×

Vi använder kakor för att göra LingQ bättre. Genom att besöka sajten, godkänner du vår cookie-policy.

image

Short Stories In Dutch For Beginners, De Gekke Loempia - Hoofdstuk 2 – Nederland

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 2 – Nederland

Hoofdstuk 2 – Nederland

Ons vliegtuig landt in Amsterdam. Mijn vriend Arnoud wacht op de luchthaven. ‘Hallo Daniel!', zegt hij. Hij geeft me een stevige knuffel. ‘Ik ben zo blij dat je er bent!'

‘Hoi Arnoud! Het is geweldig om je te zien!', antwoord ik. Arnoud kijkt naar mijn zus Julia. Ik stel ze aan elkaar voor. ‘Dit is mijn vriend Arnoud en dit is mijn zus Julia.'

Arnoud kust Julia op elke wang. ‘Hallo Julia. Leuk je te ontmoeten!'

Mijn zus is erg verlegen. Ze is vooral verlegen als ze nieuwe mensen ontmoet. ‘Hallo … Arnoud', zegt ze. Haar gezicht wordt rood. Dan wordt ze stil.

‘Je zus is erg verlegen, hè?', zegt Arnoud glimlachend tegen me.

‘Ja, dat klopt, maar ze is erg aardig', zeg ik.

Even later gaan we naar de flat van Arnoud. Daar zullen we het hele trimester blijven. We nemen een taxi. Na 30 minuten komen we in het centrum van Amsterdam aan. De taxi kost 41 euro en 50 cent. Arnoud zegt dat dit het gebruikelijke tarief is in dit deel van de stad. We betalen in de taxi en stappen uit.

Het is slechts een korte wandeling naar de flat van Arnoud. Het is juni en het is erg warm. Maar er is een prettige wind die ons afkoelt.

We komen rond lunchtijd bij de flat aan. Mijn zus en ik hebben erg veel honger. ‘Arnoud', zeg ik. ‘Waar kunnen we gaan eten?'

‘Er zijn een paar goede restaurants in de buurt.'

‘Welk soort gerechten hebben ze?'

‘Eén van de restaurants, De Gekke Loempia, heeft fantastische loempia's. Ik kan het je erg aanbevelen. Je kan er met de bus naartoe. En er is een ander restaurant met heerlijke vis. Dat is hier om de hoek.'

‘Julia, wil jij een loempia?', vraag ik mijn zus.

‘Ja, graag! Ik heb zo'n honger!', antwoordt ze.

Arnoud kan niet met ons meegaan. Hij is leraar en hij moet lesgeven. Dus gaan Julia en ik op weg naar het loempiarestaurant. Het is een korte wandeling naar het busstation. ‘Hmm … Wacht even, welke bus gaat naar het loempiarestaurant?', vraag ik Julia.

‘Dat weet ik niet …' antwoordt ze. ‘Laten we het aan hem vragen.' Ze wijst naar een man met een wit overhemd.

We lopen naar de man toe. Hij glimlacht. ‘Hallo! Kan ik jullie helpen?'

‘Hallo. Hoe komen we bij het restaurant De Gekke Loempia?', vraag ik.

‘Dat is heel eenvoudig! Bus 35 gaat die kant op. Hij gaat rechtstreeks naar De Gekke Loempia. Er is alleen een klein probleem.'

‘Wat is er?', vraag ik.

‘Die bus is meestal op dit moment overvol.'

‘Oké. Dank u wel!', zeggen we.

Op weg naar de bushalte praten Julia en ik met elkaar. De bus vindt ze geen goed idee. ‘Daniel', zegt ze, ‘laten we gewoon in het visrestaurant gaan eten. Dat is gemakkelijker. Ik wil niet met een overvolle bus mee.'

‘Dat weet ik … maar wacht even! Ik heb een idee. Ik neem de bus naar De Gekke Loempia. Jij gaat naar het visrestaurant.'

‘Waarom?'

‘Op die manier kunnen we de twee restaurants met elkaar vergelijken.'

‘Oh. Goed idee. Oké. Veel plezier! Ik bel je straks wel op je mobieltje', roept ze en ze loopt weg.

Ik stap in de volgende bus en ik ga zitten. Het openbaar vervoer in Amsterdam is erg goed. Ik weet dat ik me nergens zorgen om hoef te maken. Ik ben erg moe. Ik val snel in slaap. Ik word na een tijdje wakker. De bus is gestopt. Niemand anders dan de chauffeur zit in de bus. ‘Neem me niet kwalijk', zeg ik. ‘Waar zijn we?'

‘We zijn in Maastricht aangekomen', antwoordt hij.

‘Wat zegt u? Maastricht? Zijn we in Maastricht? Hoe kan dat nou?', zeg ik.

‘Nou, dit is de snelbus. Hij gaat rechtstreeks van Amsterdam naar Maastricht', zegt hij tegen me. Ik kan het niet geloven. Ik heb de verkeerde bus genomen. Wat doe ik nu? Ik bedank de chauffeur en stap de bus uit. Dan pak ik mijn mobieltje. Ik wil mijn zus bellen, maar het lukt niet. Mijn batterij is leeg! Ik kijk op mijn horloge. Het is net na vijf uur ‘s middags. Mijn zus weet niet waar ik ben. Ze zal zich echt zorgen maken. Ik moet haar zien te bereiken. Ik zoek een telefooncel!

Ik vraag op straat aan een dame waar een telefooncel is. ‘Daar staat er één', zegt ze en wijst. ‘Kijk, daar aan de overkant.'

Ik bedank haar en ik ga naar de telefooncel. Maar als ik er ben, realiseer ik me nog iets. Julia's telefoonnummer staat in het geheugen van mijn mobiel. Ik kan mijn mobiel niet aanzetten. Eindelijk heb ik een telefoon, maar ik heb geen nummer. Wat nu? Ik denk even na. Dan realiseer ik me weer iets. Ik heb echt honger. Ik heb sinds het ontbijt niets gegeten! Ik besluit om een restaurant te zoeken. Ik kan straks verder over mijn probleem nadenken.

Verderop in de straat vind ik een restaurant. De ober komt naar mijn tafel. ‘Goedenavond!', zegt hij heel vrolijk.

‘Goedenavond', antwoord ik.

‘Wat zal het zijn?'

Ik kijk snel naar het menu. ‘Mag ik … een loempia?' zeg ik in het Nederlands.

‘Pardon? Ik begrijp u niet', antwoordt hij in het Nederlands.

Ik probeer het opnieuw. Mijn Nederlands kan toch niet zo slecht zijn. ‘Hm … mag ik een loempia?' Ik wijs als een gek naar het woord loempia op het menu. Dan zeg ik het nog eens in het Engels. Dan glimlacht de ober en zegt in het Engels: ‘Bedankt. Ik kom hier niet vandaan. Ik ben hier pas kort en mijn Nederlands is niet zo goed.'

Ik begin heel hard te lachen. Veel mensen in het restaurant draaien zich om en kijken. Op dat moment voel ik me opgelaten. Ik hoefde niet zo hard te lachen. Maar het kan me niet schelen. Het is allemaal teveel. Deze hele situatie is gewoon zo vreemd! Mijn zus en ik wilden samen een loempia gaan eten. En hier zit ik dan een loempia te eten—maar dan wel alleen in Maastricht! En mijn zus weet niet waar ik ben. Het is zo ironisch!

Ik eet alles op en betaal de rekening. Dan realiseer ik me mijn situatie. Wat doe ik nu? Mijn mobieltje werkt niet. Er is een telefooncel, maar ik heb het nummer van mijn zuster niet. Wat kan ik doen? Dan weet ik het. Ik kan naar Londen bellen! Ik ken het vaste telefoonnummer van mijn moeder en vader.

Ik ga terug naar de telefooncel. Ik bel het nummer van mijn ouders. Het gaat vier keer over. Eindelijk zegt mijn moeder: ‘Hallo?'

‘Hoi mam. Ik ben het, Daniel.'

‘Daniel?', zegt ze. ‘Hoe gaat het met je? Hoe vind je Amsterdam?'

‘Het is er prima. Hm … mam. Ik heb een probleempje.'

‘Wat is er? Is er iets gebeurd?

‘Nee, mam, maar wil je alsjeblieft Julia bellen? Zeg haar dan dat ik in Maastricht ben. En vertel haar dat de batterij van mijn mobiel leeg is.'

‘In Maastricht? Wat doe je in Maastricht? !'

‘Het is een lang verhaal, mam. Ik vertel je later wel meer.'

We zeggen elkaar gedag. Ik besluit om een hotelkamer te nemen. Verderop in de straat is er één beschikbaar. Ik kan morgen terug naar Amsterdam. Op dit moment heb ik slaap nodig.

Ik betaal met contant geld voor een overnachting. Ik heb geen creditcards bij me. Ik ga naar mijn kamer. Ik trek mijn kleren uit en ga naar bed. Ik doe het licht uit en ga slapen. Ik ben doodmoe. Wat een gekke dag!

Hoofdstuk 2 Overzicht

Samenvatting

Daniel en Julia komen in Amsterdam aan. Arnoud, de vriend van Daniel, ontmoet ze op de luchthaven. Ze gaan allemaal naar de flat van Arnoud. Daniel en Julia hebben honger. Arnoud beveelt twee restaurants aan. Julia loopt naar een visrestaurant. Daniel neemt een bus naar een loempiarestaurant. In de bus valt Daniel in slaap. Hij wordt in Maastricht wakker! Zijn telefoon werkt niet. Hij kent het telefoonnummer van zijn zus niet. Uiteindelijk belt hij zijn moeder. Dan overnacht hij in een hotel.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 2 – Nederland |Сумасшед|Ломпия|Глава| |Fou|Rouleau de printemps||Pays-Bas The|Crazy|Spring roll|Chapter| The|||| |疯狂的|春卷|第一章| ||Ломпія||Нідерланди Die verrückte Frühlingsrolle - Kapitel 2 - Niederlande The crazy spring roll - Chapter 2 - Netherlands El rollito de primavera loco - Capítulo 2 - Países Bajos Le rouleau de printemps fou - Chapitre 2 - Pays-Bas L'involtino primavera pazzo - Capitolo 2 - Paesi Bassi 狂気の春巻き - 第2章 - オランダ Beprotiškas pavasario ritinėlis - 2 skyrius - Nyderlandai Szalona sajgonka - Rozdział 2 - Holandia O rolinho primavera louco - Capítulo 2 - Países Baixos Безумный спринг-ролл - Глава 2 - Нидерланды Den galna vårrullen - Kapitel 2 - Nederländerna Çılgın Çin böreği - Bölüm 2 - Hollanda Божевільний спрінг-рол - Розділ 2 - Нідерланди 疯狂春卷 - 第二章 - 荷兰 疯狂的洛姆皮亚 - 第 2 章 - 荷兰

**Hoofdstuk 2 – Nederland** Chapitre 2 – Pays-Bas|Pays-Bas розділ| Chapter 2 - Netherlands Глава 2 - Нидерланды

Ons vliegtuig landt in Amsterdam. ||приземляется|| |Notre avion atterrit à Amsterdam.|atterrit à|| |Our plane lands|lands||Amsterdam |Unser Flugzeug landet in Amsterdam.||| 我们的|飞机|降落|| |طائرتنا||| Our plane lands in Amsterdam. Mūsų lėktuvas nusileidžia Amsterdame. Наш самолет приземляется в Амстердаме. Mijn vriend Arnoud wacht op de luchthaven. |друг||ждет|||аэропорт Mon||||||aéroport My|My friend|Arnoud|is waiting|||airport ||||||аеропорті |朋友|阿尔诺|在等||| My friend Arnoud is waiting at the airport. Мой друг Арнуд ждет в аэропорту. ‘Hallo Daniel!', zegt hij. |« Bonjour Daniel ! »|| |"Hello Daniel!" he says.|| "Hello Daniel!" he says. Привет, Дэниел!" - говорит он. Hij geeft me een stevige knuffel. ||||крепкий|объятие |donne|||| He||me||tight|hug ||||feste| ||||有力的|拥抱 Er umarmt mich fest. He gives me a firm hug. Он крепко обнимает меня. Bana sıkıca sarıldı. ‘Ik ben zo blij dat je er bent!' ||так|||||находишься |||froh|||| ||çok||||| |||happy|||| Ich bin so froh, dass du hier bist! "I'm so glad you're here! "Я так рада, что ты здесь!

‘Hoi Arnoud! Hi| Hallo Arnoud! 'Hi Arnoud! Het is geweldig om je te zien!', antwoord ik. ||||||видеть|| ||C'est génial|||||| ||great|||||answered| ||Es ist toll|||||| ||harika||||||ben ||太棒了|||||| ||||||أراك|| Es ist schön, dich zu sehen", antworte ich. It's great to see you!", I reply. Рад вас видеть!", - отвечаю я. 很高兴见到你!"我回答道。 Arnoud kijkt naar mijn zus Julia. |||||Julia Arnoud(1)||||| Arnoud sieht meine Schwester Julia an. Arnoud looks at my sister Julia. Арнуд смотрит на мою сестру Джулию. Ik stel ze aan elkaar voor. Я|представляю|||друг другу|представляю ||||l'un à l'autre|à I|introduce|||each other|to |tanıştırıyorum|||| |介绍|||彼此| ||||один одному| Ich stelle sie einander vor. I introduce them to each other. Я представляю их друг другу. Onları birbirleriyle tanıştırıyorum. 我把他们介绍给对方。 ‘Dit is mijn vriend Arnoud en dit is mijn zus Julia.' 这|||||||||妹妹|朱莉亚 ||||||dies|||| ||||||||||Julia ||мой|друг||||||| "This is my friend Arnoud and this is my sister Julia. "Это мой друг Арнуд, а это моя сестра Джулия".

Arnoud kust Julia op elke wang. |целует|||каждую|щеке |embrasse|||chaque|joue |kisses||||cheek |цілує||||щоку |亲吻|||每个|脸颊 Arnoud kisses Julia on each cheek. Арнуд целует Джулию в каждую щеку. 阿诺德分别亲吻了朱莉娅的脸颊。 ‘Hallo Julia. Leuk je te ontmoeten!' |||рад тебя встретить |||Freut mich, dich kennenzulernen! |||Nice to meet |||见到你 Nice to meet you! Приятно познакомиться!

Mijn zus is erg verlegen. ||||стеснительная ||||timide ||||shy ||||сором'язливий ||||害羞 My sister is very shy. Adik saya sangat pemalu. Моя сестра очень застенчива. Ze is vooral verlegen als ze nieuwe mensen ontmoet. ||особенно||||||встречает |||schüchtern||||| ||especially|shy||||people|meets ||||||||зустрічає |||害羞||||| Sie ist besonders schüchtern, wenn sie neue Menschen trifft. She is especially shy when meeting new people. Она особенно застенчива при знакомстве с новыми людьми. ‘Hallo … Arnoud', zegt ze. 'Hello ... Arnoud,' she says. Привет... Арнуд, - говорит она. Haar gezicht wordt rood. |лицо|| |||rot |Her face|turns|red |обличчя|| Her face turns red. Ее лицо краснеет. 她的脸涨得通红。 Dan wordt ze stil. |||тихой |||quiet тоді|стає|вона|тиха Then she becomes silent. Затем она умолкает. 然后她就安静了。

‘Je zus is erg verlegen, hè?', zegt Arnoud glimlachend tegen me. ||||стеснительная|не правда ли|||улыбаясь|| ||||||||en souriant|| ||||shy|isn't she||Arnoud|smiling|to| ||||||||lächelnd|| ||||||||微笑着|对| ||||сором'язливий|||||| Deine Schwester ist sehr schüchtern, nicht wahr?", sagt Arnoud lächelnd zu mir. "Your sister is very shy, isn't she," Arnoud says to me, smiling. Твоя сестра очень застенчива, не так ли, - говорит мне Арнуд, улыбаясь. 你妹妹很害羞吧,"阿诺德微笑着对我说。

‘Ja, dat klopt, maar ze is erg aardig', zeg ik. ||верно|||||милая|говорю| |||||||"nett"|| ||is correct|but||||"kind"|I say| ||对||||非常|很友好|我说|我 Ja, das ist sie, aber sie ist sehr nett", sage ich. 'Yes, that's right, but she's very nice,' I say. Да, она такая, но очень милая, - говорю я. 是的,她是,但她人很好,"我说。

Even later gaan we naar de flat van Arnoud. 稍后|稍后|||||公寓|| even|later|||||apartment|| |позже|||||квартиру|| Wenig später gehen wir zu Arnouds Wohnung. A little later we go to Arnoud's apartment. Чуть позже мы отправляемся в квартиру Арнуда. Daar zullen we het hele trimester blijven. |将|||整个|学期|待 There|will|||whole|whole term|stay Wir werden dort das ganze Semester über bleiben. There we will stay for the entire trimester. Мы останемся там на весь срок. 我们将在那里呆上整个学期。 We nemen een taxi. |乘坐|| |take||a taxi |беремо|| |||такси We take a cab. Мы берем такси. Na 30 minuten komen we in het centrum van Amsterdam aan. 我们||||||市中心||| after||||||city center||| After 30 minutes, we arrive in downtown Amsterdam. Через 30 минут мы прибываем в центр Амстердама. 30 分钟后,我们抵达阿姆斯特丹市中心。 De taxi kost 41 euro en 50 cent. |出租车||||分 ||costs|euros||cents |||||центов The cab costs 41 euros and 50 cents. Такси стоит 41 евро и 50 центов. Arnoud zegt dat dit het gebruikelijke tarief is in dit deel van de stad. |||||обычное|тариф||||части||| |||||übliche|||||||| |||||usual|rate||||part|||city |||||惯常|||||||| Arnoud sagt, dass dies der übliche Preis in diesem Teil der Stadt ist. Arnoud says this is the usual rate in this part of town. Arnoud mengatakan bahwa ini adalah tarif yang biasa berlaku di daerah ini. Арнуд говорит, что это обычная цена в этой части города. 阿诺德说,这是该地区的通常价格。 We betalen in de taxi en stappen uit. |付钱|||||下车| ||||||get out|out ||||||выходим| Wir bezahlen im Taxi und steigen aus. We pay in the cab and get out. Мы расплачиваемся в такси и выходим. 我们在出租车上付了钱,然后下了车。

Het is slechts een korte wandeling naar de flat van Arnoud. Это||всего лишь|||прогулка|||квартиру|| ||nur|||kurzer Spaziergang||||| ||only|||short walk||||| ||лише|||||||| ||仅仅||短的|步行|||公寓|| Es ist nur ein kurzer Spaziergang zu Arnouds Wohnung. It is only a short walk to Arnoud's apartment. До квартиры Арнуда всего несколько минут ходьбы. Arnoud'un dairesine sadece kısa bir yürüyüş mesafesinde. 从这里步行到阿诺德的公寓很近。 Het is juni en het is erg warm. ||июнь||||| ||June||||very| |||||||тепло ||六月|||||热 It is June and it is very hot. Сейчас июнь, и очень жарко. 现在是六月,天气非常炎热。 Maar er is een prettige wind die ons afkoelt. ||||приятный|ветер|||охлаждает нас ||||angenehm|||| ||||pleasant|wind|||cools us down |||||||我们|降温 Aber eine angenehme Brise kühlt uns ab. But there is a pleasant wind that cools us down. Tapi angin sepoi-sepoi yang menyenangkan mendinginkan kami. Но приятный ветерок охлаждает нас. Ama hoş bir esinti bizi serinletiyor. 但一阵惬意的微风吹来,让我们顿感凉爽。

We komen rond lunchtijd bij de flat aan. ||около|время обеда|||| |||l'heure du déjeuner|||| ||around|lunchtime|||apartment| Wir kommen gegen Mittag in der Wohnung an. We arrive at the apartment around lunchtime. Мы приезжаем в квартиру около обеда. 我们大约在午餐时间到达公寓。 Mijn zus en ik hebben erg veel honger. |||||||голод My sister and I are very hungry. Мы с сестрой очень голодны. ‘Arnoud', zeg ik. ‘Waar kunnen we gaan eten?' |||идти| "Where can we go for dinner? "Куда мы можем пойти на ужин? "Akşam yemeği için nereye gidebiliriz?

‘Er zijn een paar goede restaurants in de buurt.' |||||рестораны|||в окрестностях |||a few||restaurants|||neighborhood |||||||в|районі In der Nähe gibt es einige gute Restaurants. 'There are some good restaurants nearby.' "چند رستوران خوب در همین نزدیکی هست." Поблизости есть несколько хороших ресторанов. "Yakınlarda iyi restoranlar var.

‘Welk soort gerechten hebben ze?' Какой|вид|блюда|имеют|они |Art||| which|type|dishes|| |种类|菜肴|| "What kind of dishes do they have? "چه نوع ظروفی دارند؟" "Какая у них посуда? "Ne tür yemekleri var? 他们有什么样的菜肴?

‘Eén van de restaurants, De Gekke Loempia, heeft fantastische loempia's. один|||||смешной|Ломпия||фантастические|лумпии |||||||||rouleaux de printemps One|||||Crazy|Spring roll||fantastic|spring rolls |||||||||Frühlingsrollen Eines der Restaurants, De Gekke Loempia, hat fantastische Frühlingsrollen. 'One of the restaurants, De Gekke Loempia, has fantastic spring rolls. یکی از رستوران ها، De Gekke Loempia، دارای اسپرینگ رول های فوق العاده است. В одном из ресторанов, De Gekke Loempia, готовят фантастические спринг-роллы. 其中一家名为 De Gekke Loempia 的餐厅的春卷非常好吃。 Ik kan het je erg aanbevelen. |||||рекомендовать |||||recommander ||it|||highly recommend |||||empfehlen Ich kann es nur empfehlen. I highly recommend it. Очень рекомендую. Şiddetle tavsiye ederim. 我强烈推荐。 Je kan er met de bus naartoe. |||||автобусе| du||||||dorthin ||||||to it Sie können mit dem Bus dorthin fahren. You can go there by bus. Вы можете добраться туда на автобусе. Oraya otobüsle gidebilirsiniz. 您可以乘坐公共汽车前往。 En er is een ander restaurant met heerlijke vis. ||||другой|||вкусной| |||||||köstlichen| |there||||||delicious|fish And there is another restaurant with delicious seafood. И еще один ресторан с вкусной рыбой. Ve lezzetli balıkları olan başka bir restoran var. 此外,还有一家餐厅提供美味的鱼。 Dat is hier om de hoek.' |||||угол ||here|||around the corner That's right around the corner. همین نزدیک است. Это совсем рядом". Hemen köşeyi dönünce.' 就在拐角处

‘Julia, wil jij een loempia?', vraag ik mijn zus. ||you||spring roll|||| "Julia, would you like an egg roll?", I ask my sister. Джулия, хочешь яичный рулет?" - спрашиваю я сестру. 朱莉娅,你想吃蛋卷吗?"我问妹妹。

‘Ja, graag! 'Yes, please! Да, пожалуйста! Ik heb zo'n honger!', antwoordt ze. ||такой||| ||such||answers| I'm so hungry!" she replied. Я так голодна!" - отвечает она.

Arnoud kan niet met ons meegaan. |||||пойти с нами |||||venir avec |||||mitkommen |||||come along Arnoud cannot go with us. آرنود نمی تواند با ما بیاید. Арнуд не сможет присоединиться к нам. Arnoud bize katılamaz. 阿诺德不能加入我们。 Hij is leraar en hij moet lesgeven. ||учитель||||преподавать урок ||||||donner des cours ||Er ist Lehrer.||||Unterricht geben ||teacher||||teach classes Er ist ein Lehrer und muss unterrichten. He is a teacher and he has to teach. Он учитель и должен учить. Dus gaan Julia en ik op weg naar het loempiarestaurant. |||||||||ресторан лумп |||||||||restaurant de loempias |||||||||spring roll restaurant So Julia and I set out for the spring roll restaurant. بنابراین من و جولیا به سمت رستوران اسپرینگ رول می رویم. Поэтому мы с Джулией отправились в ресторан, где подают спринг-роллы. Het is een korte wandeling naar het busstation. |||||||автобусная стан |||||||la gare routière ||||short walk|||bus station It is a short walk to the bus station. До автобусной станции - несколько минут ходьбы. Otobüs durağına kısa bir yürüyüş mesafesindedir. ‘Hmm … Wacht even, welke bus gaat naar het loempiarestaurant?', vraag ik Julia. Хмм||||автобус||||||| |warte mal|||||||||| "Hmm ... Wait a moment, which bus goes to the spring roll restaurant?" I ask Julia.|"Wait"|just|||||||||Julia "Hmm ... Wait a minute, which bus goes to the spring roll restaurant?", I ask Julia. Хм... Минуточку, какой автобус идет к ресторану спринг-роллов?", - спрашиваю я Джулию. 嗯......等等,哪路公交车去春卷餐厅?

‘Dat weet ik niet …' antwoordt ze. 'I don't know ...' she replied. "Я не знаю...", - отвечает она. ‘Laten we het aan hem vragen.' Ze wijst naar een man met een wit overhemd. давайте||это||ему|||указывает||||||белой|рубашка let|we||to|him|||points|||man|||white|white shirt "Let's ask him. She points to a man wearing a white shirt. "بیا از او بپرسیم." او به مردی با پیراهن سفید اشاره می کند. Давайте спросим его, - она указывает на мужчину в белой рубашке. 让我们问问他。她指着一个穿着白衬衫的男人。

We lopen naar de man toe. |||||к мужчине ||||man|up to We walk up to the man. به سمت مرد می رویم. Мы подходим к мужчине. 我们走向那个人。 Hij glimlacht. |He smiles. He smiles. Он улыбается. 他笑了 ‘Hallo! Привет Kan ik jullie helpen?' |||help you Can I help you? Я могу вам помочь?

‘Hallo. Hoe komen we bij het restaurant De Gekke Loempia?', vraag ik. ||||||в|Гекке||| |||||||Crazy||| |||||||crazy||| How do we get to the restaurant The Crazy Spring Roll?", I ask. Как нам добраться до ресторана De Gekke Loempia?", - спрашиваю я.

‘Dat is heel eenvoudig! |||просто |||Das ist einfach! ||very|"very simple" |||просто Das ist ganz einfach! 'That's very simple! این خیلی ساده است! Это очень просто! Bus 35 gaat die kant op. |||в ту сторону| |||Richtung| |||that way|that direction |||ту сторону| Der Bus 35 fährt in diese Richtung. Bus 35 goes that way. اتوبوس 35 به آن سمت می رود. Bus 35 menuju ke arah sana. Autobus 35 jedzie w tamtym kierunku. Автобус 35 идет в ту сторону. 35 路公交车经过那里。 Hij gaat rechtstreeks naar De Gekke Loempia. ||прямо|||| ||directement|||| ||direkt|||| ||directly|||crazy|Spring roll It goes straight to The Crazy Spring Roll. Он отправляется прямиком к "Бешеному пуме". 他直奔 "疯狂美洲狮"。 Er is alleen een klein probleem.' ||только||| there|||||problem There's just a little problem. فقط یک مشکل کوچک وجود دارد.' Есть только небольшая проблема". 只有一个小问题。

‘Wat is er?', vraag ik. "What is it?", I ask. Что это?" - спрашиваю я.

‘Die bus is meestal op dit moment overvol.' |||обычно|||момент времени|переполнен до |||||||trop plein |||meistens||||überfüllt |||usually||||"overcrowded" Dieser Bus ist normalerweise im Moment überfüllt. 'That bus is usually overcrowded at this time.' Этот автобус сейчас обычно переполнен. 那辆公交车现在通常人满为患。

‘Oké. Okay Dank u wel!', zeggen we. |||говорим| Thank you||thank you||

Op weg naar de bushalte praten Julia en ik met elkaar. ||||автобусная останов||||||друг с другом ||||bus stop|talk|||||each other |||||||||один з одним| On the way to the bus stop, Julia and I talk to each other. По дороге к автобусной остановке мы с Джулией разговариваем друг с другом. De bus vindt ze geen goed idee. ||находит||||идея ||||||Idee the|||they||| The bus doesn't think it's a good idea. او فکر نمی کند اتوبوس ایده خوبی باشد. Ей не нравится автобус. 她不喜欢公交车。 ‘Daniel', zegt ze, ‘laten we gewoon in het visrestaurant gaan eten. |||давай||просто|||рыбный ресторан|| |||||einfach||||| |||let's||just|||fish restaurant|"go"| |||давай||||в цьому||| Daniel", sagt sie, "lass uns einfach in dem Fischrestaurant essen. 'Daniel,' she says, 'let's just go eat at the fish restaurant. او می‌گوید: «دانیل، بیا برویم در رستوران غذاهای دریایی غذا بخوریم. Дэниел, - говорит она, - давай просто поедим в ресторане морепродуктов. Dat is gemakkelijker. ||легче Das||Das ist einfacher. ||That is easier. Das ist einfacher. That's easier. این راحت تر است. Так проще. 那就简单多了。 Ik wil niet met een overvolle bus mee.' |||||переполненный||ехать |||||overcrowded||"along" I don't want to go on an overcrowded bus. Saya tidak ingin bergabung dengan bus yang penuh sesak. Я не хочу ехать в переполненном автобусе".

‘Dat weet ik … maar wacht even! ||||wait| 'I know that ... but wait a minute! "می دانم... اما یک دقیقه صبر کن! Я знаю это... но подождите минутку! 我知道......但请等一下! Ik heb een idee. I have an idea. У меня есть идея. Ik neem de bus naar De Gekke Loempia. |"I take"|||||| I'm taking the bus to The crazy spring roll. من با اتوبوس به De Gekke Loempia می روم. Я сажусь на автобус до "Сумасшедшего источника". 我乘车前往 "疯狂之泉"。 Jij gaat naar het visrestaurant.' ||||fish restaurant You go to the seafood restaurant. شما به رستوران ماهی بروید. Вы идете в ресторан морепродуктов". 你去海鲜餐厅。

‘Waarom?' Why "Why? "Почему?

‘Op die manier kunnen we de twee restaurants met elkaar vergelijken.' на||способом||||||||сравнить ||||||||||comparer ||way|||||||each other|compare ||||||||||vergleichen ||||||||||порівнювати "That way we can compare the two restaurants. Таким образом, мы сможем сравнить два ресторана. 这样,我们就可以比较这两家餐厅了。

‘Oh. О. Goed idee. Good idea. Oké. Veel plezier! |удовольствия Much|Have fun! |задоволення Have fun! Веселитесь! Ik bel je straks wel op je mobieltje', roept ze en ze loopt weg. |позвоню||позже||||мобильник|говорит||||| ||||schon|||Handy|ruft||||| |call||"in a bit"|"will"|||cell phone|shouts||||walks|away |||||||portable|||||| I'll call you on your cell phone later," she calls and walks away. Я позвоню тебе на мобильный позже", - кричит она и уходит.

Ik stap in de volgende bus en ik ga zitten. |вхожу|||следующий||||| |step|||next|||I||sit |сідаю|||наступний||||| I get on the next bus and I sit down. سوار اتوبوس بعدی می شوم و می نشینم. Я захожу в следующий автобус и сажусь. 我上了下一班车,然后坐下。 Het openbaar vervoer in Amsterdam is erg goed. |общественный|транспорт||||| |öffentlichen|öffentliche Verkehrsmittel||||| |public|public transport||||very| |громадський|транспорт||||| Die öffentlichen Verkehrsmittel in Amsterdam sind sehr gut. Public transportation in Amsterdam is very good. Общественный транспорт в Амстердаме очень хорошо развит. 阿姆斯特丹的公共交通非常发达。 Ik weet dat ik me nergens zorgen om hoef te maken. Я|||||ни о чем|беспокоиться||должен|| ||||||Sorgen||muss|| |know|||myself|anything|worry||"need to"||worry about |||||ніде|переживати|||| Ich weiß, dass ich nichts zu befürchten habe. I know I have nothing to worry about. میدونم هیچی برای نگرانی ندارم Saya tahu bahwa saya tidak perlu khawatir. Wiem, że nie mam się czym martwić. Я знаю, что мне не о чем беспокоиться. Ik ben erg moe. |||very tired I am very tired. Я очень устала. Ik val snel in slaap. |засыпаю|быстро||сон I|fall|||fall asleep I quickly fall asleep. سریع خوابم می برد. Saya segera tertidur. Я быстро засыпаю. Ik word na een tijdje wakker. Я|я|||некоторое время|просыпаюсь |"I wake up"|after||while|wake up |прокидаюся|через|один|трохи часу|прокидаюся I wake up after a while. بعد از مدتی از خواب بیدار می شوم. Через некоторое время я просыпаюсь. Bir süre sonra uyanıyorum. 过一会儿我就醒了。 De bus is gestopt. |||остановилась |||has stopped The bus stopped. Автобус остановился. 公交车停了下来。 Niemand anders dan de chauffeur zit in de bus. никто||||водитель|сидит||| ||||le chauffeur|||| nobody|else|||driver|||| No one but the driver is on the bus. هیچکس جز راننده در اتوبوس نیست. В автобусе нет никого, кроме водителя. 除了司机,车上没有其他人。 ‘Neem me niet kwalijk', zeg ik. не берите|||обижайся на|| |||schlecht|| Excuse|||"amiss"|| Візьми|мене|не|вибачте|| Entschuldigung", sage ich. ‘Excuse me', I say. "Disculpe", le digo. Извините, - говорю я. 对不起,"我说。 ‘Waar zijn we?' |are| |є| ‘Where are we?' "Где мы?

‘We zijn in Maastricht aangekomen', antwoordt hij. ||||прибыли|| |||Maastricht|arrived|| ||||||він ‘We have arrived in Maastricht', he replies. Мы прибыли в Маастрихт, - ответил он. 我们到达了马斯特里赫特,"他回答道。

‘Wat zegt u? 'What are you saying? Что вы говорите? Maastricht? Мастрихт Maastricht? Маастрихт? Zijn we in Maastricht? Are we in Maastricht? Мы в Маастрихте? Hoe kan dat nou?', zeg ik. "How"|||now|| Wie kann das sein?", sage ich. How can that be," I say. چطور ممکن است؟»، می گویم. Как такое может быть?", - говорю я. 怎么可能?"我说。

‘Nou, dit is de snelbus. ||||экспресс-ав ||||Schnellbus Well||||express bus 'Well, this is the express bus. Это экспресс-автобус. '嗯,这是快车。 Hij gaat rechtstreeks van Amsterdam naar Maastricht', zegt hij tegen me. ||прямо|||||||ко мне| ||direkt|||||||| ||directly||||Maastricht|||to| ||прямо|||||каже||мені| He goes straight from Amsterdam to Maastricht," he tells me. Он едет прямо из Амстердама в Маастрихт, - говорит он мне. "Amsterdam'dan doğruca Maastricht'e gidiyor," diyor bana. Ik kan het niet geloven. ||||верить ||||believe ||||вірити I can't believe it. Не могу поверить. Buna inanamıyorum. 我简直不敢相信。 Ik heb de verkeerde bus genomen. |||неправильный||взял |||wrong||taken |||неправильний|автобус|взяв I took the wrong bus. اتوبوس اشتباهی سوار شدم. Я села не на тот автобус. Yanlış otobüse binmişim. 我坐错车了 Wat doe ik nu? What do I do now? من الان چکار کنم؟ Что мне теперь делать? 我现在该怎么办? Ik bedank de chauffeur en stap de bus uit. |благодарю||||||| |remercie||||||| |thank||driver||get out||| |||||виходжу||| I thank the driver and get off the bus. Я благодарю водителя и выхожу из автобуса. Dan pak ik mijn mobieltje. |тогда||| |grab|||my cell phone Then I grab my cell phone. Затем я хватаю свой мобильный телефон. Sonra cep telefonumu aldım. 然后我拿起手机。 Ik wil mijn zus bellen, maar het lukt niet. ||||позвонить|||получается| |||||||es klappt nicht| ||||call||it|is not working| |||||||вдається| I want to call my sister, but it doesn't work. من می خواهم به خواهرم زنگ بزنم اما نمی توانم. Я хочу позвонить сестре, но ничего не получается. Kız kardeşimi aramak istiyorum ama işe yaramıyor. 我想给姐姐打电话,但打不通。 Mijn batterij is leeg! |батарея|| |batterie|| |Akku||leer |My battery is dead!||empty |||порожня My battery is dead! Моя батарея разрядилась! Ik kijk op mijn horloge. ||||часы ||||Uhr |look|||watch ||||годинник I look at my watch. Я смотрю на часы. Saatime bakıyorum. Het is net na vijf uur ‘s middags. ||just|||||in the afternoon It is just after five in the afternoon. درست بعد از پنج بعد از ظهر است. Сейчас чуть больше пяти часов дня. 现在是下午五点刚过。 Mijn zus weet niet waar ik ben. ||||||я є My sister doesn't know where I am. خواهرم نمی داند من کجا هستم. Моя сестра не знает, где я. Ze zal zich echt zorgen maken. она|будет|||волноваться|беспокоиться ||||worry| She will be really worried. او واقعاً نگران خواهد شد. Она будет очень волноваться. 她会非常担心的。 Ik moet haar zien te bereiken. |||||достигнуть её |||to see||reach |||||досягти I need to see her. باید بهش برسم Я должен постараться её достучаться. 我要见她 Ik zoek een telefooncel! |ищу||телефонная будка |||cabine téléphonique |||phone booth I'm looking for a telephone booth! Я ищу телефонную будку!

Ik vraag op straat aan een dame waar een telefooncel is. ||||||женщине|||| ||||||Dame|||| |||the street|||lady|||phone booth| I ask a lady on the street where a telephone booth is. از خانمی در خیابان می پرسم که جعبه تلفن کجاست. Я спрашиваю на улице даму, где находится телефонная будка. 我在街上问一位女士电话亭在哪里。 ‘Daar staat er één', zegt ze en wijst. там||||говорит|||указывает |||one||||points 'There's one over there,' she says, pointing. او با اشاره می گوید: "یکی آنجاست." Вон там, - говорит она и указывает. ‘Kijk, daar aan de overkant.' ||||напротив ||||de l'autre côté ||||gegenüber ||||other side 'Look, over there on the other side.' "نگاه کن، آن طرف آن طرف." Смотрите, вон там, на другой стороне. 看,在另一边。

Ik bedank haar en ik ga naar de telefooncel. |thank||||||| I thank her and I go to the phone booth. Я благодарю ее и направляюсь к телефонной будке. Maar als ik er ben, realiseer ik me nog iets. но|||||осознаю|||| |||||je me rends|||| |||there||realize|||| But when I get there, I realize something else. اما وقتی به آنجا می رسم متوجه چیز دیگری می شوم. Namun ketika saya sampai di sana, saya menyadari sesuatu yang lain. Но когда я приезжаю туда, я понимаю, что это совсем другое. Ama oraya vardığımda başka bir şeyin farkına vardım. 但当我到达那里时,我意识到了另外一件事。 Julia's telefoonnummer staat in het geheugen van mijn mobiel. Юлии|||||памяти|||мобильный телефон |numéro de téléphone||||mémoire||| Julias|||||Speicher||| Julia's|phone number|||the|memory|of||mobile phone Julias Telefonnummer ist im Speicher meines Handys gespeichert. Julia's phone number is in the memory of my cell phone. Nomor telepon Julia ada di memori ponselku. Номер телефона Джулии хранится в памяти моего мобильного. 我的手机内存里有朱莉娅的电话号码。 Ik kan mijn mobiel niet aanzetten. |||||включить |||||einschalten |||mobile phone||turn on Ich kann mein Handy nicht einschalten. I can't turn on my cell phone. Я не могу включить свой мобильный. 我无法打开手机。 Eindelijk heb ik een telefoon, maar ik heb geen nummer. Наконец-то||||||||| "Finally"||||phone|||||number Endlich habe ich ein Telefon, aber ich habe keine Nummer. Finally I have a phone, but I don't have a number. Наконец-то у меня есть телефон, но у меня нет номера. Wat nu? Was nun? Now what? И что теперь? Ik denk even na. |think|for a moment|about Ich denke einen Moment lang nach. I think for a moment. یک لحظه فکر می کنم. Я на мгновение задумался. Bir an düşündüm. 我想了一会儿。 Dan realiseer ik me weer iets. |осознаю|||снова|что-то |I realize|||again| Dann wird mir wieder etwas klar. Then I realize something again. بعد دوباره متوجه یه چیزی میشم И тут я снова кое-что понял. 然后我又意识到了什么。 Ik heb echt honger. ||дуже| Ich bin wirklich hungrig. I'm really hungry. Я очень голоден. 我真的饿了 Ik heb sinds het ontbijt niets gegeten! ||с тех пор|||ничего|ел ||since||breakfast|nothing|eaten I haven't eaten anything since breakfast! من از صبحانه چیزی نخوردم! Я ничего не ел с самого завтрака! Kahvaltıdan beri bir şey yemedim! 早餐后我什么都没吃! Ik besluit om een restaurant te zoeken. |решаю|||||искать |decide|||||to search I decide to find a restaurant. Я решаю найти ресторан. Bir restoran bulmaya karar verdim. Ik kan straks verder over mijn probleem nadenken. |||дальше||||подумать ||later|further||||think about Ich kann später weiter über mein Problem nachdenken. I can think further about my problem later. بعدا میتونم به مشکلم فکر کنم Я могу подумать о своей проблеме позже.

Verderop in de straat vind ik een restaurant. дальше||||находится||| Further down||||||| далі||||||| Weiter unten auf der Straße finde ich ein Restaurant. Further down the street, I find a restaurant. Lebih jauh di ujung jalan, saya menemukan sebuah restoran. Дальше по улице я нахожу ресторан. 再往前走,我发现了一家餐馆。 De ober komt naar mijn tafel. |официант|||| |The waiter||||table The waiter comes to my table. Официант подходит к моему столику. ‘Goedenavond!', zegt hij heel vrolijk. ||||весело "Good evening"||||cheerfully "Good evening!" he says very cheerfully. Добрый вечер!", - весело говорит он.

‘Goedenavond', antwoord ik. good evening|| Добрый вечер, - отвечаю я.

‘Wat zal het zijn?' |will||быть |will|| ||це| "What will it be? "Что это будет? "Ne olacak? 会是什么呢?

Ik kijk snel naar het menu. |смотрю||||меню |||||menu I take a quick look at the menu. Я бегло просматриваю меню. ‘Mag ik … een loempia?' zeg ik in het Nederlands. May I|||spring roll||||| "Can I have ... an egg roll?" I say in Dutch. Можно мне... яичный рулет?" - говорю я по-голландски. 我能吃......蛋卷吗?"我用荷兰语说。

‘Pardon? Извините Entschuldigung? Excuse me? 'Excuse me? Простите? Ik begrijp u niet', antwoordt hij in het Nederlands. |не понимаю||||||| |understand||||||| I don't understand you," he replied in Dutch. Я вас не понимаю, - ответил он по-голландски.

Ik probeer het opnieuw. |попробую||снова |I try||"again" I'll try again. Я попробую еще раз. Mijn Nederlands kan toch niet zo slecht zijn. Мой||||||плохо| |||after all|||bad| Surely my Dutch can't be that bad. هلندی من نمی تواند آنقدر بد باشد. Конечно, мой голландский не может быть настолько плохим. 我的荷兰语肯定不会那么糟糕。 ‘Hm … mag ik een loempia?' Ik wijs als een gek naar het woord loempia op het menu. Hmm|||||я|укажу||один|сильно||||лумпия||| |mag|||||zeige|||verrückt||||||| "Hm ... may I have a spring roll?" I point frantically at the word spring roll on the menu.||||||point|||crazy person|at||spring roll|||| Hm ... kann ich eine Frühlingsrolle haben?" Ich zeige wie verrückt auf das Wort Frühlingsrolle auf der Speisekarte. 'Hm ... can I have an egg roll?' I point like crazy at the word spring roll on the menu. "Хм... можно мне яичный рулет?" Я, как сумасшедший, показываю на слово "яичный рулет" в меню. "Hm... bir sigara böreği alabilir miyim? Menüdeki böreği deli gibi işaret ediyorum. 嗯......我能吃个蛋卷吗?我疯了似的指着菜单上的春卷两个字。 Dan zeg ik het nog eens in het Engels. |||||once||| Then I'll say it again in English. Затем я повторю это по-английски. 那我就用英语再说一遍。 Dan glimlacht de ober en zegt in het Engels: ‘Bedankt. |улыбается|||||||| |smiles||waiter||||||Thank you. Then the waiter smiles and says in English: "Thank you. Тогда официант улыбается и говорит по-английски: "Спасибо". 然后服务员微笑着用英语说:'谢谢:谢谢 Ik kom hier niet vandaan. Я|прихожу|||откуда ||||from here I'm not from here. Я не местный. 我不是本地人。 Ik ben hier pas kort en mijn Nederlands is niet zo goed.' |||только что|недолго||||||| |||erst|||||||| ||||short time||||||| Ich bin erst seit kurzer Zeit hier und mein Niederländisch ist nicht so gut. I have only been here for a short time and my Dutch is not very good.' من فقط مدت کوتاهی است که اینجا هستم و هلندی من خیلی خوب نیست. Я здесь совсем недавно, и мой голландский не так уж хорош". 我来这里时间不长,荷兰语也不是很好。

Ik begin heel hard te lachen. |начинаю||||смеяться |start|very|||to laugh I start laughing really hard. خیلی سخت شروع به خندیدن می کنم. Я начинаю очень сильно смеяться. 我开始大笑起来。 Veel mensen in het restaurant draaien zich om en kijken. |||||поворачиваются|||| |||||turn around|||| Many people in the restaurant turn and look. بسیاری از افراد در رستوران می چرخند و نگاه می کنند. Banyak orang di restoran berbalik dan menonton. Многие люди в ресторане оборачиваются и смотрят. 餐厅里的许多人都转过头来观看。 Op dat moment voel ik me opgelaten. ||||||неловко ||||||mal à l'aise ||||||unbehaglich ||||||embarrassed ||||||незручно In diesem Moment fühle ich mich beschwingt. In that moment, I feel elated. در آن لحظه احساس آرامش می کنم. Pada saat itu, saya merasa gembira. В этот момент я испытываю восторг. 那一刻,我感到心花怒放。 Ik hoefde niet zo hard te lachen. |нужно было||||| |devais||||| |musste nicht||||| |didn't have to||||to|laugh so hard Ich hätte nicht so viel lachen müssen. I didn't have to laugh so hard. لازم نبود انقدر بخندم Мне не нужно было так сильно смеяться. Bu kadar çok gülmeme gerek yoktu. 我没必要笑得那么厉害。 Maar het kan me niet schelen. но|||||всё равно |||||egal |||||don't care Aber das ist mir egal. But I don't care. Pero no me importa. اما من اهمیتی نمی دهم. Tapi saya tidak peduli. Но мне все равно. Ama umurumda değil. 但我不在乎。 Het is allemaal teveel. ||всё это|слишком много ||all|too much It's all too much. این همه خیلی زیاد است. Это слишком. Hepsi çok fazla. Deze hele situatie is gewoon zo vreemd! ||||просто||странная |whole|situation||just||strange Diese ganze Situation ist einfach so seltsam! This whole situation is just so strange! کل این وضعیت خیلی عجیب است! Вся эта ситуация так странна! Tüm bu durum çok garip! Mijn zus en ik wilden samen een loempia gaan eten. ||||хотели||||| ||||wanted||||| My sister and I wanted to eat an egg roll together. من و خواهرم می خواستیم با هم اسپرینگ رول بخوریم. Мы с сестрой хотели вместе съесть яичный рулет. En hier zit ik dan een loempia te eten—maar dan wel alleen in Maastricht! And here||sitting||then||spring roll|||||||| And here I am eating a spring roll-but only in Maastricht! و اینجا من دارم یک اسپرینگ رول می خورم - اما فقط در ماستریخت! И вот я ем спринг-ролл - но только в Маастрихте! Ve işte burada bir Çin böreği yiyorum - ama sadece Maastricht'te! En mijn zus weet niet waar ik ben. And my sister doesn't know where I am. А моя сестра не знает, где я. Ve kız kardeşim nerede olduğumu bilmiyor. Het is zo ironisch! |||иронично |||ironique |||So ironisch! |||so ironic Das ist so ironisch! It's so ironic! خیلی طعنه آمیز است! Это так иронично!

Ik eet alles op en betaal de rekening. |||||плачу||счет |||||pay||the bill I eat everything and pay the bill. Я ем все и оплачиваю счет. Dan realiseer ik me mijn situatie. Я|осознаю||я|| Then I realize my situation. Затем я осознал свое положение. Sonra durumumu fark ettim. Wat doe ik nu? What do I do now? Что мне теперь делать? Mijn mobieltje werkt niet. |мобильный телефон|| |mobile phone|| Мой мобильный не работает. Er is een telefooncel, maar ik heb het nummer van mijn zuster niet. |||||||||||сестры| |||||||||||sister| ||один|||||||||| There is a phone booth, but I don't have my sister's number. Здесь есть телефонная будка, но у меня нет номера сестры. Wat kan ik doen? что||| What can I do? Что я могу сделать? Dan weet ik het. |знаю|| Then I know. Тогда я знаю. Ik kan naar Londen bellen! |||London| I can call London! من می توانم به لندن زنگ بزنم! Я могу позвонить в Лондон! Ik ken het vaste telefoonnummer van mijn moeder en vader. |знаю||домашний|||||| |||festen|||||| |||landline|phone number|||||father I know the landline number of my mother and father. Conozco el número de teléfono fijo de mi madre y de mi padre. شماره تلفن ثابت مادر و پدرم را می دانم. Я знаю номер стационарного телефона своей матери и отца.

Ik ga terug naar de telefooncel. ||назад||| |||||phone booth I go back to the phone booth. Я возвращаюсь к телефонной будке. Ik bel het nummer van mijn ouders. ||||||родителей I call my parents' number. Я набираю номер родителей. Het gaat vier keer over. |||раза| |||times| It passes four times. چهار بار زنگ می زند. Он проходит четыре раза. Eindelijk zegt mijn moeder: ‘Hallo?' Наконец-то|||| Finally|||| Finally my mother says, "Hello? Наконец моя мама говорит: "Алло?

‘Hoi mam. |Hi mom. 'Hi mom. Привет, мам. Ik ben het, Daniel.' |я|| It's me, Daniel. من هستم، دانیل. Это я, Дэниел.

‘Daniel?', zegt ze. "Дэниел?" - говорит она. ‘Hoe gaat het met je? 'How are you doing? Как дела? Hoe vind je Amsterdam?' How do you like Amsterdam? Как вам нравится Амстердам?

‘Het is er prima. |||отлично |||just fine 'It's fine there. 'خوبه. Там все в порядке. Hm … mam. |"Hm... mom." Hm ... mom. Хм... мама. Ik heb een probleempje.' |||проблемка |||petit problème |||Ich habe ein Problem. |||I have a small problem. I have a little problem. У меня небольшая проблема.

‘Wat is er? 'What is it? Что это? Is er iets gebeurd? |||произошло |||passiert |||happened Did something happen? Что-то случилось?

‘Nee, mam, maar wil je alsjeblieft Julia bellen? |||хочешь|||| 'No, Mom, but would you please call Julia? Нет, мама, но не могла бы ты позвонить Джулии? Zeg haar dan dat ik in Maastricht ben. ||||||Maastricht| Then tell her I'm in Maastricht. Тогда скажите ей, что я в Маастрихте. En vertel haar dat de batterij van mijn mobiel leeg is.' |||||||||разряжена| |tell||||||||dead| And tell her my cell phone battery is dead. И скажите ей, что аккумулятор моего мобильного разрядился".

‘In Maastricht? В Маастрихте? Wat doe je in Maastricht? what|||| Что вы делаете в Маастрихте? !' !'

‘Het is een lang verhaal, mam. ||||история| ||||Geschichte| ||||story| 'It's a long story, Mom. Это долгая история, мама. Ik vertel je later wel meer.' |tell|||| I'll tell you more later. بعداً بیشتر به شما خواهم گفت. Я расскажу вам больше позже".

We zeggen elkaar gedag. ||друг другу|привет ||each other|say hello We say hello to each other. سلام می کنیم. Мы здороваемся друг с другом. Ik besluit om een hotelkamer te nemen. |решаю|чтобы||номер в отеле|| |beschließe||||| |decide|||hotel room||to book I decide to get a hotel room. Я решаю снять номер в отеле. Verderop in de straat is er één beschikbaar. дальше|||||there||доступный |||||||disponible weiter oben|||||||verfügbar Further down||||||one|available Further down the street, one is available. Дальше по улице есть еще один. Ik kan morgen terug naar Amsterdam. ||tomorrow||| I can go back to Amsterdam tomorrow. Я могу вернуться в Амстердам завтра. Op dit moment heb ik slaap nodig. в этот|этот|||||нуждаюсь в |||||sleep|need sleep Right now, I need sleep. Сейчас мне нужен сон.

Ik betaal met contant geld voor een overnachting. |||наличными||за||ночевка |||||||nuitée |||barzahlung||||Übernachtung |||cash||||overnight stay I pay with cash for an overnight stay. Я плачу наличными за ночлег. Ik heb geen creditcards bij me. |||кредитные карты|при себе| |||Kreditkarten|| |||credit cards|| I don't carry credit cards. У меня нет с собой кредитных карт. Ik ga naar mijn kamer. I go to my room. Я иду в свою комнату. Ik trek mijn kleren uit en ga naar bed. |снимаю||одежду|||||кровати |enlève||||||| |take off||clothes||||| I take off my clothes and go to bed. لباس هایم را در می آورم و به رختخواب می روم. Я раздеваюсь и ложусь в постель. Ik doe het licht uit en ga slapen. |||свет||||спать I|||light|||| I turn off the light and go to sleep. چراغ را خاموش می کنم و می خوابم. Я выключаю свет и засыпаю. Ik ben doodmoe. ||очень устал ||I am exhausted. I am dead tired. من خیلی خسته ام. Я смертельно устал. Wat een gekke dag! ||смешной| ||crazy| What a crazy day! چه روز دیوانه ای! Какой сумасшедший день!

**Hoofdstuk 2 Overzicht** |обзор Chapter|Chapter 2 Overview Chapter 2 Overview Глава 2 Обзор

**Samenvatting** Резюме (1) Summary Summary Резюме

Daniel en Julia komen in Amsterdam aan. |||прибывают|||прибывают Daniel and Julia arrive in Amsterdam. Дэниел и Джулия прибывают в Амстердам. Arnoud, de vriend van Daniel, ontmoet ze op de luchthaven. |||||meets||||airport ||||||її||| Арнуд, друг Даниэля, встречает их в аэропорту. Ze gaan allemaal naar de flat van Arnoud. |||||||Арноуд ||alle||||| They all go to Arnoud's apartment. Они все идут в квартиру Арнуда. Daniel en Julia hebben honger. ||||голод Daniel and Julia are hungry. Дэниел и Джулия проголодались. Arnoud beveelt twee restaurants aan. |рекомендует||| |recommande||| |empfiehlt||| |recommends|||recommends Arnoud recommends two restaurants. آرنود دو رستوران را پیشنهاد می کند. Arnoud merekomendasikan dua restoran. Julia loopt naar een visrestaurant. |идет||| |||a|fish restaurant Julia walks to a seafood restaurant. Джулия идет к ресторану морепродуктов. Daniel neemt een bus naar een loempiarestaurant. |takes|||||spring roll restaurant Daniel takes a bus to an egg roll restaurant. Дэниел едет на автобусе в ресторан спринг-роллов. In de bus valt Daniel in slaap. |||засыпает||| |||falls||| On the bus, Daniel falls asleep. В автобусе Дэниел засыпает. Hij wordt in Maastricht wakker! ||||просыпается |"wakes up"|||wakes up He wakes up in Maastricht! او در ماستریخت از خواب بیدار می شود! Он просыпается в Маастрихте! Zijn telefoon werkt niet. His phone is not working. Его телефон не работает. Hij kent het telefoonnummer van zijn zus niet. |знает|||||| He does not know his sister's phone number. Он не знает номера телефона своей сестры. Uiteindelijk belt hij zijn moeder. в конце концов|звонит||| Finally|calls||his| Finally, he calls his mother. Наконец он звонит матери. Dan overnacht hij in een hotel. |остановится||||отеле |passe la nuit|||| |übernachtet|||| |stays overnight||||hotel Then he spent the night in a hotel. Затем он провел ночь в отеле.