muito cuidadosa, achou Floortje.

- Ik ben ze verleden tegengekomen, 's avonds, op de Koninginnegracht, zei Jaap. |||||||||Königinnenstraße|| Eu|sou|eles|passado|encontrei|de|noite|na|a|Koninginnegracht|disse|Jaap - I ran into them past, in the evening, on the Koninginnegracht, Jaap said. - Eu os encontrei no passado, à noite, na Koninginnegracht, disse Jaap.

- En wat deden ze? E|o que|fizeram|eles - And what did they do? - E o que eles estavam fazendo? ? - Hoe liepen ze? Como|andaram|eles ? - How did they walk? ? - Como eles estavam? ? - Ze hadden elkander vast. Eles|tinham|um ao outro|apertado ? - They were holding each other. ? - Eles estavam se segurando. - Hoe? Como - How? - Como? ? - Wel, hij had zijn arm om haar heen. Bem|ele|tinha|seu|braço|ao redor|dela|em volta ? - Well, he had his arm around her. ? - Bem, ele tinha o braço em volta dela. - Heb jij dat gezien? Tem|você|isso|visto - Did you see that? - Você viu isso?

- Nou, of ik dat heb gezien. Bem|se|eu|isso|tenho|visto - Well, whether I saw that. - Bem, se eu vi isso. En hij likte haar, den heelen tijd. ||leckte|||| E|ele|lambeu|ela|o|todo|tempo And he licked her, the whole time. E ele a lambeu o tempo todo.

- En Bertha, zei Adolfine; die maar doet of ze er niets van ziet. E|Bertha|disse|Adolfine|aquela|mas|age|como|ela|disso|nada|de|vê - And Bertha, said Adolfine; who only pretends not to see any of it. - E Bertha, disse Adolfine; que finge não ver nada. Groote goedheid, wat ziet Cateau er van avond burgerlijk uit...! |Güte|||||||| Grande|bondade|como|parece|Cateau|lá|de|noite|burguesa|fora Great goodness, how civil Cateau looks this evening...! Grande bondade, como Cateau está parecendo burguesa esta noite...! Ze schijnt niet te komen, hè? Ela|parece|não|a|vir|né She doesn't seem to be coming, does she? Ela parece que não vai vir, né?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen. Não|ela|parece|não|mais|a|vir - Nay, she no longer seems to be coming. - Não, ela parece que não vem mais.

- Hoe neemt mama het op, dat ze niet meer komt? Como|toma|mamãe|isso|a|que|ela|não|mais|vem - How does Mom take it that she's not coming anymore? - Como a mamãe reageita a isso, que ela não vem mais?

- Mama schijnt zich er in te schikken. Mamãe|parece|a si mesma|nisso|em|te|acomodar - Mom seems to be settling in. - A mamãe parece estar se conformando.

- Mama kan toch ook eigenlijk niet van haar houden. Mamãe|pode|afinal|também|na verdade|não|de|dela|amar - Surely Mom can't actually love her either. - A mamãe na verdade não pode amá-la.

- Anders zoû oma haar wel engageeren weêr te komen. |||||verpflichten||| Caso contrário|teria|avó|ela|de fato|engajar|novamente|a|vir - Otherwise, Grandma would engage her to come again. - Caso contrário, a vovó já a teria convidado a vir novamente.

- Het is veel rustiger, nu ze maar niet meer komt. Isso|é|muito|mais tranquilo|agora|ela|mas|não|mais|vem - It's much quieter now that she's just not coming. - Está muito mais tranquilo, agora que ela não vem mais. - Nou, ik hoû wel eens van herrie, zei Jaap. ||||||Lärm|| Bem|eu|gosto|bem|às vezes|de|barulho|disse|Jaap - Well, I hoû sometimes of noise, Jaap said. - Bem, eu gosto de barulho às vezes, disse Jaap.

- Heb jij den Dwarskijker van middag gelezen, Jaap. |||das Buch|||| Tem|você|o|Dwarskijker|de|tarde|lido|Jaap - Did you read den Dwarskijker this afternoon, Jaap. - Você leu o Dwarskijker esta tarde, Jaap?

- Ja... maar er staat al lang niet meer van in. Sim|mas|lá|está|já|há muito tempo|não|mais|sobre|dentro - Yes ... but it hasn't been in there for a long time. - Sim... mas já faz tempo que não tem mais nada nele.

- Het is toch eigenlijk impertinent van haar, om niet meer 's Zondags te komen. ||||unverschämt||||||||| Isso|é|na verdade|realmente|impertinente|dela|dela|para|não|mais|||a|vir - Surely it is actually impertinent of her not to come on Sundays anymore. - É realmente impertinente da parte dela não vir mais aos domingos.

- En er van door te gaan naar Nice. E|ele|de|continuar|a|ir|para|Nice - And moving on from it to Nice. - E ir embora para Nice.

- En zelfs met Oude Jaar niet te maken, dat ze terug was. E|até mesmo|com|Velho|Ano|não|a|fazer|que|ela|de volta|estava - And not even dealing with Old Year that she was back. - E mesmo com o Ano Velho não ter a ver, que ela estava de volta.

- Ja, dan heet het: verlangen naar de familie... Sim|então|chama|isso|desejo|pela|da|família - Yes, then it's called: longing for the family.... - Sim, então se chama: saudade da família...

- En zelfs met Oude Jaar... E|até mesmo|com|Velho|Ano - And even with Old Year... - E mesmo com o Ano Velho...

- Maakt ze, dat ze er niet is. Faz|ela|que|ela|lá|não|está - Makes them, she's not there. - Faz com que ela não esteja aqui.

- Ja! Sim - Yes! - Sim! zei Adolfine, gevoelig. disse|Adolfine|sensível said Adolfine, sensitively. disse Adolfine, sensível. Met Oude Jaar moeten we er allemaal zijn. Com|Velho|Ano|devemos|nós|lá|todos|estar By Old Year, we should all be there. Com o Ano Velho, todos devemos estar lá.

- Nu juist, zei oom Ruyvenaer. Agora|mesmo|disse|tio|Ruyvenaer - Right now, Uncle Ruyvenaer said. - Exatamente, disse o tio Ruyvenaer. Dat vind ik ook... Isso|acho|eu|também I agree... Eu também acho isso...

- Heb je dan ook eens gekibbeld... |||||gestritten Tem|você|então|também|uma vez|discutido - So did you argue once.... - Você já discutiu uma vez...

- Dan leg je het dàn met elkaâr bij. Então|coloca|você|isso|então|com|um ao outro|em ordem - Then you make up with each other. - Então você se reconcilia.

- En met eén Januari kibbel je weêr met vernieuwden moed, grinnikte Jaap. ||||kibbeln||||Neuen||| E|em|um|Janeiro|briga|você|novamente|com|renovado|coragem|riu|Jaap - And with one January you bicker again with renewed courage, Jaap chuckled. - E em primeiro de janeiro você discute novamente com renovado ânimo, riu Jaap.

- Maar hàrt... dat heb ik altijd gezegd... dat heeft Constance niet, ging Adolfine week voort. |hart||||||||||||| Mas|coração|isso|tenho|eu|sempre|dito|isso|tem|Constance|não|foi|Adolfine|semana|adiante - But hàrt ... I've always said ... Constance doesn't have that, continued Adolfine week. - Mas coração... eu sempre disse... isso Constance não tem, continuou Adolfine por uma semana.

- Weet u, wat ik geloof, zei Floortje zacht. Sabe|você|o que|eu|acredito|disse|Floortje|suavemente - You know, what I believe, Floortje said softly. - Sabe, o que eu acredito, disse Floortje suavemente.

- Wat? O que - What? - O quê? - Dat ze Marianne aanhaalt... bij zich aan huis... |||zitiert|||| Que|ela|Marianne|menciona|em|si|à|casa - That she cites Marianne ... at her home .... - Que ela menciona a Marianne... em sua casa...

- Waarom? Por que - Why? - Por quê?

- Wel expres. |sehr express Bem|expresso - On purpose, though. - Bem, de propósito.

- Maar waarom? Mas|por que - But why? - Mas por quê?

- Nu... om heelemaal van haar man af te zijn. Agora|para|completamente|de|ela|marido|de|a|ser - Now ... to be completely rid of her husband. - Agora... para se livrar completamente do marido.

- Van Van der Welcke... de||der|Welcke - From Van der Welcke... - De Van der Welcke...

- Natuurlijk. Claro - Of course. - Claro.

- Af... te zijn? Af|a|ser - Af... to be? - Para... estar livre?

- Natuurlijk... Hij is jong... en zij is een oude vrouw, zei Floortje, onbarmhartig voor haar moeder, vier jaren dan Constance jonger. ||||||||||||unbarmherzig|||||||| Claro|Ele|é|jovem|e|ela|é|uma|velha|mulher|disse|Floortje|impiedosa|para|sua|mãe|quatro|anos|do que|Constance|mais jovem - Of course ... He is young ... and she is an old woman, said Floortje, uncharitable to her mother, four years than Constance younger. - Claro... Ele é jovem... e ela é uma mulher velha, disse Floortje, impiedosa com a mãe, quatro anos mais jovem que Constance.

- Maar geloof je dan...? Mas|acredita|você|então - But then do you believe...? - Mas você acredita então...? knikte oom. acenou|tio nodded Uncle. o tio acenou com a cabeça.

- O neen, dat zeg ik niet. Oh|não|isso|digo|eu|não - Oh no, I'm not saying that. - Oh não, eu não digo isso.

- Maar tòch... Mas|ainda assim - But still... - Mas mesmo assim...

- Zoo alleen maar... likken, als Jaap zegt... |||lecken||| Então|apenas|mas|lamparinas|se|Jaap|diz - So just... licking, as Jaap says.... - Assim só... lamber, como Jaap diz...

- Demi-vierge! Demi|Jungfrau - Demi-vierge! - Demi-virgem! grinnikte Jaap. sorriu|Jaap chuckled Jaap. riso Jaap.

- Jaap! Jaap - Jaap! - Jaap! zei Adolfine, boos, omdat Floortje gesproken had van ‘oude vrouw". said|Adolfine|angry|because|Floortje|spoken|had|of|old|woman said Adolfine, angrily, because Floortje had spoken of "old woman. disse Adolfine, brava, porque Floortje tinha falado de 'velha'. Wat hoef jij daar van te weten! O que|precisa|você|disso|sobre|a|saber What do you need to know about that! O que você tem a ver com isso!

- Ach wat! Ah|o que - Ah what! - Ah, que pena! zei Jaap ruw, trok de schouders op, als was mama idioot. disse|Jaap|grosso|levantou|os|ombros|para cima|como|era|mamãe|idiota said Jaap ruefully, shrugging his shoulders, like Mom was an idiot. disse Jaap de forma rude, levantando os ombros, como se a mamãe fosse idiota. Mijn kop af, als het alleen likken is. Minha|cabeça|de|als|het|alleen|likken|is My head off, if it's just licking. Eu juro, se for só lamber.

Zij zagen elkander aan, oom, Adolfine en Floortje. Eles|viram|um ao outro|nos olhos|tio|Adolfine|e|Floortje They looked at each other, Uncle, Adolfine and Floortje. Eles se olharam, tio, Adolfine e Floortje. - Jaap, bestrafte Adolfine; je moet zulke dingen niet zeggen, als je niet weet... Jaap|puniu|Adolfine|você|deve|tais|coisas|não|dizer|se|você|não|sabe - Jaap, punished Adolfine; you shouldn't say such things, if you don't know.... - Jaap, repreendeu Adolfine; você não deve dizer essas coisas, se não sabe...

- En wat weet Floortje en wat weet u? E|o que|sabe|Floortje|e|o que|sabe|você - And what does Floortje know and what do you know? - E o que Floortje sabe e o que você sabe? En u kletst even hard als ik... Met sous-entendus... Alleen, ik zeg... wat u en Floortje denken... ||reden||||||unter(1)|Andeutungen|||||||| E|você|conversa|tão|alto|quanto|eu|Com|||Só|eu|digo|o que|você|e|Floortje|pensam And you chatter as loudly as I do... With sous-entendus... Only, I say... what you and Floortje think.... E você fala tão alto quanto eu... Com insinuações... Só que eu digo... o que você e Floortje pensam...

Hij smeet de kaarten neêr, stond op, omdat hij niet uit kon staan, behandeld te worden als een kleine jongen, die niet zoû weten. Ele||as|cartas|para baixo|levantou|-se|porque|ele|não|de|podia|suportar|tratado|a|ser|como|um|pequeno|menino|que|não|deveria|saber He threw down the cards, stood up, because he couldn't stand being treated like a little boy who didn't know. Ele jogou as cartas no chão, levantou-se, porque não suportava ser tratado como um menino pequeno, que não saberia.

Met hun drieën spraken zij door over Marianne en Van der Welcke... omdat zij zagen... Maar van Brauws en Constance zagen zij niets... en zij spraken niet over hen... Com|eles|três|falaram|eles|mais|sobre|Marianne|e|Van|de|Welcke|porque|eles|viram|Mas|de|Brauws|e|Constance|viram|eles|nada|e|eles|falaram|não|sobre|eles With the three of them they talked on about Marianne and Van der Welcke... because they saw... But of Brauws and Constance they saw nothing... and they did not talk about them.... Os três continuaram a falar sobre Marianne e Van der Welcke... porque eles viam... Mas de Brauws e Constance eles não viam nada... e não falavam sobre eles...

- Ach! Ah - Ah! - Ah! kreunde Cateau. gemia|Cateau groaned Cateau. gemia Cateau. Wat ziet tante Adòlfine er VAN AVOND ... bùrgerlijk... UIT ! |||Tante Adòlfine||||bürgerlich| O que|vê|tia|Adòlfine|ela|à|noite|burguesa|parecendo What does Aunt Adòlfine look LIKE ... bùrgerlijk ... OFF! Como a tia Adòlfine está tão ... burguesa ... esta noite! ! Zij zat aan de speeltafel met tante Ruyvenaer, Toetie en Eduard Van Raven, en langs haar gladden boezem bekeek zij iedere kaart, voor zij ze uitspeelde, heel voorzichtig, en legde ze dan met hare korte, dikke vingers, vol omzichtige zalving, neêr. ||||||||Toetie||||||||gleiten|||||||||ausspielte|||||||||||||umsichtiger|Salbe| Ela|estava|na|de|mesa de jogo|com|tia|Ruyvenaer|Toetie|e|Eduard|Van|Raven|e|||||||||||elas|||||||então|com|seus|curtos|grossos|dedos|cheios|cautelosa|ungüento|para baixo She sat at the gaming table with Aunt Ruyvenaer, Toetie and Eduard Van Raven, and along her smooth bosom she looked very carefully at each card before she played it, and then laid it down with her short, fat fingers, full of careful anointing. Ela estava na mesa de jogo com a tia Ruyvenaer, Toetie e Eduard Van Raven, e ao longo de seu decote, ela olhava cada carta, antes de jogá-la, com muito cuidado, e a colocava então com seus dedos curtos e grossos, cheios de ungüento cauteloso. - Van avond? De|noite - From evening? - Esta noite? vroeg Eduard. perguntou|Eduard Edward asked. perguntou Eduard.

- Ja... wèl DIKWIJLS : bùrgerlijk! Sim|realmente|burguês|burguês - Yes ... well THICKLY : bùrgerlijk! - Sim... SIMPLESMENTE: burguês! verklaarde Cateau met nadruk. declarou|Cateau|com|ênfase Cateau stated emphatically. declarou Cateau com ênfase.

- Toch de zuster van jou man, zei tante laconisch. ||||||||laconisch ainda assim|da|irmã|de|seu|marido|disse|tia|laconicamente - Still your husband's sister, said Aunt Laconic. - Mas a irmã do seu marido, disse a tia de forma lacônica.

- Ja tante... dat WEET ik wèl... Maar Karel is ALTIJD ... een heer! Sim|tia|dat|SEI|eu|bem|Mas|Karel|é|SEMPRE|um|cavalheiro - Yes aunt ... I KNOW that ... But Karel is ALWAYS ... a gentleman! - Sim tia... eu SEI disso... Mas Karel é SEMPRE ... um cavalheiro! - En tante Adolfine nooit, antwoordde Van Raven, tergend. |||||||provokant E|tia|Adolfine|nunca|respondeu|Van|Raven|de forma provocativa - And Aunt Adolfine never did, Van Raven replied, exasperated. - E tia Adolfine nunca, respondeu Van Raven, provocando.

Uitstaan konden tante en neef elkaâr niet, en Cateau, zachtmoedig, zei: |||||||||sanftmütig| suportar|podiam|tia|e|primo|um ao outro|não|e|Cateau|manso|disse Aunt and cousin could not stand each other, and Cateau, soft-spoken, said: A tia e o primo não se suportavam, e Cateau, mansa, disse:

- Nu... ik zeg het niet... om iets KWAADS ... van Adòlfine te zeggen... Maar Emilietje, Van Raven... wat ziet DIE er slecht uit en MOÊ . |||||||schlechtes||||||Emilchen|||||||||| Agora|eu|digo|isso|não|para|algo|MALIGNO|de|Adòlfine|a|dizer|Mas|Emilietje|Van|Raven|o que|parece|ELE|assim|mal||e|MOÊ - Now ... I don't say it ... to say something SWEET ... of Adòlfine ... But Emilietje, Van Raven ... what DIE looks bad and MOÊ . - Agora... eu não digo isso... para falar algo RUIM ... sobre Adòlfine... Mas Emilietje, Van Raven... como ela está MAL e CANSADA. Gáát het wel HEEL GOED ... met jullie? geht|||||| Vai|isso|bem|MUITO|BEM|com|vocês Are you guys doing VERY GOOD ...? Está tudo BEM ... com vocês? ? - Hàlf nog wel, zei Van Raven, antwoordende op haar nadruk. Hàlf(1)||||||antwortend||| metade|ainda|bem|disse|Van|Raven|respondendo|à|seu|ênfase ? - Hàlf yet, Van Raven said, answering her emphasis. ? - MEIO que sim, disse Van Raven, respondendo ao seu ênfase. Toetie proeste achter haar kaarten, en tante zei: |proest|||||| Toetie|protestou|atrás|dela|cartas|e|tia|disse Tootie cooed behind her cards, and Auntie said: Toetie riu por trás de suas cartas, e a tia disse:

- Ajo, Eduaàrd, jij... let op... speel! |Eduard|||| Ajo|Eduaàrd|você|deixe|atenção|jogue - Ajo, Eduaàrd, you ... pay attention ... play! - Ajo, Eduaàrd, você... preste atenção... jogue!

Cateau, in laconieke hatelijkheid, kon niet tegen Van Raven op, en daarom sprak ze maar liever door over Constance en zei: ||lakonischer|Höflichkeit||||||||||||||||| Cateau|em|lacônica|arrogância|podia|não|contra|||em|e|por isso|falou|ela|mas|preferia|sobre||Constance|e|disse Cateau, in laconic spitefulness, could not stand up to Van Raven, and so she preferred to talk on about Constance and said: Cateau, em uma indiferença lacônica, não conseguiu se igualar a Van Raven, e por isso preferiu continuar falando sobre Constance e disse:

- Komt ZE nooit meer... op DÈN Zondag... van moèder? |||||den|||Mutter Vem|ela|nunca|mais|em|aquele|domingo|de|mãe - Will she never come again ... on THIS Sunday ... from moèder? - Ela NUNCA mais vem... naquele DOMINGO... da mãe? Ja... ze is zeker AFGESCHRIKT . ||||aufgeregt Sim|ela|está|certamente|assustada Yes ... she is definitely DISCOVERED . Sim... ela certamente está ASSUSTADA.

- Door u? Por|você - By you? - Por sua causa? vroeg Eduard en pakte met genot een hooge troef weg van Cateau. |Eduard|e|pegou|com|prazer|uma|alta|carta de trunfo|de|de|Cateau Eduard asked and delightedly snatched a high trump away from Cateau. pergunt Eduard e pegou com prazer uma alta trunfo de Cateau.

- Neen, maar door de oùde... TANTES . ||||alte| Não|mas|pela|de|onde|TANTAS - Nay, but by the oùde ... TANTES . - Não, mas pelas velhas... TANTAS. Het was dan ook wel heel... tàcteloos: van de beide... oùde... TANTES ... Vindt u het niet VREESLIJK ... van MARIANNE ... en Van der Wèlcke?? ||||||taktlos||||||||||||||||Wèlcke O|era|então|também|bem|muito|sem tato|de|as|ambas|velhas|tias|acha|você|isso|não|HORRÍVEL|de|MARIANNE|e|Van|de|Wèlcke It was very ... tàctless, then: of the two ... oùde ... TANTES ... Don't you find it FREAKING ... of MARIANNE ... and Van der Wèlcke? Era realmente muito... sem tato: das duas... velhas... TANTAS... Você não acha TERRÍVEL... de MARIANNE... e Van der Wèlcke?? ? Aan de derde tafel speelden Karel, Van Saetzema en Dijkerhof met ‘den blinde'. |||||||||Dijkerhof||| Na|a|terceira|mesa|jogaram|Karel|Van|Saetzema|e|Dijkerhof|com|o|cego ? At the third table, Karel, Van Saetzema and Dijkerhof played with "den blinde. ? Na terceira mesa jogavam Karel, Van Saetzema e Dijkerhof com 'o cego'. Zij       hadden eerst zwijgend ernstig gespeeld, ieder tuk om met ‘den blinde' te spelen en inwendig vond Karel zijne zuster Adolfine burgerlijk, Van Saetzema zijne schoonzuster Cateau burgerlijk, terwijl Dijkerhof zijn beide tantes heel burgerlijk vond: bijna niet om meê voor den dag te komen. |||||||Tuck||||||||||||||||||Schwiegertochter||||||||||||||||||| Eles|tinham|primeiro|em silêncio|seriamente|jogado|cada um|ansioso|para|com|o|cego|a|jogar|e|internamente|achava|Karel|sua|irmã|Adolfine|burguesa|Van|Saetzema|sua|cunhada|Cateau|burguesa|enquanto|Dijkerhof|suas|ambas|tias|muito|burguesa|achava|quase|não|para|com|para|o|dia|a|vir They had played serious games in silence at first, each fond of playing with "the blind man," and internally Karel found his sister Adolfine bourgeois, Van Saetzema his sister-in-law Cateau bourgeois, while Dijkerhof found both his aunts very bourgeois: almost nothing to show for it. Eles haviam jogado primeiro em silêncio, cada um ansioso para jogar com 'o cego' e internamente Karel achava sua irmã Adolfine burguesa, Van Saetzema achava sua cunhada Cateau burguesa, enquanto Dijkerhof achava suas duas tias muito burguesas: quase não era algo para se mostrar. Alle drie behielden zij echter die gedachte besloten in het diepst van hunne zielen, zoodat zij uiterlijk speelden met groote ernst, hunne oogen vol gretigen aandacht gevestigd op de open liggende kaarten van ‘den blinde'. ||behielten|||||||||||||||||||||||||||||||| Todas|três|mantiveram|elas|no entanto|aquela|pensamento|encerrada|no|o|mais profundo|de|suas|almas|de modo que|elas|exteriormente|jogavam|com|grande|seriedade|seus|olhos|cheios|ávidos|atenção|fixados|em|as|abertas|deitadas|cartas|de|o|cego However, all three of them kept this thought locked in the depths of their souls, so that they outwardly played with great seriousness, their eyes eagerly fixed on the open cards of 'the blind man'. No entanto, os três mantiveram essa ideia guardada no fundo de suas almas, de modo que, externamente, jogavam com grande seriedade, seus olhos cheios de atenção ansiosa fixados nas cartas abertas do 'cego'. Plotseling echter zei Karel: |aber|| De repente|porém|disse|Karel Suddenly, however, Charles said: De repente, Karel disse:

- Zeg... Diga - Say. - Diga...

- Nu? E agora - Now? - Agora? vroeg Van Saetzema. perguntou|Van|Saetzema Van Saetzema asked. perguntou Van Saetzema.

- Is dat nu niet een gemeene streek van Van der Welcke... É|isso|agora|não|uma|mesquinha|jogada|de||| - Now isn't that a mean streak from Van der Welcke.... - Isso não é uma jogada baixa de Van der Welcke...

- Wat? O que - What? - O quê? Marianne te comprometteeren? ||in Verlegenheit bringen Marianne|te|comprometer Compromise Marianne? Comprometer Marianne?

- De meisjes van tante Bertha... grinnikte Dijkerhof. |||||kicherte Dijkerhof| As|meninas|da|tia|Bertha|riu|Dijkerhof - Aunt Bertha's girls ... chuckled Dijkerhof. - As meninas da tia Bertha... riu Dijkerhof.

- Wat meen je? O que|| - What are you serious? - O que você quer dizer? vroeg zijn schoonvader. perguntou|seu|sogro His father-in-law asked. pergunt seu sogro.

- Nu... Louise is verliefd op haar broêr, Otto. Agora|Louise|está|apaixonada|por|seu|irmão|Otto - Now... Louise is in love with her brother, Otto. - Agora... Louise está apaixonada por seu irmão, Otto. Emilie op haar broêr, Henri. Emilie|sobre|seu|irmão|Henri Emilie on her broêr, Henri. Emilie por seu irmão, Henri. En Marianne, voor de variatie, wordt verliefd op haar oom. ||||Abwechslung||||| E|Marianne|por|a|variação|se torna|apaixonada|por|seu|tio And Marianne, for variety, falls in love with her uncle. E Marianne, para variar, se apaixona por seu tio.

- Ze zijn detraqué, die heele troep van Van Naghel, meende Karel, die zich vooral dien avond heel normaal gezond voelde, aan-       genaam puffende na een copieus diner. ||verleumdet|||||||||||||||||||annehmend||||üppigen| Eles|são|detraído|aquela|toda|turma|de|Van|Naghel|pensou|Karel|que|se|especialmente|aquele|noite|muito|normal|saudável|sentia||nome|ofegante|após|um|farto|jantar - They are detraqué, the whole of Van Naghel's troop, Karel thought, feeling very normally healthy, especially that evening, puffing pleasantly after a copious dinner. - Eles estão detraqué, todo aquele grupo de Van Naghel, pensou Karel, que se sentia especialmente normal e saudável naquela noite, ofegante após um farto jantar. Zeg... Constance... komt die niet meer...? Diga|Constance|vem|ela|não|mais Say... Constance... isn't that coming anymore...? Diga... Constance... ela não vem mais...?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen. Não|ela|parece|não|mais|a|vir - Nay, she no longer seems to be coming. - Não, parece que ela não vem mais.

- Komt tante Constance niet meer? Vem|tia|Constance|não|mais - Doesn't Aunt Constance come anymore? - A tia Constance não vem mais?

- Neen, ze schijnt niet meer te komen. Não|ela|parece|não|mais|a|vir - Nay, she no longer seems to be coming. - Não, parece que ela não vem mais.

- Vader, nu wil ik met ‘den blinde' spelen. Pai|agora|quero|eu|com|o|cego|brincar - Father, now I want to play with "the blind man. - Pai, agora eu quero brincar com 'o cego'.

- Ja... Saetzema... het is Dijkerhofs beurt. ||||Dijkerhofs| Sim|Saetzema|ele|é|Dijkerhof|vez - Yes ... Saetzema ... it's Dijkerhof's turn. - Sim... Saetzema... é a vez de Dijkerhof.

Schoonvader en schoonzoon verwisselden van stoelen. ||Schwiegersohn|wechselten|| sogro|e|genro|trocaram|de|cadeiras Father-in-law and son-in-law switched chairs. Sogro e genro trocaram de cadeiras.

In een hoek bij de deur van de serre zaten de oude tantes. Em|uma|esquina|perto|da|porta|de|as||||velhas|tias In a corner near the conservatory door sat the old aunts. Em um canto perto da porta da estufa estavam as velhas tias.

- Rien... Nichts(1) Nada - Rien... - Rien...

- Ja, Tien... Sim|Tien - Yes, Ten... - Sim, Tien...

- Ze schijnt niet meer... 's Zondags te komen. Ela|parece|não|mais|de|domingo|a|vir - She doesn't seem to come ... on Sundays anymore. - Ela parece não vir mais... aos domingos.

- Neen, Tien, ze komt 's Zondags niet meer. Não|Tien|ela|vem|de|domingo|não|mais - No, Tien, she doesn't come on Sundays anymore. - Não, Tien, ela não vem mais aos domingos.

- Gelukkig maar! Feliz|mas - Thank goodness! - Ainda bem! schreeuwde Tien, hard aan de ooren van Rien. gritou|Tien|alto|para|os|ouvidos|de|Rien shouted Tien, hard on Rien's ears. gritou Tien, alto nos ouvidos de Rien.

Mama Van Lowe, glimlachend, weemoedig, liep van tafel naar tafel, en vroeg, samen met Dorine, of de kinderen niet wat wilden drinken. Mamãe|de|Lowe|sorrindo|melancolicamente|caminhou|de|mesa|para|mesa|e|perguntou|junto|com|Dorine|se|as|crianças|não|algo|queriam|beber Mama Van Lowe, smiling wistfully, walked from table to table, asking, along with Dorine, if the children wouldn't like a drink. Mamãe Van Lowe, sorrindo, melancólica, caminhou de mesa em mesa, e perguntou, junto com Dorine, se as crianças não queriam beber algo.

SENT_CWT:AFkKFwvL=10.78 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.46 pt:AFkKFwvL openai.2025-01-22 ai_request(all=168 err=0.00%) translation(all=140 err=0.00%) cwt(all=1251 err=4.56%)