×

Vi använder kakor för att göra LingQ bättre. Genom att besöka sajten, godkänner du vår cookie-policy.

image

HET LATE LEVEN [part 1], Hoofdstuk 9

Hoofdstuk 9

- Ik heb gisteren avond met Van Vreeswijck Brauws hooren spreken in Diligentia, zei Van der Welcke op een morgen. De kerel is net een apostel. Hij spreekt mooi voor de vuist; hij is een redenaar. Een kolossale kerel... zooals hij sprak. Het was verbazend... Hij is een ouwe vriend uit Leiden nog. Toen al was hij een vreemde jongen. Hij was niet in een bepaalde club, ook niet in de onze: zijn familie is niet schitterend. Zijn vader heeft een fabriek, geloof ik, daar ergens in Overijssel. Zelf heeft hij niets burgerlijks. Hij was zoo een beetje onze kameraad-repetitor: hij hielp ons studeeren voor onze examens. Zonder hem was ik er nooit gekomen. Maar hij weet van àlles, hij is niet alleen knap in rechten... Hij heeft alles gelezen, heeft een ontzettend geheugen. Hij heeft veel gereisd en van allerlei gedaan, maar wat precies, daar kom ik niet achter... Nu spreekt hij. Van avond spreekt hij in Amsterdam. Ik heb hem ten eten gevraagd, maar hij wil niet. Hij beweert, dat hij verlegen is met dames. Gekke vent!

De couranten gaven uitgebreide verslagen van Brauws' redevoeringen over den Vrede. Hij sprak in alle groote, in vele kleine steden van Holland. Toen hij voor den tweeden keer in Den Haag zoû spreken, zei Van der Welcke opgewonden:

- Constance, je moet bepaald Brauws van avond gaan hooren: het is prachtig... Je weet, ik kan nooit langer dan een kwartier naar iemand luisteren...

- Ik niet langer dan drie minuten, zei Paul, die er bij was; maar zelf spreek ik gaarne een uur achtereen.

- ...maar naar Brauws. De vent electrizeert je. Hoewel ik dien Vrede idioot vind. Maar dat doet er niet toe: de kerel praat als een baas... Ik dineer met Vreeswijck en wij gaan samen.

Paul vroeg Constance met hem te gaan. Dien avond in Diligentia - de entrée was ten voordeele der Boeren - was de kleine zaal vol: Constance en Paul vonden met moeite twee plaatsjes.

- Allerlei genres menschen, lette Paul op. Een curieus publiek. Een salade russe van alle Haagsche côterieën. Door Vreeswijck zeker aangepord, zijn hier en daar de erg selecte menschen opgedoemd... Kijk, daar heb je de Van Heuvel Steijns... Daar de Fransche gezant... Daar heb je waarachtig Van Naghel met zijn collega van Financiën... Kijk, en daar heb je Isidore de kapper... Van alles, van alles... Wat is Den Haag van avond verbroederlijkt en verzusterlijkt. Het maakt me week om het hart.

Brauws kwam op: een licht applaus.

- De vent is niet in rok, maar in gekleede jas... Hij doet zeker populair of soliede.

Maar hij moest zwijgen, want Brauws, dadelijk, op het gestoelte, begon te spreken. Hij had niets bij zich, geen stukje papier, en zijn stem was vast, maar heel zacht. Hij begon met een uiteenzetting van den tegenwoordigen politieken toestand, als een immens tafereel, met breede lijnen schetsend voor al die menschen vóór hem. Zijn stem werd klaarder, en zijn oogen zagen als twee groote vonken, door de zaal, rustig en helder. Constance, die zelden iets over politiek las, luisterde, stelde dadelijk belang, verwonderde zich vaagjes een oogenblik, dat zij zoo leefde van dag op dag, zonder te weten den tijd, waarin zij leefde. Het heden rees voor haar op met enkele zinnen van Brauws. Toen sprak hij over den Vrede, die noodwendig zijn zoû, eenmaal, die zich reeds blijde aankondigde in de meeningen der volkeren, ook al voerden zij inderdaad nog oorlog onder elkaâr. Het was onder zijn woorden, als weken wijde verschieten open, stralende, en zijn eerst zachte stem klonk helder klaar door de zaal, verzekerende de blijde boodschap. Hij sprak zonder pauze, twee uren achter elkaâr, en toen hij ophield, bleef de zaal ademloos een oogenblik, vergat het publiek te juichen: toen echter barstte het los, jubelend, maar Brauws was al gegaan. Men riep hem terug, maar hij kwam niet meer, en het publiek stroomde weg. Constance en Paul waren in het gedrang, toen zij Van Vreeswijck en Van der Welcke achter zich zagen.

- Mevrouw! groette Van Vreeswijck. Hoe vindt u onze vriend?

- Subliem, zei Constance opgewonden.

- De vent spreekt mooi, zei Paul; maar hij is niet geestig. Hij meent alles wat hij zegt... Op den duur boeit dat niet. Van der Welcke, heftig, sprak hem tegen, al dringende in den stroom van het dichte publiek, en hij verklaarde, dat hij bekeerd was, geloofde aan den Vrede.

Zij waren op straat: een geruisch van menigte gonsde weg in den winternacht.

- Wat zijn onze kalme Hagenaars opgewonden, zei Paul.

- Daar heb je onze man, zei Van Vreeswijck.

- Ja, daar heb je hem! riep Van der Welcke.

En hij schoot vooruit, hield Brauws, die snel liep en niemand zag, staande, en drukte hem de hand, de anderen naderden; Van Vreeswijck, uit beleefdheid, bleef bij Constance, groette met de hand... Van der Welcke was zeer opgewonden.

- Waar ga je naar toe, hoorden zij hem zeggen tot Brauws. Naar de Witte?

- Neen, kerel, naar huis.

- Naar huis? Kàn je naar huis gaan nu? Ga je niet naar de Witte? Kerel, laat me je toch voorstellen aan mijn vrouw, aan mijn schoonbroêr...

Brauws schrikte.

- Neen, Hans, heusch niet... Neen, neen... wie heeft daar nu wat aan...

Constance hoorde, en zij moest glimlachen, en liep door met Van Vreeswijck en Paul.

- Jawel, jawel, drong Van der Welcke.

Brauws, zeker, begreep, dat Constance gehoord had, want hij zei met een stem vol wanhoop:

- Nu goed dan, Hans...

- Constance! Paul! riep Van der Welcke, trotsch op zijn vriend, en hij haalde hen in.

Hij had Brauws aan de heele wereld willen voorstellen, aan dat heele publiek, dat wegstroomde van Diligentia.

- Mag ik je voorstellen... mijn vriend, Max Brauws... mijn vrouw... mijn zwager, Van Lowe.

Zij boden hem de hand. Voor Constance bleef Brauws staan, verlegen, onhandig. Zij poogde hem een compliment te maken, dat niet al te banaal zoû klinken, en, tactvolle vrouw, slaagde zij. Paul ook zei iets; zij liepen op: Van Vreeswijck grinnikte in stilte om Van der Welcke's opgewondenheid en om de onhandigheid van Brauws.

- En ga je nu heusch naar huis? Ga je niet meê naar de Witte? drong Van der Welcke smeekende aan.

- Beste Hans, wat moet ik nu in de Witte doen?

- Dus je gaat naar huis. - Ja, ik ga naar huis, maar ik loop gaarne nog een eind meê.

En beleefd willende doen, boog hij vaag naar Constance, maar zeide niets meer.

Het was een heerlijke winteravond, een fijne vorst, een hemel vol tintelsterren.

- Ik vind het heerlijk te loopen, zei Constance. Als ik iets moois heb gehoord, muziek, een comedie, of een rede als van avond, loop ik veel liever, dan dat ik terugratel in een rijtuig.

- Kerel! riep Van der Welke, nog steeds enthouziast. Je hebt me bekeerd! Ik geloof er aan... ik geloof er aan, aan je Vrede!

Brauws, in eens, schaterde.

- Kijk, nu lacht de vent me weêr uit! zei Van der Welcke, beleedigd.

- Nu, zei Brauws. Wil ik je dan morgen, om je te beloonen, afhalen in een automobiel?

Nu lachten zij allen.

- Heb je er dan een? riep Van der Welcke verrukt.

- Ik kan er een huren, zei Brauws. En dan mag jij stoken.

- Kan je er een huren! Kan je er een huren!! riep Van der Welcke, ontzet van verrukking. En mag ik dan stoken? En den Vrede vergetende, was hij weldra in een drukke opgewondenheid over moto-cars, moto-cycles...

Op de Kerkhoflaan zei Constance:

- Komen de heeren nog binnen?

Van Vreeswijck en Paul zouden gaarne nog een glas wijn komen drinken, maar Brauws zeide:

- Mevrouw, het is al zoo laat...

- Voor ons niet.

- Kom nu, Max, zei Van der Welcke.

Maar hij lachte zacht, met zijn vreemden lach, en zei:

- Maar wie heeft daar nu wat aan, of ik nog binnenkom...

En met een verlegen groet, maakte hij zich weg: zij lachten allen.

- Die Brauws is toch een beetje te bar, zei Van Vreeswijck verontwaardigd.

- En hij vergeet me te zeggen hoe laat hij me morgen komt halen met zijn kachel...

Maar den volgenden morgen, heel vroeg, in den mistigen wintermorgen, daar hotste de ‘kachel' poeffende en puffende en kanonknallende aan over de Kerkhoflaan, en hield stil voor Van der Welcke's deur, met nerveuze longschokken nazuchtende als om van vermoeienis op adem te komen, en dit vehikel als van levend en ademend ijzer, in zijn essence-stank, die was de zure lucht van zijn zweet, verzamelde een groepje slagersjongens en sina's-appelen-joden rondom zich heen. Brauws was uitgestapt en daar Constance juist beneden kwam, ontving zij hem:

- Ik ben niet goed prezentabel, mevrouw; in zoo een ‘kachel', als Hans zegt, ben je dadelijk ontoonbaar.

Hij was verlegen, zag naar buiten, naar de uit zijn ijzeren longen napoeffende automobiel, en lachte zacht om de samenscholing.

- Ik maak een heele opschudding voor uw deur.

- Men is toch al gewend in Den Haag aan ‘kachels'.

- Dat is een teekenend woord van Hans...

Zij lachten beiden. Zij vond zijn lach innemend, en zij vond zijn stem zacht en rustig om naar te luisteren.

- Mevrouw, zei hij in eens, overwinnende zijn schuchterheid. U heeft toch niet kwalijk genomen, dat ik gisteren zoo weinig beminnelijk was?

- Maar u was niet onbeminnelijk.

- Jawel, ik was het heel erg... Maar wat zal ik u zeggen: ik heb verleerd... zoo te praten... Zij glimlachte.

- Met dames... schertste zij.

- Ja... zoo over niets... weet u... te praten...

- U hoeft u heusch niet te excuzeeren, meneer Brauws. U had gisteren avond al zooveel heerlijks gezegd, dat ik mij best begrijp...

- Ja maar... van morgen heb ik niet gesproken, en...

- Zoû u ook niet weten... iets te zeggen, over niets. Maar ik bid u, doe u dan geen geweld aan... en blijf rustig. Henri komt oogenblikkelijk; hij is heel nerveus, dat hij niet klaar is.

Inderdaad hoorden zij boven Van der Welcke, zenuwachtig, in zijn kamer zich kleeden: hij liep driftig rond, en hij riep:

- Addy... Addy... Zoek eens een das voor me! Vlug dan, jongen...

En Constance, opstaande, wilde gaan.

Brauws hield haar tegen.

- Mevrouw, zeide hij haastig. Hans heeft me ten eten gevraagd.

- En u woû niet...

- Ja maar, ik ben zoo een beer. Wees niet boos, en laat Hans ook niet boos zijn, en laat mij maar eens komen eten. - U inviteert dus uzelven.

- Ja...

- Heel goed: wij zullen het heel gezellig vinden u aan onze tafel te zien. Wanneer wilt u?

- Wanneer u wilt.

- Morgen.

- Heel graag.

- Wilt u alleen komen, of wil ik Van Vreeswijck er bij vragen.

- Ja, zeker... Van Vreeswijck.

- En verder niemand.

- Neen, niemand... Maar ik schrijf u de wet niet voor.

- Maar waarom niet, in dit geval...

Van der Welcke stormde de trappen af: Addy volgde.

- Dat is aardig van je, Max! En laat eens de kachel zien... Dat is een goeie! En dat is mijn jongen... Addy, eet gauw een boterham, dan stoken wij je naar hok!

Addy lachte; staande at hij zijn boterham rustig.

- Ik heb nog den tijd...

- Des te beter... dan stoken wij je eerst wat om... Vlug, vlug, neem je boterham maar meê. Hij liep als een dolle door kamer en vestibule, zocht zijn hoed, vond hem niet, holde naar boven, deed Truitje het heele huis door naar zijn handschoenen zoeken; veroorzaakte een waaienden tocht door het heele huis. Eindelijk was hij klaar.

- Als ik maar met je kachel terecht kan... Doek-doek-doek-doek... doek-doek-doek-doek... Dag Constance...

Hij duwde Addy voort, deed hem de "kachel" beklimmen, zette zich.

- Vooruit dan, Brauws!

- Adieu mevrouw, dus tot morgen!

Hij haastte zich naar buiten. Constance zag uit het raam: zij stookten weg, Addy tusschen hen in, die haar toewuifde terwijl Brauws aan Van der Welcke, te vlug, te woest, te dol, het systeem van de ‘kachel' wees, en hem klaarduidelijk vroeg wat voorzichtig te zijn...

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

Hoofdstuk 9 Chapter Κεφάλαιο 9 Chapitre 9 Chapter 9

- Ik heb gisteren avond met Van Vreeswijck Brauws hooren spreken in Diligentia, zei Van der Welcke op een morgen. |||||||||||Diligence||||||| I|have|yesterday|evening|with|Van|Vreeswijck|Brauws|to hear|speak|in|Diligentia|said|Van|the|Welcke|on|a|morning - I heard Van Vreeswijck Brauws speak at Diligentia last night, said Van der Welcke one morning. De kerel is net een apostel. The|guy|is|just|an|apostle The guy is just like an apostle. Hij spreekt mooi voor de vuist; hij is een redenaar. |||||off the cuff|||| He|speaks|well|off|the|cuff|he|is|a|speaker He speaks beautifully off the cuff; he is an orator. Een kolossale kerel... zooals hij sprak. |colossal|||| A|colossal|guy|as|he|spoke A colossal guy... just as he spoke. Het was verbazend... Hij is een ouwe vriend uit Leiden nog. It|was|surprising|He|is|an|old|friend|from|Leiden|still It was astonishing... He is an old friend from Leiden. Toen al was hij een vreemde jongen. Then|already|was|he|a|strange|boy Even then he was a strange boy. Hij was niet in een bepaalde club, ook niet in de onze: zijn familie is niet schitterend. ||||||||||||||||not splendid He|was|not|in|a|certain|club|also|not|in|the|ours|his|family|is|not|splendid He was not in a particular club, not even in ours: his family is not remarkable. Zijn vader heeft een fabriek, geloof ik, daar ergens in Overijssel. ||||||||||Overijssel His|father|has|a|factory|believe|I|there|somewhere|in|Overijssel His father has a factory, I believe, somewhere in Overijssel. Zelf heeft hij niets burgerlijks. ||||bourgeois Himself|has|he|nothing|bourgeois He himself has nothing bourgeois. Hij was zoo een beetje onze kameraad-repetitor: hij hielp ons studeeren voor onze examens. |||||||tutor||||||| He|was|so|a|little|our||||helped|us|study|for|our|exams He was kind of our buddy-tutor: he helped us study for our exams. Zonder hem was ik er nooit gekomen. Without|him|was|I|there|never|arrived Without him, I would never have made it. Maar hij weet van àlles, hij is niet       alleen knap in rechten... Hij heeft alles gelezen, heeft een ontzettend geheugen. |||||||||||||||||||memory But|he|knows|about|everything|he|is|not|only|smart|in|law|He|has|everything|read|has|a|incredibly|memory But he knows everything, he is not only good at law... He has read everything, has an incredible memory. Hij heeft veel gereisd en van allerlei gedaan, maar wat precies, daar kom ik niet achter... Nu spreekt hij. He|has|a lot|traveled|and|of|all sorts|done|but|what|exactly|there|I come||not|behind|Now|speaks|he He has traveled a lot and done all sorts of things, but what exactly, I can't find out... Now he is speaking. Van avond spreekt hij in Amsterdam. This|evening|speaks|he|in|Amsterdam Tonight he is speaking in Amsterdam. Ik heb hem ten eten gevraagd, maar hij wil niet. I|have|him|for|food|asked|but|he|wants|not I invited him for dinner, but he doesn't want to. Hij beweert, dat hij verlegen is met dames. He|claims|that|he|shy|is|with|women He claims that he is shy with ladies. Gekke vent! Crazy|guy Crazy guy!

De couranten gaven uitgebreide verslagen van Brauws' redevoeringen over den Vrede. |||||||speeches||| The|newspapers|gave|extensive|reports|of|Brauw's|speeches|about|the|Peace The newspapers provided extensive reports of Brauw's speeches about Peace. Hij sprak in alle groote, in vele kleine steden van Holland. He|spoke|in|all|large|in|many|small|cities|of|Holland He spoke in all the large, and many small towns of Holland. Toen hij voor den tweeden keer in Den Haag zoû spreken, zei Van der Welcke opgewonden: When|he|for|the|second|time|in|The||would|speak|said|Van|the|Welcke|excited When he was to speak in The Hague for the second time, Van der Welcke said excitedly:

- Constance, je moet bepaald Brauws van avond gaan hooren: het is prachtig... Je weet, ik kan nooit langer dan een kwartier naar iemand luisteren... |||certain|||||||||||||||||||| Constance|you|must|definitely|Brauws|this|evening|going|to hear|it|is|wonderful|You|know|I|can|never|longer|than|a|quarter|to|someone|listen - Constance, you definitely have to go listen to Brauws tonight: it's wonderful... You know, I can never listen to anyone for more than fifteen minutes...

- Ik niet langer dan drie minuten, zei Paul, die er bij was; maar zelf spreek ik gaarne een uur achtereen. |||||||||||||||||||for an hour I|not|longer|than|three|minutes|said|Paul|who|there|present|was|but|myself|speak|I|gladly|one|hour|continuously - I can't listen for more than three minutes, said Paul, who was there; but I myself like to speak for an hour straight.

- ...maar naar Brauws. but|to|Brauws - ...but to Brauws. De vent electrizeert je. |to wind|electrifies| The|guy|electrifies|you The guy electrifies you. Hoewel ik dien Vrede idioot vind. Although|I|that|Peace|idiot|find Although I find that Peace idiot. Maar dat doet er niet toe: de kerel praat als een baas... Ik dineer met Vreeswijck en wij gaan samen. |||||||||||||to dine|||||| But|that|matters|there|not|to|the|guy|talks|like|a|boss|I|dine|with|Vreeswijck|and|we|go|together But that doesn't matter: the dude talks like a boss... I'm dining with Vreeswijck and we are going together.

Paul vroeg Constance met hem te gaan. Paul|asked|Constance|with|him|to|go Paul asked Constance to go with him. Dien avond in Diligentia - de entrée was ten voordeele       der Boeren - was de kleine zaal vol: Constance en Paul vonden met moeite twee plaatsjes. |||||Eingang||||||||||||||||||Plätze That|evening|in|Diligentia|the|entrance|was|in favor of|benefit|of the|Farmers|was|the|small|hall|full|Constance|and|Paul|found|with|difficulty|two|seats That evening in Diligentia - the entrance was for the benefit of the farmers - the small hall was full: Constance and Paul had difficulty finding two seats.

- Allerlei genres menschen, lette Paul op. |Genres|||| All kinds of|genres||noticed|Paul|on - All kinds of people, Paul noticed. Een curieus publiek. |curious| A|curious|audience A curious audience. Een salade russe van alle Haagsche côterieën. ||Russische Salat||||Kreise A|salad|Russian|of|all|Hague|eateries A Russian salad of all the Hague cliques. Door Vreeswijck zeker aangepord, zijn hier en daar de erg selecte menschen opgedoemd... Kijk, daar heb je de Van Heuvel Steijns... Daar de Fransche gezant... Daar heb je waarachtig Van Naghel met zijn collega van Financiën... Kijk, en daar heb je Isidore de kapper... Van alles, van alles... Wat is Den Haag van avond verbroederlijkt en verzusterlijkt. |||angekommen|||||||ausgewählten||aufgetaucht|||||||Heuvel|Steijn|||||||||||||||Finanzen||||||Isidore der Friseur||Friseur|||||||||||verbrüdert||verwandt By|Vreeswijck|certainly|encouraged|are|here|and|there|the|very|selective|people|gathered|Look|there|have|you|the|Van|Heuvel|Steijns|There|the|French|envoy|There|have|you|truly|Van|Naghel|with|his|colleague|of|Finance|Look|and|there|have|you|Isidore|the|barber|Of|everything|of|everything|How|is|The|Hague|of|evening|brotherly united|and|sisterly united Surely prompted by Vreeswijck, here and there the very select people have surfaced... Look, there you have the Van Heuvel Steijns... There the French envoy... There you truly have Van Naghel with his colleague from Finance... Look, and there you have Isidore the barber... Everything, everything... How brotherly and sisterly The Hague is tonight. Het maakt me week om het hart. It|makes|me|weak|from|the|heart It makes my heart weak.

Brauws kwam op: een licht applaus. |||||Applaus Brauws|came|up|a|light|applause Brauws came on: a light applause.

- De vent is niet in rok, maar in gekleede jas... Hij doet zeker populair of soliede. |Typ Mann|||||||elegante|||||||solide The|guy|is|not|in|skirt|but|in||coat|He|acts|certainly|popular|or|solid - The guy is not in a suit, but in a dressed coat... He must be trying to be popular or solid.

Maar hij moest zwijgen, want Brauws, dadelijk, op het gestoelte, begon te spreken. |||||||||Stuhl||| But|he|had to|be silent|because|Brauws|immediately|on|the|platform|began|to|speak But he had to remain silent, for Brauws, immediately, on the chair, began to speak. Hij had niets bij zich, geen stukje papier, en zijn stem was vast, maar heel zacht. He|had|nothing|with|him|no|piece|paper|and|his|voice|was|firm|but|very|soft He had nothing with him, no piece of paper, and his voice was firm, but very soft. Hij begon met een uiteenzetting van den tegenwoordigen politieken toestand, als een immens tafereel, met breede lijnen schetsend voor al die menschen vóór hem. ||||Darstellung|||gegenwärtigen|politischen Zustand||||immens|||||skizzierend|||||| He|began|with|a|exposition|of|the|current|political|situation|as|an|immense|tableau|with|broad|lines|sketching|for|all|those|people|before|him He began with an exposition of the current political situation, like an immense tableau, sketching broad lines for all those people before him. Zijn stem werd klaarder, en zijn oogen zagen als twee groote vonken, door de zaal, rustig en helder. |||klarer|||||||||||||| His|voice|became|clearer|and|his|eyes|saw|like|two|large|sparks|through|the|hall|calmly|and|bright His voice became clearer, and his eyes shone like two large sparks, through the hall, calm and bright. Constance, die zelden iets       over politiek las, luisterde, stelde dadelijk belang, verwonderde zich vaagjes een oogenblik, dat zij zoo leefde van dag op dag, zonder te weten den tijd, waarin zij leefde. |||||||||||||ein wenig|||||||||||||||||| Constance|who|rarely|anything|about|politics|read|listened|showed|immediately|interest|wondered|herself|vaguely|a|moment|that|she|so|lived|from|day|on|day|without|to|know|the|time|in which|she|lived Constance, who rarely read anything about politics, listened, immediately showed interest, and vaguely wondered for a moment how she lived from day to day, without knowing the time in which she lived. Het heden rees voor haar op met enkele zinnen van Brauws. |Gegenwart||||||||| The|present|rose|before|her|up|with|a few|sentences|from|Brauws The present rose before her with a few sentences from Brauws. Toen sprak hij over den Vrede, die noodwendig zijn zoû, eenmaal, die zich reeds blijde aankondigde in de meeningen der volkeren, ook al voerden zij inderdaad nog oorlog onder elkaâr. |||||||notwendig||||||||ankündigte|||Meinungen||||||||||| Then|spoke|he|about|the|Peace|that|necessarily|be|would||that|itself|already|joyfully|announced|in|the|opinions|of the|peoples|also|although|waged|they|indeed|still|war|among|each other Then he spoke about the Peace that would necessarily come one day, which was already joyfully announcing itself in the opinions of the peoples, even though they were indeed still waging war against each other. Het was onder zijn woorden, als weken wijde verschieten open, stralende, en zijn eerst zachte stem klonk helder klaar door de zaal, verzekerende de blijde boodschap. It|was|beneath|his|words|as|weeks|wide|shifting|open|shining|and|his|first|soft|voice|sounded|clear|bright|through|the|hall|assuring|the|joyful|message It was under his words, as if wide horizons were opening, radiant, and his initially soft voice sounded clear and bright through the hall, assuring the joyful message. Hij sprak zonder pauze, twee uren achter elkaâr, en toen hij ophield, bleef de zaal ademloos een oogenblik, vergat het publiek te juichen: toen echter barstte het los, jubelend, maar Brauws was al gegaan. ||||||||||||||||||||||||||||jubelnd||||| He|spoke|without|pause|two|hours|after|each other|and|when|he|stopped|remained|the|hall|breathless|a|moment|forgot|the|audience|to|cheer|then|however|burst|it|loose|jubilantly|but|Brauws|was|already|gone He spoke without pause, for two hours in a row, and when he stopped, the hall remained breathless for a moment, the audience forgot to cheer: but then it burst loose, jubilant, but Brauws had already left. Men riep hem terug, maar hij kwam niet meer, en het publiek stroomde weg. They|called|him|back|but|he|came|not|anymore|and|the|audience|flowed|away They called him back, but he did not come anymore, and the audience streamed away. Constance en Paul waren in het gedrang, toen zij Van Vreeswijck en Van der Welcke achter zich zagen. Constance|and|Paul|were|in|the|crowd|when|they|Van|Vreeswijck|and|Van|der|Welcke|behind||saw Constance and Paul were in the crowd when they saw Van Vreeswijck and Van der Welcke behind them.

- Mevrouw! Madam - Madam! groette Van Vreeswijck. greeted|Van|Vreeswijck greeted Van Vreeswijck. Hoe vindt u onze vriend? How|do you find|you|our|friend How do you find our friend?

- Subliem, zei Constance opgewonden. Subliem||| Sublime|said|Constance|excited - Sublime, said Constance excitedly.

- De vent spreekt mooi, zei Paul; maar hij is niet geestig. ||||||||||witzig The|guy|speaks|well|said|Paul|but|he|is|not|funny - The guy speaks well, said Paul; but he is not funny. Hij meent alles wat hij zegt... Op den duur boeit dat niet. |||||||||interessiert nicht|| He|means|everything|what|he|says|In|the|long run|matters|that|not He means everything he says... After a while, that doesn't matter. Van der Welcke, heftig, sprak hem tegen, al dringende in den stroom van het dichte publiek, en hij verklaarde, dat hij bekeerd was, geloofde aan den Vrede. |||||||||||||||||||||bekehrt||||| From|the|Welcke|vehemently|spoke|him|against|already|pressing|in|the|stream|of|the|dense|crowd|and|he|declared|that|he|converted|was|believed|in|the|Peace Van der Welcke, passionately, contradicted him, pushing through the crowd, and he declared that he had been converted, believed in Peace.

Zij waren op straat: een geruisch van menigte gonsde weg in den winternacht. |||||Geräusch|||summte|||| They|were|on|street|a|noise|of|crowd|buzzed|away|in|the|winter night They were on the street: a noise of the crowd buzzed away in the winter night.

- Wat zijn onze kalme Hagenaars opgewonden, zei Paul. ||||Hagenaars|aufgeregt|| What|are|our|calm|residents of The Hague|excited|said|Paul - How excited our calm residents of The Hague are, said Paul.

- Daar heb je onze man, zei Van Vreeswijck. There|have|you|our|man|said|Van|Vreeswijck - There you have our man, said Van Vreeswijck.

- Ja, daar heb je hem! Yes|there|have|you|it - Yes, there he is! riep Van der Welcke. shouted|Van|the|Welcke shouted Van der Welcke.

En hij schoot vooruit, hield Brauws, die snel liep en niemand zag, staande, en drukte hem de hand, de anderen naderden; Van Vreeswijck, uit beleefdheid, bleef bij Constance, groette met de hand... Van der Welcke was zeer opgewonden. And|he|shot|forward|stopped|Brauws|who|quickly|walked|and|nobody|saw|standing|and|pressed|him|the|hand|the|others|approached|Van|Vreeswijck|out of|politeness|stayed|with|Constance|greeted|with|the|hand|Van|the|Welcke|was|very|excited And he rushed forward, stopped Brauws, who was walking quickly and saw no one, and shook his hand, the others approached; Van Vreeswijck, out of politeness, stayed with Constance, waved with his hand... Van der Welcke was very excited.

- Waar ga je naar toe, hoorden zij hem zeggen tot Brauws. Where|are|you|to|going|heard|they|him|say|to|Brauws - Where are you going, they heard him say to Brauws. Naar de Witte? To|the|White To the Witte?

- Neen, kerel, naar huis. No|dude|to|home - No, man, home.

- Naar huis? To|home - Home? Kàn je naar huis gaan nu? Can|you|to|home|go|now Can you go home now? Ga je niet naar de Witte? Are|you|not|to|the|Witte Aren't you going to the Witte? Kerel, laat me je toch voorstellen aan mijn vrouw, aan mijn schoonbroêr... |||||||||||Schwager Dude|let|me|you|after all|introduce|to|my|wife|||brother-in-law Dude, let me introduce you to my wife, to my brother-in-law...

Brauws schrikte. |erschrak Brauws|was startled Brauws was startled.

- Neen, Hans, heusch niet... Neen, neen... wie heeft daar nu wat aan... No|Hans|really|not|no||who|has|there|now|anything|to - No, Hans, really not... No, no... who benefits from that now...

Constance hoorde, en zij moest glimlachen,       en liep door met Van Vreeswijck en Paul. Constance|heard|and|she|had to|smile|and|walked|on|with|Van|Vreeswijck|and|Paul Constance heard, and she had to smile, and continued walking with Van Vreeswijck and Paul.

- Jawel, jawel, drong Van der Welcke. Yes|yes|insisted|Van|the|Welcke - Yes, yes, insisted Van der Welcke.

Brauws, zeker, begreep, dat Constance gehoord had, want hij zei met een stem vol wanhoop: Brauws|certainly|understood|that|Constance|heard|had|for|he|said|with|a|voice|full|despair Brauws certainly understood that Constance had heard, for he said in a voice full of despair:

- Nu goed dan, Hans... Now|good|then|Hans - Well then, Hans...

- Constance! Constance - Constance! Paul! Paul Paul! riep Van der Welcke, trotsch op zijn vriend, en hij haalde hen in. shouted|Van|the|Welcke|proud|of|his|friend|and|he|overtook|them|in called Van der Welcke, proud of his friend, and he caught up with them.

Hij had Brauws aan de heele wereld willen voorstellen, aan dat heele publiek, dat wegstroomde van Diligentia. ||||||||||||||wegströmte|| He|had|Brauws|to|the|whole|world|wanted|introduce|to|that|whole|audience|that|streamed away|from|Diligentia He wanted to introduce Brauws to the whole world, to that entire audience that was streaming away from Diligentia.

- Mag ik je voorstellen... mijn vriend, Max Brauws... mijn vrouw... mijn zwager, Van Lowe. May|I|you|introduce|my|friend|Max|Brauws||wife||brother-in-law|Van|Lowe - May I introduce you... my friend, Max Brauws... my wife... my brother-in-law, Van Lowe.

Zij boden hem de hand. |bot||| They|offered|him|the|hand They offered him their hand. Voor Constance bleef Brauws staan, verlegen, onhandig. For|Constance|stayed|Brauws|standing|shy|awkward Brauws stood still for Constance, shy, awkward. Zij poogde hem een compliment te maken, dat niet al te banaal zoû klinken, en, tactvolle vrouw, slaagde zij. |versuchte||||||||||||||||schaffte| She|tried|him|a|compliment|to|make|that|not|too||banal|would|sound|and|tactful|woman|succeeded|she She tried to give him a compliment that wouldn't sound too banal, and, being a tactful woman, she succeeded. Paul ook zei iets; zij liepen op: Van Vreeswijck grinnikte in stilte om Van der Welcke's opgewondenheid en om de onhandigheid van Brauws. |||||||||kicherte leise||||||||||||| Paul|also|said|something|they|walked|up|Van|Vreeswijck|chuckled|in|silence|at|Van|the|Welcke's|excitement|and|at|the|clumsiness|of|Brauws Paul also said something; they walked on: Van Vreeswijck chuckled quietly at Van der Welcke's excitement and at Brauws' clumsiness.

- En ga je nu heusch naar huis? And|are going|you|now|really|to|home - And are you really going home now? Ga je niet meê naar de Witte? Are|you|not|along|to|the|Witte Aren't you coming to the Witte? drong Van der Welcke smeekende aan. urged|Van|the|Welcke|pleading|to Van der Welcke urged pleadingly.

- Beste Hans, wat moet ik nu in de Witte doen? Dear|Hans|what|should|I|now|in|the|Witte|do - Dear Hans, what should I do now in the Witte?

- Dus je gaat naar huis. So|you|go|to|home - So you are going home. - Ja, ik ga naar huis, maar ik loop gaarne nog een eind meê. Yes|I|go|to|home|but|I|walk|gladly|still|a|distance|along - Yes, I am going home, but I would like to walk a bit further with you.

En beleefd willende doen, boog hij vaag naar Constance, maar zeide niets meer. And|politely|wanting|to do|bowed|he|vaguely|to|Constance|but|said|nothing|more And wanting to be polite, he vaguely bowed to Constance, but said nothing more.

Het was een heerlijke winteravond, een fijne vorst, een hemel vol tintelsterren. ||||Winterabend|||||||Funkelsterne It|was|a|delightful|winter evening|a||||sky|full|twinkling stars It was a lovely winter evening, a fine frost, a sky full of twinkling stars.

- Ik vind het heerlijk te loopen, zei Constance. I|find|it|delightful|to|run|said|Constance - I love to walk, said Constance. Als ik iets moois heb gehoord, muziek, een comedie, of een rede als van avond, loop ik veel liever, dan dat ik terugratel in een rijtuig. ||||||||Komödie||||||||||||||zurückredele||| If|I|something|beautiful|have|heard|music|a|comedy|or|a|speech|like|from|evening|walk|I|much|rather|than|that|I|rattle back|in|a|carriage If I have heard something beautiful, music, a comedy, or a speech like this evening, I much prefer to walk than to rattle back in a carriage.

- Kerel! Dude - Dude! riep Van der Welke, nog steeds enthouziast. ||||||enthusiast shouted|Van|the|Welke|still|always|enthusiastic shouted Van der Welke, still enthusiastic. Je hebt me bekeerd! You|have|me|converted You have converted me! Ik geloof er aan... ik geloof er aan, aan je Vrede! I|believe|in|to||||||your|Peace I believe in it... I believe in it, in your Peace!

Brauws, in eens, schaterde. |||lachte luid Brauws|in|once|laughed Brauws suddenly burst out laughing.

- Kijk, nu lacht de vent me weêr uit! Look|now|laughs|the|guy|me|again|at - Look, now the guy is laughing at me again! zei Van der Welcke, beleedigd. said|Van|the|Welcke|offended said Van der Welcke, offended.

- Nu, zei Brauws. Now|said|Brauws - Well, said Brauws. Wil ik je dan morgen, om je te beloonen, afhalen in een automobiel? ||||||||belohnen|||| Will|I|you|then|tomorrow|to|you|to|reward|pick up|in|a|car Shall I pick you up in a car tomorrow, to reward you?

Nu lachten zij allen. Now|laughed|they|all Now they all laughed.

- Heb je er dan een? Have|you|there|then|one - Do you have one then? riep Van der Welcke verrukt. ||||verrückt shouted|Van|the|Welcke|excitedly cried Van der Welcke delighted.

- Ik kan er een huren, zei Brauws. I|can|one|a|rent|said|Brauws - I can rent one, said Brauws. En dan mag jij stoken. And|then|may|you|smoke And then you can heat.

- Kan je er een huren! Can|you|it|one|rent - Can you rent one! Kan je er een huren!! Can|you|one|a|rent Can you rent one!! riep Van der Welcke, ontzet van verrukking. shouted|Van|the|Welcke|overwhelmed|with|delight cried Van der Welcke, overwhelmed with delight. En mag ik dan stoken? And|may|I|then|burn And may I then stoke? En den Vrede vergetende, was hij weldra in een drukke opgewondenheid over moto-cars, moto-cycles... |||vergessend||||||||||Autos||Motorräder And|the|Peace|forgetting|was|he|soon|in|a|busy|excitement|about|||| And forgetting the Peace, he was soon in a busy excitement about motor cars, motor cycles...

Op de Kerkhoflaan zei Constance: On|the|Kerkhoflaan|said|Constance On the Cemetery Avenue, Constance said:

- Komen de heeren nog binnen? Do come|the|gentlemen|still|inside - Are the gentlemen coming in?

Van Vreeswijck en Paul zouden gaarne nog een glas wijn komen drinken, maar Brauws zeide: From|Vreeswijck|and|Paul|would|gladly|another|a|glass|wine|come|drink|but|Brauws|said Van Vreeswijck and Paul would like to come in for another glass of wine, but Brauws said:

- Mevrouw, het is al zoo laat... Madam|it|is|already|so|late - Madam, it is already so late...

- Voor ons niet. For|us|not - Not for us.

- Kom nu, Max, zei Van der Welcke. Come|now|Max|said|Van|the|Welcke - Come on now, Max, said Van der Welcke.

Maar hij lachte zacht, met zijn vreemden lach, en zei: But|he|laughed|softly|with|his|strange|laugh|and|said But he laughed softly, with his strange laugh, and said:

- Maar wie heeft daar nu wat aan, of ik nog binnenkom... ||||||||||reinkomme But|who|has|there|now|anything|to|whether|I|still|get in - But who cares whether I come in or not...

En met een verlegen groet, maakte hij zich weg: zij lachten allen. And|with|a|shy|greeting|made|he|himself|away|they|laughed|all And with an awkward greeting, he made his exit: they all laughed.

- Die Brauws is toch een beetje te bar, zei Van Vreeswijck verontwaardigd. |||||||||||empört The|Brauws|is|still|a|little|too|harsh|said|Van|Vreeswijck|indignantly - That Brauws is a bit too rough, said Van Vreeswijck indignantly.

- En hij vergeet me te zeggen hoe laat hij me morgen komt halen met zijn kachel... And|he|forgets|me|to|tell|what time|late|he|me|tomorrow|comes|pick up|with|his|heater - And he forgets to tell me what time he will come to pick me up with his stove tomorrow...

Maar den volgenden morgen, heel vroeg, in den mistigen wintermorgen, daar hotste de ‘kachel' poeffende en puffende en kanonknallende aan over de Kerkhoflaan, en hield stil voor Van der Welcke's deur, met nerveuze longschokken nazuchtende als om van vermoeienis op adem te komen, en dit vehikel       als van levend en ademend ijzer, in zijn essence-stank, die was de zure lucht van zijn zweet, verzamelde een groepje slagersjongens en sina's-appelen-joden rondom zich heen. |||||||||||heißes Gerät|||puffend und schnaufend||||kanonenschlagend|||||||||||||||Lungenstöße|nachseufzend|||||||||||das Fahrzeug|||||atmend|||||||||||||||||Metzgerjungen||Sina's Äpfel|Äpfel|Juden||| But|the|following|morning|very|early|in|the|misty|winter morning|there|drove|the|heater|puffing|and|puffing|and|cannonballing|along|over|the|Cemetery Avenue|and|stopped|still|in front of|Van|the|Welcke's|door|with|nervous|lung shocks|sighing|as|to|from|fatigue|on|breath|to|come|and|this|vehicle|as|of|living|and|breathing|iron|in|its|||which|was|the|sour|air|of|its|sweat|gathered|a|group|butcher boys|and||||around|themselves|around But the next morning, very early, on the misty winter morning, there the 'stove' came puffing and wheezing and cannon-blasting down the Cemetery Avenue, and stopped in front of Van der Welcke's door, with nervous lung shocks sighing as if to catch its breath from exhaustion, and this vehicle, as if made of living and breathing iron, in its essence-stench, which was the sour air of its sweat, gathered a group of butcher boys and apple sellers around it. Brauws was uitgestapt en daar Constance juist beneden kwam, ontving zij hem: ||ausgestiegen||||||||| Brauws|was|gotten out|and|there|Constance|just|downstairs|came|received|she|him Brauws had gotten out, and just as Constance came downstairs, she received him:

- Ik ben niet goed prezentabel, mevrouw; in zoo een ‘kachel', als Hans zegt, ben je dadelijk ontoonbaar. ||||präsentabel||||||||||||unvorstellbar I|am|not|well|presentable|madam|in|such|a|furnace|as|Hans|says|are|you|immediately|unpresentable - I am not well presentable, madam; in such a 'stove', as Hans says, you are immediately unpresentable.

Hij was verlegen, zag naar buiten, naar de uit zijn ijzeren longen napoeffende automobiel, en lachte zacht om de samenscholing. |||||||||||Lungen|auspuffenden|||||||Ansammlung He|was|shy|looked|outside|outside|at|the|from|his|iron|lungs|exhaling|automobile|and|laughed|softly|at|the|gathering He was shy, looked outside, at the automobile puffing out of its iron lungs, and softly laughed at the gathering.

- Ik maak een heele opschudding voor uw deur. ||||Aufregung||| I|make|a|whole|commotion|in front of|your|door - I am making quite a commotion at your door.

- Men is toch al gewend in Den Haag aan ‘kachels'. |||||||||Kaminöfen One|is|after all|already|used|in|The|Hague|to|'heaters' - People are already used to 'stoves' in The Hague.

- Dat is een teekenend woord van Hans... |||zeichenhaft||| That|is|a|significant|word|from|Hans - That is a telling word from Hans...

Zij lachten beiden. They|laughed|both They both laughed. Zij vond zijn lach innemend, en zij vond zijn stem zacht en rustig om naar te luisteren. ||||einnehmend|||||||||||| She|found|his|laugh|charming|and|she|found|his|voice|soft|and|calm|to|to|be|listen She found his laugh charming, and she found his voice soft and calm to listen to.

- Mevrouw, zei hij in eens, overwinnende zijn schuchterheid. |||||überwindend||Schüchternheit Madam|said|he|all of a sudden|once|overcoming|his|shyness - Madam, he said suddenly, overcoming his shyness. U heeft toch niet kwalijk genomen, dat ik gisteren zoo weinig beminnelijk was? ||||held it against|||||||lovable| You|have|after all|not|offense|taken|that|I|yesterday|so|little|amiable|was You didn't take it badly that I was so unamiable yesterday, did you?

- Maar u was niet onbeminnelijk. ||||nicht unliebenswert But|you|were|not|unlovable - But you were not unamiable.

- Jawel, ik was het heel erg... Maar wat zal ik u zeggen: ik heb verleerd... zoo te praten...       Zij glimlachte. ||||||||||||||verlernt||||| yes|I|was|it|very|much|But|what|shall|I|you|to say|I|have|unlearned|so|to|talk|She|smiled - Yes, I was very much so... But what shall I say: I have unlearned... to talk like that... She smiled.

- Met dames... schertste zij. With|ladies|joked|she - With ladies... she joked.

- Ja... zoo over niets... weet u... te praten... Yes|so|about|nothing|know|you|to|talk - Yes... about nothing... you know... to talk...

- U hoeft u heusch niet te excuzeeren, meneer Brauws. |||wirklich||||| You|need|you|really|not|to|excuse|Mr|Brauws - You really don't have to apologize, Mr. Brauws. U had gisteren avond al zooveel heerlijks gezegd, dat ik mij best begrijp... ||||||herrliches Köstliches|||||| You|had|yesterday|evening|already|so much|delicious things|said|that|I|myself|quite|understand You had already said so many wonderful things last night that I can understand myself...

- Ja maar... van morgen heb ik niet gesproken, en... Yes|but|from|tomorrow|have|I|not|spoken|and - Yes, but... I didn't talk about this morning, and...

- Zoû u ook niet weten... iets te zeggen, over niets. would|you|also|not|know|something|too|to say|about|nothing - You wouldn't know... to say something, about nothing. Maar ik bid u, doe u dan geen geweld aan... en blijf rustig. But|I|beg|you|do|you|then|no|violence|to|and|stay|calm But I beg you, do not force yourself... and stay calm. Henri komt oogenblikkelijk; hij is heel nerveus, dat hij niet klaar is. Henri|comes|immediately|he|is|very|nervous|that|he|not|ready|is Henri is coming immediately; he is very nervous that he is not ready.

Inderdaad hoorden zij boven Van der Welcke, zenuwachtig, in zijn kamer zich kleeden: hij liep driftig rond, en hij riep: indeed|heard|they|upstairs|Van|the|Welcke|nervously|in|his|room|himself|dressed|he|walked|agitatedly|around|and|he|shouted Indeed, they heard Van der Welcke above, nervously getting dressed in his room: he was pacing around angrily, and he shouted:

- Addy... Addy... Zoek eens een das voor me! Addy||Find|once|a|tie|for|me - Addy... Addy... Find a tie for me! Vlug dan, jongen... Hurry|then|boy Hurry up, boy...

En Constance, opstaande, wilde gaan. And|Constance|standing up|wanted|to go And Constance, standing up, wanted to go.

Brauws hield haar tegen. Brauws|held|her|back Brauws stopped her.

- Mevrouw, zeide hij haastig. Madam|said|he|hastily - Madam, he said hastily. Hans heeft me ten eten gevraagd. Hans|has|me|to|eat|asked Hans has invited me to dinner.

- En u woû niet... And|you|would|not - And you didn't want to...

- Ja maar, ik ben zoo een beer. ||||||Bär Yes|but|I|am|so|a|bear - Yes, but I'm such a bear. Wees niet boos, en laat Hans ook niet boos zijn, en laat mij maar eens komen eten. Be|not|angry|and|let|Hans|also|not|angry|be|and|let|me|just|once|come|eat Don't be angry, and don't let Hans be angry either, and just let me come over for dinner. - U inviteert dus uzelven. |einladen||sich selbst You|invite|so|yourself - So you are inviting yourself.

- Ja... Yes - Yes...

- Heel goed: wij zullen het heel gezellig vinden u aan onze tafel te zien. very|good|we|will|it|very|pleasant|find|you|at|our|table|to|see - Very good: we will find it very pleasant to see you at our table. Wanneer wilt u? When|do you want|you When do you want?

- Wanneer u wilt. When|you|want - Whenever you want.

- Morgen. Tomorrow - Tomorrow.

- Heel graag. very|much - Very much.

- Wilt u alleen komen, of wil ik Van Vreeswijck er bij vragen. Will|you|alone|come|or|do (I)|I|Van|Vreeswijck|him|along|ask - Do you want to come alone, or should I ask Van Vreeswijck to join?

- Ja, zeker... Van Vreeswijck. Yes|certainly|From|Vreeswijck - Yes, certainly... Van Vreeswijck.

- En verder niemand. And|further|nobody - And no one else.

- Neen, niemand... Maar ik schrijf u de wet niet voor. |||||||Gesetz|| No|nobody|But|I|write|you|the|law|not|for - No, no one... But I am not dictating the law to you.

- Maar waarom niet, in dit geval... But|why|not|in|this|case - But why not, in this case...

Van der Welcke stormde de trappen af: Addy volgde. |||stürmte||||| From|the|Welcke|stormed|the|stairs|down|Addy|followed Van der Welcke stormed down the stairs: Addy followed.

- Dat is aardig van je, Max! That|is|nice|of|you|Max - That's nice of you, Max! En laat eens de kachel zien... Dat is een goeie! |||||||||gute And|let|once|the|heater|see|That|is|a|good And let's see the heater... That's a good one! En dat is mijn jongen... Addy, eet gauw een boterham, dan stoken wij je naar hok! |||||||||||stoken||||Zelt And|that|is|my|boy|Addy|eat|quickly|a|sandwich|then|will take|we|you|to|pen And that is my boy... Addy, quickly eat a sandwich, then we'll take you to the shed!

Addy lachte; staande at hij zijn boterham rustig. Addy|laughed|standing|ate|he|his|sandwich|calmly Addy laughed; he was standing and calmly eating his sandwich.

- Ik heb nog den tijd... I|have|still|the|time - I still have time...

- Des te beter... dan stoken wij je eerst wat om... Vlug, vlug, neem je boterham maar meê. The|more|better|then|stoke|we|you|first|a little|up|Quick|quick|take|your|sandwich|but|along - All the better... then we'll warm you up a bit first... Hurry, hurry, take your sandwich with you. Hij liep als een dolle door kamer en vestibule, zocht zijn hoed, vond hem niet, holde naar boven, deed Truitje het heele huis door naar zijn handschoenen zoeken; veroorzaakte een waaienden tocht door het heele huis. ||||||||||||||||||||||||||||verursachte||||||| He|ran|like|a|madman|through|room|and|hallway|searched|his|hat|found|it|not|ran|up|stairs|made|Truitje|the|whole|house|through|for|his|gloves|searching|caused|a|draft|breeze|through|the|whole|house He ran like a madman through the room and hallway, searched for his hat, couldn't find it, rushed upstairs, had Truitje search the whole house for his gloves; caused a draft throughout the entire house. Eindelijk was hij klaar. Finally|was|he|ready Finally, he was ready.

- Als ik maar met je kachel terecht kan... Doek-doek-doek-doek... doek-doek-doek-doek... Dag Constance... If|I|only|with|your|heater|right|can|||||||||Goodbye|Constance - If only I can get my stove to work... thump-thump-thump-thump... thump-thump-thump-thump... Goodbye Constance...

Hij duwde Addy voort, deed hem de "kachel" beklimmen, zette zich. He|pushed|Addy|forward|made|him|the|heater|climb|sat|himself He pushed Addy forward, had him climb the "stove", and sat down.

- Vooruit dan, Brauws! Come on|then|Brauws - Come on, Brauws!

- Adieu mevrouw, dus tot morgen! Goodbye|madam|so|until|tomorrow - Goodbye madam, see you tomorrow!

Hij haastte zich naar buiten. He|hurried|himself|outside|outside He hurried outside. Constance zag uit het raam: zij stookten weg, Addy tusschen hen in, die haar toewuifde terwijl Brauws aan Van der Welcke, te vlug, te woest, te dol, het systeem van de ‘kachel' wees, en hem klaarduidelijk vroeg wat voorzichtig te zijn... ||||||heizten||||||||winkte||||||||||wild heftig ungestüm|||||||||||ganz deutlich||||| Constance|saw|out|the|window|they|drove|away|Addy|between|them|in|he|her|waved|while|Brauws|to|Van|the|Welcke|too|fast|too|furious|too|mad|the|system|of|the|heater||and|him|quite clearly|asked|what|careful|to|be Constance looked out the window: they were driving away, Addy in between them, waving at her while Brauws, too quickly, too fiercely, too wildly, pointed out the system of the 'stove' to Van der Welcke, clearly asking him to be careful...

SENT_CWT:AFkKFwvL=5.04 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=6.84 en:AFkKFwvL openai.2025-02-07 ai_request(all=225 err=0.00%) translation(all=180 err=0.00%) cwt(all=1957 err=2.15%)