×

我們使用cookies幫助改善LingQ。通過流覽本網站,表示你同意我們的 cookie 政策.

image

Kruistocht in Spijkerbroek by Beckman Thea, 18 De afrekening 002

18 De afrekening 002

Hij begint in te zien dat het hopeloos is, dacht Dolf medelijdend.

Opnieuw wendde de herdersjongen zich tot de zee, gebood de wateren zich terug te trekken, een pad vrij te maken voor de Kinderkruistocht.

Hij schreeuwde, zijn stem sloeg over.

Hij trok zijn overkleed op en deed nog twee passen voorwaarts, waarbij hij hoog de benen optilde alsof hij óver het water wilde lopen.

Spoedig stond hij tot aan zijn middel in de golven.

En toen trapte hij met zijn blote voet op een zee-egel... Die nare beesten zaten overal langs de kust tussen de stenen en als je erop trapte brak de scherpe stekel af en bleef in je voetzool zitten.

Frieda had er de vorige dag tientallen met een harde visgraat uit gemartelde voetjes gepeuterd.

De meeste kinderen waren daarom gaan baden met hun schoenen aan, dat was meteen een goede bescherming tegen de kreeftenscharen.

Maar Nicolaas was blootsvoets de zee ingelopen en nu gaf de zee die hij had willen bezweren, hem dit venijnige antwoord: ‘Nee...' Hij wankelde en strompelde terug naar het strand.

De kinderen ontvingen hem zwijgend, met boze blikken.

Nicolaas keek in die duistere gezichtjes, zag hun dreiging en wendde zich met een ruk weer tot de zee.

Hij was vertwijfeld.

Zijn voet deed pijn, de zee wist van geen wijken.

De jongen, zo-even nog mooi als de engel Gabriël, was nu in ieders ogen wat hij werkelijk was: een verklede horige, onecht en zonder waardigheid.

Weer strekte hij de armen uit, verhief zijn stem.

Een generaal die de vijand op de vlucht wil jagen, een medicijnman die boze geesten terugwijst naar het rijk der duisternis.

Een arme bedrogen jongen die dacht dat hij een heilige kon zijn en de natuurwetten kon opheffen...

Maar de zee negeerde hem.

De zee klotste onvermurwbaar over zijn voeten.

De zee lachte hem uit.

Toen braken de kinderen los.

Rudolf van Amstelveen had gelijk gekregen, het wonder bleef uit.

Ze waren bedrogen en ze hadden duizend mijlen te voet afgelegd, belaagd door dodelijke gevaren, geteisterd door koude, hitte, honger en rampen - voor niets!

Ze vergaten dat Nicolaas evenzeer bedrogen was als zij.

Hun woede zocht een uitweg.

Krijsend stortten ze zich op de ongelukkige herdersjongen om hem aan stukken te scheuren.

De ordebewakers grepen onmiddellijk in en begonnen de kinderen weg te sleuren.

‘Ze vermoorden hem!' gilde Mariecke, maar Dolf was al opgesprongen, stortte zich van zijn rotsblok en wierp zich te midden van de kinderen.

Met alle kracht die hij kon opbrengen, schoof hij woedende kinderen opzij; hij stompte, rukte, trok en sloeg.

De knokploeg deed wat zij kon om Nicolaas te ontzetten.

De jongens zwaaiden met knuppels, duwden kinderen weg, vochten zich verbeten een weg naar het midden van de kluwen.

De buitgemaakte maliënkolder redde Nicolaas het leven.

Hij lag op zijn rug op het stenen strand.

Zijn kleren verscheurd, bloedend uit kleine hoofdwonden.

De kinderen, teruggedeinsd voor de furie die zich opeens in hun midden had gestort, weken nog verder terug toen steeds meer ordebewakers opdrongen en zich beschermend rond Nicolaas opstelden.

Dolf knielde bij de herdersjongen en zag opeens Mariecke naast zich, die Nicolaas' hoofd optilde en in haar schoot legde.

Tranen stroomden over haar wangen.

Ze keek op en gilde tegen de kinderen: ‘Schaam je!' Met een hand vol zout water bette ze het bloedende gezicht.

De bijtende pijn deed hem de ogen opslaan.

‘God heeft me verlaten...' fluisterde hij, oneindig droevig.

‘God verlaat ons niet,' dreunde een zware stem.

En daar stond Anselmus, met achter hem drie onguur uitziende mannen.

De kinderen verstijfden.

‘God heeft de zee niet doen wijken, lieve kinderen,' sprak Anselmus zalvend, maar luid genoeg om door bijna iedereen gehoord te worden.

‘God heeft jullie echter niet verlaten en Hij zendt jullie Zijn vloot om jullie over de wateren naar het Heilige Land te voeren...' Dolf sprong op.

‘Je liegt het!' gilde hij.

De kinderen gromden.

‘Rudolf van Amstelveen, ik verkondig je dat jij niet waardig zult worden bevonden om een voet te zetten op de schepen die God in Zijn goedheid heeft gestuurd...' ‘Slavenschepen bedoel je,' schreeuwde Dolf in zijn verblufte gezicht.

‘En reken maar dat wij er geen voet op zullen zetten!

Op de slavenmarkten van Tunesië zal Rudolf van Amstelveen niet te koop worden aangeboden.

En niemand van deze kinderen hier!' Anselmus was spierwit geworden.

Hij draaide zich om en riep iets in het Toscaans tot de drie kerels die onmiddellijk in beweging kwamen.

Mariecke gilde.

Dolf zag een mes flitsen en hij dook onmiddellijk naar de benen van Anselmus, die daarop niet was verdacht, zijn evenwicht verloor en voorover over de jongen stortte.

Peters stem klonk boven alles uit: ‘Vernietig ze, die schurken!' Daarna werd alles erg onduidelijk.

Anselmus werd van Dolf afgetrokken en door honderden kinderen overmeesterd.

Snelle voetjes trappelden over Dolf heen tot hij naar adem snakte.

Het strand leek te golven.

Geschreeuw, gegil en het geluid van harde slagen vulden de lucht.

Een scherpe kreet van iemand in doodsnood.

Dolf probeerde overeind te komen, maar werd weer omvergeduwd en opeens lag hij in het lauwe water, vijf centimeter diep.

Het tumult bleef maar aanhouden.

Hij slaagde er eindelijk in om op de been te komen.

Wat hij toen zag durfde hij nauwelijks te geloven.

De meeste kinderen renden terug naar het kamp; enkele jongens hadden Nicolaas opgetild en droegen hem naar de tent.

Mariecke stond aan Dolfs arm te sjorren en riep iets, maar hij verstond niet wat.

Want niet ver van hem vandaan bewoog zich over het leeglopende strand een tierende kluwen lijven.

Uit die berg vechtenden stegen angstkreten op die allengs zwakker werden en ten slotte verstomden.

In de verte zag hij de drie zeelui vertwijfeld tegen de helling op klimmen, achtervolgd door honderden brullende kinderen... Opeens viel de kluwen op het strand uiteen.

Hij zag Peter opduiken, met bloed aan de handen.

En Bertho, die de zee in rende en zijn zwellende oog met handenvol water trachtte te koelen.

Hij zag de kinderen verder uiteenwijken, grommend en met verscheurde kleren, en toen naar het kamp hinken.

Sommigen hadden nauwelijks meer iets aan hun lijf, het strand lag bezaaid met uiteengereten vodden.

Wat hadden ze in 's hemelsnaam gedaan?

Toen zag hij het.

Te midden van flarden verscheurde stof lag wat er over was gebleven van Anselmus.

Zijn gezicht was onherkenbaar, zijn ledematen vertoonden vreemde kronkels alsof geen bot meer op zijn plaats zat, de haren waren uit zijn schedel gerukt.

Dolf wendde zich snel af, zijn maag keerde zich om en hij braakte op het grind, terwijl de tranen over zijn wangen liepen.

Hij had Anselmus gehaat - maar zijn einde vervulde Dolf met afschuw.

Doodsbleek en trillend op zijn benen liep hij terug naar het kampement.

Een van de verschrikte baronskinderen wenkte hem en wees naar de tent.

Binnen vond hij Frieda, die bezig was Nicolaas' wonden uit te wassen en te verbinden.

‘Hoe is het met hem?' vroeg hij.

‘Dat valt mee,' zei Frieda.

‘Krabbels en schrammen.

Wat is er eigenlijk gebeurd op het strand?

Waarom wilden ze Nicolaas vermoorden?

Hij had niemand kwaad gedaan.' Haar eenvoudige logica ontroerde de jongen.

Met weerzin dacht hij aan het verscheurde lijk van Anselmus.

‘Nee, Nicolaas niet,' zei hij moeilijk.

‘Zorg goed voor hem, Frieda.' Toen snelde hij weg en riep een aantal ordebewakers bijeen.

‘Anselmus moet onmiddellijk begraven worden.

We kunnen hem niet zo op het strand laten liggen.' Hij ontweek de ogen van Peter.

Maar nooit eerder was het hem zo duidelijk geworden dat het kinderleger, eenmaal in woede ontstoken, zeer gevaarlijk kon zijn.

In stilte hoopte hij dat de zeeschuimers aan hun kleine vervolgers waren ontkomen.

Het kamp gistte en zoemde.

Dolf, zelf ook bont en blauw, voelde zich doodongelukkig.

Om de opgewondenheid van de kinderen te doen bedaren, begon hij in het wilde weg bevelen uit te delen.

De vissers moesten gaan vissen.

Hij riep Bertho en zei: ‘Er is niets meer te eten.

Roep je volgelingen en ga op jacht.' Hij eiste van Frank dat die zijn leerlooiers en schoenmakers aan het werk zou zetten.

Hij stuurde groepen jongens en meisjes uit om vers water te gaan halen, anderen moesten de kookpotten schoonschuren, bedden vlechten van gedroogd zeewier - áls ze maar iets te doen hadden.

Ze gehoorzaamden wel, maar de grommerige stemming bleef.

Wat was er nog over van het vrome kinderleger dat ruim twee maanden tevoren uit Keulen was vertrokken, met gezang, gebeden en hoop?

De zevenduizend overlevenden van de tocht vormden meer dan ooit een léger, maar hun vroomheid en onschuld schenen ze voorgoed verloren te hebben.

Dolf dacht ongerust: Het zal steeds moeilijker worden hen in de hand te houden.

Nu de droom van de Witte Stad in gruzelementen is gegaan, deinzen ze nergens meer voor terug.

Ver van huis, zonder middelen van bestaan, kunnen ze niets anders doen dan roven, vechten, zich een weg banen door alle obstakels.

Of dat nu bergen, vlakten of mensen zijn, ze slaan zich erdoor, letterlijk.

Het liefst had hij meteen een vergadering bijeengeroepen van een paar honderd kleine leiders en onderofficieren om samen met hen te beslissen wat ze nu verder moesten doen.

Terugkeren naar Duitsland?

Opnieuw de Povlakte door, de Alpen over?

Maar ditmaal was het uitgesloten daarover te vergaderen zonder Nicolaas.

En die lag gewond in de tent.

Bovendien zou de herdersjongen voorlopig wel niet tevoorschijn durven te komen.

De tent, verblijfplaats van leiders en baronskinderen, was een soort vrijplaats, niemand zou hen dáár durven lastig te vallen.

Maar als hij naar buiten trad... Dolfs stem schalde daarom over het kamp: ‘Peter, vis de zee leeg!

Bertho, zorg voor vlees.

Martha, ga op zoek naar bessen en knollen!

Carl, we moeten vers water hebben, tientallen tonnen vol!' En de kinderen zwermden uit, grommend, ontevreden, teleurgesteld en verbitterd.

Een uur later kwam een groep triomfantelijk het kamp binnenstormen.

Ze zwaaiden opgewonden met een trofee: een groot krom mes, dat ze de enige kapitein die ze te pakken hadden gekregen, hadden afgenomen.

Dolf vroeg niet wat er met de man gebeurd was: hij kon het wel raden.

Anselmus kreeg een snelle, slordige begrafenis.

Frieda en Mariecke verbonden schrammen en kapotgestoten voetjes.

De avond verliep vrij rustig.

De kinderen kookten en aten, ze gingen vroeg slapen, uitgeput door alle emoties.

Bij uitzondering bracht Dolf de nacht in de tent door, samen met Mariecke en de baronskinderen.

Nicolaas lag op zijn bed van droog zeewier en sprak geen woord.

Johannis vertoonde zich niet, hij was bij Frieda in het ziekenkamp gebleven waar hij zich blijkbaar het veiligst voelde.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

18 De afrekening 002 18 Die Siedlung 002 18 Ο οικισμός 002 18 The Settlement 002 18 El asentamiento 002 18 Le règlement 002 18 和解 002 18 定居 002

Hij begint in te zien dat het hopeloos is, dacht Dolf medelijdend. |||||||||||mitleidig |||||||hopeless||||with pity He begins to realize that it is hopeless, Dolf thought with pity.

Opnieuw wendde de herdersjongen zich tot de zee, gebood de wateren zich terug te trekken, een pad vrij te maken voor de Kinderkruistocht. ||||||||commanded|||||||||||||| Once again, the shepherd boy turned to the sea, commanded the waters to withdraw, to clear a path for the Children's Crusade.

Hij schreeuwde, zijn stem sloeg over. ||||cracked| He shouted, his voice cracked.

Hij trok zijn overkleed op en deed nog twee passen voorwaarts, waarbij hij hoog de benen optilde alsof hij óver het water wilde lopen. ||||||||||||||||hobeln|||über|||| ||||||||||||||||lifted|||over|||| Er zog sein Übergewand an und machte noch zwei Schritte nach vorn, wobei er die Beine hochhob, als wollte er über das Wasser laufen. He lifted his overcoat and took two steps forward, lifting his legs high as if he wanted to walk over the water.

Spoedig stond hij tot aan zijn middel in de golven. |||||||||waves Bald stand er bis zur Taille in den Wellen. Soon he was standing waist-deep in the waves.

En toen trapte hij met zijn blote voet op een zee-egel... Die nare beesten zaten overal langs de kust tussen de stenen en als je erop trapte brak de scherpe stekel af en bleef in je voetzool zitten. |als||||||||||Seeigel||unangenehm||||entlang||Küste|||||||darauf|trat|||scharfe|||||||Fußsohle|saßen ||stomped|||||||||urchin||nasty|creatures|||||||||||||stepped|broke||sharp|spine||||||sole of foot| Und dann trat er mit seinem nackten Fuß auf einen Seeigel... Diese scheußlichen Tiere saßen überall an der Küste zwischen den Steinen, und wenn man darauf trat, brach der scharfe Stachel ab und blieb in der Fußsohle stecken. And then he stepped on a sea urchin with his bare foot... Those nasty creatures were everywhere along the coast among the stones, and if you stepped on one, the sharp spine would break off and remain stuck in your foot.

Frieda had er de vorige dag tientallen met een harde visgraat uit gemartelde voetjes gepeuterd. ||||||||||Fischgräte||gemartelte||herausgepult ||||||||||fishbone||tortured|little feet|picked at Frieda hatte am vorhergehenden Tag dutzende von gepeinigten Füßchen mit einer harten Fischgräten ausgemustert. Frieda had picked dozens of hard fishbone-gnawed little feet the day before.

De meeste kinderen waren daarom gaan baden met hun schoenen aan, dat was meteen een goede bescherming tegen de kreeftenscharen. |||||||||||||||||||Krebszangen |||||||||||||||||||lobster claws Die meisten Kinder waren deshalb mit ihren Schuhen ins Bad gegangen, das war sofort ein guter Schutz gegen die Krebsscheren. Most children had therefore gone bathing with their shoes on, which was immediately good protection against the crab claws.

Maar Nicolaas was blootsvoets de zee ingelopen en nu gaf de zee die hij had willen bezweren, hem dit venijnige antwoord: ‘Nee...' Hij wankelde en strompelde terug naar het strand. ||||||||||||||||bezwingen|||boshafte||||wankte||stolperte|||| |||barefoot|||walked into||||||||||calm|||venomous||||staggered||stumbled|||| Aber Nicolaas ging barfuß ins Meer und nun gab das Meer, das er besänftigen wollte, ihm diese giftige Antwort: 'Nein...' Er schwankte und stolperte zurück zum Strand. But Nicolaas had walked barefoot into the sea and now the sea, which he had wanted to pacify, gave him this venomous reply: 'No...' He staggered and limped back to the beach.

De kinderen ontvingen hem zwijgend, met boze blikken. ||received him||silently||angry|glares The children received him silently, with angry looks.

Nicolaas keek in die duistere gezichtjes, zag hun dreiging en wendde zich met een ruk weer tot de zee. ||||||||threat||||||jerk|||| Nicolaas looked into those dark little faces, saw their threat and turned back abruptly to the sea.

Hij was vertwijfeld. ||desperate He was desperate.

Zijn voet deed pijn, de zee wist van geen wijken. |||||||||retreat His foot hurt, the sea knew no retreat.

De jongen, zo-even nog mooi als de engel Gabriël, was nu in ieders ogen wat hij werkelijk was: een verklede horige, onecht en zonder waardigheid. ||||||||||||||||||||verkleidete||||| |||||||||||||everyone's|||||||disguised|serf|fake|||dignity The boy, just now as beautiful as the angel Gabriel, was now in everyone's eyes what he really was: a disguised serf, false and without dignity.

Weer strekte hij de armen uit, verhief zijn stem. ||||||erhob|| ||||||raised|| Again he stretched out his arms, raised his voice.

Een generaal die de vijand op de vlucht wil jagen, een medicijnman die boze geesten terugwijst naar het rijk der duisternis. ||||||||||||||Geister|zurückweist|||||Dunkelheit |||||||||||medicine man|||spirits|repels||||| A general who wants to drive the enemy into flight, a medicine man who wards off evil spirits back to the realm of darkness.

Een arme bedrogen jongen die dacht dat hij een heilige kon zijn en de natuurwetten kon opheffen... ||||||||||||||Naturgesetze||aufheben ||deceived||||||||||||laws of nature||suspend A poor deceived boy who thought he could be a saint and could overturn the laws of nature...

Maar de zee negeerde hem. |||ignorierte| |||ignored| But the sea ignored him.

De zee klotste onvermurwbaar over zijn voeten. ||schwappte|Unnachgiebig||| ||slapped|unyielding|||feet

De zee lachte hem uit.

Toen braken de kinderen los. Then the children broke free.

Rudolf van Amstelveen had gelijk gekregen, het wonder bleef uit. ||||right|been proven right|||| Rudolf from Amstelveen was right; the miracle did not happen.

Ze waren bedrogen en ze hadden duizend mijlen te voet afgelegd, belaagd door dodelijke gevaren, geteisterd door koude, hitte, honger en rampen - voor niets! |||||||||||||tödlichen||geplagt||Kälte|||||| ||deceived|||||miles|||traveled|besieged||deadly||tormented||||||disasters|| They had been deceived and had walked a thousand miles on foot, besieged by deadly dangers, afflicted by cold, heat, hunger, and disasters - for nothing!

Ze vergaten dat Nicolaas evenzeer bedrogen was als zij. ||||equally|||| They forgot that Nicolaas was just as deceived as they were.

Hun woede zocht een uitweg. ||||Ausweg ||||outlet Their rage sought an outlet.

Krijsend stortten ze zich op de ongelukkige herdersjongen om hem aan stukken te scheuren. |||||||||||||zerreißen screaming|pounced on||||||||||||tear apart Screaming, they threw themselves upon the unfortunate shepherd boy to tear him to pieces.

De ordebewakers grepen onmiddellijk in en begonnen de kinderen weg te sleuren. ||intervened|||||||||dragging away The keepers of order immediately intervened and began to drag the children away.

‘Ze vermoorden hem!' gilde Mariecke, maar Dolf was al opgesprongen, stortte zich van zijn rotsblok en wierp zich te midden van de kinderen. |||||||||aufgesprungen||||||||||||| |||||||||jumped up|leaped|||||||||||| ‘Sie ermorden ihn!' schrie Mariecke, aber Dolf war schon aufgesprungen, stürzte sich von seinem Felsenblock und warf sich mitten unter die Kinder. 'They're killing him!' screamed Mariecke, but Dolf had already jumped up, hurled himself off his rock and threw himself among the children.

Met alle kracht die hij kon opbrengen, schoof hij woedende kinderen opzij; hij stompte, rukte, trok en sloeg. ||||||muster|||||aside|||yanked|||hit Mit aller Kraft, die er aufbringen konnte, schob er wütende Kinder zur Seite; er schlug, riss, zog und schlug. With all the strength he could muster, he pushed angry children aside; he punched, tore, pulled, and hit.

De knokploeg deed wat zij kon om Nicolaas te ontzetten. |||||||||befreien |||||||||rescue Die Prügeltruppe tat, was sie konnte, um Nicolaas zu befreien. The gang did what they could to rescue Nicolaas.

De jongens zwaaiden met knuppels, duwden kinderen weg, vochten zich verbeten een weg naar het midden van de kluwen. ||schwangen|||drängten weg|||kämpften||verbissen||||||||Gewirr ||waved||||||fought||determinedly||||||||tangle The boys swung bats, pushed children away, and fiercely fought their way to the middle of the clump.

De buitgemaakte maliënkolder redde Nicolaas het leven. |erbeutete||||| |stolen|mail armor|saved||| The captured mail armor saved Nicolaas' life.

Hij lag op zijn rug op het stenen strand. |||||||steinharten| Er lag auf seinem Rücken am steinigen Strand. He was lying on his back on the stone beach.

Zijn kleren verscheurd, bloedend uit kleine hoofdwonden. ||zerrissen|blutend|||Kopfverletzungen |||bleeding|||head wounds Seine Kleidung zerrissen, blutete aus kleinen Kopfverletzungen. His clothes torn, bleeding from small head wounds.

De kinderen, teruggedeinsd voor de furie die zich opeens in hun midden had gestort, weken nog verder terug toen steeds meer ordebewakers opdrongen en zich beschermend rond Nicolaas opstelden. |||||||||||||gestürzt hatte|weichen||weiter||als|||Ordnungshüter|vordrangen|||schützend|||aufstellten ||recoiled|||||||||||descended|recoiled||||||||pressed forward|||||| Die Kinder, zurückgeschreckt vor der Wut, die sich plötzlich in ihre Mitte ergossen hatte, zogen sich noch weiter zurück, als immer mehr Ordnungshüter drängten und sich schützend um Nicolaas aufstellten. The children, recoiling from the fury that had suddenly burst into their midst, withdrew even further as more law enforcement officers pushed forward and positioned themselves protectively around Nicolaas.

Dolf knielde bij de herdersjongen en zag opeens Mariecke naast zich, die Nicolaas' hoofd optilde en in haar schoot legde. ||||||||||||||hob an||||Schoß| |knelt|||||||||||||lifted||||lap|placed Dolf knelt beside the shepherd boy and suddenly saw Mariecke next to him, who lifted Nicolaas' head and placed it in her lap.

Tranen stroomden over haar wangen. Tears streamed down her cheeks.

Ze keek op en gilde tegen de kinderen: ‘Schaam je!' Met een hand vol zout water bette ze het bloedende gezicht. ||||||||schäm dich||||||||benetzte|||| ||||screamed||||Shame||||||||splashed|||| She looked up and yelled at the children: 'Shame on you!' With a handful of salt water, she dabbed at the bleeding face.

De bijtende pijn deed hem de ogen opslaan. |bissende|||||| |biting||||||to raise The biting pain made him raise his eyes.

‘God heeft me verlaten...' fluisterde hij, oneindig droevig. |||abandoned me|whispered||infinitely|infinitely sad 'God has abandoned me...' he whispered, infinitely sad.

‘God verlaat ons niet,' dreunde een zware stem. |verlässt|||||| |abandon|||boomed||| 'God does not abandon us,' a deep voice thundered.

En daar stond Anselmus, met achter hem drie onguur uitziende mannen. ||||||||unheimlich aussehende|aussehende| ||||||||shady|looking men| And there stood Anselmus, with three unsavory-looking men behind him.

De kinderen verstijfden. ||versteiften ||froze in place The children froze.

‘God heeft de zee niet doen wijken, lieve kinderen,' sprak Anselmus zalvend, maar luid genoeg om door bijna iedereen gehoord te worden. |hat||||||||||salbungsvoll||laut|||||alle||| ||||||yield|dear||||soothingly||loud|||||||| 'God did not allow the sea to recede, dear children,' spoke Anselmus soothingly, but loud enough to be heard by almost everyone.

‘God heeft jullie echter niet verlaten en Hij zendt jullie Zijn vloot om jullie over de wateren naar het Heilige Land te voeren...' Dolf sprong op. ||||||||sendet||||||||||||||||| |||however||abandoned you|||sends|||fleet|||||||||||to lead||| ‘God has not left you, and He sends you His fleet to carry you over the waters to the Holy Land...' Dolf jumped up.

‘Je liegt het!' gilde hij. du|lügst||| |lie||yelled| ‘Du lügst!' schrie er. ‘You're lying!' he screamed.

De kinderen gromden. ||grumbled Die Kinder grummelten. The children growled.

‘Rudolf van Amstelveen, ik verkondig je dat jij niet waardig zult worden bevonden om een voet te zetten op de schepen die God in Zijn goedheid heeft gestuurd...' ‘Slavenschepen bedoel je,' schreeuwde Dolf in zijn verblufte gezicht. |||||||||würdig|||befunden|||||||||||||||geschickt|Sklavenschiffe|meinst||rief||||verblufte| ||||proclaim|||||worthy|will||found|||||set|||ships|||||goodness|||slave ships|||shouted||||stunned face| ‘Rudolf aus Amstelveen, ich verkünde dir, dass du nicht würdig befunden wirst, einen Fuß auf die Schiffe zu setzen, die Gott in seiner Güte gesandt hat...' ‘Sklavenschiffe meinst du,' schrie Dolf in sein verblüfftes Gesicht. 'Rudolf of Amstelveen, I proclaim to you that you will not be found worthy to set foot on the ships God in His goodness has sent...' 'Slave ships you mean,' Dolf shouted in his astonished face.

‘En reken maar dat wij er geen voet op zullen zetten! ||but||||||||set foot ‘And you can be sure that we will not set foot there!

Op de slavenmarkten van Tunesië zal Rudolf van Amstelveen niet te koop worden aangeboden. |||||||||||verkauf|| Rudolf van Amstelveen will not be offered for sale at the slave markets of Tunisia.

En niemand van deze kinderen hier!' Anselmus was spierwit geworden. ||||||||kreidebleich| ||||||||pale white| And none of these children here!' Anselmus had turned pale.

Hij draaide zich om en riep iets in het Toscaans tot de drie kerels die onmiddellijk in beweging kwamen. |turned||||||||||||||||| He turned and shouted something in Tuscan to the three guys who immediately moved.

Mariecke gilde. Mariecke guild.

Dolf zag een mes flitsen en hij dook onmiddellijk naar de benen van Anselmus, die daarop niet was verdacht, zijn evenwicht verloor en voorover over de jongen stortte. ||||||||||||||||nicht||verdächtig||Gleichgewicht|||vorwärts||||stürzte ||||flash|||dove|||||||||||suspicious||balance|||forward||||collapsed Dolf sah ein Messer blitzen und tauchte sofort auf die Beine von Anselmus, der daraufhin nichtsahnend sein Gleichgewicht verlor und vornüber über den Jungen stürzte. Dolf saw a knife flash and he immediately dove towards the legs of Anselmus, who was not suspicious at that moment, lost his balance, and fell forward onto the boy.

Peters stem klonk boven alles uit: ‘Vernietig ze, die schurken!' Daarna werd alles erg onduidelijk. ||||||Vernichte|||||||| ||rang out||||Destroy||||||||unclear Peters Stimme klang über alles: 'Vernichte sie, diese Schurken!' Danach wurde alles sehr unklar. Peters' voice rang out above everything: 'Destroy them, those scoundrels!' After that, everything became very unclear.

Anselmus werd van Dolf afgetrokken en door honderden kinderen overmeesterd. ||||abgezogen|||||überwältigt von Kindern ||||pulled away|||||overpowered Anselmus wurde von Dolf weggezogen und von Hunderten von Kindern überwältigt. Anselm was pulled off Dolf and overpowered by hundreds of children.

Snelle voetjes trappelden over Dolf heen tot hij naar adem snakte. ||trampelten|||||||| ||patted|||on top of|||||gasped for air Quick feet trampled over Dolf until he gasped.

Het strand leek te golven. ||||wogen ||appeared||wave Der Strand schien zu wogen. The beach seemed to wave.

Geschreeuw, gegil en het geluid van harde slagen vulden de lucht. |Gekreische|||||||füllten||Luft screaming|screaming|||sound|||blows|filled||air Geschrei, Geschrei und das Geräusch harter Schläge erfüllten die Luft. Screams, screams and the sound of hard blows filled the air.

Een scherpe kreet van iemand in doodsnood. |sharp|scream||||mortal danger Ein scharfer Schrei von jemandem in Todesnot. A sharp cry from someone in agony.

Dolf probeerde overeind te komen, maar werd weer omvergeduwd en opeens lag hij in het lauwe water, vijf centimeter diep. ||||||||umgestoßen|||||||lauwarme|||| ||upright||||||knocked over|||||||lukewarm|||centimeters| Dolf versuchte aufzustehen, wurde aber wieder umgestoßen und plötzlich lag er im lauwarmen Wasser, fünf Zentimeter tief. Dolf tried to get up, but was pushed over again and suddenly he was in the lukewarm water, two inches deep.

Het tumult bleef maar aanhouden. |Tumult|blieb||anhaltend ||||continue on Das Tumult hörte einfach nicht auf. The tumult just kept on going.

Hij slaagde er eindelijk in om op de been te komen. |succeeded||||||||| Er schaffte es endlich, wieder auf die Beine zu kommen. He finally managed to get to his feet.

Wat hij toen zag durfde hij nauwelijks te geloven. Was er dann sah, wagte er kaum zu glauben. What he then saw he could barely believe.

De meeste kinderen renden terug naar het kamp; enkele jongens hadden Nicolaas opgetild en droegen hem naar de tent. ||||||||||||hochgehoben|||||| ||||||||||||lifted up||carried|||| Most children ran back to the camp; some boys had lifted Nicolaas and were carrying him to the tent.

Mariecke stond aan Dolfs arm te sjorren en riep iets, maar hij verstond niet wat. ||||||ziehen an|||||||| ||||||pulling|||||||| Mariecke was tugging at Dolf's arm and was shouting something, but he couldn't hear what.

Want niet ver van hem vandaan bewoog zich over het leeglopende strand een tierende kluwen lijven. ||||||||||sich leerenden|||wütende|wilder Haufen|Leiber ||||||||||emptying|||thrashing|mass of bodies|bodies Denn nicht weit von ihm entfernt bewegte sich über den sich leerenden Strand ein wütend wälzender Haufen von Körpern. For not far from him, a writhing mass of bodies was moving across the receding beach.

Uit die berg vechtenden stegen angstkreten op die allengs zwakker werden en ten slotte verstomden. |||kämpfend|emporstiegen|Angstrufe||||schwächer||||| |||fighting|rose|cries of fear|||gradually|weaker|||||fell silent Aus diesem Berg kämpfender Menschen stiegen Angstschreie auf, die allmählich schwächer wurden und schließlich verstummten. From the mountain fighters, cries of fear arose that gradually weakened and finally fell silent.

In de verte zag hij de drie zeelui vertwijfeld tegen de helling op klimmen, achtervolgd door honderden brullende kinderen... Opeens viel de kluwen op het strand uiteen. |||||||||||||||||brüllende|||||das Knäuel||||auseinander ||the distance|||||sailors|desperately|||slope||climbing up|being chased|||roaring|||||ball of yarn||||fell apart In der Ferne sah er die drei Seeleute verzweifelt den Hang hinaufklettern, verfolgt von Hunderte brüllenden Kindern... Plötzlich zerfiel der Haufen am Strand. In the distance, he saw the three sailors despairingly climbing up the slope, followed by hundreds of roaring children... Suddenly, the mass fell apart on the beach.

Hij zag Peter opduiken, met bloed aan de handen. |||emerge||||| He saw Peter surfacing, with blood on his hands.

En Bertho, die de zee in rende en zijn zwellende oog met handenvol water trachtte te koelen. ||||||||||||||||kühlen |||||||||swelling|||||||cool And Bertho, who ran into the sea and tried to cool his swelling eye with handfuls of water.

Hij zag de kinderen verder uiteenwijken, grommend en met verscheurde kleren, en toen naar het kamp hinken. |||||auseinanderweichen|||||||||||hinken |||||spread apart|grumbling|||torn|||||||limp He saw the children move further apart, growling and with torn clothes, and then hobble toward the camp.

Sommigen hadden nauwelijks meer iets aan hun lijf, het strand lag bezaaid met uiteengereten vodden. |||||||||||||zerfetzte|zerfetzte Lumpen |||||||||||||torn rags|rags Some hardly had anything left on their bodies, the beach was strewn with torn rags.

Wat hadden ze in 's hemelsnaam gedaan? What on earth had they done?

Toen zag hij het. Then he saw it.

Te midden van flarden verscheurde stof lag wat er over was gebleven van Anselmus. |||Fetzen zerrissenen Stoffes|zerrissener|Stoffe|||||||| |||shreds|torn|fabric|lay||||||| Amidst shreds of torn fabric lay what was left of Anselmus.

Zijn gezicht was onherkenbaar, zijn ledematen vertoonden vreemde kronkels alsof geen bot meer op zijn plaats zat, de haren waren uit zijn schedel gerukt. |||||Gliedmaßen|||Verdrehungen|||Knochen|||||||Haare|||||ausgerissen |face||unrecognizable||limbs|showed||twists|||bone|||||||||||| Sein Gesicht war unkenntlich, seine Gliedmaßen wiesen seltsame Verkrümmungen auf, als ob kein Knochen mehr an seinem Platz wäre, das Haar war ihm aus der Schädel gerissen. His face was unrecognizable, his limbs showed strange contortions as if no bone was in place anymore, the hair had been pulled from his skull.

Dolf wendde zich snel af, zijn maag keerde zich om en hij braakte op het grind, terwijl de tranen over zijn wangen liepen. ||||||||||||erbrach sich|||Kieselerde||||||| |||||||turned|||||vomited|||gravel||||||| Dolf wandte sich schnell ab, sein Magen kehrte sich um und er erbrach auf den Kies, während die Tränen über seine Wangen liefen. Dolf turned away quickly, his stomach turned and he vomited on the gravel, tears streaming down his cheeks.

Hij had Anselmus gehaat - maar zijn einde vervulde Dolf met afschuw. |||gehasst||||||| |||hated||||fulfilled|||disgust Er hatte Anselmus gehasst - aber sein Ende erfüllte Dolf mit Abscheu. He had hated Anselmus - but his end filled Dolf with disgust.

Doodsbleek en trillend op zijn benen liep hij terug naar het kampement. Deathly pale and trembling on his legs, he walked back to the camp.

Een van de verschrikte baronskinderen wenkte hem en wees naar de tent. |||frightened||motioned|||||| One of the frightened baron's children beckoned to him and pointed to the tent.

Binnen vond hij Frieda, die bezig was Nicolaas' wonden uit te wassen en te verbinden. ||||||||||||||verbinden ||||||||||||||bandage Inside he found Frieda, who was busy washing and bandaging Nicolaas' wounds.

‘Hoe is het met hem?' vroeg hij. ‘How is he?' he asked.

‘Dat valt mee,' zei Frieda. |is not bad||| ‘Das hält sich in Grenzen,' sagte Frieda. ‘It's not too bad,' Frieda said.

‘Krabbels en schrammen. Kratzer und Schrammen|| scribbles||scratches ‘Krakel und Schrammen. Doodles and scratches.

Wat is er eigenlijk gebeurd op het strand? Was ist eigentlich am Strand passiert? What actually happened on the beach?

Waarom wilden ze Nicolaas vermoorden? Why did they want to kill Nicolaas?

Hij had niemand kwaad gedaan.' Haar eenvoudige logica ontroerde de jongen. |||||||Logik|rührte|| |||harm|||simple|logic|moved|| He hadn't harmed anyone.' Her simple logic touched the boy.

Met weerzin dacht hij aan het verscheurde lijk van Anselmus. |Abscheu|||||||| |revulsion|||||||| With disgust, he thought of the torn body of Anselmus.

‘Nee, Nicolaas niet,' zei hij moeilijk. |||||schwierig ‘Nein, Nicolaas nicht,' sagte er schwer. ‘No, not Nicolaas,' he said with difficulty.

‘Zorg goed voor hem, Frieda.' Toen snelde hij weg en riep een aantal ordebewakers bijeen. Sorge|||||||||||||| ||||||he hurried|||||||| ‘Sorg gut für ihn, Frieda.' Dann eilte er weg und rief eine Anzahl von Ordnungshütern zusammen. ‘Take good care of him, Frieda.' Then he hurried away and summoned a number of orderlies.

‘Anselmus moet onmiddellijk begraven worden. |||be buried| ‘Anselmus muss sofort beerdigt werden.' ‘Anselmus must be buried immediately.

We kunnen hem niet zo op het strand laten liggen.' Hij ontweek de ogen van Peter. |||||||||||wich aus|||| |||||||||||avoided|||| We can't just leave him lying on the beach.' He avoided Peter's gaze.

Maar nooit eerder was het hem zo duidelijk geworden dat het kinderleger, eenmaal in woede ontstoken, zeer gevaarlijk kon zijn. ||before|||||clear||||||||inflamed||dangerous|| But never before had it become so clear to him that the child army, once inflamed in anger, could be very dangerous.

In stilte hoopte hij dat de zeeschuimers aan hun kleine vervolgers waren ontkomen. ||||||Seeräuber||||Verfolgern|| ||hoped||||||||pursuers|| In silence, he hoped that the sea scum had escaped their small pursuers.

Het kamp gistte en zoemde. ||brodelte||summte ||buzzed||buzzed The camp was simmering and buzzing.

Dolf, zelf ook bont en blauw, voelde zich doodongelukkig. |||bunt|||||totally unglücklich |||bruised||blue|||utterly unhappy Dolf, selbst auch blau und schwarz, fühlte sich todunglücklich. Dolf, bruised and battered himself, felt utterly miserable.

Om de opgewondenheid van de kinderen te doen bedaren, begon hij in het wilde weg bevelen uit te delen. ||||||||beruhigen|||in||||||| ||excitement||||||calm down||||||in a wild manner|issuing commands||| Um die Aufregung der Kinder zu beruhigen, begann er willkürlich Befehle zu erteilen. To calm the excitement of the children, he started giving orders randomly.

De vissers moesten gaan vissen. Die Fischer mussten fischen gehen. The fishermen had to go fishing.

Hij riep Bertho en zei: ‘Er is niets meer te eten. He called Bertho and said, 'There's nothing left to eat.'

Roep je volgelingen en ga op jacht.' Hij eiste van Frank dat die zijn leerlooiers en schoenmakers aan het werk zou zetten. ||||||||||||||||Schuhmacher||||| ||followers||||||demanded||||||||shoemakers||||| Call your followers and go hunting.' He demanded that Frank put his tanners and shoemakers to work.

Hij stuurde groepen jongens en meisjes uit om vers water te gaan halen, anderen moesten de kookpotten schoonschuren, bedden vlechten van gedroogd zeewier - áls ze maar iets te doen hadden. |||||||||||||||||säubern|||||getrocknetem Seetang|falls|||||| ||||||||||||||||cooking pots|scrub clean|beds|weave beds|||seaweed||||||| Er schickte Gruppen von Jungen und Mädchen los, um frisches Wasser zu holen, andere mussten die Töpfe sauber machen, Betten aus getrocknetem Seetang flechten - hauptsache, sie hatten etwas zu tun. He sent groups of boys and girls out to fetch fresh water, others had to scrub the cooking pots, braid beds from dried seaweed - as long as they had something to do.

Ze gehoorzaamden wel, maar de grommerige stemming bleef. |||||mürrische|| |||||grumpy|mood| Sie gehorchten zwar, aber die mürrische Stimmung blieb. They complied, but the grumpy mood remained.

Wat was er nog over van het vrome kinderleger dat ruim twee maanden tevoren uit Keulen was vertrokken, met gezang, gebeden en hoop? |||||||pious||||||||||||||| Was war noch übrig von der frommen Kinderarmee, die vor über zwei Monaten aus Köln aufgebrochen war, mit Gesang, Gebeten und Hoffnung? What was left of the pious children's army that had departed from Cologne more than two months earlier, with songs, prayers, and hope?

De zevenduizend overlevenden van de tocht vormden meer dan ooit een léger, maar hun vroomheid en onschuld schenen ze voorgoed verloren te hebben. |||||||||||Lager||||||||für immer||| ||survivors||||formed|||||group||||||||||| The seven thousand survivors of the journey formed more than ever a legion, but their piety and innocence seemed to have been lost forever.

Dolf dacht ongerust: Het zal steeds moeilijker worden hen in de hand te houden. ||||||schwieriger||||||| ||worried||||more difficult||||||| Dolf thought anxiously: It will become increasingly difficult to keep them in check.

Nu de droom van de Witte Stad in gruzelementen is gegaan, deinzen ze nergens meer voor terug. ||||||||in Scherben gegangen||gegangen|zurückschrecken vor nichts||||| ||||||||ruins|||hesitate||||for|back Jetzt, da der Traum der Weißen Stadt in Stücke zerfallen ist, schrecken sie vor nichts mehr zurück. Now that the dream of the White City has shattered into pieces, they do not hesitate any longer.

Ver van huis, zonder middelen van bestaan, kunnen ze niets anders doen dan roven, vechten, zich een weg banen door alle obstakels. |||||||||||||rob|||||make their way|||obstacles Weit weg von zu Hause, ohne Lebensunterhalt, können sie nichts anderes tun, als rauben, kämpfen und sich durch alle Hindernisse ihren Weg zu bahnen. Far from home, without means of existence, they can do nothing else but rob, fight, and carve their way through all obstacles.

Of dat nu bergen, vlakten of mensen zijn, ze slaan zich erdoor, letterlijk. |||||||||||through it| Egal ob das Berge, Ebenen oder Menschen sind, sie schlagen sich durch, im wahrsten Sinne des Wortes. Whether those are mountains, plains, or people, they push through, literally.

Het liefst had hij meteen een vergadering bijeengeroepen van een paar honderd kleine leiders en onderofficieren om samen met hen te beslissen wat ze nu verder moesten doen. |||||||einberufen||||||||||zusammen|||||||||| The|preferably||||||called together||||||||non-commissioned officers|||||||||||| He would have preferred to immediately call a meeting of a few hundred small leaders and non-commissioned officers to decide together what they should do next.

Terugkeren naar Duitsland? Return to Germany?

Opnieuw de Povlakte door, de Alpen over? Go back through the Po Valley, over the Alps?

Maar ditmaal was het uitgesloten daarover te vergaderen zonder Nicolaas. ||||excluded|||meet|| But this time it was out of the question to meet without Nicolaas.

En die lag gewond in de tent. And he was injured in the tent.

Bovendien zou de herdersjongen voorlopig wel niet tevoorschijn durven te komen. ||||for now|||come forward||| Moreover, the shepherd boy would probably not dare to come out for the time being.

De tent, verblijfplaats van leiders en baronskinderen, was een soort vrijplaats, niemand zou hen dáár durven lastig te vallen. ||||||||||Freiplatz|||||||| ||place of residence||||||||safe haven||||there|||| The tent, residence of leaders and barons' children, was a kind of free space; no one would dare to bother them there.

Maar als hij naar buiten trad... Dolfs stem schalde daarom over het kamp: ‘Peter, vis de zee leeg! |||||stepped out|||boomed||||||||| But when he stepped outside... Dolf's voice echoed across the camp: 'Peter, fish the sea empty!'

Bertho, zorg voor vlees. Bertho, take care of the meat.

Martha, ga op zoek naar bessen en knollen! |||||Beeren|| |||||berries|| Martha, go look for berries and tubers!

Carl, we moeten vers water hebben, tientallen tonnen vol!' En de kinderen zwermden uit, grommend, ontevreden, teleurgesteld en verbitterd. |||||||Tonnen||||||||unzufrieden||| |||||||tens of tons|||||swarmed|||discontented|disappointed|| Carl, we need fresh water, tons of it!' And the children swarmed out, grumbling, dissatisfied, disappointed, and bitter.

Een uur later kwam een groep triomfantelijk het kamp binnenstormen. ||||||triomphierend||| ||||||triumphantly|||storming in An hour later, a group stormed into the camp triumphantly.

Ze zwaaiden opgewonden met een trofee: een groot krom mes, dat ze de enige kapitein die ze te pakken hadden gekregen, hadden afgenomen. ||||||||||||||Kapitan||||||||abgenommen |waved|excitedly|||trophy|||curved||||||captain||||capture||||taken from They waved excitedly with a trophy: a large curved knife, which they had taken from the only captain they had managed to catch.

Dolf vroeg niet wat er met de man gebeurd was: hij kon het wel raden. ||||||||||||||guess Dolf didn't ask what had happened to the man: he could guess.

Anselmus kreeg een snelle, slordige begrafenis. ||||nachlässige| ||||sloppy|burial Anselmus erhielt eine schnelle, schlampige Beerdigung. Anselmus received a quick, sloppy burial.

Frieda en Mariecke verbonden schrammen en kapotgestoten voetjes. ||||scratches||bumped| Frieda und Mariecke verbanden Schrammen und kaputtgestoßene Füße. Frieda and Mariecke connected scratches and bruised little feet.

De avond verliep vrij rustig. Der Abend verlief recht ruhig. The evening went quite calmly.

De kinderen kookten en aten, ze gingen vroeg slapen, uitgeput door alle emoties. ||kochten|||||||||| ||cooked|||||||exhausted by||| The children cooked and ate, they went to bed early, exhausted by all the emotions.

Bij uitzondering bracht Dolf de nacht in de tent door, samen met Mariecke en de baronskinderen. |Ausnahmsweise|brachte||||||||||||| |exception|||||||||||||| Ausnahmsweise verbrachte Dolf die Nacht im Zelt, zusammen mit Mariecke und den Baronskindern. Exceptionally, Dolf spent the night in the tent with Mariecke and the baronial children.

Nicolaas lag op zijn bed van droog zeewier en sprak geen woord. |||||||Seetang|||| |||||||seaweed|||| Nicolaas lag auf seinem Bett aus trockenem Seegras und sprach kein Wort. Nicholas lay on his bed of dry seaweed and did not speak a word.

Johannis vertoonde zich niet, hij was bij Frieda in het ziekenkamp gebleven waar hij zich blijkbaar het veiligst voelde. ||||||||||||||sich||am sichersten|sichersten| |showed up||||||||||||||apparently||safest| Johannis zeigte sich nicht, er war bei Frieda im Lazarett geblieben, wo er sich anscheinend am sichersten fühlte.